SHIRLEY Monument op de Dam blijft ook na de schoonmaak ,,scharrelbank" boeken in huis PANDA EN DE MEESTER-LEERLING Diaatjes toch weer te bleek of te donker? oA door Charlotte Brontë Zitverbod strookt niet met symbool van de vrijheid Amsterdams x x Allerlei Instant box DINSDAG 22 SEPTEMBER 1964 11 Rotterdam, boos .A - V-' X Tram weer duurder? Probeer dan eens dit simpele trucje dat zelfs de meest „eigenwijze" vol automatische camera kan dresséren Rechtlijnig denkertje Droogschieten 12) Ik hield stil: er zijn er wel die harder doorgereden zouden zijn; maar ik hoef niets te vrezen dat ik weet. Ik geloof niet, dat er één vent is hier in de buurt, die mij kwaad zou doen; ik zou ze in elk geval flink op hun donder geven als ze het probeerden. Ik zei: „Is daar iets mis?" „Ja waarachtig wel," zegt iemand en het was alsof hij uit de grond praatte. „Wat is er dan? schiet op en vertel het me," be val ik. „Niks as vier van ons die in een greppel liggen," zegt Joe zo kalm als wat. Ik zeg tegen hen, dat ze zich moesten schamen, dat ze op moesten staan en doorlopen en dat ik ze anders een klap met m'n zweep zou geven; want ik dacht dat ze alle maal te veel op hadden. „Dat zou- en we al een uur geleje gedaan heb ben, maar we zijn vastgebonden met een stuk riem," zegt Joe. Dus klom ik naar beneden en maakte ze los met mijn zakmes en Scott wou met me meerijden om alles te vertellen wat er gebeurd was en de anderen komen ook zo gauw als hun benen ze dra gen kunnen." „Nu, mijnheer Yorke, ik ben u zeer verplicht." „Zo, mijn jongen? je weet dat je dat helemaal niet bent. Maar daar komt de rest aan. En hier, goeie he mel, komt nog een stel met lichten in hun kruiken zoals het leger van Gideon; en daar wij de dominee bij ons hebben goeden avond, mijn heer Helstone zal 't wel gaan." De heer Helstone beantwoordde de begroeting van de persoon in de ca briolet bijzonder stijfjes. Die persoon vervolgde: „Wij zijn met z'n elven mannen en we hebben paarden en karren bij ons. Als we nou maar een zootje van die hongerlijjers van machine-vernielers te pakken konden krijgen, zouden we een reusachtige overwinning kunnen behalen; we zouden ieder van ons een Wellington kunnen zijn dat zou u mooi vinden, meneer Helstone; en de stukkies in de krant, die we zouden krijgen! Briarfield zou beroemd zijn; maar we krijgen zeker anderhalve ko lom in de Stilbro' Courier over dit zaakje, daar verwed ik wat om ik verwacht niet minder." „En ik beloof u niet minder, mijn heer Yorke, want ik zal het artikel zelf schrijven," antwoordde de domi nee. „Dat 's een zaak die zeker is! En denkt u er aan dat u er op aandringt dat zij, die de machines in stukken breken en Joe Scott z'n benen vast binden, dat die opgehangen moeten worden zonder bijstand van de domi nee. Dit is een geval voor de galg of dat moest het zijn; daar is geen twij fel an." „Als ik ze moest berechten zou ik korte metten met hen maken!" riep Moore, „maar ik ben van plan ze de ze keer helemaal met rust te laten, ze voldoende vrijheid van beweging te geven, zodat ze zich tenslotte zelf aan de galg brengen." „Ze met rust laten, Moore? Beloof je dat?" „Beloven? Neen. Ik bedoel alleen maar, dat ik geen bijzondere moeite zal doen om hen te grijpen, maar als een van hen mij tegen het lijf loopt „Dan neem je hem te pakken, na tuurlijk; maar je zou liever willen, dat ze eerst iets ergers deden dan alleen maar een wagen tegehouden, voordat je met ze afrekent. Maar kom, we zullen het onderwerp nu maar laten rusten. Hier staan we voor mijn deur, heren, en ik hoop dat u en de mannen binnen wilt ko men; een kleine verfrissing zal geen van u kwaad doen." Moore en Helstone beweerden dat dit voorstel onnodig was; maar er werd zo beleefd op aangedrongen en het weer was bovendien zo guur en de lichtschijn, die door de raamvitra- ges scheen van het huis waarvoor zij stil hielden, was zo aanlokkelijk dat zij tenslotte toestemden. Nadat Yor ke uit zijn rijtuigje was geklommen, dat hij aan de zorg van een man, die bij hun aankomst uit één van de bij gebouwen kwam, toevertrouwde, ging hij hen vóór naar binnen. De opmerking moet gemaakt wor den dat de heer Yorke tamelijk wis selvallig was in zijn manier van spre ken; nu eens sprak hij plat Yorkshire en dan weer zuiver Engels. Zijn ma nieren schenen aan dezelfde variaties onderhevig te zijn. Zijn stand was dus niet gemakkelijk op te maken uit zijn spraak en zijn optreden; misschien zou de inrichting van zijn woning het uitmaken. Hij verwees de mannen naar de keukeningang en zei, dat hij wel zor gen zou dat ze binnenkort „iets te drinken zouden krijgen." De heren werden door de voordeur naar binnen gelaten. Zij bevonden zich in een met matten belegde vestibule, die bijna tot aan de zoldering met schilderijen behangen was, daarna werden zij naar een grote zitkamer geleid met een prachtig vuur in de open haard; het leek op het eerste gezicht een bij zonder vrolijke kamer en wanneer men de details bekeek, werd die in druk niet minder. Er was geen pracht en praal, maar alles was smaakvol ongewoon smaakvol men zou zeggen de smaak van een man, die veel gereisd heeft, een geleerde en een heer. Een serie Italiaanse land schappen hing aan de muren; waar van elk een voorbeeld van echte kunst was; een kenner had ze uitgezocht: het waren geen kopieën, ze waren kostbaar. Zelfs bij het kaarslicht be koorden de heldere klare uitspansels, de zachte verten, waarbij de blauwe lucht tussen oog en heuvels trilde, de frisse kleuren en de goed-verdeelde licht- en schaduwplekken, de toe schouwer. De onderwerpen waren alle landelijk, de landschappen waren alle zonnig. Er lagen een gitaar en wat mu ziek op een sofa; er waren cameeën, mooie miniaturen; een stel vazen op de schoorsteen, die er Grieks uitza gen; er waren twee elegante boeken kasten met keuriggeordende boeken er in. De heer Yorke verzocht zijn gasten te gaan zitten; toen belde hij om wijn; aan de bediende die de wijn bracht, gaf hij een royale opdracht om de mannen in de keuken te trak teren. De dominee bleef staan; hij scheen zijn omgeving niet te waar deren; hij raakte ook de wijn, die zijn gastheer hem aanbood, niet aan. „Zoals u wilt," merkte de heer Yor ke op. „Ik vermoed dat u aan ooster se gebruiken denkt, mijnheer Hel stone, en dat u niet onder mijn dak wilt eten of drinken uit vrees dat wij dan vrienden zouden moeten zijn, maar ik ben niet zo precies of zo bij gelovig. U zou de inhoud van die ka raf kunnen opdrinken en u zou mij een fles van de beste drank in uw kelder kunnen geven en toch zou ik mij volkomen vrij voelen om u bij iedere gelegenheid te bestrijden, in iedere kerkvergadering en andere bij eenkomsten, waar wij elkaar zouden ontmoeten." „Dat is precies wat ik van u ver wachten zou, mijnheer Yorke." „Bekomt het u wel goed, mijnheer Helstone, om op uw leeftijd oproer kraaiers achterna te rijden in regen en donker?" „Het bekomt mij altijd goed mijn plicht te doen; en in dit geval ver schaft mijn plicht mij een groot ge noegen. Het is een edele bezigheid on gedierte te verjagen een aartsbis schop waardig." „In ieder geval u waardig: maar waar is de hulpprediker? Misschien is die er op uitgegaan om de een of andere arme ziel, die aan krampen lijdt, te bezoeken of hij jaagt mis schien op ongedierte in een andere richting." „Hij vervult de garnizoensdienst in Hollow's Mill." „Je hebt hem toch wel 'n slokkie wijn achtergelaten, hoop ik, Bob" (zich tot mijnheer Moore wendend), „om er de moed in te houden?" Hij wachtte niet op een antwoord, maar ging vlug door nog tot Moore spre kend, die zich in een ouderwetse stoel bij het haardvuur had laten zakken „Sta op, Robert! Ga opzij, jongen! Dat is mijn plaats. Neem de sofa of drie andere stoelen, als je wilt, maar niet deze; die behoort mij toe en nie mand anders." (Wordt vervolgd) In de schaduw van de vrijheids beelden, symbool van de ontworste- lingm aan de nazi-tirannie, houden tieners hun rumoerige rendez-vous en eten ouderen welgemoed hun boterhammetje. Vreemdelingen ver bazen zich er steeds weer over, dat een dergelijke ontwijding van het Dammonument wordt toegestaan, maar de Amsterdamse overheid ziet het anders. Een symbool van de vrijheid moet zelf ook vrijelijk ge bruikt (of, zo men wil: misbruikt) kunnen worden, anders zou het zich zelf geweld aan doen, meent men. AMSTERDAM (GPD). - Over drie honderd jaar zullen de zeventiende- eeuwse grachtenhuizen nog in hun volle glorie aan de Amsterdamse grachten prijken. Of dan ook het nationale monu ment op de Dam nog bestaan zal, moet worden betwijfeld. Men bouwde in de zeventiende eeuw namelijk solider dan thans, nog afgezien van het feit dat men ook meer gevoel voor schoonheid had. Goed, dat Dammonument staat er en omdat er in ons land weinig monumen ten zijn met een zo zinvolle betekenis als dit, wordt er niet meer gepraat over mooi of lelijk. Het nationaal monument staat er nu acht jaar en is reeds aan res tauratie toe. In de afgelopen jaren is de specie uit de voegen geraakt, waardoor het regenwater kon binnendringen. Bij vorst bestaat aldus het gevaar dat de steen gaat scheuren. De restauratie zal ongeveer een jaar in beslag nemen. Van deze gelegenheid wordt tevens gebruik gemaakt om de steen grondig te reinigen opdat de dichtregels van Roland Holst weer duidelijk zichtbaar worden. HET PLAN van burgemeester Van Hall om een .van de traptreden rond het monu ment te doen vervangen door een water bassin, zodat het publiek op een eer biedige afstand blijft, heeft te weinig medestanders gevonden om te worden uitgevoerd. Evenmin zal het voetstuk thans veelal als flirtbank voor jongelui in gebruik, een schuine kant krijgen, waarop men niet zou kunnen zitten. Het monument zal dus ook in de toekomst blijven dienen als openbaar terras tijdens de lunchpauze en als ontmoetingsplaats voor de tieners. Die laatst functie heeft in het verleden nogal wat kritiek uitge lokt, maar het schijnt dat men zich langzamerhand heeft verzoend met de si tuatie. Misschien is dat wel goed zo, Het nationaal monument is een symbool van onze vrijheid, het is een plaats die men met vreugde in het hart moet kunnen naderen. Men kan en mag zich daar nu eenmaal anders, vrijer gedragen dan bij een grafmonument. Dat het dan ook deze zomer enige malen het toneel van nozem-relletjes is geweest, valt te be- Advertentie 30. „Je mag Dongadil niet gebruiken om te stelen!" riep Panda. „Geef hier dat geld!" En hij griste Joris het stapeltje bankbiljetten uit handen. „Tut, tut," fluis terde Joris, met een ongeruste blik naar een agent, die bij de bank op wacht stond. „Het is niet gestolen, manneke! Alleen maar gefupt Komaan, schreeuw niet zo! Je maakt die agent onrustig!" Op dat ogenblik ging de alarmsirene van de bank en de wetsdienaar kwam onmiddellijk in actie. „Alarm! Alarm!", riep hij, de trappen van het gebouw opsnellend. „Sluit de klui zen! Vang de dieven!" „Agent! Agent!", riep Panda, terwijl hij achter hem aan rende. „Hier is het geld terug! Agent!" „Laat hem toch, Panda!" riep Joris wanhopig. „Je mag hem nu niet storen! Zie je niet, dat hij het druk heeft?" Dongadil zag al die opwinding ver baasd aan. „Wat een drukte om een stapeltje papier," mompelde hij. „Reuzen zijn toch maar rare wezens!" treuren, maar dit verschijnsel doet zich op warme zomeravonden, monument of geen monument in alle grote steden voor. DE ROTTERDAMSE burgemeester heeft enige zure opmerkingen gemaakt over de houding van Amsterdam ten aanzien van de haventarieven. Tegen aller verwachting in heeft burgemeester Van Hall hierop niet gereageerd. Misschien is dat ook wel beter. Het Rotterdamse verwijt is trouwens niet nieuw en vroeger al eens duidelijk weerlegd. In de Maasstad heeft men vo rig jaar de haventarieven verhoogd en sindsdien is men boos omdat Amsterdam zijn tarieven niet heeft opgeschroefd. Die verhoging in Rotterdam was nodig om het havenbedrijf rendabel te houden. In Am sterdam is echter een batig saldo en waar om zal men dan de prijzen verhogen? In de hoofdstad vindt men het wel wat on- sportief dat de grootste haven van de we reld zo sputtert tegen Amsterdam dat als betrekkelijk kleine haven toch nauwelijks een concurrent mag heten. Trouwens, als men de totale havenkosten van beide ste den vergelijkt, mag men de hoge sleep- tarieven van Amsterdam niet vergeten. Dan blijkt dat die totale kosten elkaar niet veel ontlopen. HET AMSTERDAMSE havenbedrijf mag dan floreren, met de tram is het al jaren mis en daarin onderscheidt Amster dam zich niet van de andere steden met een openbaar vervoerbedrijf. De tariefs verhogingen die de afgelopen jaren zijn ingevoerd, hebben dat verlies niet kunnen drukken. Zij waren nauwelijks voldoende om de kostenstijgingen op te vangen. De nieuwe tariefsverhoging is onlangs op sterk verzet van de gemeenteraad gestuit. Er is opnieuw wat aan de prijzen gedok- Ta: .ps. terd en op 30 september zal de gemeente raad zich andermaal over een verhoging moeten uitspreken. Het nieuwe voorstel voorziet in een tariefsverhoging van circa 15 percent, zodat een gewone tramrit op 40 cent komt. Het belooft een zwaar raadsdebat te worden, want tegenover de verhoging staat geen enkele verbetering in het bedrijf en er. zijn vele klachten over de Amsterdamse tram: onregelmatige dien sten, lange wachttijden, overvolle wagens en ongeïnteresseerd tot bokkig personeel. LANG, misschien wel drie weken, hebt u moeten wachten op de ont wikkelcentrale, maar nu zijn uw vakantie-kleurendia's dan toch eindelijk terug. En natuurlijk zijn ze bijna allemaal ragscherp, goed belicht en mooi van kleur. Bijna, want een paar zijn toch weer veel te bleek ge worden, ondanks al uw voorzorgen. Ja, zelfs ondanks uw nieuwe, vol- lutomatische kleinbeeldcamera waarmee volgens de fotohandelaar „ge garandeerd" niets fout kon gaan. tf 9> LATEN WIJ een van die bleek neusjes eens wat nader bekijken. Plaats van handeling: een zonnig terrasje ergens aan de Italiaanse Riviera. Aan de witgelakte tafeltjes een vrolijk groepje vakantiegangers, uw reisgenoten, in kleurige vrije- tijdskledij. Op de achtergrond en terzijde: een dichte haag van don kergroene pijnbomen, geflankeerd door een paar echte palmen. Een verrukkelijk plaatje, dacht u met een. U ontmantelde uw (volautoma tische) fototoestel, wandelde een meter of tien achteruit, opdat ook die mooie bomen „erop" zouden ko men en drukte af. Over belichtings tijd en lensopening maakte u zich geen zorgen; daar zorgde uw came ra zelf wel voor. Jawel, dat had u gedacht! Maar toen u het kant-en-klaar dia onder ogen kreeg, kon u wel huilen. Al die mooie warme kleuren, de fleurige shirts, de bonte bloemen, wo sind sie geblieben? „We zijn allemaal krijtwit," constateerde uw vrouw ontdaan, „terwijl we juist zo fijn bruingebrand waren Hoe be staat het JAWEL, dat bestaat. Volautomati sche fototoestellen zijn prachtige, perfect-werkende apparaten, maar zij kunnen alleen rechtlijnig „den ken". Onderwerpen met zeer grote contrasten, zoals uw terrasje, kun nen zij niet baas zonder ingrijpen uwerzijds. Toen u uw toestel richtte, registreerde het n.l. niet alleen het felverlichte zonnige terrasje, maar ook de veel donkerder boomgroepen erachter en eromheen. Het vond dus twee verschillende „lichtwaarden" (dat is: een combinatie van een be paalde lensopening en een sluiter tijd), het trok die beide van elkaar af en stelde vervolgens de resteren de lichtwaarde in op de diafragma- en/of tijdenring. Die resterende lichtwaarde was dus een compromis tussen de lichtste en de donkerste partijen, met het resultaat dat uw hoofdmotief het zonnige terras onvermijdelijk overbelicht werd. ONDERBELICHTING ontstaat op vrijwel identieke wijze, maar dan omgekeerd. Bij tegenlichtopnamen b.v. meet de automatische camera te „optimistisch"; zij ziet de situa tie als het ware „te licht in". Por tretten en figuren in tegenlicht, ge maakt met dit soort camera worden beslist te donker als men de auto maat zijn gang laat gaan. Hier moet de fotograaf eigenhandig een correc tie aanbrengen, bijvoorbeeld door een groter diafragma of een langere sluitertijd te kiezen. MAAR HOE moet dat nu bij toe stellen, die zo'n keuzemogelijkheid niet bieden? Vele typen volautoma- ten bezitten zelfs geen diafragma- of tijdenschalen meer en in dat ge val zijn „persoonlijke correcties" welhaast onmogelijk. Maar er be staat een foefje op, dat vrijwel nooit faalt, al vereist het wel enige han digheid. Laten we even terugkeren tot uw terrasje in het zonnige zuiden. Hoe deed u dat ook weer? U liep zover achteruit tot u ook de donkere boomgroepen in uw zoeker zag. Had u inplaats daarvan uw vrienden van heel dichtbij in het vizier genomen, dan zou uw toestel alleen dat fel verlichte hoofdmotief gemeten, en de bijbehorende hoge lichtwaarde ingesteld hebben. Had u dan de ont- spannerknop voorzichtig een eindje ingedrukt, dan was die lichtwaarde gefixeerd. Vervolgens was u, de knop precies in deze stand ingedrukt houdend, naar de rand van het ter ras gewandeld (hetzelfde opname standpunt dus van uw mislukte dia) en had daar afgedrukt. Het resul taat was dan een perfect belicht plaatje met louter bruine zonaanbid- ders geweest, precies zoals uw oog het zag. EEN NOGAL hachelijke procedure zult u zeggen. Jawel, maar in de praktijk valt het heus mee. Tenmin- In voorbereiding is een interes sant nieuwtje: een goedkope ca- mera-voor-iedereen, die direct na de opname een kant en klare af druk kan produceren. Het principe is niet nieuw. Reeds een jaar of vijftien kennen wij het Polaroid Land-systeem, dat met spe ciale rolfilms hetzelfde presteert. De films in kwestie zijn voorzien van een „ingebouwde" ontwikkelinrich- ting: kleine rolletjes chemicaliën die bij het transporteren van de film over het belichte stukje negatief worden uitgespreid en dit ter plaat se dus in de camera ontwik kelen, omkeren, en fixeren. De Po laroid-camera heeft destijds grote opgang gemaakt, onder andere bij persfotografen (die op deze wijze veel later nieuws konden „coveren") en ook bij straat- en strandfotogra- fen, welke hun produkten nu direct konden aanbieden en incasseren. Uitbreiding van het systeem met allerlei accessoires en hulpappara- tuur maakten de „seconds-a-pic- ture"-camera ook geschikt voor we tenschappelijke toepassingen (o.a. medische fotografie), terwijl ook de geruchtmakende Nimbus-foto's van het RVO-TNO goeddeels met Pola- apparatuur vervaardigd werden. Voor het gros der amateurs bui ten Amerika bleven de Polaroid camera's, en vooral de films, echter door hun tamelijk hoge prijs goed deels een wensdroom. Misschien zal de „instant-boxcamera" die nu in de maak is, in die leemte voorzien, als zij tenminste voor een redelijke prijs gelanceerd kan worden. Veel meer dan geruchten zijn er nog niet, zodat wij op het ogenblik noch tech nische bijzonderheden, noch zelfs de maker van dit nieuwtje kunnen ont hullen. Nog even geduld, fotovrien den. ste, als u vooraf wat geoefend hebt Dat gebeurt het beste met een lege camera, waarvan u de rugwand ge opend heeft. Richt het toestel nu op een heldere lichtbron, bijvoorbeeld de huiskamerlamp, en neem dan „drukpunt" zoals hierboven be schreven. Wandel nu naar een don kere hoek van de kamer en druk dóór, terwijl u met één oog in de geopende camera kijkt. Wanneer de sluiter zich opent, moet u een heel klein lensgaatje zien. Is dat het ge val, dan beheerst u deze kunstgreep en dan zal in den vervolge geen op name, hoe moeilijk of contrastrijk ook, over- of onderbelicht worden. Ziet u daarentegen bij dit experi ment dat de lens toch weer wijd open staat, dan is uw toestel niet geschikt voor dergelijke ingrepen. En dan is het wellicht tijd, eens over een nieuwe camera te gaan denken. Een van die moderne vol- automaten bijvoorbeeld, die met één vinderdruk te veranderen zijn in een conventioneel toestel met handbedie ning, hetgeen in feite een schaap met vijf poten is, een technisch won der, waarmee zowel de prille be ginneling als de gevorderde fijn proever louter voltreffers kan pro duceren. Herman Croesen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1964 | | pagina 11