Nieuwe loonexplosie zou een
economische ramp zijn
„Inflatie verdovend middel
dat de ziekte verergert
Pfia
m.
PANTALONS
PTT-tarieven gaan nog
verder omhoog
Beleid moet worden afgestemd
op herstel van evenwicht
Van een belastingverlaging
komt voorlopig niet veel
eek cloppenburg
MINISTER WITTEVEEN IN MILJOENENNOTA
Waar schu win g
tegen inflatie
Beter in kleding
Automatisch telefoneren
uit Engeland
met Nederland
De draadomroep wordt opgeheven
WITTE VEEN'S OPTIMISME
1175
DINSDAG 15 SEPTEMBER 1964
Belastingen
„Het minste
V er ontrustend'
Toelaatbaar
alléén woensdag
in ijzersterk Terienka. Het mo
del is slank, zonder omslag...
en de kleur is modem grijs.
speciaal verlaagde J.M. prijs
leeftijd 6 jaar II*
kleine stijging per maat,
bijv. 14 j. 17.75
en
een leuk
speldje
Toestand van Westduitse
diplomaat is verbeterd
Geef uw lievelingsvogel het beste: 'Sluis verpakte vogelvoeders!
Bestedingen
Sparen
Liquiditeit
De F 28
Staatsmijnen
Wetenschap
Industrialisatie
De West
Wegenaanleg
Geef uw lievelingsvogel liet beste: 'Sluis verpakte vogelvoeders!
Herstel van het economisch evenwicht is het doel dat vooropstaat bij het
financieel-economisch regeringsbeleid voor 1965. Er is reeds een periode
van aanpassing begonnen, die zal worden voortgezet, zo zegt minister
Witteveen, in zijn Miljoenennota. Hij wil de corrigerende krachten laten
doorwerken zonder het pijnlijke effect daarvan te verzachten door het
toestaan van inflatoire speelruimte.
De begroting is erop gebaseerd dat de lonen in 1965 slechts ten hoogste
4 percent omhoog zullen gaan. (De stijging was dit jaar 14 k 15 percent).
Vier percent is de minimale loonstijging die in elk geval zal optreden door
de „overloop" van de loonsverhogingen van dit jaar, de incidentele loons
verhogingen en de halve compensatie van de premieverhoging A.O.W., dit
alles zonder enige verhoging van de contractlonen. „Een nieuwe loon
explosie zou een economische ramp betekenen", zegt de minister.
De loonvorming moet zo veel mo
gelijk aansluiten bij de produktiviteits-
stijging. Nieuwe prijsgevolgen van de
sterke kostenstijgingen moeten zoveel
mogelijk worden opgevangen zonder
nieuwe inflatoire impulsen dus zonder
compenserende loonsverhogingen. „Geen
inflatoire ruimte", zo waarschuwt mi
nister Witteveen. „Dat levert slechts
tijdelijke verlichting, maar het even
wichtsherstel wordt er door tegengehou
den. Inflatie is een verdovend middel
dat de ziekte van de patiënt slechts ver
ergert". In dit beleid past ook de slechts
gedeeltelijke compensatie van de
A.O.W.-premieverhoging. De verhoging
van de A.O.W.-pensioenen kan slechts
bereikt worden door beperking van de
reële koopkracht van de actieve bevol
king, aldus de minister.
De hoop op een belastingverlaging op 1
juli 1965 heeft minister Witteveen in deze
miljoenennota vrijwel geheel van de tafel
geveegd. Hij zegt met zoveel woorden dat
de zware progressie nog versterkt door
de inflatoire loonstijgingen in het op be
perking gerichte begrotingsbeleid past.
Het ziet er dus naar uit dat de verlaging
—de eerste helft van de totale verlaging
pas op 1 januari 1966 zal kunnen in
gaan.
De Nederlandsche Bank zal doorgaan
met de huidige restrictieve monetaire po
litiek. De minister rekent er op dat de
prijsstijgingen en het tekort op de beta
lingsbalans daarbij zullen leiden tot een
verkrapping van de liquiditeit, waardoor
ook het bedrijfsleven evenals de rijks-
en andere overheden de investeringen
lullen moeten beperken.
Met het Centraal Planbureau rekent mi
nister Witteveen er op dat dank zij dit
beleid het economisch evenwicht voor een
groot deel, zij het nog niet helemaal kan
worden bereikt. De groei van de bestedin
gen zal achterblijven bij die van de pro-
duktie. Er ligt een zekere ontspanning op
de arbeidsmarkt in het verschiet, de beta
lingsbalans zal evenwichtiger worden.
Door de geringere loonstijging zullen de
prijzen stabieler zijn. De bewindsman zegt
met enige nadruk dat zijn beleid wel het
minste is wat gedaan moet worden.
Doordat onze economie zich in een over
gangsstadium bevindt valt het moeilijk te
voorspellen wanneer de veranderingen dui
delijk zullen worden. Na een critiek punt,
zo leert de ervaring, kan een omslag zich
soms vrij snel voltrekken. Daarom pleit de
minister voor grote waakzaamheid, opdat
het beleid bij een te zware omslag tijdig
kan worden bijgesteld. Dit zou dan onder
meer kunnen geschieden door herstel van
de investeringsfaciliteiten en vervroegde
invoering van de belastingverlaging. Bo
vendien kan ook het „stuwmeer" van aan
gehouden plannen voor woningen en ande
re bouwwerken nuttige diensten verrichten
bij het stimuleren van een te sterk afge
remde economie.
Minister Witteveen zegt, dat het te fi
nancieren tekort in 1965 globaal zal zijn
aan het begrotingstekort en dus ruim 900
miljoen zal belopen. Tevens zal, evenals in
WAAR KOMT HET GELD VANDAAN?
DE BELASTINGMIDDELEN 1965(v.afTrek)
fn mln.gld.)
Omzet-.
\y (U belasting
Invoerrechten
V
..Inn
Accijns
t Registry
I zegel
1 Motor-
Inkomsten
belasting
Loon-
I belasting
Vennoot-
sciiapsb.
&g5"210
Dividend,
commiss. F
betasting
3200
Successie -1250
Diversen 14)
- V'
11625
1964, moeten worden voorzien in de dek
king van het verwachte tekort van het
Gemeentefonds. Dit betekent dat het rijk
in 1965 totaal een bedrag van rond 1 mil
jard aan financieringsmiddelen moet aan
trekken. De voor het rijk beschikbaar ko
mende reserveringen op de voor-inschrijf-
rekeningen zullen naar verwachting 800
miljoen bedragen. Er resteert dan nog een
tekort aan dekkingsmiddelen van 200 mil
joen. Dit zal op de open kapitaalmarkt
moeten worden geleend. Overigens zullen
de aflossingen op de binnenlandse geves
tigde staatsschuld circa 550 miljoen belo
pen. Het rijk zal dus in feite netto bespa
ringen aan de epen kapitaalmarkt toevoe
ren, die beschikbaar komen voor andere
sectoren.
De minister wijst op de betrekkelijk ge
ringe omvang van het beroep dat op de
open kapitaalmarkt moet worden gedaan.
Dit valt temeer op, nu in de begroting
voor 1965 bijna 220 miljoen meer is uitge
trokken voor de betaling van woningwet
voorschotten. Het beroep op de kapitaal
markt voor slechts 200 miljoen zal naar
WAT WIJ PRESTEERDEN
Alg- produklie v.d. nijverheid en de
produkh'e per werknemer.(l953=r~v
(excl. bouwnljv.)
|Nijverheid| 1
1954
1958
1963
zijn mening een duidelijke verlichting voor
deze markt betekenen en voorkomen, dat
de liquiditeitsverkrapping een al te ruwe
verstoring van de investeringen gaat ver
oorzaken.
Overigens is de minister ervan overtuigd
dat ook structureel gezien een groter be
roep van het rijk op de kapitaalmarkt niet
verantwoord zou zijn. Er is namelijk geen
enkele aanwijzing meer dat het bespa-
ringspeil in te sterke mate de investerin
gen overtreft. Enerzijds kan worden ge
sproken van een groeiende kapitaalvraag,
met name in de bouwsector, anderzijds
van een vermindering van de particuliere
spaarquote.
De opvallende daling van de particuliere
besparingen hangt volgens minister Witte
veen naar alle waarschijnlijkheid samen
met de stijging van ons relatieve kosten-
peil, die in 1961 is begonnen met de re
valuatie, vervolgens door de verkorting van
de arbeidsduur is versterkt en die door de
loonoperatie nog krachtig is voortgezet.
Door deze ontwikkeling heeft het werkne
mersaandeel in het nationaal inkomen in
1964 de uitzonderlijke hoogte van 75 per
cent bereikt.
Het sterk gestegen werknemersaandeel
kan op zichzelf tot grote voldoening aan
leiding geven, omdat daardoor voor een
groot deel van de bevolking een aanmerke
lijk snellere welvaartsstijging kon worden
bereikt. Dat daardoor thans een daling
van de particuliere besparingen is opgetre
den noemt minister Witteveen echter ver-
Wat moet een bedienaar des woords
zeggen wanneer hij een naakt meisje
in zijn tuin vindt?
Het is de eerwaarde Caryl Sampson,
ongehuwd hulpprediker te Sutton-at-
Hone (Engeland), overkomen. Hij heeft
het in zijn kerkblad verteld.
„Het was een fors meisje van een
jaar of zestien. Zij zat naakt op de
bank in mijn tuin, die tot aan de
rivier loopt. Ik zei haar, dat zij een
fout gemaakt had en dat ze in de tuin
van de pastorie zat en niet in de hof
van Eden".
De Anglikaanse ds. Sampson ver
telde het voorval in een artikel over
de zedelijkheid van toploze badpakken.
Het overtuigde hem ervan, zo schrijft
hij, dat vrouwen er beter uitzien wan
neer zij gekleed zijn.
Minister Witteveen.
ontrustend, omdat dit de verdere wel
vaartsgroei in gevaar kan brengen.
Het is daarom noodzakelijk, dat de par
ticuliere besparingen de komende jaren
weer toenemen. De politiek tot herstel van
het economisch evenwicht zal daartoe een
onmisbare grondslag leggen. Het gaat er
om, zo zegt de minister, de bereikte hoge
re welvaart te consolideren en daardoor
de basis te leggen voor een nieuwe periode
van welvaartsstijging.
Uitvoerig gaat minister Witteveen in op
de vraag, of de voorgenomen stijging van
de rijksuitgaven in 1965 in overeenstem
ming is met de doelstelling van de rege
ring dat de rijksuitgaven niet sneller mo
gen toenemen dan het nationaal inkomen.
Stelt men de jaarlijkse toeneming van het
laatste op vier percent dan zullen de rijks
uitgaven in 1965 mogen stijgen met 470
miljoen, vergeleken met 1964.
Bij de berekening van de in dit opzicht
relevante uitgavenstijging kunnen een
groot aantal posten, die geen werkelijke
Advertentie
zolang de voorraad strekt:
voor jongens van 6 tot 14 jaar
Geen gelegenheid omzett 15245
I Bel. bestel. P&c bezorgt 't thuis. Tel, oaau
BONN (AP) De toestand van Horst
Schwirkmann, de secretaris van de West
duitse ambassade in Moskou, die slacht
offer is geworden van een mosterdgasaan
val in de Sovjet-Unie is aanmerkelijk ver
beterd.
Dr. Arthur Leinbrock, hoofd van de kli
niek voor huidziekten aan het ziekenhui*
van de universiteit van Bonn, zei dat er
geen gevaar bestaat voor het leven van
Schwirkmann of dat zijn been geampu
teerd moet worden. Hij is bij bewustzijn.
De Britse minister van Posterijen heeft
gisteren uit Liverpool de Nederlands*
minister van Verkeer en Waterstaat, mr.
Van Aartsen, in zijn werkkamer in Den
Haag opgebeld. Hiermee gaf Engeland
een officieel tintje aan het feit, dat sedert
maandag uit enkele delen van Engeland
vol-automatisch telefoonverkeer met Ne
derland, Frankrijk, België, West-Duits-
land en Zwitserland mogelijk is.
Op beperkte schaal was in Engeland
volautomatisch telefoonverkeer naar Ne
derland alleen mogelijk uit Londen. Gis
teren zijn de districten Liverpool en Man
chester er bij gekomen. Medio 1966 zal
vanuit de grootste steden van ons land
naar Engeland volautomatisch telefoon
verkeer mogelijk zijn voorzover de tele
foonnetten in Engeland zijn geautomati
seerd. De Britse minister koos een hotel
in Liverpool om met minister Van Aartsen
te telefoneren, omdat Liverpool een haven
stad is, wat de Nederlanders wel zal aan
spreken.
uitgaven zijn, buiten beschouwing blijven,
onder meer de aflossing van de gevestig
de staatsschuld (598 miljoen), de woning
wetvoorschotten (1143 miljoen), de voor
schotten aan de stichting Beheer Land
bouwgronden (34 miljoen), de gevolgen van
de algemene salaris- en pensioenmaatre
gelen (361 miljoen) en nog enkele andere
posten.
Voor het eerst laat minister Witteveen
nu ook die uitgaven buiten beschouwing
die door bijzondere tarieven (retributies
e.d.) worden gedekt. De toeneming van
deze uitgaven en de ermee in verband
staande middelen houdt meer verband met
de vraag van het publiek dan met uitbrei
ding van de staatstaak. Het gaat hier om
een bedrag van 904 miljoen.
Wanneer men nu het totaal van deze
niet-relevante uitgaven in aanmerking
neemt, komt minister Witteveen tot een
structurele uitgavenstijging van 436 mil
joen. Deze blijft 34 miljoen binnen het toe
laatbare bedrag van 470 miljoen. In 1964
werd de toelaatbare stijging met 134
miljoen overschreden. Thans kan dus een
gedeelte van deze overschrijding weer wor
den ingehaald. Minister Witteveen meent
dan ook, dat de begroting 1965 op aan
vaardbare wijze past in het structurele en
conjuncturele begrotingsbeleid, dat het ka
binet wenst te voeren.
Advertentie
Uit de rijksbegroting voor 1965 blijkt,
dat de P.T.T.-tarieven in 1965 verder
omhoogzullen gaan. De investeringen
in de telefoniesector worden uitgebreid.
Er wordt 67 miljoen meer uitgetrokken
voor kapitaalverstrekking aan de P.T.T.
De draadomroep wordt geliquideerd.
Wellicht zal een centraal antenne
systeem worden ingevoerd.
Van de ruim 208 miljoen die in de ont-
werp-rijksbegroting zijn uitgetrokken
voor zee- en rivier-waterkering en afwa
tering, is 153 miljoen bestemd voor de
aanleg van Deltawerken. Hiervan wordt
62 miljoen gebruikt voor de voortzetting
van de afsluiting van het Haringvliet en
23 miljoen voor werkzaamheden aan het
Volkerak. Het is de bedoeling in 1965 te
beginnen met de aanleg van de afsluitdam
in het Brouwershavensche Gat. Voor
aanleg en onderhoud van waterwegen is
261 miljoen uitgetrokken, tegen ruim
226 miljoen in 1964. De havenmond te
(Van onze financiële medewerker)
Ook bij de staatsbegroting voor 1965
gaat het niet in de eerste plaats om de
cijfers, want die worden in de loop van
het begrotingsjaar nog wel enige malen
gewijzigd, evenals dat ook in 1964 het
geval is geweest. Was voor dit jaar bij
voorbeeld het overschot op de gewone
dienst op 451 miljoen geraamd, thans
wordt een voordelig saldo van 1.212
miljoen verwacht. Waren de belasting
middelen aanvankelijk op 10.3 miljard
geraamd, vermoedelijk zullen ze 12
miljard opbrengen, waardoor de raming
van het tekort op de totale dienst, aan
vankelijk 1.6 miljard, nu tot circa 1
miljard is teruggebracht.
Men zal dus aan de cijfers van over
schotten en tekorten niet al te veel waarde
moeten hechten. Het gaat in de nota van
minister Witteveen om het beleid, dat zal
moeten worden gevoerd en dat ditmaal in
sterke mate moet worden afgestemd op het
evenwichtsherstel van onze nationale
economie. Dit evenwicht immers is ver
broken, doordat de nationale bestedingen
de nationale produktie aanzienlijk hebben
overtroffen, waarbij met enige voldoening
wordt geconstateerd dat de financiering
van de rijksuitgaven niet tot de verbreking
van het economisch evenwicht heeft bijge
dragen. Ook voor 1965 zal dat niet het ge
val zijn. Terwijl het nationaal inkomen
van 1964 op 1965 een stijging van ca. 6 pet.
zal aanwijzen (van ƒ53.400.000.000 tot
f 56.900.000.000) zal de nominale stijging
der rijksuitgaven niet meer dan 4,5 pet.
zijn. In totaal (gewone en buitengewone
dienst) zullen ze rond 15.000.000-000 be
dragen, de totale inkomsten ruim
14.000.000.000, zodat de begroting voor
1965 met een nadelig saldo van ca.
ƒ900.000.000 sluit.
De minister maakt zich hierover geen
zorgen, wel over de te grote bestedingen
in de particuliere sector. Vandaar dat de
toelaatbare kredietexpansie is afgestemd
op de reële groei van het nationale in
tomen, de premieverhoging voor de AOW
voor de helft uit de hogere lonen moet
komen en voor de versnelde aanleg van
800 km autosnelwegen weg- en tolgeld zal
worden geheven. Ook zullen retributies en
tarieven moeten worden verhoogd en zal
het progressie-effect van de inkomsten
belasting vooreerst nog moeten worden
gehandhaafd, hoeezer de minister over
tuigd is, dat dit een „pijnlijke last" be
tekent.
Duidelijk is dat van de geplande belas
tingverlaging vooreerst niets kan komen.
Eerst zullen de spanningen op de arbeids-
en kapitaalmarkt, zomede op de betalings
balans verdwenen moeten zijn.
In dit opzicht en dit is het meest op
vallende in deze begroting is de minis
ter, op het voetspoor van het Centraal
Planbureau niet pessimistisch. En dit
ondanks de teleurstellingen, die het jaar
1964 heeft opgeleverd en die door de
minister ook niet worden verbloemd. Hij
wijst er op dat als gevolg van een loon
stijging van gemiddeld 15 pet en ondanks
een stijging van de arbeidsproduktiviteit,
de arbeidskosten bij de bedrijven met 10
pet. zijn gestegen tegen 7 pet. in 1963. De
handelsbalans geeft als bekend een veel
groter invoeroverschot te zien dan ver
wacht werd en het nadelig saldo van de
betalingsbalans, voor 1964 aanvankelijk op
1.000.000.000 geraamd, wordt thans door
het Centraal Planbureau op 1.250.000.000
aangenomen.
Met de sterke stijging der bestedingen
loopt uiteraard een teruggang van de be
sparingen parallel. Het jaar 1960 heeft in
dat opzicht een topcijfer doen zien (22,7
pot van het nationaal intomen), in 1964 is
het teruggegaan tot 17,8 pet, hetgeen uit
sluitend aan de particuliere besparingen te
wijten is, die in 1960 16,9 pet, in 1964
slechts 11,9 pet van het nationaal intomen
uitmaakten. Dit is mede een gevolg van
de stijging van het werknemersaandeel in
het nationaal inkomen, dat van 67,7 pet in
1960 in 1964 tot 72,5 pet is toegenomen en
in 1965 zelfs tot 75 pet zal stijgen. Van een
besparingsoverschot is dan ook geen
sprake meer.
Toch menen minister en Centraal Plan
bureau dat 1965 in dit opzicht een ken
tering ten goede zal brengen. De particu
liere besparingen worden namelijk op
12,5 pet van het nationaal inkomen ge
raamd, de totale besparingen op 18,9 pet,
percentages, die echter nog beneden de ge
wenste normen blijven en dus verder zullen
moeten stijgen. Komt het in 1965 tot een
nieuwe loonsverhoging, dan ligt er met
name voor de werknemers een nationale
taak, namelijk om er voor te zorgen dat
van de hogere inkomsten een groter deel
wordt gespaard.
Dit zal niet gemakkelijk zijn, omdat een
deel van die loonsverhogingen zal worden
geneutraliseerd door een verdere prijS'
stijging, waarvan ook in de nota van mi'
nister Witteveen wordt uitgegaan. Men
vraagt zich daarom af of de grotere be
sparingen dan niet voornamelijk van de
bedrijven zullen moeten komen, temeer
omdat de investeringsbeperking niet voor
de woningbouw zal gelden
Als gezegd, op dit punt laten minister en
Planbureau een tamelijk optimistisch ge
luid horen. De groei van de bestedingen zal
volgens hen bij de produktiestijging ten
achter blijven, zelfs wordt een ontspanning
van de arbeidsmarkt in het vooruitzicht
gesteld en zal de betalingsbalans in de loop
van het volgend jaar geleidelijk naar een
evenwicht groeien, zodat er aan het eind
van 1965 geen tekort op die balans meer
zal zijn.
Intussen zal de liquiditeitskrapte voor
eerst nog aanhouden. Nu het bedrijfsleven
een toenemend beroep op de kapitaalmarkt
doet, is het verheugend te constateren, dat
de financiering van het kastekort bij het
rijk voor 1964 rond is en het volgend jaar
geen grote bedragen zal vergen. Bij een
kastekort van rond 1.000.000.000, zal in
1965 800.000.000 zogenoemde vóórinschrij
vingen kunnen worden verkregen, zodat
slechts circa 200.000.000 behoeft te worden
geleend.
Alles aangenomen, maakt de staatsbe
groting voor 1965 in het licht van de moei'
lijke situatie, waarin ons land thans ver
keert, geen ongunstige indruk. Integendeel,
zij ademt vooral tegen het slot een zeker
optimisme, waarvan men geneigd is zich
af te vragen of het wel geheel verantwoord
is, er kan in een jaar veel veranderen,
maar of het alles zo vlot zal verlopen als
het C.P.B. in zijn prognose verwacht, is
onzes inziens wel aan twijfel onderhevig.
Het lijkt er vandaag tenminste nog aller'
minst op of heeft, met eerbied gesproken,
de minister aardgas in zijn achterhoofd?
IJmuiden vergt 24 miljoen in 1965. Met
de voorbereidende werken voor de Zuider-
dam (toegang Europoorthavens) is 10 mil
joen en met de werkzaamheden aan Har-
telsluis en Hartelkanaal (achterwaarts*
verbindingen Europoortgebied) is 15 mil
joen gemoeid. Voor het kanaal GentTer-
neuzen is ƒ50 miljoen uitgetrokken.
In de voor 1965 geraamde kosten voor
wetenschappelijk onderzoek is 14,5 mil
joen begrepen voor een subsidie aan het
Nederlands Instituut voor Vliegtuigont
wikkeling als eerste gedeelte van 'n totale
bijdrage van maximaal 51,5 miljoen in de
ontwikkeling van het vliegtuigtype F 28
bij de vliegtuigfabriek Fokker. Wegens de
bouw van een nieuwe verkeerstoren op
Schiphol zijn de uitgaven voor burgerlijke
luchtvaart 4,8 miljoen hoger geraamd.
Het rijk neemt voor 10 miljoen deel in 't
aandelenkapitaal van de n.v. Schiphol.
De Staatsmijnen zullen ook in 1965 hun
investeringen in de chemische sector met
kracht voortzetten. Aangezien een zeer
belangrijk deel van de te maken winst
wederom in het eigen bedrijf wordt ge
ïnvesteerd, kan voor 1965 worden volstaan
met een kapitaalverstrekking door het rijk
van 23,5 miljoen.
De uitgaven voor wetenschappelijk
onderzoek zijn in 1965 op 87,9 miljoen
geraamd, 11 miljoen hoger dan in 1964.
De bijdrage in de exploitatiekosten van d*
Nederlandse Centrale Organisatie voor
Toegepast Natuurwetenschappelijk On
derzoek (TNO) vergt 23,2 miljoen. Voor
het Reactor Centrum Nederland is 12
miljoen opgenomen. De bijdrage aan
Euratoom is op 16,5 miljoen gesteld. Voor
bijdragen in het bouwprograma van RCN
en TNO i9 22,5 miljoen uitgetrokken.
Het regionale industrialisatiebeleid zal
worden voortgezet. Voor de financiering
van het 130 miljoen-infrastructuurpro
gramma 1960-1963 is voor 1965 nog 24
miljoen uitgetrokken. Voor het aangaan
van verplichtingen uit hoofde van het
infrastructuurprogramma 1965-1968, totaal
ten bedrage van 165 miljoen is in d*
ontwerp-begroting rekening gehouden met
een post van 35 miljoen tot het aangaan
van verplichtingen die niet in de raming
tot uitdrukking komt. Voor de premie- en
prijsreductieregeling „Bevordering Indus
trialisatie Ontwikkelingskemen" is 15
miljoen uitgetrokken.
Voor de Nederlandse Antillen (financie
ring niet-rendabele projecten) is 30 mil
joen uitgetrokken, voor de helft als lening
en voor de helft als schenking. Voor de
verwezenlijking van het tienjarenplan vaa
Suriname is 21 miljoen uitgetrokken,
waarvan de helft als lening wordt ver
strekt. De uitgaven ten behoeve van d*
ontwikkelingslanden buiten het koninkrijk
van bijna 142 miljoen vormen een onder
deel van het bedrag van 209 miljoen dat
naast de bijdrage aan het EEG-Ontwikke-
lingsfonds voor 1965 is uitgetrokken.
De voor aanleg en onderhoud van wegen
uitgetrokken bedragen stegen van 348
miljoen in 1963 tot f 395 miljoen in 1964 en
469 miljoen in 1965. Een bedrag van 170
miljoen komt ten goede aan het wegennet
dat door de lagere publiekrechtelijk*
lichamen wordt beheerd. Voor het rijks
wegennet is f 260 miljoen beschikbaar.
Hiervan is f 190 miljoen bestemd voor het
op te richten rijkswegenfonds.
Advertentie