De „zwarte hel" kan twee dagen gesloopt niet in worden Negers nog niet rijp voor werkelijke gelijkheid van rechten en verplichtingen PANDA EN DE MEESTER.*MEESTER mi BRITSE ARTSEN IN GEESTDRIFT OVER RUSSISCHE KUNSTHAND DE SMARAGDEN RING (door Jim Bishop) Ons vervolgverhaal Wellicht 'n zegen voor de Softenon-kinderen99 DONDERDAG 5 MAART 1964 (A princess for Port Royal) door Frederick du Quesnay •-«tx Harlem: tijdbom van Amerika (IV) „Dope" en balonnen Klassenmaatschappij .miUMWWUWWMmftAAAi f 8) Hij liet zijn arm zacht op haar schouder rusten. „Ik denk dat je nu beter weer naar boven kunt gaan, zei ze, ik kom je zo aflossen." En dan verliet zij hem, met lichte tred langs de colonnade lopend. Het was vroeg in de namiddag: Max was juist klaar met de lunch en voor hij naar boven ging om weer te rusten, besloot hij nog wat in de tuin te wandelen. De hemel was nu opge klaard en de zon scheen in al haar schittering Hier in de tuin was het koel, schaduwrijk door twee grote Guangobomen, vruchtbomen en jas mijn die had mogen opgroeien zonder snoeischaar. Aan zijn voeten bloeiden in weelderige overvloed viooltjes, hun fijne schoonheid half verborgen in een wirwar van bladeren; een vijver was bedekt met het hemelsblauw van wa terhyacinten, waarin kleine vogels zich baadden in ongestoorde levens lust. Max hoorde zijn naam, het was niet meer dan een fluistering. Hij draaide zich om en zag Stella naderen. „Max, zei ze, ik dacht dat je boven was, ik wou met je praten voor je gaat rus ten." „Is er iets mis?" zijn toon was ern stig. „Nee, maar ik heb met va der gesproken, o, Max, hij is zóveel beter." Ze sprak snel, haar gezichtje was levendig en bezield. „Hij vond", ging ze haastig voort, „dat hij nog geen kans had gehad om wat met jou te praten, hij wou graag dat jij zijn gastvrijheid aannam en nog een paar weken bij ons bleef. Ik vertelde hem dat jij met vakantie was. Alsjeblieft, blijf Max," ze bloosde over haar eigen vrijmoedigheid. Zijn hart bonsde, hij kon haar moeilijk zeggen, dat hij de laatste uren gehoopt en gebeden had, dat het mogelijk zou kunnen zijn dat hij nog een poosje bleef. Zijn stem was onvast toen hij antwoordde, „Het is buitengewoon vriendelijk van kolo nel Colbeck, ik wil graag blijven. Het is hier zo rustig, net zoals de rust van het Engelse platteland." „Dan is alles in orde. Peter gaat nu naar Port Royal, hij kan wat kle ren voor je mee terug brengen." „Pe ter naar Poft Royal?" Zijn stem klonk scherp. „Ja, nu vader zo veel beter is, vindt hij dat hij veilig kan gaan, het is een mooie gelegenheid voor hem om je spullen op te halen. Ik was zo blij toen ik hoorde dat hij ging". Max zweeg, het waren zijn zaken natuurlijk niet; hij was vagelijk ver wonderd wat Peter in Port Royal te zoeken kon hebben. Maar hij zei: „Ik zal een briefje schrijven aan Miss Reid om haar te vragen Peter mijn bullen mee te geven." „Peter is zich aan het kleden, hij wil direct vertrekken, je kon beter meteen dat briefje schrijven." „Ja, zei hij, en Stella.„Ja Max?" „Ik vermoed dat je wel weet hoe geluk kig ik ben dat ik nog wat mag blij ven". Haar ogen tintelden en een glimlach speelde om haar lippen. „Ik geloof het wel", zei ze, „maar nu kun je je beter haasten." Zijn stap was opgewekt, een melo dietje kwam in hem op; hij floot het. Het was lang geleden dat hij dat ge daan had. Een paar minuten later klopte Max aan Peters deur. Een ju belende stem riep: „Binnen!" Peter stond voor de spiegel zijn lange haar te kammen. Hij was een toonbeeld van elegantie, gekleed in rode jas en broek, de hoed van dezelfde kleur had een zwarte veer. „O, ben jjj het Ave ry." Zijn toon was levendig. „Je bent zo ijverig geweest voor de oude heer, dat ik je nauwelijks heb gezien. Ik hoor dat hij je gevraagd heeft nog een poosje te blijven, we kunnen het je nooit vergelden, weet je." Max werd kwaad, waarom sprak iedereen over betaling? Hij zei: „Ik heb Stella al gezegd, ik bedoel Miss Colbeck, dat ik niets méér gedaan heb dan wat iedereen gedaan zou hebben. Als ik iets heb kunnen doen, ben ik daar blij om." Peter barstte in lachen uit „Hoor eens, Avery, zei hij nog steeds lach end, je weet niet wat de dokters hier voor lui zijn, ze zijn in één woord waardeloos! Ik ga nu naar Port Ro yal en ik ben blij je spullen voor je te kunnen ophalen. Een van de sla ven kan een muildier brengen en op me wachten. Hij zal wel even moe ten wachten, want ik weet niet hoe laat ik terugkom. Belangrijke zaken, beste kerel, kunnen iemand soms op houden." Hij sloeg Max stevig op de schou ders. „Ik had eigenlijk gedacht, dat je wel mee terug zou willen, voegde hij eraan toe met een lachje, ik herinner me dat je je hoed hebt achtergelaten bij die vrouw, hoe heette ze ook weer? Zoiets als Mary. Max zweeg. „In ieder geval een knappe vrouw, zoals ik er nog nooit een gezien heb. Ik geloof dat ik een kijkje bij haar ga nemen om haar het nieuws van hier te vertellen en te gelijk je hoed voor je mee te nemen." „O, alsblieft doe dat niet," Max ergerde zich. Zijn herinnering aan Mary Carleton had nu alle charme verloren en hier over haar te pra ten, scheen de plaats te ontheiligen. Hij pakte Peter zacht bij de arm, „Als je in Port Royal bent.Hij brak af en zag het begrijpende lachje op het gezicht tegenover hem. Het was niet zijn zaak, nee, maar hij wilde niet, dat Peter naar Mary's kroeg ging, het zou niet goed zijn voor de knaap om met die vrouw in aan raking te komen. Peter, die voortging zijn gezicht te wassen, glimlachte nu nog breder. y „Ja, Avery, wat wou je zeggen?" Max haalde de schouders op „Ik weet het niet meer Peter, ik ben het vergeten." Hij gaf hem de brief voor zijn hospita en verliet, zonder verder nog iets te zeggen, de kamer. De lach van de ander schalde hem na. Er klonk spot in, hij wou dat hij ernstig met Peter had kunnen praten om hem te waarschuwen geen dwaasheden uit te halen, maar tenslotte was hij een vreemdeling en had geen recht om tussenbeiden te komen. Hij dacht aan Stella, hij wilde niet dat zij pijn leed, hij wilde niet dat haar zuivere frisse geest gekwetst werd door iets sme rigs, dat zij mocht horen. Misschien was hij wel wat te dra matisch, maar juist nu wilde hij daar liever niet over denken. Hij ging zijn kamer binnen en wierp zich op het bed. In enkele ogenblikken was hij ingeslapen. HOOFDSTUK VI Het was laat in de namiddag, de krachtige zeewind deed de gordijnen in Mary's slaapkamer opbollen. Ze lag lusteloos op het bed, gehuld in een bleekrode peignoir de tenen van haar rode muiltjes keken eronder uit. Tom zat bij haar op een stoel rustig zijn pijp te roken en de blauwe rook spiraal na te kijken, die omhoog krin gelde. Zijn jas hing slordig over de stoel, hij had de mouwen van zijn hemd opgerold, zodat zijn dikgespier- de armen zichtbaar waren. Een ge schoeide voet rustte op Mary's bed. Hij stond vadsig op en ging naar het raam om zijn pijp uit te kloppen. „Kom, zei hij, ik moest maar eens gaan." Mary kwam in beweging, plotseling actief. „Ik kan hem zo niet laten gaan", dacht ze, „en de za ken in deze idiote situatie laten." „Tom, zei ze met een vleiende stem, ik weet niet waarom je niet van me houdt." Zonder hem de ge legenheid te geven deze beschuldi ging te ontkennen, ging ze voort: „Je kunt niet echt van me houden, want dan zou je me zeker mijn kleine wens niet weigeren." Om hemelswil Mary, laten we daar nu niet weer over beginnen, na tuurlijk houd ik van jou, maar wat jij vraagt is eenvoudig dwaas en onmo gelijk. Ik kan toch zeker deze hele herberg niet zo maar op jou over schrijven, ik moest mijn geld op de een of andere manier beleggen en dit was een manier. Ik heb het geld ook nodig, begrijp je, en zeker nu." Hij boog zich voorover en streelde haar wangen. (Wordt vervolgd fv*. I V kV GLESTER HINDS is een bekende figuur in Harlem. Hij werkt met de negerjongeren. Hij werkt hard en hij werkt tegen de tijd. Hij ziet er wel wat uit als Nat King Cole en hij heeft een zonderlinge manier van spreken. Zijn functie is voorzitter van de People's Civic and Welfare Association. Hij en zijn secretaresse, mevrouw Evelyn Miller, geloven in positieve actie wat het Amerikaanse neger probleem betreft dat is te zeggen: onrecht herstellen, opbouwen wat afgebroken werd en de doelstellingen voor de negerkinderen wat hoger opschroeven! Hij en mevrouw Mil ler pakken alles aan. Zij werken in een kan toor van de Y.M.C.A. in Harlem en hebben kortgeleden een veldtocht geopend tegen de ratten en ander ongedierte. Zij maken propa ganda voor het reinhouden van de straten in Harlem, het opknappen van de achterbuurten en wat er nog meer om sanering schreeuwt. „Haat", zegt Glester Hinds, „begint aan tafel, aan het avondmaal. De kinderen horen het. De resultaten liggen voor de hand. De kin deren besmeuren muren, vernielen eigendom men, komen in opstand tegen de onderwijzers. Zij groeien op met minachting voor de blanke God. Zij gaan drinken, proberen narcotica, stelen of beschadigen geparkeerde auto's, plegen overvallen op drankwinkels. Het is de oude geschiedenis". - «fe- GLESTER HINDS is geboren op Ja maica. „Er zijn hier teveel negatief denkende mensen. Zij willen, dat de wonderen uit de hemel komen vallen. Wij geloven dat wij het werk zelf moe ten doen. Ik ben geen grote kerkgan ger maar als Christus erop uittrok om de mensen te helpen, dan zeg ik. dat wij hier een christelijk werk doen!" Dominee Oberia Dempsey be schouwt verdovende middelen en de duivel als synoniemen. Hij is zieleher- der van de Baptistenkerk, vlak bij de lawaaierige New York Centralspoor weg. Als er één neger een held is in de ogen van de blanke politieagenten Negers groeien op in Harlem met als enig verlangen, er zo snel mogelijk uit te kunnen wegvluchten. Alleen de aasgieren en de maatschappelijk- mislukten blijven er: een situatie die schreeuwt om een radicale sanering van Harlem, dan is hij het. Geen bur ger heeft zoveel gedaan in de strijd te gen de narcotica! Onlangs kwam een jongeman bij ds. Dempsey op bezoek. Hij zei, dat hij 21 jaar was. Hij gebruikte verdovende middelen sinds zijn ze ventiende. Hij vroeg om hulp om dat zijn vrouw dreigde hem te zul len verlaten. De dominee sprak met de vrouw: een 20-jarig slank meisje, heel knap maar vastbera den. Ze had twee kinderen en ze dacht er niet over, nog langer een verslaafde in huis te houden... Het leek een triest geval, maar spoedig kwam dominee Dempsey achter de waarheid. Het lieve vrouwtje gebruikte zelf geen ver dovende middelen maar handelde er wel in. De man, die ze niet meer in huis wilde hebben, was een van haar klanten... OP DE DAG dat ik de dominee be zocht, werd een luid schreeuwende man gevonden in een appartement. Buurvrouwen troffen hem aan, rollend over de vloer en krijsend van pijn. Hij had zweren aan beide benen. Zijn voe ten waren gezwollen. Hij had naalden gebruikt, die al door anderen gebruikt waren. De vrouwen riepen er een Wel fare-helpster van dominee Dempsey bij. De ongelukkige greep de vrouw bij de enkels, trok zich met moeite op tot hij op zijn knieën lag. „Alstublieft... ik heb hulp nodig... Ik heb mijn moeder en mijn grootmoeder beroofd. Ik kon niet anders. Ik begon al met verdoven de middelen op school. Maar ik kan niet meer, juffrouw. Ik kan zelfs geen bad meer nemen..." Negerdominee Oberia Dempsey geldt by blanken en kleurlingen als een held. Niemand heeft meer gedaan en meer persoonlijk'e risico's genomen dan hij in zijn verbeten strijd tegen de „dope-peddlers", de handelaas in verdovende middelen die vaak in machtige misdadigersbenden verenigd zijn. De sociale werkster bracht hem naar het ziekenhuis, waar als zijn geschatte leeftijd op een registerkaart werd inge vuld: 50 jaar. Achteraf bleek, dat hij 29 jaar was... DE HANDELAARS in verdovende middelen, de „dope-pushers," zoals zij genoemd worden, zijn bijzonder vin dingrijk als het erom gaat hnn waar veilig aan de man en de vrouw te bren gen. Een van deze negers stond op een straathoek met een tros ballons. Inge wijden wisten, dat alleen in de rode ballons heroïne zat en kwamen vijf dol lar per stuk betalen voor zo'n rood exemplaar. Maar na enige tijd kreeg de politie een tip en kwam om hem in te rekenen. Op hetzelfde moment knip te de „pusher" met een grote schaar de draadjes door, de rode ballons ste gen op en werden nooit teruggevon den: geen schijn van bewijs... Maar toch zou men een fout begaan als men, om een beeld van Harlem te krijgen, de nadruk legde op narcotica en geweldpleging. Zij behoren bij het door zorgen gegroefde gelaat van deze samenleving maar zoals politiecom missaris Daly tot mij zei: „Er zijn meer goede gezinnen dan slechte. Er zijn meer kerken dan ontuchtscholen. Meer goede kinderen dan slechte. Als het niet zo was, zou de politie heel wat meer te doen hebben dan nu!" DE NEGER beseft niet dat hij, be gerig om van 1964 het jaar van de gro te ommekeer te maken, overmoedige dwaasheden zegt en doet. Hij komt een particulier bedrijf binnenstormen en zegt op hoge toon: „Hoeveel negers heeft u in dienst?" Hij gaat betogingen houden bij bouwwerken en valt dan de aannemers aan, die geen controle heb ben over het aantal en de soort perso neelsleden, omdat dit uit handen is ge geven aan derden. Hij eist 25 tot 100 percent van alle baantjes, ofschoon er geen voldoende geschoolde negers voor deze baantjes zijn. Hij eist onmiddellij ke integratie, al weet hij, dat zijn kin deren op de blanke school twee klas sen achteruitgezet moeten worden en dat zij door hun kleding ongunstig bij hun blanke kameraadjes zullen af steken. In zijn verontwaardiging is hij bereid, zijn kinderen ongeluk aan te doen. Wat hij in 300 jaar niet heeft bereikt, wil hij nu binnen twee dagen hebben. De slagzin „gelijke rechten" betekent ook „gelijke verantwoordelijkheid." De blanke, die bereid is zijn fouten uit het verleden te corrigeren, komt tot de ont dekking, dat de massa der neger-broe ders nog niet rijp is voor werkelijke gelijkheid van rechten en plichten. EEN ANDERE ironische omstandig heid is, dat de neger, die „gelijkheid voor allen" en een maatschappij zon der klassen propageert, zijn eigen volk wel degelijk in drie groepen heeft ver deeld: de massa, de middenklasse en de topklasse. In heel Harlem kreeg ik vrijwel gelijke antwoorden als ik min of meer ontwikkelde negers over de problemen van deze grote negerwij k ondervroeg. „Wel ik behoor zo'n beet je tot de middenklasse. Ik ben hier ge boren maar ik woon hier niet. Je kunt niet onder de massa gaan wonen. Bo vendien wil ik niet, dat mijn kinderen in Harlem opgroeien! Wat dit aangaat begint Harlem eruit te zien als een gevangenis zonder poor ten. Negers groeien in Harlem op met geen andere wens dan eruit te trek ken! ZIJ, DIE een gematigd succesje boe ken in hun strijd om een beter bestaan politieagenten, postboden en kleine ambtenaren verhuizen naar de Queens. De topklasse zij die zich een goed huis, twee auto's en geld op de bank kunnen veroorloven trekken naar New Jersey en Westchester. De mislukten, de grote massa, blij ven in Harlem. Deze mensen zullen de volle aandacht van de Amerikaanse overheid nodig hebben in de komende generatie. Zij zijn verwaarloosd, ver geten, onbekend. Tenzij men er in slaagt die zogeheten massa op het op voedkundige en het economische peil te brengen van de blanke arbeider, zal in tegratie een woord zonder zin blijven! (Copyright Haarlems Dagblad/O.H.C. Opera Mundi). >WV*AAAA#WW^I^»WVWVWV»»VVVW#VWVl#lA»>A#V\A<>A/VVWV\/VWWWVWWWWlAAiWWVl^<WWW\#WWWWVWVWWWWWW\#W\AA#liVWWV%^A#WW»#W%/WWWV^fVVI»VWVWWVWVWVWV^#WWWWWWWVW\/W*#WWWWVWWWVWWW\fVVVWWMWWWVVWVWWVVWWWW%/VVVVVWVWVWVl#WWW 109. Doelloos en droef liep Jolliepop door de straten. De manier waarop hij uit Huize Hobbeldonk was gezet, stemde de trouwe knecht bitter. „Het is allemaal in hoge mate betreurenswaardig," mompelde hij. „In een huis, waar men mij zó ruw heeft bejegend, wens ik niet langer te dienen. Maar aan de andere kant mag ik mijn kleine meester toch niet onder de invloed van zo'n ongunstig iemand als mr. Vlijmen laten. Wat moet er van zijn karakter terecht komen?" „Jolliepop!" klonk opeens Panda's stem. De knecht schrok op uit zijn ge peins en zag met ontzetting, dat zijn jonge meester. werd meegevoerd in een gevangeniswagen. „Zo vlug al jammerde hij. „Dit overtreft mijn somberste verwachtingen!" Zó groot was de ontsteltenis van de trouwe knecht, dat hij alle normen vergat en begon te hollen, achter de wagen aan. „Vlug, meneer Panda," hijgde hij. „Vertel hoe het zich heeft toegedragen. Ik kan getuigen dat u altijd eerlijk bent geweest en dat uw misstap onder kwade beïnvloeding moet zijn be gaan. Wat heeft u gedaan? Een bank opgelicht?" „Wel nee," antwoordde Panda. „Een prullenmand. En die heb ik over het hoofd van meneer Vlijmen gekieperd!" 99 MOSKOU (AP). Britse artsen zijn in Moskou dermate onder de indruk ge komen van de mogelijkheden van een nieuwe elektronische arm annex hand voor invaliden, dat zij onmiddellijk zijn gaan onderhandelen om deze prothese in eigen land te mogen vervaardigen. De Britse artsen hopen de kunstarm zodanig te ontwikkelen dat hij gebruikt zou kunnen .worden voor de duizenden „softenonkinderen", die in Groot-Brit- tannië, Duitsland en elders geboren zijn. Voor kinderen, zeggen zij, is de arm nog niet geschikt, maar bij gebruik door een volwassene zijn de mogelijkheden zo indrukwekkend, aldus dr. Rose, lid van de Engelse delegatie, dat hij alle beschikbare prothesen in het Westen verre vooruit is. DE ARM werkt als volgt. Een kathode wordt op de huid gedrukt bij een spier in de armstomp. Een lichte beweging van die spier wekt een miniem elektrisch stroompje op, dat door de kathode opgepikt wordt. Vandaar gaat het stroompje door een transistor versterkersysteem naar een mo tor, die de beweeglijke kunsthand diri geert. De motor kan in twee richtingen draaien, en op een signaal van de spieren de hand openen of sluiten. Een experimen teel model wordt op het ogenblik beproefd. Dit model kan de pols op en neer be wegen en ook enigermate doen draaien. De knnsthand-met-onderarm werkt op een zeer kleine batterij De gehele pro these weegt circa 900 gram, dat is zelfs nog minder dan het gewicht van een nor male onderarm met hand De Britse delegatie die door de Russen voor demonstraties naar Moskou genodigd is, bestaat uit Sir Reginald Watson-Jones, orthopedisch chirurg van koningin Eliza beth, dr. Gordon Rose, orthopedisch chi rurg, Victor Weake, een ingenieur in de elektronica, Lady Hoare, oud-lady-mayor- ess van Londen, die hoofd is van een hulp fonds voor softenonbabies en brigade generaal George Chatterton, een van de medewerkers van Lady Hoare. VOLGENS dr. Rose is de arm ontstaan als een nevenprodukt van het Russische researchwerk voor de ruimtevaarttechniek. Het voordeel is gelegen in het feit, dat het mechanisme vervaardigd kan worden door iedere goeduitgeruste fabriek voor radio apparatuur. Dr. Weake zei dat soortgelijke kathoden elektrische signalen van elke spier kunnen opvangen en versterkt doorgeven naar allerlei hulpwerktuigen met afstandbe diening. Het zou bijvoorbeeld mogelijk zijn aldus de doeltreffendheid te vergroten van de elektronische handen op die plaatsen in kernlaboratoria, waar een dodelijke straling heerst. De Russen hebben reeds een honderdtal patiënten met de nieuwe elektronische arm uitgerust. De hand kan dan werk tuigen bedienen, een sigaret uit een pakje halen, vork of mes vasthouden en gebrui ken en zelfs een hand geven. LADY HOARE was zeer enthousiast over de demonstraties. „De Russische prijs voor de produktie- rechten voor Groot-Brittannië is tamelijk hoog", zei zij. Dr. Rose heeft evenwel goede hoop, dat een regeling getroffen kan worden om de werktekeningen van de voorproduktie en verdere ontwikkeling voor Engeland te verkrijgen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1964 | | pagina 15