BARBARA RIJFKOGEL In New York staat 's werelds grootste winkel van Sinkel ANNET, DE KAPSTER Niet rimpelloos PROEFSCHRIFT OVER VROEGGEBOORTE ZATERDAG 6 JUNI 1964 Erbij PAGINA VIJF - tortvrouwe van de Drommedaris PERSONEEL: 12 DUIZEND MAN OMZET: 3 MILJARD DOLLAR SOORT ARTIKELEN: ALLES Marti Swagers had eigenlijk aan het toneel gewild. Ze deed examen voor de toneelschool in Arnhem, maar werd afgewezen. Ze was te jong en moest eerst maar eens spraaklessen nemen. Daarna een jaar later mocht ze het nog wel eens proberen. Marti Swagers zocht een baantje en kwam in een boek handel. Een gesprekje met een kennisje haalde haar uit de proza en poëzie. Het kennisje werkte bij „Drommedaris", het internationaal studentencentrum toen nog in beginstadium, in Enkhuizen. Marti Swagers luisterde gretig naar de verhalen die zij hoorde en het leek haar aantrekkelijker en ondernemender dan het werk in de boekhandel. Ze nam enthousiast ontslag en schreef Johan Rijfkogel, die directeur was, dat ze kwam. Ze was bij voorbaat al ingenomen met haar toekomstige werkkring. Johan Rijfkogel niet zo erg. „Hij vond me helemaal ongeschikt voor het werk". Nu, een paar jaar later, heet Marti Swagers mevrouw Rijfkogel. Ze is di rectrice van het studentencentrum en met haar 21 jaar waarschijnlijk wel de jongste vrouw op zo'n post in Ne derland. Het toneel heeft ze opgege ven. Ze heeft nu een andere rol, die in het romantische fort dagelijks wordt opgevoerd. Tegen een prachtig decor dat van het fort waartegen het drukke twintigste-eeuwse leven zich afspeelt. De hoofdrolspeelster: Barbara Rijfkogel fortvrouwe van Enkhuizen. Het studentencentrum is bij velen wel bekend. Voor hen die er weinig of niets van weten geldt de informatieDe Drommedaris in Enkhuizen is 'n fort uit 1540. Het staat tussen drie havens aan de oever van het IJsselmeer. Het is een strategisch en hoog bouwwerk dat van bovenaf gezien op een klaverblad lijkt. In het interieur zijn met moder ne hand wat veranderingen aangebracht maar desondanks blijft het een fort, met een aparte historische attractie. Er wordt onderdak verleend aan stu denten, kunstenaars en journalisten en mensen die zich in deze groepen thuis- voelen. 's Zomers een rustoord: er kan ge luierd (of gewerkt!) worden op het dakterras waar vanaf men een beeld schoon uitzicht heeft over Enkhuizen en het IJsselmeer. Er kan ook worden gezwommen, gezeild, geroeid, 's Win ters wordt er veel aan cultuur gedaan: toneel, muziek, cabaret, pantomime, film. Er zijn conferenties, studiegroe pen, kunstacademie-leerlingen studeren er, er worden feesten gehouden (geen kroegjolen, breekfuiven of andere de structieve uitingen, aldus de brochure). Vanaf het moment dat Marti Swagers haar plaats in de Drommedaris innaam werd ze Barbara genoemd. Door een hoorfout bij het voorstellen is het zo gebleven. Meestal ook wordt ze zo door de gasten aangesproken. Voor anderen is ze mevrouw en ook wel juffrouw. Want Barabara Rijfkogel is klein, ten ger en heel jong. Ze heeft niet in het minst iets van de directrice die je in dit vak als een zelfbewuste vrouw in mantelpak met een iedere-dag-naar-de- kapper coiffure voorstelt. Johan Rijfkogel begin 30 was degene die „aan het fort kwam". Hij (student biologie) speurde in 1959 met wat Amsterdamse studenten naar een zomerhuisje buiten Amsterdam waar de tentamens rustig konden worden voorbereid. Het lukte niet erg; het eni ge lichtpuntje tijdens het speuren was de kolos de Drommedaris. De burge meester van Enkhuizen bleek zeer wel willend en schreef dat ze het fort voor f 1 per jaar konden huren. Maar terug in Amsterdam dacht Jo han Rijfkogel er nog eens over na. De rustieke sfeer van de Drommedaris was eenvoudig ideaal voor een studenten oord. Met studente Lyda Baerveldt opende hij in 1.961 het internationaal studentencentrum. Zijn droom was werkelijkheid geworden. Er kwam een staf van tien man: voornamelijk werk studenten en scholieren en een hoofd van de huishouding. In 1962 kwam Mar ti Swagers. „De eerste tijd was afschu welijk. Johan mocht me helemaal niet. We hadden vaak ruzie". Later sloeg de verstandhouding om en in 1963 werden Johan Rijfkogel en Barbara Swagers een paar. Begin van dit jaar kwam de post van secretaris van het stichtingsbestuur vrij en Jo han Rijfkogel voorzag zelf in die vaca ture, waardoor zijn plaats als direc teur vrij kwam. De oplossing: zijn vrouw werd directrice. Hoe onhandig haar eerste-begin-periode ook geweest zal zijn, ze is in de praktijk tot een échte directrice geworden, die' alle ve- antwoordelijkheden zelf draagt. Wel knapt ze, met de anderen alle klussen op („We doen allemaal hetzelfde werk. We lachen om status en titels"), ze koopt in het groot in en speelt gast- vrouwe voor de gasten. Ze is zelfs zo economisch geworden dat ze nu 30 per cent voordeliger kan leven, terwijl de levensmiddelen-prijzen flink gestegen zijn. Dat vertelde Johan Rijfkogel en niet zonder trots. Barbara zegt zelf: „De eerste tijd was het moeilijkst. Nu loopt alles goed omdat je economischer bent geworden. Vroeger kocht ik maar raak. Maar je bent financieel zo gebonden dat je wel móet uitrekenen en daar regel je je in kopen naar. 't Scheelt veel. Heb je bij voorbeeld restjes eten, dan verzin je er iets op om het ergens in te verwer ken of er iets lekkers van te maken. Of je eet er zelf een week van.In het begin was dat verschrikkelijk. Ik kon wel koken. Maar alleen de gewo ne dingen. Toen ging het hoofd van de huishouding het eerste weekend dat ik er was, weg. Ze liet een briefje ach ter waarop stond wat er moest worden gegeten. Maar de jongensgroep die er toen was wilde vis! Ik in de keuken en fileren.Het werd een volkomen mislukking. Ik vond het zo vernederend dat ik aan tafel ben gegaan en alles zelf opat. Toen heb ik een kookboek ge pakt en vanaf die tijd gaat het pri ma". Ze maakt haar gerechten nu met veel fantasie aan een piepklein aanrecht achter de bar op de begane grond. Hoe het mogelijk is dat ze daar tot zul ke prestaties komt (de schotels met eten zijn vaak als een kleurenplaat in een geïllustreerd blad) is zelfs voor haar man nog een raadsel. En er gaat heel wat eten door: gala-diners, bui tenlanders voor wie ze op z'n Hollands kookt, de Groningers die zoveel eten („Wel een-kilo aardappelen de man") de studenten uit Delft die er evenals de jongensgroepen weg mee weten. De vaste staf bestaat nog uit Cor Buisman (24), die eigenlijk graficus is, en Peter van der Veen (22), die voor z'n eindexamen (avond-)gymnasium zit. Tijdens de weekeinden worden ze geassisteerd door kennissen en komt ook cultureel-directeur Paul Metz (25) kijken, die in zijn dagelijkse doen op een reclamebureau werkt. Hij is de man die de tentoonstellingen organi seert. Zijn opmerking, „Ik doe weinig kultureels. Sinds m'n aanstelling heb ik nog niets anders gedaan dan kopjes drogen en trappen sjouwen", getuigt ervan dat alles in de Drommedaris sa men wordt gedaan. Of Barbara liever een gewoon huis houden, voor haar en haar man, op po ten had gezet? Ze zegt pertinent: „Nee. Ik zie het als een ideaal om samen met je man te werken. En bovendien heb ik er altijd bij willen werken. Hier heb je een sfeer van gelijkheid, de mensen zijn even oud. We willen dit werk echt nog een poosje blijven doen". Dat is hun van harte gegund. Ze heb ben een waagstuk ondernomen om van de Drommedaris iets te maken. Van de grond af aan moest worden begon nen. Er was niets de staf werd niet betaald. Toch druppelden bedragen bin nen waarmee dan weer een en ander kon worden gedaan, maar al het geld werd opgeslokt door de gulzige Drom medaris. Nog is het geen vetpot; wat wel bereikt is, is dat het centrum 75 percent van het totaal aantal overnach tingen in Enkhuizen heeft geregistreerd. Dat is dan bij de gratie van een paar ambitieuze jonge mensen, die met een groot en positief doorzettingsvermogen iets reëels hebben gepresteerd. Henny Schoute Aan de Rijksuniversiteit te Utrecht is de Eindhovense vrouwenarts J. L. M. H. Specken onlangs gepromoveerd tot doctor in de geneeskunde op het proef schrift „vroeggeboorte" (premature birth)" V." i Van 723 baringen, waarbij een kind met een gewicht van ten hoogste 2500 gram ter wereld kwam, stelde hij een zo groot mogelijk aantal eigenschappen in hun onderling verband vast. Dr. Specken ging na of deze eigen schappen gebonden zijn aan de vroegge boorte als zodanig, dan wel aan de oor zaken, die tot de vroeggeboorte heb ben geleid. Hij komt in zijn dissertatie tot de conclusie, dat er weinig stoornis sen in de algemene gezondheidstoestand van de moeder voor het begin van de zwangerschap zijn, die aanleiding ge ven tot het ontstaan van vroeggeboorte. In dit verband noemt hij een bestaand vaat-nierlij den, afwijkingen van de baarmoeder en suikerziekte Voorts stelde dr. Specken statistisch talrijke factoren vast, die aan de vroeg geboorte zijn gebonden en die meer uit gesproken zijn, naarmate de zwanger- schapsduur korter is. Een van de be langrijkste feiten is, volgens hem, dat het te vroeg geboren kind betere le venskansen heeft, als de vruchtvliezen vroegtijdig gebroken zijn. Om te trach ten dit feit te bewijzen bespreekt dr. Specken in het tweede deel van zijn dissertatie de vele onderzoekingen, die verricht zijn over de wijzigingen in de bloedstroom van het kind voor, tijdens en na de geboorte. (Van. onze speciale verslaggever) NEW YORK. „If you haven't seen Macy's, you haven't seen New York" als u Macy's niet hebt ge zien, hebt u New York niet gezien. Het is een slagzin, die men in New York niet kan ontwijken. Hij staat geschreven op de stations en de luchthavens, op reclamezuilen, in flitsende lichtreclames, in de bussen en in de ondergrondse. En tenslotte staat hij op het veertien verdiepingen hoge gebouw zelf in de 34ste straat. Macy's is zonder overdrijving 's werelds grootste warenhuis. Door de draaideuren stappen per jaar niet min der dan vijftig miljoen mensen binnen, die daar 2.200.000 vierkante meter win kelruimte vinden, waar 12.000 man per soneel gereed staat om het 't publiek zoveel mogelijk naar de zin te maken. Omzet: 3 miljard Wie alles wil zien bij Macy's zou een paar dagen moeten uittrekken. Maar zelfs degene, die met het doel komt er iets te kopen, heeft daar geruime tijd voor nodig. Want het is het enorme as sortiment, dat de koper vaak besluite loos maakt. Wie een koffiepot wil heb ben moet een keuze maken uit meer dan honderd verschillende modellen. Ieder artikel is verkrijgbaar in diver se prijsklassen, maar Macy's verkoopt alleen goede kwaliteiten. Nieuwe artike len worden uitvoerig getest in de eigen laboratoria en werkplaatsen, waar jaar lijks meer dan 7500 artikelen worden onderzocht. Die artikelen komen uit al le delen van de wereld. Bij de inkoop werkt men samen met grote Europese warenhuizen als Lafayette in Parijs en de Bijenkorf in Amsterdam, maar er zijn eigen inkoopkantoren in heel Europa en zelfs in Azië. Behalve de hoofdvestiging in het hart van New York's Manhattan zijn er nog zeven fi lialen in New York en in zeven ver schillende Amerikaanse staten. De om zet bedroeg in 1963 bijna drie miljard gulden. 'n Krokod'illetje, alstublieft Men kan bij Macy's alles kopen wat denkbaar is. „Als het moet. leveren we een olifant", aldus de directie. Maar daarin onderscheidt het zich in feite niet van een bekend Nederlands wa renhuis, dat immers eens een giraffe heeft verkocht. Het meest opvallende in 's werelds grootste winkel is ech ter, dat het assortiment onvoorstelbaar groot is, of het nu op het gebied van vlees in blik, auto-onderdelen, schoenen, meubels of kleding is. Het kleinste au toped je tot de zwaarste motorfiets, het degelijke ondergoed voor de op het land werkende boerin tot de pikantste lingerie is er te koop. Wie rondsnuffelt bij Macy's stuit steeds weer op artikelen, die men in een warenhuis niet verwacht, zoals een levende kaaiman een kleine kroko dil die voor 2.49 te koop is, zang vogels met de schriftelijke garantie dat zij inderdaad zingen, miniatuur schild padden, echte kikkers en plastic mie renhuizen, waarbij de mieren u worden thuisgestuurd, waar ook ter wereld. De kledingafdelingen beperken zich In 1958 vierde Macy's zij n honderdjarig bestaan. niet tot de mensen. Er is een speciale hondenafdeling, waar jasjes verkrijg baar zijn voor ieder honderas in alle maten: van de ranke dwergpincher tot de zware Deense dog. Een indruk van de Amerikaanse woninginrichting krijgt men op de negende etage, waar 218 kamers zijn ingericht, van de eenvou dige doorsneehuiskamer tot het weelde rige slaapvertrek k la Jane Mansfield. Men vindt er de laatste snufjes op het gebied van de woninginrichting, maar ook een uitgebreide, voornamelijk uit Europa geïmporteerde, verzameling an tiek. Een rijtuiglantaarn, die op het Amsterdamse Waterlooplein misschien 50,— kost, ligt hier geprijsd voor 98,dus ruim 360, Viermaal failliet Macy's als warenhuis bestaat sinds 1858, maar de oprichter, de Engels man Rowland Macy, een zeevarende Quaker, was reeds jaren daarvoor ac tief. Na vier faillissementen probeerde hij zijn geluk in New York. In zijn boekhouding uit 1845 leest men, dat hij op 13 mei 64 cent ontving, maar vier dollar tien aan de melkboer moest be talen. Op de volgende pagina staat dan ook de wanhoopskreet: „Ik heb hier 2 jaar lang voor niets gewerkt. Verdom me!" Macy's van 1964 wordt gevormd door Het was heel stil in huis. Baby sliep in haar wieg en op het balkon, in een luie stoel, lag mama te zonnen. „Ik wil nu eens van de zon genieten", had ze gezegd. „Wees jij nu lief Annet en vraag of Miaatje bij je komt spe len. Dan kunnen jullie koken op jouw fornuisje". Of mama niets leu kers wist, had Annet gedacht. Nu moest ze met dat saaie kind weer theetje zetten en nèt echte pannekoe ken van lucht bakken. Maar natuur lijk had ze dat niet gezegd, want ma ma vond Mia een heel lief meisje. Want Mia was nooit stout en altijd verschrikkelijk netjes. Annetje had 't al zo vaak van mama moeten horen: „Kijk eens naar Mia. Zie je die wei eens met een gat in haar spijkerbroek? Of met afgetrapte schoenen? En die zegt toch ook geen kenijne, maar keu rig konijnen". NeeAnnetje had maar gedaan alsof ze dat fornuisje-spelen een prachtig plan vond en was heel ge hoorzaam bij Mia op de deur gaan bonzen. „Ik heb je al zo vaak gezegd, dat je niet zo'n lawaai moet maken", zei Mia, toen ze eindelijk opendeed. „Mijn moeder zegt altijd: Annet is net de schillenman. Ze maken alle twee evenveel herrie." Maar toen ze Annets beteuterde gezicht zag, zei ze: „Nou vooruit, ik ga wel met je mee, maar niet te lang hoor". „La-te-me verstoppertje spelen", had Annet nog voorgesteld, maar na tuurlijk had Mia daar geen zin in en dus zaten ze heel saai achter Annetjes fornuis. Maar net toen Mia haar vier de kopje thee opdronk, kreeg Annet- aan", zei Mia, die nooit eens zo maar je een énig plannetje. En terwijl haar oogjes, zoals pappie altijd zei, ondeu gend begonnen te glimmen, fluisterde ze: „Ga je mee naar mama's toilet tafel? Dan spelen we kapstertje. Dat mag best". „Als het mag, hoef je toch niet te fluisteren", zei Mia snibbig, maar ze ging toch maar mee naar mama's grote spiegel met de rode kruk ervoor. „Nou ben ik de kapster", zei An net, die vlug de baas ging spelen voor Mia het zou gaan doen. „Gaat u zitten, mevroi. Hoe wilt u het ge had hebben? Los of met een toet op uw hoofd?" vroeg ze. „Stel je niet zo gek wilde doen. Maar toch ging ze zit ten en keek in de spiegel. Ze ziet er heel wat netter uit dan ik, dacht An net een beetje spijtig, terwijl ze naar haar eigen slordige vlechtjes en afge trapte sandaaltjes keek. Dat nare kind ook met haar schone witte plooirok. „En nou verder?", vroeg Mia. „Mijn moeder heeft een kast vol lippenstiften en„O, maar wij ook", zei An net, terwijl ze van opwinding een beetje stotterde. „Nu gaan we fijn spelen, hè? Jij moest uit, naar een héél groot feest en ik moest zorgen, dat je er leuk uitzag. Kijk in die la ligt alles. Mammie vindt dat best goed. Die zegt altijd: Als jullie maar lief spelen en geen ruzie maken." Voor ze verder kon gaan, pakte An netje mama's dure, gouden lippen stift en daar had Mia al een keurig, roze mondje. ,,'t Staat heel aardig, hoor", zei An net. „Ja, nu nog een beetje wenk brauwenspul" en daar had Mia twee grote zwarte strepen boven haar blauwe oogjes. „Nou, maak ik vlug een frisse kleur". Ze lijkt precies op Pipo de Clown, dacht Annetje, alleen maakt die meer grapjes. „Mijn moe der doet ook nog altijd wat met haar wimpers", zei Mia, die haar halsje rekte, in de spiegel om zichzelf beter te bekijken. „Tuurlijk, dat hebben wij ook. Kijk, ik lik met mijn tong aan dit borsteltje, dan smeert het beter uit. Nou, nog wat odeklonje op je hoofd. Gut, wat ruik je lekker. Als jij je haar nou kamt met mama's mooie, nieuwe borstel, dan haal ik in de keuken nog wat limonaaie". „LI-MO-NA-DE", verbeterde Mia en misschien kwam het daardoor, dat Annet de keukendeur maar open maakte en met een lief, zacht stem metje naar buiten lispelde: „Mam.., Mia heeft nou een leuk spelletje. Ze speelt met je lippenstift en al die an dere mooie spullen". Stap-stap-stap, daar liep mama al de gang door. En terwijl Annet wat water uit de kraan dronk, hoorde ze wat mama tegen Mia zei. En dat klonk helemaal niet zo leuk! „Waaaat, maar Mia, dat mag toch niet. Om'n nieuwe lippen stift gebroken en m'n schone borstel in je haar. Nee, dat is helemaal niet lief, ik zou maar vlug naar huis gaan". En Mia ging, terwijl ze tussen twee snikken door riep dat Annetje het allemaal had gedaan. ,,'t Is waar, mam. Ik kijk woensdag wel weer niet naar de televisie", zei Annet maar vlug, toen mama met de lippenstift nog in haar hand de keu ken binnenkwam. „Wwwie zegt dat nou, malle meid", zei ze en toen be gon ze heel hard te lachen, waardoor Annetje ook maar begon. Eerst heel zachtjes, maar toen steeds harder en harder Marijcke van Overbeeke een directie van vijftien personen. Da grote baas is David L. Yunich, 64 jaar, die iedere dag begint met een wande ling door zijn onmetelijke winkel. Hij kent uiteraard niet alle medewerkers persoonlijk, maar zeer velen toch wel: meer dan 1000 personeelsleden werken al langer dan 25 jaar Macy's. Het is een feit, dat steeds wordt herhaald in de reclame naar buiten, waar Macy's jaarlijks tonnen aan uitgeeft. De dienst baarheid aan het publiek neemt bij Ma cy's een zeer belangrijke plaats in. Het personeel kan bij elkaar de klanten in 42 talen te woord staan. Overal in het gebouw komt de verdwaalde klant spreekapparaten tegen, die verbinding geven met een speciale afdeling die de weg Wijst of adviezen geeft. Bij Ma cy's kan men betalen in iedere soort geld, die waar ook tér wereld geldife is, en kan men zonder bijkomende kosten kaartjes kopen voor het theater, de bio scoop. de trein of het vliegtuig. Het laat ste nieuwtje is een nagebouwde minia tuur-wereldtentoonstelling, compleet met gidsen. Hondewacht Maar het meest uniek is Macy's als 's avonds om negen uur de deuren slui ten en de toonbanken in hoezen wor den verpakt. Als de lichten doven, treedt er een perfect veiligheidsappa raat in werking tegen inbrekers of die ven, die zich hebben laten insluiten. Voor deze beveiliging heeft Macy's een merkwaardige oplossing gekozen: in plaats van nachtwakers, die de ronde doen, wordt het gebouw bewaakt door honden. Als de laatste klant de deur uit is, gaan de tientallen honden, die overdag in een kennel op het dak wo nen (hun juiste aantal wordt geheim gehouden), aan het werk. Ieder dier heeft zijn eigen afdeling, snuffelt daar doorlopend rond, begint te blaffen als er onraad is en zet desnoods zijn tan den in de broek van de inbreker in af wachting van de komst van de huispo- litie. De eigen politiedienst wordt na melijk via een microfooninstallatie door de honden op de hoogte gehouden van de toestand op de afdelingen. De er varing heeft geleerd, dat het honde ras, dat het best voor deze taak is berekend, dat van de Dobbermann pin chers is. De dieren krijgen een uitge breide opleiding, waarvan 'n voornaam onderdeel is het in geval van hoge nood niet de poot omhoog te tillen tegen de toonbank maar naar de speciale hon- den-w.c.'s te gaan. Een belangrijk voor deel van de hondenbewaking is, dat de dieren watervlug zijn en geen in breker ontkomen kan. Twee maanden geleden schreven ws op deze pagina over een nieuw schoon heidsmiddel, dat in Amerika werd ont wikkeld: een anti-rimpelpreparaat, sa mengesteld uit de eiwitten van koeie- bloed. Het snufje heeft inmiddels ook Nederland bereikt. Het wordt hier ge ïntroduceerd onder de naam „Touch of youth". De resultaten, die wij er mee hadden, waren echter bijzonder te leurstellend. We probeerden de lotion op vijf men sen, die lichte tot zware rimpels had den. We hielden ons daarbij precies aan de handleiding, die dicteert: 1. ge zicht goed schoon maken en grondig laten opdrogen. 2. een druppel lotion over rimpels en kraaiepootjes uitstrij ken. 3. het gezicht stil houden (dus, niet lachen of praten) tot het onzicht bare laagje op de huid is gedroogd. Na een kwartier, zegt dezelfde handleiding, verdwijnen de rimpels zienderogen. Hoe wij ook keken, wij zagen nauwe lijks resultaat. De rimpels op het voor hoofd waren niet verdwenen. Kraaie pootjes bleven. Alleen de haarfijne lijn tjes aan de slapen, waar de huid dus heel dun is, waren wèl opgelost. We begrij pen dan ook niet de ophef, die er rond dit preparaat wordt gemaakt. De uit gave van f 22,50 voor deze wonderlotion lijkt ons dan ook een dwaze verspilling.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1964 | | pagina 17