Pistolen-Kim", de heldin der Vietcong-guerilla PANDA EN DE MEESTER-MEESTER I DE SMARAGDEN RING ZONDAGS-UITSTAPJE NAAR BRATISLAVA DOOR KIER IN HET IJZEREN GORDIJN BLINDE ZIET WEER NA ONGELUK Orts verto tgverhaai Lehher eten voor weinig geld en geen moeilijkheden aan de grens Jaarbeurs (en foto- beurs) zondag dicht y RIJ D A O 13 MAART 1964 19 (A princess for Port Royal) door Frederick du Quesnay Vervallen schoonheid Bonte jeugd Dwangbevel Even naar de kapper Weense t.v. favoriet Rassenonderscheid Weinig verkeer Nieuw perspectief 15) Zij gebruikte daarvoor het excuus, dat het zijn dynamische persoonlijkheid was, die haar aantrok. Een wind vlaag, harder dan de vorige, greep haar rok en deed haar onderrokken opwaaien en toen zij geërgerd haar mond opende, werd die gevuld met smerig, zanderig stof. Als ze niet vlak bij haar bestemming was geweest, zou ze onmiddellijk op haar schreden zijn teruggekeerd. De gebruikelijke herrie duidde aan wat bij gebreke aan een betere naam, een markt ge noemd werd: in de open lucht op straat zaten de zwarte verkopers op de grond met hun fruit, groente en andere koopwaar voor zich uitgestald. Het lawaai was intens met de schreeu wende kooplui en de klanten, die sja cherden over prijzen en kwaliteiten van de koopwaar. Mary verloor geen tijd met het uitkiezen van wat zij ver langde: bananen, citroenen, een paar manderijntjes en een heerlijke cus- tardappel. Die laatste was haar spe ciale lekkernij. Deze grote zalmroze vrucht met zijn bruine vlekken had de grootte van een meloen. Het binnen ste was als een mooie zachte vla, waaraan de appel haar naam dankte, honingzoet en smeltend op de tond met veel langwerpige zwarte zaden bij de pit. Mary bedacht, dat dit haar favoriet was onder de exotische vruch ten van het eiland en zij herinnerde zich wanneer zij die voor het eerst geproefd had. Peter had er bij een van zijn vele bezoeken een voor haar meegebracht. Arme Peter zij had een tikje medelijden met hem: hij was zo onzeker van zichzelf, helemaal geen vlotte jonge man altijd be deesd en verlegen bij hun ontmoetin gen en toch onloochenbaar knap. Een beetje saai en vervelend, maar Mary had altijd getracht hem harte lijk te ontvangen. Zoiets als Max, maar toch heel verschillend. Een op voeding als de zijne was naar haar opvatting niet geschikt voor iemand, die alles uit het leven wilde halen wat het te bieden had. Het was natuurlijk nooit tot Mary doorgedrongen, dat er dingen bestonden, die belangrijker waren dan het maken van een malle molen van het leven. Zij kon dat niet begrijpen; zij moest altijd vermaak zoeken, dat maar een ogenblik vol doening schonk. Als iemand haar ge vraagd had of zij gelukkig was, moest het antwoord beslist bevestigend lüi- den. De waarheid was, dat zij niet werkelijk wist wat geluk was en om dat zij dat niet wist, kon zij het nooit definiëren. Toen zij haar inkopen gedaan had, verliet Mary de markt, daar er nie mand was die zij wilde ontmoeten: zij voelde zich hongerig en verlangde naar haar middagslaapje. Ze riep Pearly, die de volgeladen mand op zijn hoofd zette en haar, zonder een woord te spreken, volgde. Mary zag dat de heuvels aan de horizon bedekt waren met dikke, zwarte wolken. Ze verwachtte na de hitte van de mor gen een onweersbui. Ze had daar een hekel aan. Dat ge beurde meestal vlak na de lunch wan neer men het zich gemakkelijk had gemaakt voor een middagslaapje. De taveerne naderend, verhaastte ze haar pas. Opeens gingen haar ge dachten uit naar Max. Dat hij haar volkomen vergeten was, was om nij dig te worden. Hij was niet terug gekomen voor die hoed, die haar zo veel narigheid en angst had bezorgd. Ze had zich sindsdien allang ontdaan van dit compromitterende voorwerp. Toen het tot haar doorgedrongen was, dat Max niet van plan was terug te komen, had ze er een van haar sla ven meer naar Mrs. Reids pension gestuurd met het verzoek aan die da me de hoed aan de eigenaar te doen toekomen. Zij voelde de plotselinge verdwijning van deze zgn. aanbidder niet als een werkelijk verlies. Haar trots mocht een klein schokje gekre gen hebben, maar dan toch niets meer en een feit was het, dat het maar goed was, dat hij niet meer over de vloer kwam, nu ze zoveel aan haar hoofd had en een veel dik kere vis aan de haak probeerde te slaan. Zij had van Peter gehoord, dat Max en zijn zuster verloofd waren; dat was snel werk, vooral na dat stomme verhaal, dat hij haar opge hangen had die eerste avond aan het strand. Zijn hart was wel gauw ge nezen, naar het scheen, ook al dacht hij dat zijn leven voorbij was! Je kon mannen toch maar nooit vertrouwen; dat wist ze maar al te goed. Al moch ten ze dan ook het tegendeel denken, ze werdenaltijd heel gemakkelijk verleid door een nieuwe vrouwenrok. Het enige was, dat je niet zonder hen kon. Ze moest inwendig lachen toen het beeld van Max, dweperig verliefd starend naar Stella Colbeck. door haar geest flitste. Hij moest er uit zien als een zieke koe, dacht ze. Peter had haar bij zijn laatste bezoek verteld, dat Max zich in St. Jago de la Vega gevestigd had en een paar weken geleden met zijn praktijk be gonnen was. Ze twijfelde er niet aan, dat het hem best zou gaan met dat doktertje spelen. Dokters waren er weinig en ver weg en die weinigen waren nog hopeloze kwakzalvers. En dat was begrijpelijk, want wat zou een goede geneesheer hier zoeken in dit ellendige klimaat, afgesneden van de rest van de wereld, waar het we melde van rare ziekten en ongemak ken! Geruchten dat er een epidemie van de gele koorts op komst was, hadden haar bereikt, doch ze kende nog geen enkel geval. Maar als je je druk zou maken over ziekte, had je geen leven: je hoorde immers voort durend van de ene verschrikkelijke pestilentie na de andere. Elke dag heeft zijn eigen zorgen, is altijd mijn motto geweest, dacht ze terwijl ze de herberg betrad. Mary was juist klaar met zich te kleden voor de avond, toen er op de deur geklopt werd. Het was Pearly. „Wat is er Pearly?" vroeg ze met ergernis in haar stem. „Alstublieft meesteres, Mr. Peter is beneden." „O hemel! Hij kiest altijd de ver keerde tijd uit voor zijn bezoeken." Het was niet zo zeer, dat zij van avond iets bijzonders te doen had, maar het onweer was losgebarsten, zoals ze eerder op de dag voorspeld slecht uitgerust. Zij had een rustige avond vpor zichzelf willen hebben. Harry én Tom zouden niet komen, die hadden tegenwoordig altijd be sprekingen. „Nou goed, jongen. Ga naar beneden en vraag mr. Peter een minuutje te wachten, ik kom direct." Ze sloot de deur en voltooide haar toilet. De temperatuur was aanmer kelijk gezakt, zoals altijd na een onweer. De grond was zo droog ge weest dat het beetje regen, dat het onweer vergezeld had, de moeite niet waard geweest was; het strand was even droog als altijd. Sinds het be zoek van Max twee maanden gele den, had Mary een bank laten tim meren vlak aan het water. Het was haar geliefkoosde plekje 's avonds; de zee bezat een vreemde aantrekkings kracht voor haar en ze kon daar uren aaneen zitten, kijkend naar de af en aan rollende golven. Op zulke ogen blikken konden haar gedachten over de oceaan vliegen naar thuis in Enge land, ver weg. Soms dacht ze aan haar vader. Haar moeder was lang geleden gestorven. Dat was maar goed ook voor de ar me vrouw want het ongeluk, dat haar enige kind was overkomen, zou meer geweest zijn dan zij had kunnen ver dragen. Mary had nooit van haar va der gehouden, daar hij ook nooit enige liefde of genegenheid voor haar ge toond had. Hij had graag een zoon gewenst, een stamhouder. De familie was aan het uitsterven en dat wilde hij niet. Daarom dacht hij telkens als hij Mary aankeek aan de zoon op wie hij altijd gehoopt had. Misschien was zijn hartewens nu vervuld, want hij zou wel hertrouwd zijn. (Wordt vervolgd (Van onze correspondent) WENEN. Bij een glas wijn in Wenen had ik een jonge Slo waakse schrijver beloofd, hem in Bratislava op te zoeken. Het is maar een kattesprong en de lastige formaliteiten zijn weggevallen nu de regering in Praag het ijzeren gordijn op een kier heeft geopend. Vroeger was dit het traditionele zondagsuitstapje voor de Weense middenstanders. Ze namen de tram naar Bratislava en waren binnen een goed uur in het centrum van de stad. Dat kan nu ook weer, maar tegenwoordig gaat men met zijn eigen wagen of reist men met vrienden. Een visum, twee dagen geldig ver strekt de Tsjechische legatie voor drie gulden en men hoeft niet zijn politieke doopceel te lichten. Rechttoe rechtaan gaat men in oostelijke richting tot Wolfsthal, waar het silhouet van de stad Bratislava en de glooiingen van de Kleine Karpathen reeds zicht baar zijn. Iets verder komt de grensslagboom, keurig blauw-wit- rood geverfd, waar de controle snel en vriendelijk verloopt. In het grenskantoor kan men zelfs geld wisselen tegen de officiële koers van 54 kronen voor 100 schillingen (14 gulden). De doua'ne vraagt niet eens of de toerist „zwarte" kronen bij zich heeft, die in Wenen voor de helft van de officiële koers verhandeld worden. Een der gelijke import is verboden en wordt tenminste zwaar beboet. Van de Donau gezien, biedt Bratislava deze indrukwekkende aanblik. Veel van de architectonische vracht en praal blijkt echter bij nader onder zoek nogal vervallen en slecht onderhouden, blijkbaar omdat er geen geld voor is. Links de oude burcht, in de volksmond het omge- gekeerde bed geheten. Na een ritje van vier kilometer langs eenvoudige huizen, zoals die ook overal op het Oostenrijkse platteland te zien zijn, komt men aan de rand van de stad. De smalle ijzeren brug over de Donau die de Duitsers kort voor de capitulatie in de lucht lieten vliegen, is al lang hersteld en ook hier denkt men aan Oostenrijk, want deze brug lijkt precies op die van Krems aan de Donau. Aan de overkant begint het oude stadscentrum. Het beste is, de wagen hier ergens op de kade te parkeren, al is er weinig verkeer en genoeg parkeer gelegenheid, hoewel de straten heel smal zijn precies als in de Oostenrijkse stad jes Steyr, Krems of St. Pölten. DE TSJECHISCHE regering kan nog zo veel moderne woonblokken bouwen aan de buitenkant van Bratislava, het karakter van dergelijke oude steden wordt toch door het centrum bepaald, dat zijn verleden niet kan verloochenen. De stad herinnert aan de oude monar chie. Op de toren van de Martinus-kathe- draal glinstert de gouden koningskroon op een pronkkussen, in de straten ziet men juweeltjes van barokpaleizen en burger huizen met brede poorten, pompeuze wa pens. hoge gebogen ramen en prachtig beeldhouwwerk, doch daarnaast ook huur- kazernes uit de vorige eeuw, huizen die aan het vervallen zijn en die blijkbaar niet meer worden opgeknapt. In tegenstel ling tot de moderne buitenwijken maakt het centrum een wat stoffige, vervuilde indruk. De muren zelfs van deze juweel tjes zijn zwart van de rook en het hout werk vertoont geen spoor van een verfje. De gemeenteraad weet dat er heel wat op te knappen valt, maar daar er weinig igeld is, herstelt men voorlopig alleen ob jecten die toeristisch van belang zijn. Daartoe behoort de oude burcht die nu gerestaureerd wordt en als museum zal worden ingericht. HET IS prachtig weer, bijna lente. De zon schijnt en we zitten op een terras met het uitzicht op de Donau. De men sen hebben vrij en de hoge-hakkenparade op de kade is al begonnen. De wandelaars lopen in twee richtingen, grotendeels in groepjes van jongens en meisjes. Wan neer ze aan het einde van de kade zijn gekomen, draaien ze om en dan begint de tippelparade weer in de omgekeerde SAIGON (AP). Zij draagt het haar in de regel naar Vietnamees gebruik lang en los. Men kent haar als woest, aan matigend en wreed. Haar naam is Kim Loan. Sommigen zeggen, dat zij 33 en mooi, anderen dat zij 38 en lelijk is. Maar alle zijn het erover eens, dat Kim Loan een ware pistolenheldin is, die hard bezig is, een legende te worden in de rijstvelden ten zuiden van Saigon. OM HAAR tengere taille draagt Kim Loan een gordel met twee pistolen, beide in dienst van de zaak van de Vietcong. „Zij is scherpzinnig, brutaal en ongrijp baar. De Vietnamese boeren spreken met ontzag over haar daden", merkte een Ame rikaans waarnemer op. Kim Loan heeft precies een jaar nodig gehad om een persoonlijkheid bij de Viet cong te worden. Het jaar begon toen haar man, een districtshoofd van de Vietcong, door regeringstroepen werd gedood. Men zegt, dat zij zijn lijk heeft geïdentificeerd zonder een spier van haar gezicht te ver trekken. Een paar dagen later bracht zij haar beide jeugdige kinderen een jongen en een meisje naar verwanten van haar man in een gehucht ten zuiden van Tan An, de hoofdstad van de provincie Long An en begaf zich naar de moerassen om zich bij de Vietcong aan te sluiten. AL SPOEDIG viel zij in de normaal uit sluitend geheel uit mannen bestaande ter ritoriale afdelingen van Long An op als 'n stoutmoedig guerrillastrijdster en kreeg zij het recht om een pistool te dragen, later zelfs twee. De laatste maanden is zij gepromoveerd tot voornaamste militaire commandante voor de subsector Tan An. De provinciale autoriteiten weten heel goed wat Kim Loan doet. Zij weten, dat zij altijd reist met een lijfwacht van twee met machinepistolen bewapende mannen. In de strijd voert zij gewoonlijk een peloton van 20 man aan, maar soms ook grotere afde lingen. 116.79 116. „Straf voor ons allemaal?" morden de moei lijke knapen. „Hebben we dan iets verkeerds gedaan, meneer? Als dat zo is, hebben we echt berouw, hoor. Kijk maar". De heer Ambrosius keek naar de voor werpen, die zijn veelbelovende pupillen in de hand had den en slikte. Echt berouw?" vroeg hij onzeker. „Re ken maar", antwoordden de bengels. „En we zijn U ook echt dankbaar! Laat niemand durven zeggen, dat we niet dankbaar zijn!" Dit scheen de opvoeder te overtuigen. „Goed", zei hij moeilijk. „Dat verandert alles. Bij zoveel oprecht berouw, wil ik wel wat door de vingers zien". „En jijvervolgde hij, zich plot seling naar Panda wendend, „heb jij ook berouw? Ben je mij dankbaar, bengel?!" „Waarom?" vroeg Panda opstandig. „Als ik niets gedaan heb, hoef ik geen be rouw te hebben!" „Juist", sprak de heer Ambrosius grimmig, „dan ben jij dus de verstokte belhamel, de ondankbare deugniet. Kom mee, hopeloos geval. Ik zal jou wel eens anders leren!" En het hielp niet, of Pan da al riep, dat hij niets gedaan had. De opvoeder sleur de hem met straffe hand naar de kelder..., ZIJ KAN bijzonder ongemakkelijk zijn, als zij voor de Vietcong belastingen int. Een dorpsbewoner beklaagde zich eens bij de autoriteiten van de provincie, dat Kim Loan hem drie weken geleden had bezocht en 500 piaster had geëist. Toen hij zei, dat hij dit bedrag niet kon betalen, smeet zij een van haar pistolen op de tafel en zei: „Zeg dat tegen mijn pistool". De man holde weg om het geld te halen. Toen hij terugkwam zei Kim: „Dat ging niet vlug genoeg". En ook haar tweede pistool op de tafel smijtend voegde zij hieraan toe: „Vertel het ook aan deze". De man haastte zich, meer geld te brengen. Zij is de leidster van alle spionage en ondermijnende activiteiten tegen de rege ring in haar district en dit maakt het voor haar nodig, zich veel te verplaatsen. De laatste maanden heeft zij 33 mannen uit haar vroegere dorp voor de Vietcong ge wonnen. Kim Loan is reeds een legende gewor den. De dorpelingen vertellen dat zij eens in een boom is geklommen om te ontko men aan burgerwachters van de regering die haar vervolgden en dat zij er „als een aap" uitkwam. Bij een andere gelegenheid zou zij om te ontsnappen in een rivier ge sprongen zijn en zich in een vis hebben veranderd. „De dorpsbewoners geloven deze verha len eigenlijk niet", zei een Amerikaan die in haar gebied werkt, „maar haar daden spreken tot hun verbeelding en je kunt nooit weten, ze mocht eens een boven- I natuurlijk wezen zijn". Het is bekend dat de provinciale autori teiten haar graag gevangen zouden ne men. De gouverneur van de provincie meent, dat hij haar kan overhalen om de partij van de regering te kiezen en heeft haar 5.000 piaster geboden plus een vrij geleide om bij hem te komen lunchen. Anderen betwijfelen evenwel dat zij haar leven zou willen veranderen. „Zij schijnt plezier te hebben in wat zij doet, ofschoon zij elk voorschrift van de étiquette der Vietcong, die van het kader beleefdheid en bescheidenheid eist, over treedt", aldus een waarnemer. Dezelfde waarnemer opperde de moge lijkheid, dat het niet uitgesloten is, dat de Vietcong zelf het de een of andere dag no dig zal vinden zich van haar te ontdoen als haar activiteiten hinderlijk voor de or ganisatie worden. Ondanks het ruwe leven, dat zij in de rijstvelden en de moerassen van de Me- kong-dplta leidt, schijnt Kim Loan ook nog wel eens tijd te vinden om vrouw te zijn. Onlangs glipte zij de provinciale hoofdstad Tan An binnen, om haar haar te laten golven. De provinciale autoriteiten hoorden ervan, maar toen zij een inval de den in de schoonheidssalon, was Kim met een keurig nieuw kapsel alweer naar haar schuilplaats ontsnapt. richting. In Belgrado, Boedapest en ook in Bratislava paradeert men nog zoals in de dagen van keizer Frans Josef. Bij een kopje (goede) koffie kijkt de toerist voor al naar de jeugd, die goede schoenen draagt èn keurig gekleed is, hoewel niet elegant. De stoffen van mantels, jassen en jurken verraden geen al te beste kwa liteit, maar vooral de schreeuwerige kleurencombinaties vloeken met onze op vattingen van goede smaak. DE JONGE Tsjechische schrijver ver telt over zijn stadgenoten, die nu naar huis gaan om tè eten. Wanneer dat voor bij is, kijken ze naar de t.v. In Tsjecho- slowakije zijn meer t.v.-toestellen dan in Oostenrijk, maar op zaterdagavond kijkt practisch heel Bratislava naar de Oosten rijkse zender, omdat het gebodene daar gëen spoor van politieke propagande ver toont. De beste Oostenrijkse conférencier Conrads heeft hier talrijke vrienden die hem herhaaldelijk schrijven. En de laat ste tijd begroet hij ze apart en met een olijk knipoogje, al die kijkers uit Bohe- men en vooral Moravië. Want Wenen ligt dichter bij Bratislava dan Praag en het Oostenrijkse programma mag dan zijn fouten hebben, het is in alle geval niet zo zwaar op de hand en niet zo doodern stig. IN DE EETZAAL van hotel „Devin" in Bratislava, dat uitsluitend voor ijuitenr landers gereserveerd is, worden verschil lende kostelijke menu's voor een spotprijs aangeboden. Alleen de whisky is duur, maar voor fazant met spek, puree en bos bessen betaalt men nog geen 4,50 en dat dan nog volgens de officiële koers. Op ta fel ligt een smetteloos tafelkleed en even helder zijn de nieuwe servetten van da mast. De wijn laat zich al even „vlot" drinken als een Oostenrijkse Wachauer en maakt dat het gesprek nog vlotter wordt. ZELFS de communisten hebben de eeuwenlange rivaliteit tussen de twee volksdelen niet uit de weg kunnen rui men. De Slowaken voelen zich ook nu nog in zekere zin verdrukt door de Tsjechen en zij stellen alles in het werk om als groep, met geheel eigen tradities, gewoon ten en opvattingen, te worden gerespec teerd. In Slowakije bestaat nog altijd censuur. Wie kritiek uitoefent op een manier die de regering, respectievelijk de partij, niet bevalt komt weliswaar niet in de gevan genis, maar hij krijgt geen opdrachten In ons verslag over de foto- en film afdeling op de Utrechtse voor jaarbeurs komt de passage voor: zaterdag en zondag zal het wel druk worden op deze fotobalkonsDit is een vergissing: natuurlijk is de Utrechtse Jaarbeurs en dus ook de foto- en filmafdeling des zondags gesloten. Wü betreuren deze slip of the pen en bieden de lezer er onze verontschul diging voor aan. meer of verliest zijn baan. En van het magere pensioentje dat hem inderdaad nog wordt uitbetaald, kan hij nauwelijks rondkomen. De officiële kunstrichting wordt nog door Praag bepaald, maar da laatste tijd is ook hier een zekere libera lisering opgetreden. Kafka, Freud en Sar tre werden vroeger met wantrouwen be jegend, nu kan men hier zelfs een Kafka- renaissance waarnemen. Ofschoon hij uit sluitend Duits schreef, is hij opeens als nationale schrijver ontdekt. Deze belang stelling wordt weliswaar door de littera tuur-theoretici in Oost-Berlijn veroor deeld, maar zo zegt een Slowaaksa schrijver „wij hier hebben geen bood schap aan Oost-Berlijn." WIE ALS Weens toerist op zondag door Bratislava slentert, heeft vrijwel constant het gevoel dat hij in een Oostenrijks stad je is. Het aantal mensen dat 's morgens naar de kerk gaat is opvallend groot. Daaronder zijn veel jongeren, zoveel zelfs dat de laatkomers geen plaats meer in de kerk vinden en daarom in of voor het portaal blijven staan. In de morgenuren ziet men hier en daar op straat nog een boeren vrouwtje dat levensmiddelen te koop aanbiedt. Meestal liggen eieren, uien en fruit zomaar op de grond, maar veel wordt er niet gekocht. 's Middags echter zijn die venters ver dwenen en dan begint opnieuw de pan toffelparade op de kade en in de hoofd straten. Sommige jeugdige wandelaars kopen aan een kraampje een stuk worst met veel mosterd en een snee brood voor een paar kronen. De mannen vormen groepjes in bier- en wijnlokalen en de to'ensten békijkén de etalages, die wel vol zijn maar er onverzorgd uitzien... even slordig als de Weense wijken na 1945 on der de Russische bezetting. De geel-rode tram sukkelt door de straten, waar men maar weinig auto's ziet, soms een Skoda, een Tatra en heel zelden een dure Mosk- witsj. De buitenlandse merken trekken da aandacht van de jeugd, die fel discussieert over de vraag of een opel nu Engels of Duits fabrikaat is. Wanneer een buitenlandse toerist aan stalten maakt om weg te rijden in Bra tislava komen er meestal een paar vrou wen en meisjes aan die vragen of ze geen nylons of een regenjas kunnen kopen voor kronen. Maar wat doet de toerist met kro nen .die hij toch niet mag meenemen en die vooral in Oostenrijk zo laag noteren? Maar al gaat de transactie niet door, toch wordt hij vriendelijk nagewuifd door men sen die beslist niet ontevreden zijn, maar die toch wel het gevoel hebben dat die buitenlanders naar een paradijs terugke ren. ZONDER OVERLAST passeert men de grens. Het ijzeren gordijn vertoont inder daad een kleine opening en men vraagt zich af, waarom de regering in Praag die wachttorens en prikkeldraadversperringen niet helemaal opruimt. Dat zou de ont spanning nog meer bevorderen. Hoe meer ook in Tsjechoslowakije de welvaart toe neemt, des te sterker zal daar het verlan gen worden om meer van de wereld to zien, vooral van de wereld in het Westen. De liberalisering van het grensverkeer heeft ten minste dit voordeel opgeleverd dat dit land veel van zijn onheilspellends geheimzinnigheid heeft verloren. Er ope nen zich nieuwe perspectieven, nu een zon dagsuitstapje naar Bratislava even gewoon is geworden als 'n retourtje met de Ween se tram naar Grinzing. De 55-jarige Marcel Large- main uit Perigeux in de Dordogne (Frankrijk), sinds twaalf jaar blind, ziet weer licht in de duisternis. Lar- gemain was zich op een ochtend aan het scheren met een elektrisch scheer- apparaat. Op een goed ogenblik liet hij het appa raat in een vochtige was bak vallen. Toen hij het al tastend aevonden had. kreeg hij een elektrische schok die hem urenlang be wusteloos maakte. Bijgeko men merkte hij dat hij een roodachtige schemering zag, later kon hij ook het blauw van de hemel onder scheiden. Artsen hebben nu zijn ogen voor een maand lichtdicht verbonden in de hoop dat het herstel van het gezichtsvermogen in die tijd zal doorgaan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1964 | | pagina 19