wiel
AUTOVAK: overzicht van de
moderne garage-uitrusting
Rob Slotemaker neemt volgende maand
nieuwe antislipschool in gebruik
Daf brengt nieuw wagentje
naar Amerikaans leger
GASTURBINE VOOR ZWARE
BEDRIJFSVOERTUIGEN
Nu landelijke inspectie's
van personenwagens
fes®;
OP HET ZANDVOORTSE CIRCUIT
Lagere eis wegens
mishandeling van
Belgische attaché
WOENSDAG 29 APRIL 1964
11
Op uitnodiging naar het Rai-gebouw
Uitnodiging
„Klaar-terwijl-u wacht
Doelmatig
Perslucht
Administratie
DROOMWAGEN VAN FORD
I
Ruimer
KIJK NAAR LINKS
Bakermat
Haarlemmers in appèl
„De technische ontwikkeling in de auto- en equipmentbranche voltrekt zich snel en het is voor een vakman een
levensvoorwaarde om zo goed mogelijk bij te blijven". Deze woorden sprak de initiatiefnemer van de komende
„Autovak"-expositie in het RAI-gebouw, de heer Chr. van Hoovdonk, eens tot de vakpers en in dit gezegde liggen
reden en doel van een dergelijke expositie reeds besloten. Kennismaken met de technische ontwikkeling die
de garage-uitrusting in de loop der jaren onderging, voorlichting omtrent een juiste bedrijfsvoering in die be
drijven en een overzicht van de technische apparatuur die thans ten dienste staat van de monteur: ziedaar het doel
van deze vakbeurs, die van 26 tot 31 mei zal worden gehou den. Waaraan ontleent een dergelijk gerichte expositie
nu echter zijn recht van bestaan?
Het garagebedrijf ondervindt dagelijks de consequen
ties van het steeds toenemende aantal auto's De bijna 5000
bedrijven die Nederland in december vorig jaar telde
kunnen de toegenomen stroom met moeite verwerken.
De nieuwbouw-politiek van de regering houdt een snelle
uitbreiding van het aantal garages tegen, zodat de nood
zaak ontstaat de karweien binnen de kortst mogelijke tijd
te klaren. Vanzelfsprekend dus, dat in dergelijke bedrij
ven een steeds grotere plaats wordt toegekend aan tech
nische apparatuur.
Er zijn nog enige problemen die met het bovenstaande
verband houden. De geringe toestroming van vakbekwa
me monteurs en de concentratie van garagebedrijven zor
gen op het gebied van organisatie eveneens voor moei
lijkheden. De bedrijfsvoering moet worden herzien, werk
zaamheden opnieuw ingedeeld, de outillage uitgebreid, er
dient voldoende gereedschap te zijn op de juiste plaats:
allemaal punten die mede het resultaat bepalen van de
modernisatie binnen een garagebedrijf.
Om dit en nog vele andere zaken onder de ogen van de
vakgenoten in de autobranche te brengen wordt deze vak
beurs in het RAI-gebouw gehouden. Slechts op uitnodi
ging kan „Autovak" worden bezocht en dit heeft men
juist gedaan om rustige voorlichting en demonstratie
te kunnen geven.
Twee zaken, die er op de auto-tentoonstellingen nog
wel eens bij inschoten door de grote aantallen bezoekers,
die de stands overstroomden. Het komt er dus op neer
dat in de huidige situatie minder monteurs, meer werk
moeten verrichten. Een greep uit het tentoongestelde zal
u meer inzicht verschaffen in de hulpmiddelen waarmee
de moderne monteur zijn werk kan doen.
Een groot aantal dealersbedrijven in Nederland hebben
reeds de „Kldar-tefwijl-u-wacht-methode" ingevoerd, een
onderzoeksysteem, dat in de vaktaal bekend staat onder
de namen „Taktverfahren", „Speed-line" of „Flów-line-
system".
Het Duitse woord Taktverfahren staat voor een inspec
tiesysteem, waarbij de auto op één plaats blijft staan. De
werkzaamheden worden gelijktijdig aan boven- en onder
kant uitgevoerd, waarbij de monteurs gebruik maken
van een speciaal geconstrueerde hefbrug. Op de brug is
ruimte vrij gehouden voor kleine onderdelen. Vijf a zes
man kunnen volgens een vast werkschema gelijk
tijdig aan de auto werken. Een „10.000 km inspectie" op
deze manier uitgevoerd, vereist weinig tijd.
Een andere methode van inspectie bestaat hierin, dat
het onderhoudswerk wordt verdeeld over een aantal
posten, die de een na de ander de auto krijgen toege
schoven. Deze groepsinspectie in etappes ontving de naam
„Flow-line". De hulpmiddelen die bij deze inspecties
worden gebruikt, monteurswagentjes, pneumatische
schokmoersleutels, zijn uiteraard in talloze vormen op
„Autovak" aanwezig.
De controle van ontsteking en elektrische installatie
(de „Tune-up") vereist eveneens een doelmatige appara
tuur, waarbij de oscilloscoop een gewaardeerd onderdeel
is. Een snelle controle over de gehele ontstekingsinstalla
tie is door dit instrument mogelijk geworden, waarna
bij eventuele afwijkingen afzonderlijke testers te hulp
kunnen komen.
Het bovenstaande vormt een bescheiden opsomming
van het tentoongestelde instrumentarium. Er is vrijwel
geen enkel onderdeel van de wagen denkbaar of op „Auto
vak" ligt een instrument, dat onmisbaar blijkt bij montage
of demontage. Vermeldenswaard is hierbij nog een ran
geerschijf, waarop de wagen in ieder gewenste hoek kan
worden gedraaid. Een oplossing voor de bedrijven, die
nogal klein behuisd zijn.
Er worden meer oplossingen voor „klein-behuisden"
gedemonstreerd. Een mobiel smeerstation, een set be
staande uit een verrijdbaar vetapparaat en olie-apparaat,
en een snelle, goedkope installatie om wagens te wassen.
Een stangenstelsel met sproeigaten, dat aangesloten kan
worden op het waternet. Dit in tegenstelling tot de hoge
druk waspompen, die met speciale wasmiddelen aange
koekte modder en vet vlot kunnen verwijderen.
Nu het woordje „druk" is geschreven, leidt dit ons naar
een ander onderwerp, namelijk de persluchtwerktuigen.
De verscheidenheid aan persluchtwerktuigen en compres
soren op „Autovak" is bijzonder groot. Niet alles kunnen
wij in dit bestek bespreken. Daarom slechts deze opmer
king over de werkdruk voor persluchtgereedschappen.
De juiste werkdruk, ongeacht hun afmetingen, is
ongeveer zes atmosfeer De werktuigen geven onder deze
druk hun hoogste rendement. De werkplaatscompressor
is echter afgesteld op tien atmosfeer (voor een eentraps-
type) of op vijftien atmosfeer (voor een tweetrapstype).
Het loont de moeite tussen ketel en werktuigen een redu
ceerventiel te plaatsen, dat gecombineerd kan worden
met een filter voor condensafscheiding en een oliever
deler. Zo wordt verhinderd dat condenswater in het pers
luchtwerktuig komt. De bewegende delen worden boven
dien meteen gesmeerd.
Na deze snelle wandeling door het technische gedeelte
van „Autovak" nog even het licht op de afdeling admini
stratie en communicatie. Het is duidelijk dat de admini
stratieve verzorging gelijke tred moet houden bij het ge
moderniseerde en versnelde werk in de garage. De bran
chegenoten zullen zich op „Autovak" eveneens kunnen
oriënteren over de gewijzigde en efficiënte administratie
methoden, waarbij zij kennismaken met doorschrijfsy
stemen en bedrijfsformulieren die speciaal voor het auto
bedrijf zijn ontworpen. Wat de verbinding binnen het
bedrijf betreft: de „intercom" brengt uitkomst. Men vindt
op de expositie een aantal installaties in een lage prijs
klasse, waarbij als bijzonderheid wordt opgemerkt, een
intercom zonder energiebron. Geluidstrillingen door spre
ker opgewekt, brengen een magnetisch veld tot stand, dat
op zijn beurt in elektrische energie wordt omgezet. On
nodig te zeggen dat dit apparaat van Japanse afkomst is.
Dit is het interieur van de Aurora, een droomwagen
van Ford, die wordt geëxposeerd op de Wereldten
toonstelling in New York. Het stuurwiel is vervangen
door een bedieningsorgaan, zoals dat in vliegtuigen is
aangebracht. Twaalf koplampen aan de voorzijde zor
gen voor de buitenverlichting, binnen zijn aan de zy-
kanten T.L.-buizen gemonteerd. De deuren van de
wagen kunnen niet geopend worden zolang de auto in
een versnelling staat.
Het zou te veel ruimte vergen om alle technische
snufjes op te noemen die de wagen herbergt; de voor
naamste zyn: een televisie-apparaat, drie radiotoe7
stellen, een combinatie oven-koelkast, een bandrecor
der, een drankenkoeler en naast de chauffeursstoel
een draaibaar fauteuil.
Chrysler komt binnenkort uit met een nieuwe wagen:
de Barracuda. Deze nieuweling, bijna vyf meter lang,
is een zogenoemde „compaxt-car" met een voor een
seriewagen zeer groot achterruit. De krachtbron is
een V-8 met vier volledig gesynchroniseerde versnel
lingen. Indien de koper dit wenst kan de wagen uit
gerust worden met een 2,8 liter zes-cilinder of een
3,7 liter zes-cilinder. Keuze uit drie motoren dus voor
een wagen die vóór verstelbare kuipstoelen heeft en
uitgerust is met een grote bagageruimte.
DAF zal tegen het einde van dit jaar. een nieuw licht
gewicht wagentje de Daf-Pony naar Amerika brengen,
waar het door het Amerikaanse leger zal worden getest.
Het „wagentje" bestemd voor licht vervoer bestaat
slechts uit een platvorm, waar in het midden motor en
variomatic zijn gemonteerd. Het voertuig neemt hellingen
van zestig percent, heeft een nuttig laadvermogen van
vijfhonderd kilogram en is uitgerust met terreinbanden.
De topsnelheid behoeft niet hoger te liggen dan veertig
kilometer per uur. Op het ogenblik bestaan er van de
Pony twee versies, uitgerust met een vijfhonderd en een
zeshonderd cc motor.
De research-afdeling van General Motors heeft een 280
pk. „regeneratie"-gasturbine ontwikkeld bestemd voor
zware bedrijfsvoertuigen. De turbine, die wordt tentoon
gesteld in New York, onderscheidt zich van zijn voor
gangers door een krachtoverbrenging, die bij een ver
mindering van vaart door het voertuig, twee tot driemaal
het remvermogen van een vergelijkbare benzine- of die
selmotor oplevert. Bovendien geeft de krachtoverbrenging
van de „GT-309", zoals de turbine is gedoopt, een verbe
tering in acceleratie en maakt het de toepassing van een
met de hand bediende of automatische transmissie mo
gelijk.
Het Verbond voor Veilig Verkeer, dat reeds enkele jaren
in samenwerking met de Bovag en politiële instanties in
verscheidene delen van het land de mogelijkheid had ge
opend tot veiligheidsinspecties van personenwagens, heeft
bekendgemaakt dat dit nu in het gehele land kan ge
schieden. Meer dan duizend garagebedrijven over het
land verspreid zijn thans gemachtigd periodieke veilig
heidsinspecties van personenauto's en lichte bestelwagens
uit te voeren.
(Van een onzer verslaggevers
Hlils* ,,!r - r--.3 - g
BIJ DE. ENTREE VAN HET ZANDVOORTSE CIRCUIT wordt op het
ogenblik de laatste hand gelegd aan een object waarop in de toekomst vele
honderden Nederlandse automobilisten hun rijervaring zullen verrijken en met
razendsnelle Simca's de slipcursus, of liever de anti-slipcursus, zullen doorlopen:
de nieuwe anti-slipschool van de Zandvoortse coureur Rob Slotemaker, die over
enkele weken geopend zal worden. Deze opening belooft zeer spectaculair te
worden. Slotemaker is namelijk van plan aan de openingsceremonie een anti-
slipdemonstratie te verbinden waarbij zijn vier gloednieuwe leswagens op een
afstand van een meter achter elkaar een honderdtachtig graden slip zullen
maken. Om het publiek te bewijzen dat dit niet het werk is van een stel door
gewinterde autostuntmensen laat Rob even later een elfjarig meisje hetzelfde
verrichten, waarbij op de nieuwe school al weer duidelijk zal komen vast te
staan dat iedereen na de cursus geleerd heeft hoe hij zijn wagen ook onder de
moeilijkste omstandigheden onder controle kan krijgen en kan houden.
In 1957 startte Rob Slotemaker met zijn antislipschool in Zandvoort. Aanvankelijk
werd hy een beetje argwanend bekeken: men zag het meer als stuntwerk voor on
besuisde jongelui in sportwagens en voor aspirant-coureurs. In de loop van de af
gelopen zeven jaren heeft Slotemaker echter bewezen dat het beslist niet een school
is voor circuitberijders, maar juist voor hen die dagelijks door het drukke verkeer
bewegen.
Op de oude, kleine baan in Zandvoort
gaf Rob zijn leerlingen les. Iederèen die
een cursus op zijn school gevolgd had was
enthousiast en spoedig was de kleine anti
slipschool dan ook volgeboekt. In de eerste
jaren heeft Slotemaker veel tegenwerking
ondervonden. Zo lag hij een tijd in de
clinch met de leiding van de KNAC-anti-
slipscholen. Slotemakers methode van niet-
ontkoppelen, tenzij het een achterwielslip
betreft (ook weer afhankelijk van de aan
drijving) werd door de KNAC-autoriteiten
bestreden. Na enkele jaren het prestige
speelde hierbij natuurlijk een grote rol
kreeg Slotemaker gelijk en nu is het zelfs
zo dat de KNAC aspirant-leerlingen voor
de slipscholen ook naar Slotemaker stuurt.
In ieder geval leidde Rob zeer veel
automobilisten op tot volleerde slippers.
Hij zou waarschijnlijk nog op zijn oude
baan lesgegeven hebben indien niet de ge
meente Zandvoort plotseling gezegd zou
hebben: „Die baan moet daar weg, want
daar komt een padvindstershuis". Dat pad-
vindstershuis had natuurlijk op duizend
andere plaatsen in Zandvoort gebouwd
kunnen worden, maar het moest nu een
maal in de badplaats. Zo kreeg Rob Slote
maker een terrein aangewezen bij de in
gang van het Zandvoortse circuit. Precies
een jaar geleden begon hij te bouwen en
het ziet er naar uit dat binnen een maand
de nieuwe anti-slipschool gereed zal zijn.
De nieuwe baan is veel ruimer dan de
oude. De aanloopstrook is honderdvijf en-
zeventig meter en de slipbaan is vijf en
zeventig meter lang Dat heeft het grote
voordeel dat Slotemaker met twee wagens
tegelijk kan lessen. Het slipgedeelte mid
den op de baan bestaat uit een brede strook
asfalt waarover een spiegelgladde teerlaag
is aangebracht. Over deze teerlaag komt
straks nog een oliefilm, waardoor er een
niet te evenaren ijsbaan is ontstaan. Een
ander snufje van de nieuwe baan: langs
de oude had Slotemaker zandbermen om
de slippende wagens te remmen, langs de
nieuwe gewone asfaltstroken.
Aanvankelijk was Slotemaker van me
ning dat slechts duinzand de slippende
wagens kon afremmen, totdat hij een de
monstratie gaf voor de American Safety
Council in New York, waarbij hij zijn met
grote snelheid slippende auto op asfalt tot
stilstand moest brengen. Tot Slotemakers
eigen grote verbazing hij was bang dat
de wagen zou kantelen fungeerde het
asfalt met de nog vette banden
als een prima rein De remstroken van
de nieuwe slipbaan zijn dan ook van as
falt en tweemaal acht meter breed.
Hiervoor moest 'n stuk duinterrein wor
den afgegraven en een ander gedeelte
worden opgehoogd Bij de ingang van
de slipschool wordt de laatste hand ge
legd aan het instructiegebouwtje, waar
Slotemaker theorie gaat geven.
Er zullen zes cursisten per dag geïnstru
eerd kunnen worden. Cursisten die zullen
leren dat slippen geen stuntwerk is,
maar een handeling voor eigen en ander
mans veiligheid.
Zoals bijvoorbeeld een arts uit Utrecht
die op de autobaan in Duitsland plotse
ling een wagen dwars voor zich op de weg
zag staan. Het was glad en remmen zou
catastrofaal geweest zijn, want frontale
botsingen zijn de gevaarlijkste. De arts
maakte een honderdtachtig graden-slip en
hij belandde met zijn achtersteven tegen
de vrachtwagen.
Het gevolg was dat slechts zijn wagen
van achter in elkaar zat, maar het voor
deel was dat de slip de vaart van de wagen
grotendeels had afgeremd en dat de passa
giers en de bestuurders niet door de voor
ruit gevlogen waren. Zij waren nu stevig
in de kussens gedrukt. Dat was natuur
lijk een resultaat van een uiterst snelle
reactie, maar dat wordt de cursisten wel
geleerd in Zandvoo'-t. De arts is sindsdien
Slotemakers beste voorspraak geworden.
Niet alleen in Zandvoort heeft Rob Slo
temaker nu een slipschool. In Leidschen-
dam exploiteert hij een baan van een ze-
FQUT
KIJKT
GUED:
KIJKT EERST LINKS EN
O AN NAAR RECHTS
1NWB
Uit een soort gemakzucht kijken heel
veel automobilisten alleen maar naar
rechts als zij gelijkwaardige wegen
kruisen. Zij rekenen er op dat het
verkeer dat van links komt, wel
voorrang zal geven. Wanneer zij
echter iemand treffen die een fout
maakt, kunnen zij een ongeluk dat
heel gemakkelijk had kunnen wor
den voorkomen, niet meer vermijden.
De ANWB wil nog eens onder de
aandacht brengen dat het gevaar
lijk is om onvoldoende aandacht te
besteden aan het verkeer dat van
links komt, ook al is dat verplicht
voorrang te verlenen wanneer beide
partijen op gelijkwaardige wegen
rijden. Bovendien kan de rechter ook
de man die van rechts komt wel
eens bestraffen. Iedere weggebrui
ker is immers verplicht door zijn ge
drag te voorkomen dat de vrijheid
van het verkeer niet meer dan nood
zakelijk wordt belemmerd, en ook
dient men er op toe te zien dat de
veiligheid op de weg niet in gevaar
wordt gebracht. Deze argumenten
zouden wel eens aangevoerd kunnen
worden wanneer na een botsing blijkt
dat u weinig aandacht had voor het
verkeer dat van links kwam.
Er wordt hard gewerkt aan de nieu
we slipschool van Rob Slotemaker in
Zandvoort. Hele stukken duin moe
ten met helm worden ingeplant om
het stuiven tegen te gaan. Met zijn
instructeurs is Rob Slotemaker elke
dag in de weer om zijn school de
volgende maand te kunnen openen.
kere meneer Zwolsman en in Deurne heeft
hij zojuist een school die wél zijn eigen
dom is en waarin de familie Van Doorn*
(DAF) zeer geïnteresseerd is.
In ieder geval blijft Zandvoort de baker
mat van de slipperij. Over zijn ervarin
gen kan Slotemaker honderduit vertellen.
Het is een man van de praktijk, deze blon
de slipinstructeur. Er wordt niet alleen op
de slipvaardigheid, maar vooral ook op
de rijvaardigheid en op de rijstijl van de
cursisten gelet.
Slotemaker kan nog niet precies zeggen
wanneer zijn nieuwe antislipschool in ge
bruik genomen wordt. „In novemner van
het vorige jaar zou alles al opgeleverd
moeten zijn" vertelt hij, „Maar zoals je
ziet, er is „enigszins" vertraging".
Hij heeft slipscholen in Engeland en in
Amerika opgezet. Eenmaal per half jaar
gaat hij met instructeurs uit het buiten
land om de tafel zitten om gegevens uit
te wisselen. Deze gegevens worden weer
benut om de cursisten nog meer bij te
brengen in het belang van de verkeers
veiligheid.
Het zijn straks weer politie- en douane
mensen, onderwijzers, vertegenwoordigers,
artsen en vrachtrijders, televisieomroep-
sters en artisten die hun rijervaring zul
len verrijken in de gloednieuwe wagens,
die tijdens de opening in gebruik genomen
zullen worden. Dat ook Graham Hill en
Jimmy Clark tot de cursisten van Slote
maker behoren is niet het bewijs dat de
school een domein voor stunters is, maar
juist het bewijs dat zelfs ervaren racers
bij de blonde Zandvoorter nog iets willen
leren.
Twee Haarlemmers, die door de recht
bank in Haarlem waren veroordeeld tot
twee jaar gevangenisstraf wegens mishan
deling van een Belgische diplomaat, heb
ben maandag terechtgestaan voor het ge
rechtshof in Amsterdam; zij waren van
het Haarlemse vonnis in hoger beroep ge
gaan. De procureur-generaal bij het Hof
eiste tegen hen een jaar en drie maanden
gevangenisstraf.
Het betreft hier een vechtpartij bij het
veerpontje naar het Kaageiland op 6 okto
ber 1963. De Haarlemmers, een 31-jarige
caféhouder en een 43-jarige vertegenwoor
diger, waren een Belgisch gezelschap te
lijf gegaan uit verbolgenheid over het feit
dat de auto van de Belgen voor zijn beurt
de pont was opgereden.
De 27-jarige heer Alain Rens, attaché
van de Belgische ambassade in Den Haag,
werd half bewusteloos op het strijdtoneel
achtergelaten, met een gebroken neusbeen,
een gebroken pink, bloedende hoofdwonde
en een shock. De openlijke geweldpleging
werd begeleid door scheldpartijen tegen
„diplomaten" en „buitenlanders". Van de
auto van de Belgen werden de CD-bordjes
afgerukt en accessoires vernield.
De procureur-generaal merkte op, dat
de Belgische attaché een beleefdheidsre-
gel had genegeerd. Maar de reactie van
de Haarlemmers was zijns inziens alle
maten te buiten gegaan. Tegen deze ver
ruwing op de weg moet met de grootste
kracht worden opgetreden, meende de
proc.-gen. Overigens vond hij het niet zo
verstandig van de Belgen, dat zij uit hun
auto waren gekomen; zij hadden er be
ter in kunnen blijven zitten met de deu
ren op slot, vond hij.
De verdedigers bepleitten lagere straf
fen dan waren geëist. De mishandelde di
plomaat had van de caféhouder 792 als
schadeloosstellingo ntvangen, waarvan 500
gulden als smartegeld.
Het hof zal op 11 mei arrest wijzen.