Pistolen-Kim", de heldin
der Vietcong-guerilla
PANDA EN DE MEESTER-MEESTER
I
DE SMARAGDEN RING
ZONDAGS-UITSTAPJE NAAR BRATISLAVA
DOOR KIER IN HET IJZEREN GORDIJN
BLINDE ZIET
WEER NA
ONGELUK
Orts verto tgverhaai
Lehher eten voor weinig geld en
geen moeilijkheden aan de grens
Jaarbeurs (en foto-
beurs) zondag dicht
y RIJ D A O 13 MAART 1964
19
(A princess for Port Royal)
door Frederick du Quesnay
Vervallen schoonheid
Bonte jeugd
Dwangbevel
Even naar de kapper
Weense t.v. favoriet
Rassenonderscheid
Weinig verkeer
Nieuw perspectief
15)
Zij gebruikte daarvoor het excuus, dat
het zijn dynamische persoonlijkheid
was, die haar aantrok. Een wind
vlaag, harder dan de vorige, greep
haar rok en deed haar onderrokken
opwaaien en toen zij geërgerd haar
mond opende, werd die gevuld met
smerig, zanderig stof. Als ze niet vlak
bij haar bestemming was geweest,
zou ze onmiddellijk op haar schreden
zijn teruggekeerd. De gebruikelijke
herrie duidde aan wat bij gebreke
aan een betere naam, een markt ge
noemd werd: in de open lucht op
straat zaten de zwarte verkopers op
de grond met hun fruit, groente en
andere koopwaar voor zich uitgestald.
Het lawaai was intens met de schreeu
wende kooplui en de klanten, die sja
cherden over prijzen en kwaliteiten
van de koopwaar. Mary verloor geen
tijd met het uitkiezen van wat zij ver
langde: bananen, citroenen, een paar
manderijntjes en een heerlijke cus-
tardappel. Die laatste was haar spe
ciale lekkernij. Deze grote zalmroze
vrucht met zijn bruine vlekken had de
grootte van een meloen. Het binnen
ste was als een mooie zachte vla,
waaraan de appel haar naam dankte,
honingzoet en smeltend op de tond
met veel langwerpige zwarte zaden
bij de pit. Mary bedacht, dat dit haar
favoriet was onder de exotische vruch
ten van het eiland en zij herinnerde
zich wanneer zij die voor het eerst
geproefd had. Peter had er bij een
van zijn vele bezoeken een voor haar
meegebracht. Arme Peter zij had
een tikje medelijden met hem: hij
was zo onzeker van zichzelf, helemaal
geen vlotte jonge man altijd be
deesd en verlegen bij hun ontmoetin
gen en toch onloochenbaar knap.
Een beetje saai en vervelend, maar
Mary had altijd getracht hem harte
lijk te ontvangen. Zoiets als Max,
maar toch heel verschillend. Een op
voeding als de zijne was naar haar
opvatting niet geschikt voor iemand,
die alles uit het leven wilde halen wat
het te bieden had. Het was natuurlijk
nooit tot Mary doorgedrongen, dat er
dingen bestonden, die belangrijker
waren dan het maken van een malle
molen van het leven. Zij kon dat niet
begrijpen; zij moest altijd vermaak
zoeken, dat maar een ogenblik vol
doening schonk. Als iemand haar ge
vraagd had of zij gelukkig was, moest
het antwoord beslist bevestigend lüi-
den. De waarheid was, dat zij niet
werkelijk wist wat geluk was en om
dat zij dat niet wist, kon zij het nooit
definiëren.
Toen zij haar inkopen gedaan had,
verliet Mary de markt, daar er nie
mand was die zij wilde ontmoeten:
zij voelde zich hongerig en verlangde
naar haar middagslaapje. Ze riep
Pearly, die de volgeladen mand op
zijn hoofd zette en haar, zonder een
woord te spreken, volgde. Mary zag
dat de heuvels aan de horizon bedekt
waren met dikke, zwarte wolken. Ze
verwachtte na de hitte van de mor
gen een onweersbui.
Ze had daar een hekel aan. Dat ge
beurde meestal vlak na de lunch wan
neer men het zich gemakkelijk had
gemaakt voor een middagslaapje.
De taveerne naderend, verhaastte
ze haar pas. Opeens gingen haar ge
dachten uit naar Max. Dat hij haar
volkomen vergeten was, was om nij
dig te worden. Hij was niet terug
gekomen voor die hoed, die haar zo
veel narigheid en angst had bezorgd.
Ze had zich sindsdien allang ontdaan
van dit compromitterende voorwerp.
Toen het tot haar doorgedrongen was,
dat Max niet van plan was terug te
komen, had ze er een van haar sla
ven meer naar Mrs. Reids pension
gestuurd met het verzoek aan die da
me de hoed aan de eigenaar te doen
toekomen. Zij voelde de plotselinge
verdwijning van deze zgn. aanbidder
niet als een werkelijk verlies. Haar
trots mocht een klein schokje gekre
gen hebben, maar dan toch niets
meer en een feit was het, dat het
maar goed was, dat hij niet meer
over de vloer kwam, nu ze zoveel
aan haar hoofd had en een veel dik
kere vis aan de haak probeerde te
slaan. Zij had van Peter gehoord, dat
Max en zijn zuster verloofd waren;
dat was snel werk, vooral na dat
stomme verhaal, dat hij haar opge
hangen had die eerste avond aan het
strand. Zijn hart was wel gauw ge
nezen, naar het scheen, ook al dacht
hij dat zijn leven voorbij was! Je kon
mannen toch maar nooit vertrouwen;
dat wist ze maar al te goed. Al moch
ten ze dan ook het tegendeel denken,
ze werdenaltijd heel gemakkelijk
verleid door een nieuwe vrouwenrok.
Het enige was, dat je niet zonder
hen kon. Ze moest inwendig lachen
toen het beeld van Max, dweperig
verliefd starend naar Stella Colbeck.
door haar geest flitste. Hij moest er
uit zien als een zieke koe, dacht ze.
Peter had haar bij zijn laatste bezoek
verteld, dat Max zich in St. Jago de
la Vega gevestigd had en een paar
weken geleden met zijn praktijk be
gonnen was. Ze twijfelde er niet aan,
dat het hem best zou gaan met dat
doktertje spelen. Dokters waren er
weinig en ver weg en die weinigen
waren nog hopeloze kwakzalvers. En
dat was begrijpelijk, want wat zou
een goede geneesheer hier zoeken in
dit ellendige klimaat, afgesneden van
de rest van de wereld, waar het we
melde van rare ziekten en ongemak
ken! Geruchten dat er een epidemie
van de gele koorts op komst was,
hadden haar bereikt, doch ze kende
nog geen enkel geval. Maar als je je
druk zou maken over ziekte, had je
geen leven: je hoorde immers voort
durend van de ene verschrikkelijke
pestilentie na de andere.
Elke dag heeft zijn eigen zorgen, is
altijd mijn motto geweest, dacht ze
terwijl ze de herberg betrad.
Mary was juist klaar met zich te
kleden voor de avond, toen er op de
deur geklopt werd. Het was Pearly.
„Wat is er Pearly?" vroeg ze met
ergernis in haar stem. „Alstublieft
meesteres, Mr. Peter is beneden."
„O hemel! Hij kiest altijd de ver
keerde tijd uit voor zijn bezoeken."
Het was niet zo zeer, dat zij van
avond iets bijzonders te doen had,
maar het onweer was losgebarsten,
zoals ze eerder op de dag voorspeld
slecht uitgerust. Zij had een rustige
avond vpor zichzelf willen hebben.
Harry én Tom zouden niet komen,
die hadden tegenwoordig altijd be
sprekingen. „Nou goed, jongen. Ga
naar beneden en vraag mr. Peter een
minuutje te wachten, ik kom direct."
Ze sloot de deur en voltooide haar
toilet. De temperatuur was aanmer
kelijk gezakt, zoals altijd na een
onweer. De grond was zo droog ge
weest dat het beetje regen, dat het
onweer vergezeld had, de moeite niet
waard geweest was; het strand was
even droog als altijd. Sinds het be
zoek van Max twee maanden gele
den, had Mary een bank laten tim
meren vlak aan het water. Het was
haar geliefkoosde plekje 's avonds; de
zee bezat een vreemde aantrekkings
kracht voor haar en ze kon daar uren
aaneen zitten, kijkend naar de af
en aan rollende golven. Op zulke ogen
blikken konden haar gedachten over
de oceaan vliegen naar thuis in Enge
land, ver weg.
Soms dacht ze aan haar vader. Haar
moeder was lang geleden gestorven.
Dat was maar goed ook voor de ar
me vrouw want het ongeluk, dat haar
enige kind was overkomen, zou meer
geweest zijn dan zij had kunnen ver
dragen. Mary had nooit van haar va
der gehouden, daar hij ook nooit enige
liefde of genegenheid voor haar ge
toond had. Hij had graag een zoon
gewenst, een stamhouder. De familie
was aan het uitsterven en dat wilde
hij niet. Daarom dacht hij telkens als
hij Mary aankeek aan de zoon op
wie hij altijd gehoopt had. Misschien
was zijn hartewens nu vervuld, want
hij zou wel hertrouwd zijn.
(Wordt vervolgd
(Van onze correspondent)
WENEN. Bij een glas wijn in Wenen had ik een jonge Slo
waakse schrijver beloofd, hem in Bratislava op te zoeken. Het is
maar een kattesprong en de lastige formaliteiten zijn weggevallen
nu de regering in Praag het ijzeren gordijn op een kier heeft
geopend. Vroeger was dit het traditionele zondagsuitstapje voor
de Weense middenstanders. Ze namen de tram naar Bratislava en
waren binnen een goed uur in het centrum van de stad. Dat kan
nu ook weer, maar tegenwoordig gaat men met zijn eigen wagen
of reist men met vrienden. Een visum, twee dagen geldig ver
strekt de Tsjechische legatie voor drie gulden en men hoeft niet
zijn politieke doopceel te lichten. Rechttoe rechtaan gaat men in
oostelijke richting tot Wolfsthal, waar het silhouet van de stad
Bratislava en de glooiingen van de Kleine Karpathen reeds zicht
baar zijn. Iets verder komt de grensslagboom, keurig blauw-wit-
rood geverfd, waar de controle snel en vriendelijk verloopt. In het
grenskantoor kan men zelfs geld wisselen tegen de officiële koers
van 54 kronen voor 100 schillingen (14 gulden). De doua'ne vraagt
niet eens of de toerist „zwarte" kronen bij zich heeft, die in Wenen
voor de helft van de officiële koers verhandeld worden. Een der
gelijke import is verboden en wordt tenminste zwaar beboet.
Van de Donau gezien, biedt Bratislava
deze indrukwekkende aanblik. Veel
van de architectonische vracht en
praal blijkt echter bij nader onder
zoek nogal vervallen en slecht
onderhouden, blijkbaar omdat er
geen geld voor is. Links de oude
burcht, in de volksmond het omge-
gekeerde bed geheten.
Na een ritje van vier kilometer langs
eenvoudige huizen, zoals die ook overal op
het Oostenrijkse platteland te zien zijn,
komt men aan de rand van de stad. De
smalle ijzeren brug over de Donau die de
Duitsers kort voor de capitulatie in de
lucht lieten vliegen, is al lang hersteld en
ook hier denkt men aan Oostenrijk, want
deze brug lijkt precies op die van Krems
aan de Donau. Aan de overkant begint het
oude stadscentrum. Het beste is, de wagen
hier ergens op de kade te parkeren,
al is er weinig verkeer en genoeg parkeer
gelegenheid, hoewel de straten heel smal
zijn precies als in de Oostenrijkse stad
jes Steyr, Krems of St. Pölten.
DE TSJECHISCHE regering kan nog zo
veel moderne woonblokken bouwen aan
de buitenkant van Bratislava, het karakter
van dergelijke oude steden wordt toch door
het centrum bepaald, dat zijn verleden
niet kan verloochenen.
De stad herinnert aan de oude monar
chie. Op de toren van de Martinus-kathe-
draal glinstert de gouden koningskroon op
een pronkkussen, in de straten ziet men
juweeltjes van barokpaleizen en burger
huizen met brede poorten, pompeuze wa
pens. hoge gebogen ramen en prachtig
beeldhouwwerk, doch daarnaast ook huur-
kazernes uit de vorige eeuw, huizen die
aan het vervallen zijn en die blijkbaar
niet meer worden opgeknapt. In tegenstel
ling tot de moderne buitenwijken maakt
het centrum een wat stoffige, vervuilde
indruk. De muren zelfs van deze juweel
tjes zijn zwart van de rook en het hout
werk vertoont geen spoor van een verfje.
De gemeenteraad weet dat er heel wat
op te knappen valt, maar daar er weinig
igeld is, herstelt men voorlopig alleen ob
jecten die toeristisch van belang zijn.
Daartoe behoort de oude burcht die nu
gerestaureerd wordt en als museum zal
worden ingericht.
HET IS prachtig weer, bijna lente. De
zon schijnt en we zitten op een terras
met het uitzicht op de Donau. De men
sen hebben vrij en de hoge-hakkenparade
op de kade is al begonnen. De wandelaars
lopen in twee richtingen, grotendeels in
groepjes van jongens en meisjes. Wan
neer ze aan het einde van de kade zijn
gekomen, draaien ze om en dan begint
de tippelparade weer in de omgekeerde
SAIGON (AP). Zij draagt het haar
in de regel naar Vietnamees gebruik lang
en los. Men kent haar als woest, aan
matigend en wreed. Haar naam is Kim
Loan. Sommigen zeggen, dat zij 33 en
mooi, anderen dat zij 38 en lelijk is.
Maar alle zijn het erover eens, dat Kim
Loan een ware pistolenheldin is, die
hard bezig is, een legende te worden in
de rijstvelden ten zuiden van Saigon.
OM HAAR tengere taille draagt Kim
Loan een gordel met twee pistolen, beide
in dienst van de zaak van de Vietcong.
„Zij is scherpzinnig, brutaal en ongrijp
baar. De Vietnamese boeren spreken met
ontzag over haar daden", merkte een Ame
rikaans waarnemer op.
Kim Loan heeft precies een jaar nodig
gehad om een persoonlijkheid bij de Viet
cong te worden. Het jaar begon toen haar
man, een districtshoofd van de Vietcong,
door regeringstroepen werd gedood. Men
zegt, dat zij zijn lijk heeft geïdentificeerd
zonder een spier van haar gezicht te ver
trekken.
Een paar dagen later bracht zij haar
beide jeugdige kinderen een jongen en
een meisje naar verwanten van haar
man in een gehucht ten zuiden van Tan
An, de hoofdstad van de provincie Long
An en begaf zich naar de moerassen om
zich bij de Vietcong aan te sluiten.
AL SPOEDIG viel zij in de normaal uit
sluitend geheel uit mannen bestaande ter
ritoriale afdelingen van Long An op als
'n stoutmoedig guerrillastrijdster en kreeg
zij het recht om een pistool te dragen,
later zelfs twee. De laatste maanden is zij
gepromoveerd tot voornaamste militaire
commandante voor de subsector Tan An.
De provinciale autoriteiten weten heel
goed wat Kim Loan doet. Zij weten, dat zij
altijd reist met een lijfwacht van twee met
machinepistolen bewapende mannen. In de
strijd voert zij gewoonlijk een peloton van
20 man aan, maar soms ook grotere afde
lingen.
116.79
116. „Straf voor ons allemaal?" morden de moei
lijke knapen. „Hebben we dan iets verkeerds gedaan,
meneer? Als dat zo is, hebben we echt berouw, hoor.
Kijk maar". De heer Ambrosius keek naar de voor
werpen, die zijn veelbelovende pupillen in de hand had
den en slikte. Echt berouw?" vroeg hij onzeker. „Re
ken maar", antwoordden de bengels. „En we zijn U
ook echt dankbaar! Laat niemand durven zeggen, dat
we niet dankbaar zijn!" Dit scheen de opvoeder te
overtuigen. „Goed", zei hij moeilijk. „Dat verandert
alles. Bij zoveel oprecht berouw, wil ik wel wat door
de vingers zien". „En jijvervolgde hij, zich plot
seling naar Panda wendend, „heb jij ook berouw? Ben
je mij dankbaar, bengel?!" „Waarom?" vroeg Panda
opstandig. „Als ik niets gedaan heb, hoef ik geen be
rouw te hebben!" „Juist", sprak de heer Ambrosius
grimmig, „dan ben jij dus de verstokte belhamel, de
ondankbare deugniet. Kom mee, hopeloos geval. Ik zal
jou wel eens anders leren!" En het hielp niet, of Pan
da al riep, dat hij niets gedaan had. De opvoeder sleur
de hem met straffe hand naar de kelder...,
ZIJ KAN bijzonder ongemakkelijk zijn,
als zij voor de Vietcong belastingen int.
Een dorpsbewoner beklaagde zich eens
bij de autoriteiten van de provincie, dat
Kim Loan hem drie weken geleden had
bezocht en 500 piaster had geëist.
Toen hij zei, dat hij dit bedrag niet kon
betalen, smeet zij een van haar pistolen
op de tafel en zei: „Zeg dat tegen mijn
pistool".
De man holde weg om het geld te halen.
Toen hij terugkwam zei Kim: „Dat ging
niet vlug genoeg". En ook haar tweede
pistool op de tafel smijtend voegde zij
hieraan toe: „Vertel het ook aan deze".
De man haastte zich, meer geld te brengen.
Zij is de leidster van alle spionage en
ondermijnende activiteiten tegen de rege
ring in haar district en dit maakt het voor
haar nodig, zich veel te verplaatsen. De
laatste maanden heeft zij 33 mannen uit
haar vroegere dorp voor de Vietcong ge
wonnen.
Kim Loan is reeds een legende gewor
den. De dorpelingen vertellen dat zij eens
in een boom is geklommen om te ontko
men aan burgerwachters van de regering
die haar vervolgden en dat zij er „als een
aap" uitkwam. Bij een andere gelegenheid
zou zij om te ontsnappen in een rivier ge
sprongen zijn en zich in een vis hebben
veranderd.
„De dorpsbewoners geloven deze verha
len eigenlijk niet", zei een Amerikaan die
in haar gebied werkt, „maar haar daden
spreken tot hun verbeelding en je kunt
nooit weten, ze mocht eens een boven-
I natuurlijk wezen zijn".
Het is bekend dat de provinciale autori
teiten haar graag gevangen zouden ne
men. De gouverneur van de provincie
meent, dat hij haar kan overhalen om de
partij van de regering te kiezen en heeft
haar 5.000 piaster geboden plus een vrij
geleide om bij hem te komen lunchen.
Anderen betwijfelen evenwel dat zij haar
leven zou willen veranderen.
„Zij schijnt plezier te hebben in wat zij
doet, ofschoon zij elk voorschrift van de
étiquette der Vietcong, die van het kader
beleefdheid en bescheidenheid eist, over
treedt", aldus een waarnemer.
Dezelfde waarnemer opperde de moge
lijkheid, dat het niet uitgesloten is, dat de
Vietcong zelf het de een of andere dag no
dig zal vinden zich van haar te ontdoen
als haar activiteiten hinderlijk voor de or
ganisatie worden.
Ondanks het ruwe leven, dat zij in de
rijstvelden en de moerassen van de Me-
kong-dplta leidt, schijnt Kim Loan ook
nog wel eens tijd te vinden om vrouw te
zijn. Onlangs glipte zij de provinciale
hoofdstad Tan An binnen, om haar haar
te laten golven. De provinciale autoriteiten
hoorden ervan, maar toen zij een inval de
den in de schoonheidssalon, was Kim met
een keurig nieuw kapsel alweer naar haar
schuilplaats ontsnapt.
richting. In Belgrado, Boedapest en ook
in Bratislava paradeert men nog zoals in
de dagen van keizer Frans Josef. Bij een
kopje (goede) koffie kijkt de toerist voor
al naar de jeugd, die goede schoenen
draagt èn keurig gekleed is, hoewel niet
elegant. De stoffen van mantels, jassen
en jurken verraden geen al te beste kwa
liteit, maar vooral de schreeuwerige
kleurencombinaties vloeken met onze op
vattingen van goede smaak.
DE JONGE Tsjechische schrijver ver
telt over zijn stadgenoten, die nu naar
huis gaan om tè eten. Wanneer dat voor
bij is, kijken ze naar de t.v. In Tsjecho-
slowakije zijn meer t.v.-toestellen dan in
Oostenrijk, maar op zaterdagavond kijkt
practisch heel Bratislava naar de Oosten
rijkse zender, omdat het gebodene daar
gëen spoor van politieke propagande ver
toont. De beste Oostenrijkse conférencier
Conrads heeft hier talrijke vrienden die
hem herhaaldelijk schrijven. En de laat
ste tijd begroet hij ze apart en met een
olijk knipoogje, al die kijkers uit Bohe-
men en vooral Moravië. Want Wenen ligt
dichter bij Bratislava dan Praag en het
Oostenrijkse programma mag dan zijn
fouten hebben, het is in alle geval niet
zo zwaar op de hand en niet zo doodern
stig.
IN DE EETZAAL van hotel „Devin" in
Bratislava, dat uitsluitend voor ijuitenr
landers gereserveerd is, worden verschil
lende kostelijke menu's voor een spotprijs
aangeboden. Alleen de whisky is duur,
maar voor fazant met spek, puree en bos
bessen betaalt men nog geen 4,50 en dat
dan nog volgens de officiële koers. Op ta
fel ligt een smetteloos tafelkleed en even
helder zijn de nieuwe servetten van da
mast. De wijn laat zich al even „vlot"
drinken als een Oostenrijkse Wachauer en
maakt dat het gesprek nog vlotter wordt.
ZELFS de communisten hebben de
eeuwenlange rivaliteit tussen de twee
volksdelen niet uit de weg kunnen rui
men. De Slowaken voelen zich ook nu nog
in zekere zin verdrukt door de Tsjechen
en zij stellen alles in het werk om als
groep, met geheel eigen tradities, gewoon
ten en opvattingen, te worden gerespec
teerd.
In Slowakije bestaat nog altijd censuur.
Wie kritiek uitoefent op een manier die
de regering, respectievelijk de partij, niet
bevalt komt weliswaar niet in de gevan
genis, maar hij krijgt geen opdrachten
In ons verslag over de foto- en film
afdeling op de Utrechtse voor jaarbeurs
komt de passage voor: zaterdag
en zondag zal het wel druk worden
op deze fotobalkonsDit is een
vergissing: natuurlijk is de Utrechtse
Jaarbeurs en dus ook de foto- en
filmafdeling des zondags gesloten.
Wü betreuren deze slip of the pen en
bieden de lezer er onze verontschul
diging voor aan.
meer of verliest zijn baan. En van het
magere pensioentje dat hem inderdaad
nog wordt uitbetaald, kan hij nauwelijks
rondkomen. De officiële kunstrichting
wordt nog door Praag bepaald, maar da
laatste tijd is ook hier een zekere libera
lisering opgetreden. Kafka, Freud en Sar
tre werden vroeger met wantrouwen be
jegend, nu kan men hier zelfs een Kafka-
renaissance waarnemen. Ofschoon hij uit
sluitend Duits schreef, is hij opeens als
nationale schrijver ontdekt. Deze belang
stelling wordt weliswaar door de littera
tuur-theoretici in Oost-Berlijn veroor
deeld, maar zo zegt een Slowaaksa
schrijver „wij hier hebben geen bood
schap aan Oost-Berlijn."
WIE ALS Weens toerist op zondag door
Bratislava slentert, heeft vrijwel constant
het gevoel dat hij in een Oostenrijks stad
je is. Het aantal mensen dat 's morgens
naar de kerk gaat is opvallend groot.
Daaronder zijn veel jongeren, zoveel zelfs
dat de laatkomers geen plaats meer in de
kerk vinden en daarom in of voor het
portaal blijven staan. In de morgenuren
ziet men hier en daar op straat nog een
boeren vrouwtje dat levensmiddelen te
koop aanbiedt. Meestal liggen eieren,
uien en fruit zomaar op de grond, maar
veel wordt er niet gekocht.
's Middags echter zijn die venters ver
dwenen en dan begint opnieuw de pan
toffelparade op de kade en in de hoofd
straten. Sommige jeugdige wandelaars
kopen aan een kraampje een stuk worst
met veel mosterd en een snee brood voor
een paar kronen. De mannen vormen
groepjes in bier- en wijnlokalen en de
to'ensten békijkén de etalages, die wel vol
zijn maar er onverzorgd uitzien... even
slordig als de Weense wijken na 1945 on
der de Russische bezetting. De geel-rode
tram sukkelt door de straten, waar men
maar weinig auto's ziet, soms een Skoda,
een Tatra en heel zelden een dure Mosk-
witsj. De buitenlandse merken trekken da
aandacht van de jeugd, die fel discussieert
over de vraag of een opel nu Engels of
Duits fabrikaat is.
Wanneer een buitenlandse toerist aan
stalten maakt om weg te rijden in Bra
tislava komen er meestal een paar vrou
wen en meisjes aan die vragen of ze geen
nylons of een regenjas kunnen kopen voor
kronen. Maar wat doet de toerist met kro
nen .die hij toch niet mag meenemen en
die vooral in Oostenrijk zo laag noteren?
Maar al gaat de transactie niet door, toch
wordt hij vriendelijk nagewuifd door men
sen die beslist niet ontevreden zijn, maar
die toch wel het gevoel hebben dat die
buitenlanders naar een paradijs terugke
ren.
ZONDER OVERLAST passeert men de
grens. Het ijzeren gordijn vertoont inder
daad een kleine opening en men vraagt
zich af, waarom de regering in Praag die
wachttorens en prikkeldraadversperringen
niet helemaal opruimt. Dat zou de ont
spanning nog meer bevorderen. Hoe meer
ook in Tsjechoslowakije de welvaart toe
neemt, des te sterker zal daar het verlan
gen worden om meer van de wereld to
zien, vooral van de wereld in het Westen.
De liberalisering van het grensverkeer
heeft ten minste dit voordeel opgeleverd
dat dit land veel van zijn onheilspellends
geheimzinnigheid heeft verloren. Er ope
nen zich nieuwe perspectieven, nu een zon
dagsuitstapje naar Bratislava even gewoon
is geworden als 'n retourtje met de Ween
se tram naar Grinzing.
De 55-jarige Marcel Large-
main uit Perigeux in de
Dordogne (Frankrijk), sinds
twaalf jaar blind, ziet weer
licht in de duisternis. Lar-
gemain was zich op een
ochtend aan het scheren
met een elektrisch scheer-
apparaat. Op een goed
ogenblik liet hij het appa
raat in een vochtige was
bak vallen. Toen hij het al
tastend aevonden had.
kreeg hij een elektrische
schok die hem urenlang be
wusteloos maakte. Bijgeko
men merkte hij dat hij een
roodachtige schemering
zag, later kon hij ook het
blauw van de hemel onder
scheiden. Artsen hebben nu
zijn ogen voor een maand
lichtdicht verbonden in de
hoop dat het herstel van
het gezichtsvermogen in die
tijd zal doorgaan.