■mStm
PANDA EN DE MEESTER»MEESTER
WORDEN MANNETJES
Jan
ant
VROUWTJES
SCHAAKARENA'S IN
NEWYORKSE PARKEN
DE SMARAGDEN RINC
9
Een onderxoeh naar de spontane
geslachtswisseling bij lipvissen
after
shave
lotion
MAANDAG 9 MAART 1964
(A princess for Port Royal)
door Frederick du Quesnay
„Beatles"-pruikenrage
Kort nieuws
Skibobbeneen nieuwe en
volwaardige wintersport
Ja, gezelligsamen
in het had
Veroverend fris
Een der raadselen waarmee de
wetenschap nogal omhoog zit is dat van
de spontane geslachtsverandering die
zich bij sommige, meestal lagere dier
soorten manifesteert. Een Nederlandse
biologe, mej. drs. M. J. Roede, heeft nu
een studie gemaakt van dit fenomeen
bij de zogenoemde lipvissen. Dat onder
zoek met subsidie van de stichting
Wosuna voerde haar naar Curagao en
andere Caraïbische gebieden. Het was
de voortzetting van een onderzoek dat
mej. Roede reeds in 1960 verricht heeft
met een Franse beurs in Ranyuls
aan de Frans-Spaanse grens, waar zij
haar eerste ervaringen met deze vissen
en hun levenswijze opdeed.
i +*4" va!
Exclusief verkrijgbaar bij de kapper!
De „Beatles"-rage zal in de Verenigde
Staten dit jaar de pruikenverkoop met
twintig percent doen stijgen, zo voorspelt
het Amerikaanse tijdschrift „Chemical
Week" in zijn jongste editie. Volgens het
tijdschrift worden er duizenden Beatles
pruiken vervaardigd; één firma maakt er
20.000 per dag en heeft bestellingen liggen
voor nog eens 750.000 pruiken.
Inbrekers. De rijkspolitie te Venlo
heeft twee jongelui gearresteerd, die ervan
verdacht worden meer dan twintig inbra
ken te hebben gepleegd in tal van plaatsen
langs de Maas in Noord-Limburg en
Noord-Brabant. Het zijn een negentien- en
een twintigjarige fabrieksarbeider uit
Beers.
BEHALVE AAN de relatie tussen de
sexuele activiteit en de maanstand, heeft
mejuffrouw Roede aandacht geschonken
aan de samenhang tussen de lichaamsleng
te dezer vissen en hun geslachtsdrift. Daar
bij kwam onder meer aan het licht, dat
zeer jonge vissen, waarvan de lichaams
lengte dus heel klein is, al op intensieve
wijze deelnemen aan de voortplanting,
maar dat bij het bereiken van een bepaal
de lichaamslengte op eens een duidelijke
afname van de geslachtsorganen valt waar
te nemen. Op dat moment zouden, volgens
de bewuste theorie, de wijfjes in manne
tjes veranderen. De dieren, die reeds man
netjes zijn, veranderen evenwel niet van
geslacht. De lipvissen met geringe leng
te zijn voor het grootste deel vrouwtjes,
de mannetjes zijn meestal groter en ster
ker gekleurd.
Voorts heeft mejuffrouw Roede de sa
menhang tussen de lengte van de vissen
en hun kleur bestudeerd. Bij haar obser
vaties heeft zij tussen de vier en vijfdui
zend lipvissen gemeten en gewogen.
Intelligentie
komt kijken in de prachtige wereld onder
het zee-oppervlak, direct op door hun sier
lijk, behendig zwemmen en hun mooie fris
se kleuren.
De jonge lipvissen hebben meestal so
bere kleuren, maar wanneer zij groter
worden, veranderen deze. Nu is er een
theorie, dat gelijk met de kleuren, ook
het geslacht zou veranderen, althans bij de
vrouwelijke dieren.
OM DEZE THEORIE te verifiëren, heeft
de biologe het bovengenoemde onderzoek
ingesteld. Te dien einde heeft zij onder an
dere een kleine 400 histologische pre
paraten van hun geslachtsorganen ge
maakt. Zij constateerde, dat er bij de lip
vissen merkwaardige toppen in de activi
teit der geslachtsorganen voorkomen. Zo
vindt men bijvoorbeeld omstreeks volle
maan wijfjes vol kuit, terwijl de manne
tjes dan veel hom hebben. Een paar da
gen na volle maan zijn de lipvissen eieren
en hom kwijt. Ondanks het feit dat zij uren
lang in het water lag ter observatie der
vissen, heeft onze landgenote echter nooit
een paring direct waargenomen.
Vissen meten
Roede bijvoorbeeld enige malen op een be
paalde plaats veel lipvissen had gevangen,
was zij genoodzaakt een ander visgebied
op te zoeken, aangezien de zeer nieuwsgie
rige en altijd hongerige lipvissen zich nog
wel direct rondom het vangnet of de fuik
concentreerden, maar er voor waakten de
gevaarlijke zone van het net of de fuik
binnen te zwemmen, zodat de vangst mi
niem bleef.
Als u zich te oud, te stijf of te angstig
voelt om skiën te leren, dan is hier
een nieuwe variant op die populaire
wintersport, waaraan u wel kunt mee
doen en die u bijna alle sensaties van
het echte skilopen laat beleven. Het is
de „skibob", hier afgebeeld, bestaande
uit een lange skilat, die het zadel
draagt, een korte stuurski die draaiend
aan de „zitlat" verbonden is en twee
losse baby-ski's voor de voeten van de
gebruiker. Deze laatste dienen om het
evenwicht te helpen bewaren.
De skibob heeft zich in Duitsland en
in de Italiaanse wintersportgebieden al
een grote populariteit verworven en ve
le hotels hebben dan ook voor hun gas
ten al een aantal van deze apparaten
aangeschaft. Het skibobben vereist
geen bijzondere vaardigheid en is in
enkele minuten te leren. Daarna suist
men met grote zwier de sneeuwhellin-
gen af, terwijl de adspirant-skiërs nog
met veel vallen en opstaan hun eer
ste voorzichtige glijoefeningen doen.
Omdat men op vier punten steun
heeft, is de skibob volkomen veilig; er
zijn dan ook nog nimmer ernstige on
gelukken mee gebeurd. Inmiddels is dit
niet slechts een soort tam vermaak voor
de krukken en de kneusjes; ook de
echte sportslieden hebben de skibob ont
dekt en maken er een dankbaar gebruik
van. In vele Duitse centra zijn ook de
skikampioenen en leraren ijverig aan
het skibobben geslagen en zij heb
ben aangetoond dat het een volwaar
dige sport kan zijn, waarmee men zelfs
op de bochtigste pistes tot indrukwek
kende prestaties aan snelheid en stuur
manskunst kan komen. Het zal dan ook
wel niet lang duren of men zal ski bob
wedstrijden, ja wellicht zelfs internatio
nale kampioenschappen gaan organise
ren.
Geen surrogaat dus, maar een ge
heel nieuwe tak van wintervermaak,
waaraan iedereen kan meedoen. Waar
bij dan nog komt dat heU apparaat
licht, goedkoop en demontabel is, zo
dat men het zonder moeite in de ka
belbaan, de trein of de bagageruimte
van de eigen auto kan meenemen.
COP. MMIBf lOOKiüi
112. De heer Ambrosius bracht de moeilijke knapen
naar een klaslokaal, waar hij begon met les in aard
rijkskunde. Het zat Panda nog steeds dwars, dat hij
onschuldig in het zwarte boek was opgeschreven. „Ik
gal maar goed opletten," zo overwoog hij. „Dan zal
meneer Ambrosius wel inzien, dat ik niet zo moeilijk
ben als hij denkt." Maar het gedrag van zijn klasgeno
ten was erg afleidend. Telkens gebeurde er iets achter
gijn rug, dat hem verschrikt deed omkijken. Maar de
opvoeder was teveel in zijn onderwerp verdiept om er
aandacht aan te schenken. „Let op, arme schapen,"
sprak hij. „Hier ligt Hengsterwolde, zo te zien een
onooglijk stipje op de kaart, maar uiterst belangrijk
als centrum van de tomatencultuur. Het is het tref
punt Hij brak af, toen een tomaat over zijn
schouder zoefde en op de aangewezen plaats uiteen
spatte. Dit werd zelfs de geharde opvoeder van moei
lijke knapen teveel. Een ogenblik staarde hij fronsend
naar de plotselinge uitbreiding van Hengsterwolde. Toen
keerde hij zich langzaam om. „Wie begon hij.
Maar voor de tweede keer maakte een tomaat een
einde aan zijn betoog.
TENSLOTTE vertelde de biologie nog,
dat lipvissen, die 's nachts slapen en
's morgens weer van onder het zand tevoor
schijn komen, een zekere intelligentie aan
de dag schijnen te leggen. Wanneer mej.
11)
Hij begon te wensen dat hij maar niet
gekomen was deze vrouw deed
hem zich slecht op zijn gemak voelen,
onvolwassen en dwaas. Het kwam
hem voor alsof zij hem de hele tijd
stilletjes uitlachte en zich vermaakte
met zijn verwarring. Hij wist nauwe
lijks hoe te beginnen en nu hij bij
haar was, voelde hij zich niet opge
wassen tegen de situatie. Ze stonden
op het kleine strookje zand achter de
herberg en Mary, die ging zitten op
een lage houten bank, vroeg Peter
naast haar te komen zitten. Zijn ge
zicht aandachtig bekijkend vielen
haar opnieuw de frisheid en de knap
pe trekken op, die haar een paar
avonden tevoren zo aangetrokken
hadden. Ze voelde ook zijn onbehol
penheid en verlegenheid, maar verre
van hem uit te lachen, zoals hij dacht,
voelde zij spijt om hem en onder
andere omstandigheden, zou zij hem
zeker aangemoedigd hebben. Nu had
zij geen tijd voor aanhaligheidjes,
maar ze wilde toch trachten niet on
aardig te zijn. Peter staarde aan
dachtig naar een plekje gras tussen
zijn schoenen. Hij hoorde haar spre
ken met vriendelijke en zachte stem
„Het spijt me, Peter, als ik je zo
mag noemen." Hij zweeg en zij ging
vöort: „Ik ben bang, dat je me van
avond zult moeten excuseren. Ik heb
over een paar minuten een dringende
afspraak, ik wou dat ik geweten had
dat je kwam, het zou heerlijk geweest
zijn een babbeltje met je te maken."
Hij keek haar aan en zag dat er
geen spot in haar bleekgrijze ogen
was. Zwijgend stond hij op en strekte
zijn handen naar haar uit. ,,'t Be
tekent niets, Mary." De naam was
vanzelf over'zijn lippen gekomen, hij
was zich dat nauwelijks bewust. Hij
brandde van verlangen weg te gaan,
de hele geschiedenis was onverdraag
lijk afschuwelijk.
Hij was zo zeker van zichzelf ge
weest tevoren, en nu hij was zo
dwaas in haar tegenwoordigheid en
zijn tong was verlamd als van een
schooljongen. „Ik kwam maar even
langs", hield hij zich groot,, zoals ik
je al zei, kwam ik in werkelijkheid
om Max' spullen op te halen, ik
dacht dat je wel graag het nieuws
wilde horen". „Natuurlijk, Peter, het
was heel goed van je te komen en ik
zie je graag nog eens terug Hij
keerde zich om om heen te gaan,
riiaar zij pakte hem bij de arm eri
hem dwingend haar aan te kijken zei
ze: „Dat meen ik echt." Haaf'ernst
scheen oprecht. „Als je de volgende
keer weer in Port Royal bent, kom
dan alsjeblieft, ik zal het als een be
lediging opvatten als je me voorbij
loopt."
Hij keek langs haar heen zonder te
antwoorden. De druk op zijn arm
nam toe; „Beloof je me, dat je zult
komen?" Hij keek haar aan en glim
lachte. „Ja, zei hij, ik beloof het."
Zijn hoed opnemend volgde hij haar
naar de voordeur.
„Vaarwel, zei ze, groet Max van
me en zeg hem, dat ik zijn hoed zal
bewaren tot hij hem persoonlijk komt
halen. Hoe lang blijft hij bij jullie?"
„Ik weet het niet, een week of twee,
denk ik." Ze stak hem haar hand toe
en zich er over heen buigend drukte
hij er een kus op. „Ik verwacht je
spoedig," zei ze. En zich vlug om
draaiend verdween ze door de deur.
Het was laat in de avond, toen
Peter, gevolgd door een slaaf, die
Max' bagage droeg, de straat weer
doorkwam op weg naar de kade. Het
was erg donker, daar de wassende
maan maar net boven de lage bergen
uitkwam.
De nauwe straten waren op dat uur
versperd door allerlei soort menselij
ke wezens, opgedirkte „dames", ge
ëscorteerd door verliefde cavaliers,
slaven, zakkenrollers en halfdronken
zwabberende zeerovers, arm in arm
met opzichtige nachtvlinders. Overal
flakkerden kaarsen door de jalouzieën
van de vensters van woonhuizen en
kroegen, dicht opeengepakt langs de
straten. Peter had gegeten in „De
Vrolijke Frans", een taveerne dicht
bij het huis van mrs. Reid. Nu zijn
vroegere opgetogenheid hem verlaten
had, had hij te zwaar gedronken van
de Madeira. Hij dronk nooit de rum,
waarom Jamaica beroemd was, want
daartegen kwam zijn maag in op
stand. Veel van zijn vroegere elegan
tie was verdwenen nu hij zo de straat
afliep. Zijn wambuis hing open en
zijn zwarte krulhaar was in de war.
Onvast lopende botste hij tegen een
dame op en wankelde opzij. Haar be
geleider vloekte, maar liep toch door.
De volgende minuut passeerde hij
„De Wilde Zwaan". Hij merkte het
nauwelijks. Een koor van zingende
stemmen bereikte zijn oren: een po
pulaire Engelse ballade weerklonk
uit het kaarsverlichte interieur. Hij
keek haastig op en strompelde weer
verder. Hij voelde zich vreselijk moe
en verlangde alleen maar zich in bed
te kunnen laten neervallen.
Mary zat moederziel alleen op de
veranda naast haar slaapkamer, sta
rend naar de passerende schaduwen
beneden in de straat. Toen Peter
voorbijging, zag ze hem ook, ofschoon
ze niet kon weten, dat hij het was.
De avond was voor haar een ver
schrikkelijke mislukking geweest. Zij
had er haar zinnen op gezet kapitein
Morgan te ontmoeten, had er nauwe
lijks aan getwijfeld of hij zou komen.
Nu wist ze, dat hij vanavond niet
meer kwam. Het getinkel van haar
klokje bereikte haar door het open
raam van haar kamer; het was elf
uur.
HOOFDSTUK VII
De maan stond hoog toen Peter de
oprijlaan van zijn mooie huis kwam
opgalopperen. Cupido, zijn slaaf, die
hem aan het strand had opgewacht
om Max' bagage mee te nemen, had
hij ver achter zich gelaten. Hij ging
naar de stallen en liet zich zwaar uit
het zadel vallen, toen een van de stal
jongens kwam aanrennen om zijn
paard vast te houden. Hij was dood
moe, zijn benen deden pijn, maar zijn
hoofd voelde beter. Hij had de hele
weg in galop gereden, verschillende
malen bijna van zijn paard tuimelend
als dit struikelde over de stenen op
de oneffen weg. Hij liep om het huis
heen om het terras te bereiken, waar
op zijn kamer uitkwam. In de biblio
theek brandde licht. Toen Peter de
drie treden op kwam van de tuin, ging
de deur plotseling open en Max stond
in de omlijsting. „Peter," zei hij,
„waar ben je zolang gebleven, kerel?"
Peter Strompelde naar boven en liet
zijn hand zwaar op Max' schouder
vallen. „Wie wil dat weten?" Zijn
stem klonk tegelijk angstig en drei
gend.
„We zijn dood-ongerust geweest
je zuster is helemaal overstuur. Ze
zegt dat je nooit zolang weg bent."
Max werd zich bewust, dat hij zich
op gevaarlijk terrein bevond, zijn
stem had veel van zijn eerste com-
mandotoon verloren.
„Wel mr. Avery, u mag mijn lieve
zusje meedelen, dat het mijn zaak is
hoelang ik voortaan wegblijf."
Peter nam zijn hand van Max'
schouder en ging iets achteruit staan,
zijn bloeddoorlopen ogen op Max ge
richt. „Tenslotte ben ik geen kind
meer ik ben een volwassen man
van twintig. Wat wilt u van mij?"
Max antwoordde zacht: „Alsjeblieft
Peter, blijf rustig; ik vind het niet
aardig van je je zuster onnodig be
zorgd te maken. Ze is erg afgetobd
en uit haar doen na de gevaarlijke
ziekte van haar vader."
„Nou dan moet ze maar wennen
aan mijn wegblijven. Ik ben jong,
men kan van mij niet verwachten,
dat ik hier op de plantage wegteer
zonder enige afleiding. En sinds wan
neer bent u haar woordvoerder ge
worden? Weet u niet wie u bent
u bent niets meer dan de gast van
mijn vader, laat u dat gezegd zijn!"
Dit zeggende keerde Peter de ander
de rug toe. Max' stem was vol onder
drukte emotie. „Ik zal je je onbe
schaamdheid vergeven, Peter om
dat ik weet dat je te veel gedronken
hebt. Je kunt misschien beter naar
bed gaan, het is heel laat."
(Wordt vervolgd1
Wanneer de Londense Edith Partus
in bad ging, ging haar man altijd
mee, zodat zij elkaar de rug konden
wassen.
Dat is geen geen geestelijke wreed
heid, bepaalde een rechter maandag
in een echtscheidingsproces van het
echtpaar.
De 41-jarige mevrouw Portus
noemde het badritueel in haar ver
zoek om echtscheiding geestelijke
wreedheid.
Maar dat was niet alles, zei zij.
Thomas placht met een maatlat aan
te tonen dat zij, zelfzuchtig, teveel
ruimte in bad innam. Thomas ont
kende dit.
Ook dat was geen geestelijke
wreedheid, vond de rechter, zelfs niet
als het waar was.
„Dit zijn zaken van geen gewicht
waarmede deze vrouw haar worste
ling om haar vrijheid te herkrijgen
probeert te versterken," zei hij.
Ten aanzien van het baden „a deux"
wees de rechter erop, dat dit in de
tweede wereldoorlog wel gebeurde
toen warm water schaars was en het
soms voor twee mensen niet moge
lijk was op een en dezelfde dag af
zonderlijk te baden.
„Er is niet gesuggereerd, dat dit
baden als gevolg van perversiteit
geschiedde", zei de rechter.
Hij wees Edith's verzoek om echt
scheiding derhalve af en suggereerde
Thomas, dat deze zelf een verzoek
tot echtscheiding kon indienen, om
dat Edith inmiddels huis. haard en
bad verlaten had.
LIPVISfeEN, ZO VERTELDE MEJ. Roe
de in een onderhoud met het A.NP zijn
tropische en subtropische dieren ze zijn
niet erg bekend, aangezien zij noch voor de
consumptie worden gebruikt, noch veel
vuldig in aquaria worden gehouden, gelijk
andere koraal visjes. Zij vallen echter iede
re zwemmer, die met duikbril op rond
WIJLEN dr. Bernard Baruch, die van 1947 tot 1949 ambas
sadeur van de V.S. in Den Haag was, heeft een werkzaam
leven geleid. De lange lijst van zijn activiteiten en interessen
vermeldt onder meer: miljonair, econoom en diplomaat, spe
ciaal adviseur van het State Department en van wijlen
president Roosevelt en filantroop. Daarnaast was Baruch een
fervent schaker, die in zijn spaarzame vrije tijd meestal
achter het schaakbord te vinden was. Zo had hij zijn hart
verpand aan deze denksport dat hij besloot, er anderen van
te laten meeprofiteren. De man-in-de-straat vooral, die
veelal niet verder pleegt te komen dan een huiselijk partijtje.
Hij schonk het gemeentebestuur een flink bedrag op conditie
dat men daarvoor een aantal schaakgelegenheden in de open
lucht zou aanleggen. De keus viel op Newyorks parken: oasen
van rust in het rumoer van de wereldstad. Zo verrezen, in
Central Park, Prospect Park en op Washington Square, in
totaal 55 betonnen schaakpaddestoelen met „ingebouwde"
granieten schaakborden, in groepjes bij elkaar, geflankeerd
door houten banken. Hij deed er zijn stadgenoten een enorm
plezier mee. Dat blijkt wel uit het feit dat alle borden bij
redelijk weer van vroeg tot laat bezet zijn. Jong en oud,
arm en rijk treffen elkaar hier voor een vriendschappelijke
krachtmeting.
Al vroeg in de ochtend trekken de liefhebbers met hun
schaakstukken naar het park, zetten zich aan een padde
stoel en wachten op een tegenstander, die nooit'larijji op zich
laat wachten. In de lunchpauze, js het, 't drukst, dan komen
zeer velen even „een vluggertje" spelen. Een grote schare
kijkers omringt dan de spelers en spaart hun de min of
meer deskundige critiek niet. Een enkele maal komt een
schaakgrootheid er bij wijze van tijdpassering een robbertje
simultaan tegen de parkschakers weggeven, maar meestal
zijn het onderonsjes van de gewone man. Een parkwachter
houdt af en toe een oogje in het zeil, want spelen om geld
is streng verboden.
Bernard Baruch heeft miljoenen weggeschonken aan filan- i
tropische instellingen en andere goede doeken. Maar zijn
mooiste geschenk, zo menen de schaaklief hebbers, zijn de
paddestoelen-arena's in het groene hart van de metropoli5.
Een idee voor scfïaükrhecëhdssen In Nede Hand?
I