DE SCHANSENBERG: LICHTEND KEERPUNT VOOR LAAT-BLINDEN Leren leven met een handicap Bemoedigende resultaten van vijf jaar baanbrekend revatidmiewerh WILSKRACHT Dick Dijs ZELFAANVAARDING NIEUWE AANPAK EERSTE FASE VAKOPLEIDING Stoklopen is het eerste dat de blin den op de Schansenberg leren. school in Genève bezocht, verhuisde via De Schansenberg naar Amsterdam om er Politieke en Sociale Wetenschappen te gaan studeren. Een onderwijzer vol tooide zijn studie voor de hoofdakte. HET IS duidelijk dat voor al deze dingen een stalen wilskracht vereist is. „Als je een handicap hebt, moet je een ijzeren Hendrik zijn" zegt een 44- jarige Enschedeër, die eerst als admi nistrateur de kost verdiende, maar tij dens de periode waarin hij het gezichts vermogen kwijt raakte, op het beroep van heilgymnast-masseur overschakel de. „Als je blind bent, moet je wat doen. Kan-niet is dood en wil-niet ligt er naast begraven" zegt hij. De Schansenberg was in 1959 het eer ste revalidatiecentrum op het vasteland van Europa dat dit soort werk aan pakte. Engeland en Amerika waren voorgegaan. Nu zijn er ook van deze centra in Zweden, Duitsland, België en Frankrijk. IN DE EERSTE vijf jaar zijn bijna tweehonderd mensen door De Schansenberg gestroomd. Ge middeld worden er bijna veertig mensen per jaar weer op de goede weg geholpen. Verleden jaar regi streerde de Stichting Algemene en Individuele Blindenbelangen 182 aanvragen. Ruim veertig bleken naar medische, psychologische en sociale normen revalidabel. Zij zijn al, of worden binnenkort, in Do Schansenberg opgenomen. De ge middelde revalidatieduur is er acht maanden, met als uitersten een kwartaal en twee jaar. „Men verwacht dat ik eind decem ber weer aan het werk zal kunnen", zegt de ambtenaar uit Rotterdam. „Maar ik streef ernaar, eind oktober al zo ver te zijn. Ik hoop dan voldoen de in de vingers te hebben om mijn werk te kunnen doen". Hij gaat dan terug naar het stadhui* waar hij, met behulp van bandrecorder en schrijf machine, afdelingsvergaderin gen gaat notuleren. Op de Schansen berg heeft hij braille-lang- en kort schrift leren lezen en schrijven, hij kan stenograferen en machineschrijven. „Voor de gezelligheid doe ik er Engelse en Franse conversatie bij'*zegt hij. Hans Teunissen uit Utrecht denkt tot februari of maart in Loenen te moe ten blijven. Dan gaat hij, een andera functie, terug naar zijn oude baas. Met dezelfde opleiding als de ambte naar uit Rotterdam gaat hij daar op kantoor werken. Jasper Jobse uit Heemskerk gaat te rug naar de Hoogovens, waar hij ook een administratieve functie zal krijgen. Hij leert nu typen en bovendien Frans, Duits en Engels. „Ik zal dit jaar hier wel uitdienen" verwacht hij. „Maar ik hoop toch gauw te mogen beginnen". Andries van Essen uit Woerden zal eveneens pas volgend jaar zijn Schan- senberg-periode kunnen afsluiten. Hij leert nu voor metaalbewerker. Elke middag brengt hij aan de draaibank door. „Ik geloof wel dat het lukt" zegt hij. In vijf jaar tijd heeft de Schansen berg zijn nut ruimschoots bewezen. Bijzonder zwaar gehandicapten wordt hier weer levensvreugde geschonken; zij kunnen weer lachen, het leven heeft voor hen weer waarde gekregen, zij voelen zich niet meer buiten de maat schappij geplaatst. WIE HEN aan het werk ziet en met hen spreekt, raakt er steeds meer van doordrongen dat de korte, maar in zijn simpele eenvoud eeuwenlang een wrede waarheid bevestigende ver gelijking „hulpeloos als een blinde" gedoemd lijkt te zijn. uit het taal gebruik te verdwijnen Wie zou dat niet willen? De 36-jarige Jasper Jobse uit Heems kerk, aanvankelijk drag line-machi nist, daarna smelter bij de Hoog ovens, krijgt op de Schansenberg een administratieve opleiding. „Ik heb hier geleerd dat er voor mij nog veel te genieten is", zegt hij. al!UH>ll!l!lllllllllin'.!tlll!HHIIIIIII»:>MH!UlllilllllllWIKUIU!lilUllllllllU!!Ill!IIIIIIIIIUlUU]UllllHIIIHIIIIIlllimiU!lllllllllllll!l»:Hllllllli!UIIllIllia! S DE SCHANSENBERG kent geen beperkingen ten aanzien van zijn „klan- ten". Volwassen blinden van alle gezindten kunnen er terecht. Bjj de stich- I ting van het centrum ondervond men de welwillende medewerking van alle groeperingen, al waren er toch wel enkelen die zich Nederlands-voorzichtig i toonden. Hun scepticisme bleek ongegrond. Toch is men op De Schansenberg de moeilijkheden niet uit de weg gegaan door een „neutrale houding" aan 5 te nemen. Ieder die er wordt verpleegd heeft er zijn eigen inbreng. Maar hij moet ook de opvatting van een ander kunnen respecteren. De Stichting Algemene en Individuele Blindenbelangen èn De Schansen- i berg kunnen in dit opzicht een voorbeeld zijn voor talloze organisaties die er zich in beijveren elkaar de veren van het lijf te trekken. Het revalidatiecentrum is overigens niet best gehuisvest. Vijf jaar geleden i kon men de beschikking krijgen over een landhuis in Loenen op de Veluwe. Men wilde ergens beginnen en besloot daarom, deze kans aan te grijpen. Maar het centrum ligt vrij excentrisch, wat gemakkelijk tot isolement leidt en het huis (wel ruim, maar erg hoekig gebouwd) is in feite ongeschikt voor het werk: er is maar één woonkamer en de slaapkamers moeten door meer I dan één persoon worden gebruikt. Nieuwbouw zou geen weelde zijn. Men zou zich graag aan de rand van een 1 flinke stad vestigen. Er bestaan plannen voor nieuwbouw, maar van de ver- eiste bouwsom (twee miljoen gulden bij de huidige bouwprijzen) is nog maar I een klein deel bijeengebracht. „Wij willen geen actie gaan voeren met sentimentele argumenten", zegt directeur Van Schendel. „Wij zouden het geld dan wel snel bijeen hebben, maar de actie zou in feite een tegen-propaganda voor de blinden zijn. De mensen zullen uit medelijden geld offeren omdat zij de blinden zien als hulp- I behoevenden. Dat hebben wij nou net niet nodig. De blinden zouden dan weer als een afzonderlijke groep buiten de maatschappij worden geplaatst, i I terwijl wij er juist alles doen om als volwaardig te worden beschouwd. Daar- om willen wij het geld langs een rustiger, maar daarom wel langere weg g inzamelen". Voor wie die weg graag wil helpen verkorten: het gironummer luidt 3910, g Centrumactie Blindenwezen, Amsterdam. BLIND WORDEN op volwassen leeftijd: er zijn in ons land jaarlijks tientallen mensen die dit zware juk op de schouders gelegd krijgen. „Ik raakte van de ene minuut op de andere het gezichtsvermogen kwijt", vertelt de 36-jarige Jasper Jobse uit Heemskerk. „Op 22 april 1962 raakte ik door een ontploffing bij de Hoogovens gewond. Er was eerst nog hoop op genezing, maar complicaties maakten dat later on mogelijk. Ik zal nu nooit meer kunnen zien". „Ik werd in vier maanden tijd blind", vertelt een 53-jarige gemeente ambtenaar uit Rotterdam (die op deze plaats liever naamloos wil blij ven). „In december 1962 werd ik aan één oog ziek, in april verleden jaar volgde het andere oog. De zenuwen waren gestoord. Er bleek niets meer aan te doen te zijn". „Ik werd op 13 maart 1963 ziek", zegt de 24-jarige Hans Teunissen uit Utrecht, toen laborant op een che mische fabriek in Maarssen. „Ik ben verscheidene malen geopereerd, twee maal zelfs aan de hersenen. Maar het was tevergeefs. Op 22 mei wist ik dat ik het licht nooit meer terug zou zien". „Ik kon ook niet meer worden ge holpen", zegt de 21-jarige Andries van Essen uit Woerden, eerst zeeman op de grote vaart, later werkzaam op de binnenschipperij. „Op 16 juli verleden jaar werd ik in een ziekenhuis opge nomen. Een maand later wist ik dat ik blind zou blijven". ONVERWACHT werd hun leven in duisternis gehuld. Het regelmatige ritme van dag en nacht verloor voor hen zijn vanzelfsprekendheid. De fatale gebeur tenis betekende voor hen een enorme ommekeer. Wat konden zij doen? Zij voelden zich maatschappelijk uit gerangeerd, op dood spoor gezet, buiten de maatschappij geplaatst. De naaste omgeving omringde hen met uiterste zorg. Maar zij waren hun zelfstandig heid kwijt. Zij voelden zich hulpeloos, ondergingen hun handicap met neer slachtigheid en met woede-uitbarstin gen. „Maar je mag dan niet in een hoekje gaan zitten en zeggen: ik zing hier m'n liedje wel uit". UIT DE MOND van een ziende zou dit onbarmhartig hard klinken, maar als de hierboven reeds eerder geciteer de Rotterdamse ambtenaar het zegt, klinkt er een reusachtige dosis moed door. „Ik heb er ook tegen willen vech ten" vervolgt hij. „Maar je ontdekt dat dat niet gaat. Het is inderdaad een heel nare zaak, maar ik ben nu, dank zij De Schansenberg, zo ver dat ik kan zeggen: Soit! Wat doe je er aan? Want er worden hier weer mogelijkheden voor je geopend. Je voelt je eerst hulp behoevend, maar hier krijg je weer zelfvertrouwen. Je kunt weer ergens aan beginnen. Hoe zou je dat zonder De Schansenberg moeten aanpakken? „Ik ben heel vaak opstandig geweest", bekent de heer Jobse. „Ik heb me zelfs meermalen afgevraagd waarom het on geluk voor mij niet dodelijk is geweest. Ik heb de brailleboeken door de kamer gesmeten. Totdat ik begreep dat ik zo niet verder zou komen. Je moet je kop er niet bij neerleggen, leerde ik. Be grijpt u me goed: een handicap went nooit, maar je kunt er wel mee verzoend raken. Met de hulp van mijn vrouw heb ik braille geleerd. Ik heb me er op gegooid als een bok op de haverkist. Op De Schansenberg heb ik geleerd dat er voor mij nog veel te ge nieten is". „Ik heb me ook met mijn blindheid kunnen verzoenen" zegt de heer Teu nissen. „De Schansenberg heeft mij veel goed gedaan. Je kunt hier weer leren, je gaat weer idealen zien. Voor je hier komt geloof je daar niet zo erg in". DE SCHANSENBERG keerpunt voor een deel van de laatblinden. Deze maand is het vijf jaar geleden dat dit revalidatiecentrum zijn werk begon. Vijf jaar eerder was de Stichting Al gemene en Individuele Blindenbelangen in het leven geroepen. Haar doel: de maatschappelijke begeleiding van alle volwassen blinden in Nederland. Al gauw werd ook de behoefte gevoeld aan maatschappelijk werk voor mensen die op latere leeftijd door blindheid worden getroffen. Dit werk gebeurde weliswaar incidenteel door reeds bestaande blin deninstituten, maar zij konden slechts weinige mensen adequate hulp bieden. Na de oorlog kwam daar verandering in. De totale benadering van de gehan dicapten evalueerde, men wist zich ver plicht, iets te doen voor de oorlogsblin- den en er was een tekort aan arbeids krachten, terwijl tegelijkertijd werd be wezen dat blinden in bij voorbeeld de techniek heel goed functies kunnen ver vullen. „Als wij de blindgewordenden weer een beroep kunnen leren, kunnen zij zichzelf weer als volwaardig gaan be schouwen" ondervond men. „Zij voelen zich den geen nonvaleurs meer. Zij ko men ook los uit hun isolement. Boven dien kunnen wij hen weer op weg hel pen tot deelneming aan de maatschappij en hen steunen bij de zelfaanvaarding. In de eigen omgeving is het zo goed als onmogelijk dit keerpunt te nemen. „BIJ ONS leren de mensen in de eer ste plaats met hun handicap te le ven" vertelt de heer F. van Schendel, directeur van De Schansenberg, zelf op latere leeftijd blind geworden en voor die tijd kampleider voor de afdeling Sociale Jeugdzorg van het Ministerie van O. K. en W. „De eerste drie maanden vooral wor den de tijdelijke bewoners van de Schansenberg sociaal gerevalideerd. Zij moeten in de eerste plaats hun handicap practisch en mentaal leren accepteren. Hier is het mogelijk, voor hen een rea liteit te scheppen, méér dan in de eigen omgeving. De .mensen die hier komen, weten dat zij niet meer kunnen lezen, maar zij ontdekken dat zij 't weer kun nen léren. Schrijven is voor hen onmo gelijk geworden, maar met de schrijf machine kunnen zij weer leren zich schriftelijk uit te drukken. Zij zijn er van doordrongen dat de hen omringen de ruimte hun eigenlijk vijandig is, want zij struikelen over en botsen te gen allerlei voorwerpen. Maar hier le ren zij hun andere zintuigen te gebrui ken. Zij leren ook zwemmen of zij gaan gewoon zwemmen als zij dat al konden. Zij doen me aan lichamelijke oefenin gen, zij gaan naar een concert, zij gaan winkelen, zij mogen met het weekeinde alleen naar huis, dan in de tuin, dan achtereenvolgens langs de weg, in het dorp Loenen, in een buitenwijk van Apeldoorn, dan in het centrum, bij het station en de besten trekken naar Arn hem om er, met behulp van hun witte De 21-jarige Andries van Essen uit stok, het Velperplein te bewandelen. Al deze zaken bezorgen hun weer zelfver trouwen. Er worden zware eisen gesteld aan hen om met hun handicap te le ven. Maar hier leren zij hoe de blind heid te hanteren in plaats van dat de blindheid hén hanteert", aldus de heer Van Schendel. De eerste tijd doen de bewoners van De Schansenberg ook aan houtbewer king. Dat is een verplicht vak. Het be vordert hun tastzin en zij worden er letterlijk handiger door. Vaak kiezen zij deze behendigheid als hobby. NA ENIGE TIJD kan hun vakoplei ding ter hand worden genomen. Er is dan al onderzocht of de man of vrouw in het oude beroep zal kunnen door gaan. In de meeste gevallen is dat niet uitvoerbaar. „Vaak vinden wij wel iets dat er toch heel dichtbij komt" zegt de heer Van Schendel. „Wij denken niet in de eerste plaats aan het scala van de blin- denberoepen. Want wij gaan uit van de persoon in kwestie en niet van zijn blindheid". Metaalbewerken blijkt ook voor blin den die een handwerk gewend waren heel goed mogelijk. Er zijn op De Schansenberg al veel mannen tot as- sembleur, boorder, tapper, revolver draaier of freser opgeleid. Mannen en vrouwen kunnen worden opgeleid tot telefonist, dictafonist, stenotypist en handelscorrespondent. Maar er zijn ook laatblinden die na De Schansenberg als foto-laborant, als kippen-fokker, pa- piersntfder, diëtiste, maatschappelijk werkster en sigarenwinkelier zijn gaan werken. Een student die als ziende de folken- Woerden bekwaamt zich als metaal bewerker. Hij was eerst zeeman op de grote vaart, stapte daarna over op de binnenschipperij. Toen kwam de duisternis. „Ik geloof dat het nu weer lukt", zegt hij hoopvol. m*.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1964 | | pagina 13