DE LEGE SECTOR FILATELIE 41 Su. 1 r DE TV IN DE KOMENDE WEEK ui mi JUL j J lIxH Een grootvader schrijft zijn kleinzoon ZATERDAG 20 JUNI 1964 Erbij PAGINA |T| li j) A fl JflCMiWI fcj .-J BPiff?-r Ire PLf.B LH STL-k Rfci.CH Filar ski fi§ Jacques Levij C. J. E. Dinaux (Vervolg van pag. 1) POLEN. Met afbeeldingen van wa tervogels zal in juni een serie van negen waarden in roulatie worden ge bracht: 30 gr. kievit, 40 gr. blauwborst- je, 50 gr. grutto, 60 gr. visarend, 90 gr. visreiger, 1.35 zl. dwergmeeuw, 1.55 zl. lepeleend, 5.60 zl. poolduiker en 6.50 zl. fuut. SOVJET-UNIE. De 94ste geboorte dag van Vladimir Lenin (18701924) is herdacht met een postzegel van 4 kop., waarop zijn portret voorkomt. Voorts is een zegel van 4 kop. uitgegeven ter her innering aan het feit, dat 70 jaar ge leden Gamarnik (1894—1937), bevelheb ber van het Sovjet-leger, werd geboren. De zegel laat zijn portret zien. 7UINEE. Ter herinnering aan de in Innsbruck gehouden Olympische Win terspelen is een serie van vier stuks verschenen: 10 fr. ijshockey, 25 fr. ski springen, 50 fr. skilopen en 100 fr. kunstrijden op de schaats. Voorts is een serie voor de Olympische spelen te Tokio uitgegeven. Hiervoor zijn de be staande sportzegels van 100, 200 en 500 fr. overdrukt met „Jeux Olympiques Tokyo 1964" en de Olympische ringen. De zegels zijn ook op roze papier ge drukt. JEMEN. De Arabische republiek Jemen heeft drie zegels van de bestaan de ruimtevaartserie overdrukt met het portret van John F. Kennedy en de jaartallen 19171963. Het zijn de 1/4, 1/3 en 1/2 b. CYPRUS. De 400ste geboortedag van William Shakespeare zal worden her dacht door de uitgifte (op 15 juni) van vier postzegels: 15 mils het theater van de oude stad Soli en een kleimasker, 35 mils een scène uit het treurspel van Euripides „Helena" in het Curium- theater, 50 mils het oude theater van Salamis en 100 mils een scène uit Sha kespeare's „Othello". BELGIË. Onder de titel Het pro testantisme in België" is een serie van drie waarden uitgegeven. De 1 fr. 50 c. (violetblauw) toont het portret van Mar- nix van St. Aldegonde, de 3 fr. 1.50 fr. (rood) dat van Ida de Bure (echt genote van Calvijnen de 6 fr. 3 fr. (bruin) dat van Jacob Jordaens. De op brengst van de toeslag is bestemd voor de bouw van een kerkcentrum van de Evangelische gemeente in Brussel. TURKIJE. De 15e verjaardag van de toetreding van Turkije tot de Raad van Europa is gevierd met een serie van twee waarden. Het zijn een 50 k. met een vrouw met een toorts en het embleem van de Raad en een 130 k. met een toorts en het embleem. FRANKRIJK. Een postzegel van 0.30 0.05 fr. is uitgegeven ter herdenking van de 20ste verjaardag van de bevrij ding. De zegel brengt de geallieerde landingen in Normandië en de Provence in beeld. Hij is ontworpen en gegra veerd door Pheulpin. INDONESIË. Ter viering van het eeuwfeest van de postzegel in Indonesië is een zegel van 10 roepia, uitgevoerd in veelkleurendruk, verschenen, waarop zegels van Ned.-Indië en de republiek Indonesië van 1864 tot heden zijn ge reproduceerd. OOSTENRIJK. Voor het 15e congres van de U.P.U. (Wereldpostvereniging) te Wenen is een serie van acht waarden verschenen onder het motto „De post in de kunst". De zegels laten fragmen ten van beroemde schilderijen zien: 1 s. „Het overbrengen van het bericht van de overwinning bij Kunersdorf" van B. Bellotto, 1.20 s. „Het wisselen van paarden in een postation" van J. Hörmann, 1.50 s. „De huwelijksreis" van M. von Schwind, 1.80 s. „Na de regen" van I. Raffalt, 2.20 s. „De post koets in de bergen" van A. Klein, 3 s. „Het bespannen van een diligence aan de Beierse grens" van F. Gauermann, 4 s. „De postslede in het hooggebergte" van A. Pilch en 6.40 „Het postkan toor te Saalbach" van A. Pilch. GUINEE. Een serie van vijf waarden is uitgekomen naar aanleiding van de voltooiing van de waterleiding naar Conakry: 5, 10, 20, 30 en 50 fr. De zegels brengen verschillende fasen in de con structie in beeld. PORTUGAL. Het hondjarig bestaan van de Nationale overzeebank is gevierd met drie zegels. Het zijn een 1, 2.50 en 3.50 esc., die alle het embleem van de bank afbeelden. „PSYCHICS" In een gesprek dat ik onlangs met enkele enthousiaste bridgers uit de noordelijke provincies mocht hebben, werd mij de vraag voorgelegd in hoeverre „psycholo gisch bieden" in wedstrijd(club)-bridge mocht of moest worden toegestaan. Om een eerste bron van verwarring te verhelderen merk ik op, dat men een duidelijk onder scheid dient te maken tussen psychologi sche biedingen (veelal aangeduid met het Amerikaanse bridge-woord: psychics) en taktische biedingen. Een „psychic" is het doen van een bod „op iets dat je niet hebt", bij voorbeeld een één Sansopening op een volmaakt pop loos spel, of het vroegtijdig bieden van een kleur waarin slechts één enkele kaart (of geen kaart) aanwezig is. Voorwaarde voor de psychic is verder, dat zowel part ner als tegenpartij veronderstellen dat men die kleur (of het Sansbod) wél zou kunnen hebben. Als noord opent met één harten, oost doubleert (informatief) en zuid biedt nu één schoppen op: 3 B 7 5 4 3 7543 4» 6 5 4, is dat een psycholo gisch bod. De bieder hoopt, de tegenpartij te misleiden wat de sehoppenkleur betreft; in dit geval heeft hij een uitweg als hij gedoubleerd zou worden hij kan naar harten terugkeren. Taktische biedingen zijn, in tegenstelling tot de psychics, altijd op enige redelijke kracht gebaseerd. Soms geven ze géén ver keerd beeld van de kleur waarin men zou willen spelen. Wanneer noord en oost pas sen en zuid opent in de derde hand met één ruiten op H 9 5 4 9 6 5 ❖HB 10 9 4 4» 7 5, dan is dat geen psychic, doch een taktisch bod: een lichte opening, in de hoop de tegenpartij enigszins af te schrikken en de partner een aanwijzing te geven in welke kleur hij eventueel moet uitkomen. Men zou het gegeven spel óók in de eerste of tweede hand met één ruiten kunnen openen: het is een schot op goed geluk, maar misschien treft het een eend vogel. Zou men het gegeven spel openen met één harten, dan is het een psychic, want de bieder beschikt niet over een enigszins redelijke hartenkleur. Een taktisch bod is ook het volgende. Noord opent met één ruiten, oost past en zuid biedt twee klaver op: A V 3 H 10 9 ❖AB752 4 5 4. De bedoeling dezer taktiek is, later drie Sans te bieden en de tegenpartij het uitkomen met klaver moeilijk te hebben gemaakt. De volgende vraag die men zich kan stellen is, of de psychologische biedingen (en de taktische) „zin" hebben. Toen in het begin der dertiger jaren bridge popu lair begon te worden, werden de psychics nogal eens toegepast. Men ging daardoor wel eens twee duizend punten down, maar men smaakte óók wel het genoegen de tegenpartij af te houden van een manche- of slembod. Bij het stijgen van het spelpeil bleken de psychics zich nauwelijks te kunnen handhaven. Het enkele succesje dat men ermee boekte, woog niet op tegen de narigheden die erdoor ontstonden. De voornaamste narigheid was wel, dat de partners van een paar dat psychologisch bood, nooit precies wisten waaraan zij toe waren. Het kwam dan wel voor, dat de één met één Sansatout opende en de ander met een prachtig spel paste, denkende dat er weer van een psychic sprake was. Als dat niet het geval bleek, speelde men één Sans en maakte er zes of zeven Taktische biedingen hebben wat meer zin en ze worden dan ook nog vrij regel matig toegepast. Toch dragen die biedingen ook een groot risico met zich. Als men, met sterke hartensteun, twee klaver gaat bieden op twee kleintjes, is het gevaar niet denkbeeldig, dat de partner naar een hoog bod in klaver doorholt. Men kan dat dan wel weer afnemen met een hartenbod, maar misschien is het leed dan al geschied en zit men in een te hoog contract. In zeer sterk internationaal milieu, ziet men dan ook de psychics vrijwel niet en de takti sche biedingen slechts zéér sporadisch gebruiken. De voorlaatste vraag is, of psychics e.d. zijn „toegestaan". Volgens de reglementen van de Ned. Bridge Bond mag men alle biedingen toepassen die men maar wenst, mits deze niet op afspraken berusten, die de tegenstanders niet kunnen weten. Ge bruikt men dus veelvuldig psychics, dan zal men dat tevoren aan elke tegenpartij moeten meedelen. De laatste vraag is, of het verstandig is psychics te gebruiken. Technisch kan men daar zeker „neen" op antwoorden de kans op ongelukken in eigen kamp wordt er veel te groot door. Dat de fatsoensnor men echter overschreden zouden worden door dergelijke biedingen, is bepaald niet waar. Elke tegenstander moet zich kunnen wapenen tegen elke methode die tegen hem gebruikt wordt. Toch neemt dit niet weg, dat de gebruikers van zulke biedingen zich in zwakker milieu op weinig popu lariteit kunnen verheugen. Sommige tegen standers voelen de misleiding als iets on rechtvaardigs aan. Men mag dan wel kunnen aanvoeren, dat deze tegenstanders in het wedstrijdbridge nog niet volgroeid zijn, maar daarmee is de kous niet af. Bridge spelen doet men niet alleen voor het eigen genoegen maar ook voor dat van de clubgenoten en/of de tegenstanders. Bridge biedt al zóvele moeilijke en mooie problemen, dat het niet direct nodig is de zaken door vreemde manoeuvres nog extra te compliceren. Ik acht het bepaald onge wenst, dat sterke sp-'ers zich (in b.v. parenwedstrijden) bedienen van psycholo gische biedingen. Evenmin lijkt het mij prettig, als men in een milieu van beschei den wedstrijdspelers wordt aangezien voor iemand, die het niet met de gewone (toch al zo moeilijke) bridgemiddelen af kan. Hoewel dus het psychologisch bieden be paald niet verboden is of kan worden, luidt mijn advies aan de gemiddelde brid gespelen blijf met uw handen van de psychics af. Komt men veel hoger op de bridgelad- der, dan kan men dat wapen wel weer uit het arsenaal halen: men zal snel genoeg ontdekken, dat het met de psychologie tegen sterke tegenstanders als regel kwaad kersen eten is. Bridgevraag dezer week: West opent met drie harten, noord doubleert (informatief), oost biedt drie schoppen. Zuid bestudeert zijn spel. Hij heeft: HB85 6 10 9742 4-765 en vraagt aan west: „Wat betekent dat drie schoppenbod van oost?" West antwoordt: „Geen conventie". Zuid besluit tenslotte te passen, west biedt vier harten, noord dou bleert en iedereen past. Nadat noord is uitgekomen, legt oost (de schoppenbieder) op tafel: 3 9 V 9 7 5 ❖BS 4-HB9843 Vier harten gaat slechts één down, maar er blijkt zelfs vijf schoppen "voor NZ te hebben ingezeten. Protest van NZ tegen het drieschoppenbod. Wat moet de wed strijdleider beslissen? Antwoord elders op deze bladzijde. De Joegoslaaf Gligoric, die vorig jaar in het zonetoernooi te Enschede onver slaanbaar was, speelt ditmaal onzeker. Zijn kansen op klassering in het kandidaten toernooi verspeelde hij wel definitief door een plotselinge nul, met wit nog wel, tegen de outsider Porath uit Israel. Gezegd moet worden dat Poraths weerlegging een pittig grapje was. Zwart: PORATH ooooooocccooooooooooooooocooooooocooooooooooooc MERKWAARDIGE MOMENTEN Uiteraard blijft onze aandacht uitgaan naar het interzonale toernooi te Amster dam, dat dit weekeinde tot een einde zal komen. De Nederlandse schakers beseffen nauwelijks welk een voorrecht het is, dat een dergelijk treffen in ons land plaats heeft. Met uitzondering van de „happy three" Petrosian, Botwinnik en Keres zijn de hoogst geplaatsten uit de gehele wereld thans in onze hoofdstad bijeen. Zeker, wij missen kopstukken als Fischer en Na]dorf, terwijl er daartegenover enige relatief zwakke deelnemers van de partij zijn als gevolg van het aanvechtbare FIDE- selectiesysteem. Maar deze factoren nemen niet weg dat daar in het GAK-gebouw aan het Bos en Lommerplantsoen geschaakt wordt op een niveau, dat men waar dan ook slechts zeer zelden te zien krijgt. Daar komt nog bij dat er over het algemeen zeer ondernemend gespeeld wordt zodat men vaak van uiterst boeiende ontmoe tingen kan genieten. De denigrerende term „grootmeesterremise" begint steeds minder verband met de werkelijkheid te houden. De te Amsterdam vergaarde schaak professoren beschikken over een arsenaal van kennis, ervaring, strijdlust, uithou dingsvermogen, creativiteit en wat dies meer zij, dat eigenlijk pas ten volle aan het licht zou komen indien men enkele deelnemers eens aan het werk zou zien in een „gewone" wedstrijd, bijvoorbeeld die om het Nederlands kampioenschap. Pas dan zou de goegemeente kunnen con stateren, wat lieden als Tal, Smyslov, Stein, Gligoric en anderen eigenlijk in hun mars hebben. Aan de andere kant is het enigermate een troost te bemerken dat ook de schaak groten der aarde kinderlijk domme fouten maken, natuurlijk als gevolg van de enorme druk, aan welke zij uur na uur en week na week bloot staan. Als tegen hanger van onze ingewikkelde analyses van het eindspel DargaSpasski in de vo rige twee rubrieken laten wij thans een aantal snapshots zien van merkwaardige momenten, begrijpelijk voor iedereen. Het is een vreemde professorale collectie: Benkö, twee maal wereldkampioenschaps kandidaat, ziet twee maal een simpele paardvork over het hoofd, Gligoric, be schouwd als de gevaarlijkste Westelijke concurrent van de Russen, ziet een één- zettige tactische wending over het hoofd, Darga, Duitslands tweede, capituleert na de tijdcontrole!, dus met volop bedenk tijd in gewonnen stelling, Rosetto, Zuid- Amerika's troef, vergeet volkomen de lagere-school-regel, dat de verste vrijpion in een pionneneindspel de gevaarlijkste is en wat dies meer zij. Onze collectie begint met Benkö, die ditmaal niet erg op stoot is. Zwart: BENKÖ (aan zet) ?OOOOOOCXDCOOOOOOC)OOCXX)OOOClOOOOCOOOOOOOOOOC<300C Wit: GLIGORIC (aan zet) Gligoric vergat blijkbaar een ogenblik de matgevaren op de onderste lijn en speelde: 19) Dc5-f5?? waarna de Is raëliër de laatste Joegoslavische kam pioensillusies torpedeerde met de pro- bleemzet 19) Df3-g2ü De dame mag wegens mat niet genomen worden en de aangevallen toren kan nóch gedekt worden nóch vluchten. Zie 20) Tdl Tdl:f. 21) Kdl: Dflf met op zijn minst torenwinst. Wit gaf het deswege aanstonds op. Wij besluiten de serie van deze week met een „merkwaardig moment" van andere aard. De lezer leerde Darga kennen als een diepgaand analyseerder. In de vierde ronde slaagde de Westduitser er niet in, de op papier veel zwakkere Argentijn Foguelman te verslaan. Achteraf weet hij deze tegenvaller aan een (vermeende) te kortkoming in de volgende scherpe stel ling, ontstaan na 20) De7xe4. Zwart: DARGA 30<XXX)OOOOOOOCOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOC)OOC xïoaxróoooocoooooooocooooooaxxxMoooooooocooc' Wit: TAL Zwart aan zet staat niet fraai, maar de nu volgende catastrofe was toch niet nodig geweest. 18) Dc7xe5?? 19) Tdl-d8f! Ke8-e7. Na 19) Kd8: wint de paardvork 20) Pf7:| enz. 20) Td8xh8 De5xg5. 21) De2-d2 en zwart capituleerde. Dit geschiedde in de elfde ronde. „Een ezel stoot zich in 't gemeen" (enz.). Blijk baar wilde Benkö bewijzen, dat hij niet tot deze diersoort behoort. Want reeds in de volgende ronde creëerde hij de dou blure. Zwart: STEIN ax»ooooax)«x»ooooooooooooooeoooooooc50oa5ooooc 3QOOTOQ<?OOOOOOOOOOOOOQOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOC«: Wit: FOGUELMAN (aan zet) Darga is tijdelijk twee stukken voor, maar hij verkeert in matgevaar. Foguel man vervolgde zeer sterk met 21) Dd2xd3! Veel beter dan 21) Pc7: bijvoorbeeld Rh3! 22) Pa8: Rfl:. 23) Kfl: Dhlf. 24) Ke2 Pclf. 25) Kf2 Dh2:| en wint. Uiteraard mag de witte dame niet genomen worden wegens 22) Pe7f 23) Tf8 mat. Zowel De4 als Rc7 staan en prise. Darga gaf het stuk terug met 21) Rc8-f5. 22) Dd3xe4 Rf5xe4. 23) Pd5xc7 en de partij eindigde na enige tijd in remise. Achteraf „bewees" Darga tegenover ieder die het zien wilde dat hij had kunnen winnen met 21) De5, dat de dame aan de aanval onttrekt en de loper dekt. In de partij liet hij deze zet achterwege wegens 22) Df3 dat zowel Df8 mat als Df7f met winst van Rc7 dreigt. „Edoch", aldus vervolgde Darga zijn analyse, „ik had die twee dreigingen te gelijk kunnen pareren met 22) Re6. Bij zijn vooruitberekeningen achter het bord zag ik over het hoofd, dat ik mij na 23) Pe7f Kh8. 24) Df8f niet Tf8:? 25) Tf8:f en mat op de volgende zet behoefde te laten welgevallen, doch een winststelling had kunnen bereiken met 24) Rg8! Immers nu staat Rg8 gedekt en na 25) Da8: De7: win ik dank zij mijn lopers en de vrije d-pion". Tot zover Darga, die dagenlang rond liep met de overtuiging dat hij een kost baar half punt had verspeeld. Het was Tal die hem troostte door er op te wijzen dat hij na 22) Re6 onmiddellijk zou hebben verloren door 23) Df8fü Tf8:. 24) Pe7f Kh8. 25) Tf8:f Rg8. 26) Tg8: mat. Deze doodeenvoudige zetverwisseling was noch door Darga zelf, noch door al zijn gesprekspartners, opgemerkt. Haast zo vreemd als Darga's capitulatie in ge wonnen positie, waarover volgende week! Mr. Ed. Spanjaard Wit: BENKö (aan zet) Stein had 37) De6-a2f gespeeld, waarna Benkö eenvoudig een koningszet had moeten doen. Hij speelde echter 38) Dd3-c2?? waarna een vreselijke ver rassing volgde: 38) Pd6xe4! (Geen ezel maar een raspaard!). 39) Dc2xa2 Pe4x c2f (Paardvork no 2) en zwart won het eindspel met twee pluspionnen ge makkelijk. Tot onze spqt moet deze week de dam- rubriek tengevolge van onvoorziene moei lijkheden achterwege blyven, waarvoor wij de vele liefhebbers van de damsport onze verontschuldigingen aanbieden. qsaaM -aS pueq op uee s;aiu qfjijnnieu ja sbm pjaaiqnopaS pep }soo uba poquaddoqos -aijp }aq pmz spy -uapaj; a; do uaSe; ;qoBjj( ;aui ja uauaip sjapia^p ftjpspaM ua Jtfqjooqaquo ;sja^tn si 'ituoquaSa; jo^ba uaui atp „CtjaSBJA" azaQ -poq uaa uba uaop faq jooa sbm 1[eavz a; fiq pap jbbuj PBq ;qoBjquaddoqos (pmz) 'fiq }ep uajajaS -Sns a; pjoou ubb 'Sbbja uCiz ;aui iqaejjag tjaaq pmz -uaAag a: apuBuqjdej uaa jajads -pmz ap '(gaojA }saM ubb pinz jbav jjoo snp) ;gfU5f uajoq a; saioajd jEAaS apqag ';aq ftq S1B 'HM. sp IJooqaq japjaA '(uadoiag ufiz uiJa ZN 4-Bp 'Sqins s^qoajs si }aq) agpuq Ibbuijou uauiojqoA si poquaddoqos aqosig -oioqojfsd ;oq ua jua Ciq }EM uapatq gieui ;soo 'uaza/AagjB ^saqwd ;aq qpjoM 'ufiz UBq „aquaAuoo" uaa qfqtaoui poquaddoqos -aup i, jbeq :3BEJAaSpuq do pjooMjuy een fantastische gebergte dat omhoog rees naar de opgaande zon. De hemel straalde in de zachte opaalglans Er heerste een volmaakte stilte; de hele wereld scheen te rusten in een breek bare schaal van stilte. Nu stonden we dan eindelijk aan de uiterste grens van de grote zandwoestijn en bijna met spijt keek ik om in de richting, waaruit we gekomen waren." EN ELDERS, als de karavaan staat aan de rand van een onafzienbare zout- vlakte, heet het: „We bestegen nu de kamelen. Mijn makkers, het gezicht in hun hoofddoek gehuld, wiegden zwijgend heen en weer op het ritme van de kamelen. Diep blauw waren onze schaduwen op het helle zand. Twee kraaien die in noor delijke richting vlogen, streken kras send over onze hoofden. Ik moest vech ten tegen de slaap. Het enige geluid dat hoorbaar was, het malen der ka meelhoeven in het zand, klonk alsof kleine golfjes aan het strand likten." Thesigers grote kracht in zijn om gang met de Arabieren ligt ongetwijfeld in zijn begrip en waardering voor hun opvattingen. Hij aanvaardt hun tempe rament en hun lichtgeraaktheid als een vanzelfsprekendheid en bewondert hun trouw en diep gevoel voor eer. Hij schat zichzelf als mens niet hoger dan zij en neemt hun geloof ernstig. Het vol gende gesprek van Thesiger met Al Auf, zijn gids op een van de woestijnreizen, en de verklaring ervan, is een prach tig voorbeeld. „Ik heb haar tweemaal doorkruist," zei hij, „de laatste keer dat ik hier langs kwam is twee jaar geleden. Ik kwam toen van Aboe Dhabi." „En wie was er bij je?" „Ik was alleen," ant woordde hij. Ik meende, dat ik hem verkeerd verstaan had en herhaalde: „Wie waren toen je reisgenoten?" „God was mijn reisgenoot." Wat een ongelooflijke prestatie deze ontzaglijke leegte alleen door te trekken. Ook wij deden dat nu, maar wij hadden altijd nog onze eigen wereld bij ons, een klei ne wereld van vijf mensen, die elkaar behalve vriendschap, gesprekken en hu mor, ook het bewustzijn schonken dat anderen de gevaren en ontberingen met ons deelden. Ik was er heel zeker van dat, had ik hier alleen moeten zijn, de ze ontzettende eenzaamheid mij zou hebben verpletterd. Ik begreep echter onmiddellijk dat Al Auf het letterlijk bedoelde, toen hij zei, dat God zijn reisgenoot was geweest. Voor deze Be- doe is God een realiteit en het geloof aan zijn tegenwoordigheid geeft hun de moed en de kracht om vol te houden. Twijfelen aan zijn bestaan is voor de Bedoe even ondenkbaar als godslaster lijke praat." THESIGER schonk ons een prachtig reisverhaal. Hij schonk ons meer. Hij gaf ons iets van zijn liefde voor een we reld die snel aan het verdwijnen is, een wereld zonder mechanisatie, waarin de mens nog aandacht heeft voor de na tuur en leeft vanuit de innerlijke zeker heid dat het altijd zo is geweest. Toen Zaterdag: de beroemde Spaanse gitarist Carlos Montaya. hij Arabië verliet, zag hij de kiemen van het bederf reeds overal verschij nen, de auto's en vliegtuigen, de olie boortorens en de massaprodukten. D« woestijn verdwijnt. De fiere Bedoe wor den paupers, die rondhangen als onge schoolde arbeiders bij de olievelden. „Nooit zal ik vergeten hoe vaak ik mij voor deze ongeletterde herders heb geschaamd, omdat ze zoveel grootmoe diger, dapperder, taaier, geduldiger en riddelijker waren dan ik. Tegenover geen enkel volk der aarde heb ik ooit een dergelijk minderwaardigheidsge voel gekend." WIJ HOPEN dat het zojuist versche nen nieuwe boek van Thesiger „The Marsh Arabs" (De Arabieren van de moerassen) eveneens binnenkort een Nederlandse vertaling gaat vinden. Voortreffelijke reisverhalen zijn zeer zeldzaam. Ze dienen voor vele toeganke lijk te zijn. (Vervolg van pag. 2 volgd en verdreven een diaspora in de diaspora. En zo verhalend van zijn grootouders en ouders, ooms en neven, van de jood se gemeenschappen in Amsterdam en Skudi, last Herzberg zinvolle verhalen in, leidt hij zijn kleinzoon binnen in de joodse geloofs- en geesteswereld, in wat het rationalistische Talmudisme scheidt van het mystieke Chassidisme en in wat de ziel is van de Chabad, die beide, ver standelijke doordringing en geestdrifti ge aanbidding, wil verzoenen. Het is in zijn eenvoud niet alleen leerrijk en wijs wat hij vertelt, het is bezielend, omdat er van mensen sprake is en niet van geloofsinstellingen, van 't leven en niet van een leer. Vaak breekt, onopvallend voor wie niet met al zijn gevoelsorga- nen leest, de „witz" door, die iets an ders is dan een „mop": een door de wijsheid verfijnde humor, die gerijpt is door de „amor fati" en meestal „in gelijkenissen spreekt." Want het één is in het ander en alles samen heeft zijn. oorsprong in een kosmische eenheid. „ALS JE MIJ zou vragen," schrijft Herzberg aan zijn kleinzoon, „waar da godsdienst in zijn zuiverste vorm te vin den is, dan zou mijn antwoord zijn: in grootvaders huis." En dan beschrijft hij dat huis, een etagewoning in de Am sterdamse Paardenstraat, die eerder een steeg is en als hij in zijn herinne ring de voorkamer binnengaat, die voor godsdienstige plechtigheden is ingericht volgens het voorschrift, is er in zijn woorden een weerglans van de Schechi- na, de goddelijke stralenkrans, die er, zegt hij, woonde. Niet dat deze groot vader een buitengewoon man was hij behoorde niet tot de zesendertig rechtvaardigen, die volgens de legende in André Schwartz-Barts „De laatste der rechtvaardigen" in ieder geslacht leven, hij was een middelmatig mens, die je, als je hem je voorstelde tijdens het slotgebed op de Grote Verzoendag, het antwoord gaf op de vraag „hoe het mogelijk geweest is, dat een klein, over de wereld verspreid volk, duizen den jaren heeft kunnen standhouden zonder staat of enige andere wereldlij ke macht, bedreigd door de grootste ge varen, beproefd door de vervolging." Beter dan enig commentaar brengt de volgende passage, waarin verhaald wordt hoe de grootvader in zijn loofhut is gezeten, de kracht van de standvas tigheid in de diaspora tot uitdrukking: „Het is avond. De oude, vermoeide en vervolgde man bereidt zich voor om de nauwelijks te omvatten vreugde van het feest te ontvangen. Hij beleeft de geschiedenis van de woestijntocht, waaraan de loofhut herinnert, hij be leeft haar alsof hij in die tocht zelf is meegetrokken, maar hij beleeft dat niet als een op zichzelf staand feit, maar als een fase in de schepping en in de geschiedenis van het heelal. En hem, hemzelf is daarbij een taak opgedragen. Ze is neergelegd in de adelbrief, die hij ontvangen heeft. Hij heeft mede te werken aan de voleindiging van de we reld Dat, deze medewerking is de zin van dit indrukwekkende brievenboek, dat geen „litteratuur" wilde zijn, maar kunst werd door de vormende kracht van een bezielde geest. (Vervolg van pag. 4 oorspronkelijke tv-produktie betrof, maar een selectie uit een tiental pro gramma's, die onder deze titel weke lijks op het scherm kwamen. In ver band met de Festivalbepalingen kreeg „Les raisins verts" daarom ook geen bekroning; de pers was evenwel minder kieskeurig en kende de Franse inzen ding de persprijs toe. Men kan het programma in de verte vergelijken met „Zo is het toevallig ook nog eens een keer." Het is een satirisch programma, dat wekelijks naar schatting twaalf mil joen kijkers trekt en waarin commen taren en liedjes elkaar afwisselen. De belangrijkste medewerkers zijn Michè- le Arnaud en Jean Christophe Averty. Een belangrijke rol speelde in „Les rai sins verts" ook de Nederlandse choreo graaf Dirk Sanders, die de balletten voor zijn rekening nam. Het volgende programma-onderdeel komt uit Ameri ka. Het is de laatste aflevering van de in de States zo populaire doktersserie Dr. Kildare, die in Nederland aanmer kelijk minder succesvol was. Waar schijnlijk omdat een vergelijking met de NCRV serie van Dr. Cronin in het voordeel van de laatste uitviel. Kildare was te zoet, zegt men bij dé VARA. Vandaar een streep eronder. Ook deze avond weer beelden van de Tour. Recital van gitarist Carlos Montoya ZATERDAG. In het middagprogram ma Christobal, een herhaling van Har ten Vijf een documentaire over zie ken met vakantie en ter gelegen heid van de Oostenrijkse Week in Ne derland een speciale aflevering van een der meest populaire series van de Oostenrijkse tv, nl. „Der Fenster- gucker". Verder Huis, thuis en wonen en de finale van het kindersongfestival „Wie zingt er mee," die rechtstreeks uit de Singerconcertzaal komt. Jvanhoe opent het avondprogramma, dat wordt voortgezet met de grote finale van de Europaquiz „Einer wird gewinnen," rechtstreeks overgenomen van de Duit se televisie. Joachim Kuhlenkampf voelt weer tal van deelnemers uit de zes Europese landen aan de tand. De kijkers van het tweede net hebben reeds twee afleveringen van deze uiter mate vakkundig gepresenteerde quiz kunnen zien. De eerste-net-kijkers krij gen nu de finale voorgeschoteld. Al vorens de epiloog en de Tour aan de orde worden gesteld, eerst nog twintig minuten met de beroemde Spaanse gitarist Carlos Montaya. 't Pro gramma werd in Nederland opgenomen toen de musicus hier enkele recitals gaf. Het slot van de week komt dan even na half elf. Frans Henrichs neemt plaats in de presentatiestudio om de thuisblijvers op deze laatste zaterdag in juni te vertellen en te laten zien hoe de motoren ronkten in Assen, waar immers de TT weer zo'n honderddui zend bezoekers trok.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1964 | | pagina 20