Hotelperikelen in Roemenië „Carpati" heeft zijn draai naar een vrij toerisme nog niet geheel gevonden EEN HALVE KAMER PER PERSOON IN SOFIA Wotiingzorgen in Bulgarije Reis achter het ijzeren gordijn II ZATERDAG 31 OKTOBER 1964 Erbij PAGINA DRIE „Oefs" Bedelkatten Rode ster Materiaal-tekort Reisbrochuretekst Vijfde-rangs wordt iedere morgen door speciaal op geleid personeel gereinigd..." (Bij aankomst in het Pare Hotel in Mamaia blijkt men van mijn vanuit Boekarest gereserveerde kamer niets te weten. Een kamer wordt tenslotte toe gewezen en blijkt reeds bezet te zijn. Het vijf-talige menu Roemeens, Rus- Isisch, Frans, Duits, Engels in het hotelrestaurant bevat bijdragen als „oefs", „petit-déjeuner"„brek Jast", „kese", „eier sgeisen". Het doet er weinig toe, want er is keuze uit twee gerechten. De menus zijn in alle der tig hotels hetzelfde. Om twaalf uur gaan alle lichten uit en kan men op de tast naar de kamer. Het strand, ver moedelijk kunstmatig aangelegd, is niet meer dan honderd meter breed. De constructie van de hotels is zoda nig dat de lift door het hele gebouw dag en nacht hoorbaar is, en het slui ten van een deur galmt als een don derslag). „CONSTANZA is een van de oudste steden in Roemenië De stad biedt een grote verscheidenheid van ver tier Er staat een moderne vuurtoren, die als een soort pijl de hemel in schiet (Een van de riantste ge bouwen in Constantza is het Casino. Het ligt als een hoog balkon aan de Zwarte Zee. Vermoedelijk opgetrokken in het begin van deze eeuw, heeft het de stijl en de allure van het verdwenen patri ciaat. IN DE GROOTSTE zaal zit, tussen marmeren pilaren, een onwennig pu bliek. Een ober met een baard van drie dagen neemt de bestelling op, maar bij het woord „bier" betrekt zijn gezicht. Officieel mag het niet geserveerd wor den. Het menu komt bekend voor. Klopt: hotel Continental heeft hetzelfde aan te bieden. De rest van Casino ligt doods en verlaten, een generend rele- kwie van een tijd toen er geen katten bedelend langs de eettafels in het res taurant liepen). Sandu David schetste nog zes ver schil lende excursie-mogelijkheden, vertelt van het rijke jachtgebied in de Roe meense bergen (jagers krijgen 300 lei uitbetaald voor iedere geschoten vos), en geeft een opsomming van het aantal mineraal-baden (er zijn ruim 2000 mine raal-waterbronnen) De enige concrete gegevens over het toerisme in Roemenië worden niet door Sandu David verstrekt, maar komen van een andere bron. In 1956 werd het land bezocht door 5000 buitenlandse (meest Oost-Europese toeristen, in 1958 waren het er 30.000, in 1963 ruim 160.000 waarvan 36.000 uit niet-Oosteuropese landen). Het afgelopen jaar bracht de staatskas ruim tien miljoen toeristen dollars. Bij het vertrek uit Mamaia, op weg naar Bulgarije, weet een relatie met zekerheid te vertellen dat Sandu David, algemeen manager van de afdeling pu bliciteit van Carpati, nog nooit in het buitenland is geweest. Deze serie artikelen is geschreven voor dat premier Kroesjtsjev uit zijn functies werd ontheven. (Van onze reisredacteur mr. H. L. Leffelaar) MAMAIA. Wat Intoerist is in de Sovjet-Unie, is Car pati (op z'n Roemeens: Carpatsj) in Roemenië. Carpati s hoofdbureau is gehuisvest in een van de talrijke in „sociaal- realistische" stijl opgetrokken gebouwen in Boekarest. Alle „sociaal-realistische" gebouwen hebben dit gemeen: het is alsof men begon met een blok cement dat van buitenaf, steeds verder bikkend, werd voorzien van ramen, deuren en kamers. Carpati, zo zou men het onvriendelijk kunnen zeggen, handelt in toeristen. Tot 1963 was het niet mogelijk (als men al een visum kreeg) Roemenië zelfstandig te be reizen Carpati stippelde de reisroute uit, stelde vast in welke hotels men zou overnachten, bepaalde ook wat men aan maaltijden zou uitgeven. Daar is nu verandering in gekomen. Een Roemeens visum is zonder moeite te krijgen (zelfs aan de grens), op enkele gebieden na (zoals de Do- nau-delta) mag men reizen waar men wil. Ook slapen en eten mag weer op eigen initiatief en op eigen risico. Maar Carpati, lijkt het, heeft de ommezwaai van geleid tot vrij toerisme nog niet helemaal kunnen maken. Dit, in telegramstijl, waren mijn ervaringen bij aankomst in Boekarest waar, volledigheidshalve, op dat ogenblik twee congressen plaats vonden. Aan de rand van Con-stantza, Roemenie s grootste haven, heeft men een boeiend uitzicht op de Zwarte Zee. De kust volgebouwd met grotere en kleine huizen die als zwaluwnesten tegen de rotsige wand kleven. is MIJN EERSTE GANG is naar het Li- do hotel. Na een kwartier wachten aan de balie wordt ik verwezen naar Car pati. Blijkt: Carpati heeft alle hotels, op een of twee na, voor het seizoen gecharterd. Dat wil zeggen dat niet (Van onze reisredacteur mr. H. L. Leffelaar SOPHIA. De grote rode ster op de hefboom in het Bulgaarse grensplaatsje Kardam, dertig kilometer westelijk van de Zwarte- Zeekust heeft het effect van een domper. Tien dagen Roemenië heeft met iedere dag een gevoel van lemen lijdelijkheid doen aan slibben, en de gedachte doen postvatten dat grensoverschrijding een afdoend medicijn zal zijn. Met deze irrationele overweging heeft men zich nog een laatste gril van de Roemeense super bureaucratie laten aanleunen. Ondanks de verzekering van het staats-toeristenbureau Carpati dat men aan de grens alle overtol lige Roemeense valuta in dollars zal kunnen omzetten, blijkt de douane er een andere (en vermoedelijk eigen) oplossing voor ge vonden te hebben. Na eerst welwillend geïnformeerd te hebben of men nog lei op zak heeft, wordt men uitgenodigd een kleverig winkeltje naast de grenspost te betreden. De douanier loopt mee naar binnen en maakt glimlachend duidelijk dat men zich hier van het overgebleven Roemeense geld mag ontdoen. Te koop zijn slechte Roemeense sigaretten, souvenirs waarvoor een figuur- zagende lagere scholier zich zou schamen, en drank. Een agres sieve Roemeense zorgt ervoor dat geen lei onbesteed blijft. DE GROTE RODE STER op de Bul gaarse hefboom dwingt tot een andere realiteit: men betreedt een land dat door dik en dun een van Moskous trouwste satelieten is gebleven. De be leefde grensambtenaren dragen Lenin- speldjes in hun revers en in het grens- huisjes hangen grote foto's van de Bul gaarse premier Todor Zhivkov en pre mier Kroesjtsjev, die in Roemenië ont braken*). Ook in de dorpen (vaak nog niet aan elektriciteit toe, met een aan tal in plaats van stromend water) wordt Moskou niet vergeten. In Tolbuhin wordt het aangename met het leerzame gecombineerd: een park, daarin op een centraal punt een stellage met affiches waarbij de kop van Lenin de ereplaats heeft. Elders boven de toegangsweg van een collec tieve boerderij staat op een rood span doek: „Es lebe die buligiarisdh-deutsche Freudschaft" (een freudiaanse vergis sing: wel „Freude", maar geen „Freun- de?") Langs de wegen ook hier, net als in Roemenië, de borden met produk- tie-leuzen maar ook affiches die de Russische ruimtevaart-prestaties prij zen, en die heeft men in Roemenië niet gezien. Of men het wil of niet, men wordt tot vergelijkingen tussen de twee lan den gedwongen ze vallen bijna alle uit ten nadele van Roemenië. De Bulgaren gaan beter gekleed. In Sophia Op het spandoek boven de ingang van een Bulgaarse collectieve boerderij staat: „Es lebe die Bulgarisch-Deutsche Freundschaft"Het doek is rood en laat er geen twijfel aan bestaan dat hier Oost-Duitsland wordt bedoeld. rijden meer auto's dan in Boekarest, maar het hoofdstedelijke leven is in beide zonder vertier, hoewel Sophia's straten overdag uitpuilen van zwermen mensen die zich noodzakelijk doelloos voortbewegen. Verklaring: de huizennood is zo groot, dat de officiële toewijzing het aantal personen per kamer op twee be paalt, ongeacht de verwantschap van de betrokkenen en zonder onderscheid te maken tussen woon-, slaap-, of stu deervertrek. Onder zulke omstandighe den wordt uithuizigheid een noodzake lijke compensatie. SOPHIAS BEVOLKING (bijna 800.000) heeft zich sinds 1938 verdub beld. In 1940 besloeg de stad niet meer dan 48 vierkante kilometer, nu ruim tweehonderd. De uitbreiding heeft cu rieuze contrasten gecreëerd. Naast een gloednieuwe wijk met hoge, moderne flatgebouwen, en een supermarkt be vindt zich een armelijke sektor bewoond door zigeuners. In een andere hoek van de stad zijn pas gebouwde flatgebouwen al be woond, terwijl de straat nog gelegd moet worden en grote rioleringsbuizen tussen de huizenblokken in liggen. Op het platteland zijn honderden onafge- bouwde twee-verdiepingswoningen te zien de bakstenen buitenmuren zijn ongeplamuurd, in de ramen ontbreken de kozijnen en vaak is de bovenverdie ping niet meer dan een open ruimte on der de dakbinten. Dat de benedenetage aan al bewoond is, leidt tot de ge volgtrekking, later gesubstantieerd door een Westerse diplomaat, dat gebrek aan materiaal een woonbouw-stop tenge volge had. „U. kunt het vergelijken met rood- China," zegt de diplomaat. „Daar had men het een paar jaar geleden over „dc grote sprong vooruit". Dat was de periode toen men dacht de staalpro- duktie op te kunnen voeren door een smelterij in iedere achtertuin te zetten. Zo is het in Bulgarije ook gegaan. De regering heeft woningbouw aangemoe digd, het zelfs mogelijk gemaakt eigen huizen te bouwen, maar toen bleek dat er een materiaal-tekort was." De gecentraliseerde planning van de nationale economie blijkt ook andere bokken te schieten. Twee specialisten onderzochten op last van de regering de besmettingswaarde van maanzaad-af val. Het projekt duurde twee jaar voor dat een andere instantie tot de ontdek king kwam, dat het afval van alle maanzaadoliefabrieken in heel Bulga rije nauwelijks genoeg was om tien hek- taren grond te bemesten. Uit eigen ervaring kan men het aan tal dergelijke voorbeelden met andere uitbreiden: in het twee jaar oude hotel Slavia, aar. de buitenkant van Sophia, heeft men er wel aan gedacht douches aan te brengen in de badkamers, maar men heeft vergeten een behoorlijke wa terafvoer aan te leggen. Resultaat: bij ieder bad loopt de slaapkamer onder. (Maar men is gehard. Daags tevoren nog waadde men in een gloednieuw ho tel in Lovetsj, op de eerste verdieping, door een bijna enkeldiepe plas naar zijn kamer douchewater uit een aangren zend vertrek.) Boulevard Rouski in Sophia. Op de achtergrond een staatsgebouw met gevelportretten van onder andere Lenin, Kroesjtsjev en de Bulgaarse premier Todor Zhivkov. re aanwezigheid van een de vrije-adem- haling-bemoeilijkend bureaucratisch systeem, geneigd is alleen oog te heb ben voor wat de irritatie bevestigt. Maar de ervaringen zijn te talrijk en te frequent om als uitzonderingen te kunnen gelden. Aan de koffiebar van Hotel Balkan zegt een oude Amerikaan, die net voor de derde keer tegenstrijdi ge reisinlichtingen heeft gekregen: „Wat is er aan de hand met deze mensen? Ze zien er net zo uit als wij, maar als je met ze te maken krijgt dan schort er iets. Afspraken worden niet nageko men, inlichtingen kloppen niet, de een voudigste kwesties worden op de moei lijkste manier opgelost. Bulgarije is een mooi land en ik ben blij het gezien te hebben, maar één keer is genoeg." Op straat bekijkt men de gezichten van voorbijgangers. Ze hebben dezelfde uitdrukking alsof ook de conformiteit van het staatsbestek ieders trekken heeft bepaald. In een frivool aandoend winkeltje hangen vergeelde prentbrief kaart-foto's uit 1950 van Gina Lollobri- gida (zonder decolleté) en Gerard Phi lippe naast partijbrochures. Zich omdraaiend komt men weer de gezichten tegen van de premiers Kroesj tsjev en Zhivkov en kameraad Lenin. Ze hangen als glimlachende sinterklazen boven de mensenmenigte op een gevel in de schemer. Men spoedt zich naar Hotel Slavia om een bad te nemen. Handdoek tegen de kier onder de deur. Anders loopt de kamer onder. 2. In de lobby van Carpati wachten ongeveer dertig buitenlandse toeris ten. Het is drie uur in de middag, maar in Boekarest worden de hotelka mers pas om zes uur opgeleverd. Car pati stuurt mij naar Athenee Palace Hotel. 3. In Athenee Palace dromt een me nigte om de receptie-toonbank. „Me neer", zegt de manager, „We hebben niets vrij. Ze slapen al in de badkui pen en op de banken in de gangen." 4. Terug naar Carpati en wachten tot zeven uur. Er zijn wel kamers, geen kamers, misschien kamers. De inlich tingen komen blijkbaar ergens in het gebouw per telefoon binnen centrale lijsten zijn er niet. Om half acht krijg ik een kamer in het Union hotel, voor één nacht. Ik wil er een voor vier da gen. Onmogelijk. Dus morgen opnieuw in de rij? Ja. 5. Een briefje wordt (in vijf-voud) uit geschreven. Het is het bewijs van ka mer-toewijzing. Daarmee dien ik mij bij een ander bureau te vervoegen, waar ik voor de kamer betaal, en voor drie maaltijden. Ik zeg dat ik graag vrij ben om te eten waar ik wil. Dat kan, maar dan moet u bij een ander bureau zijn. 6. Ander bureau. Hier wordt het reeds betaalde geld voor de drie maaltijden, tegen ontvangst van het regu, weer te rugbetaald. 7. De volgende dag terug naar Car pati. Door tussenkomst van een relatie lukt het een kamer voor drie dagen in het Ambassador Hotel te krijgen. 8. De toegewezen kamer in Ambassa dor is nog bevolkt. Het is weliswaar half zeven in de avond, maar een echt paar op leeftijd zit er nog brood te eten. Als zij een half uur later ver trekken, betrek ik de kamer terwijl een meisje de lakens verwisselt en de brood kruimels van het vloerkleed veegt. DE MEISJES van Carpati glim lachen wanneer men zich verbaast over de inefficiënte en bureaucratische rompslomp. „Dat is het systeem," zegt een van hen. Ik moet nog een hotel kamer voor drie dagen in Mamaia, badplaats aan de Zwarte Zee, bemach tigen en ik knik: ,,'t is het systeem". Later word ik ontvangen door San du David, algemeen manager van de afdeling publiciteit van Carpati. Het in terieur is weer een strakke kamer met een zware conferentie-tafel. Sandu Da vid maakt van ieder antwoord een reis brochuretekst, raakt tenslotte zo be trokken bij zijn proza dat hij de mees te vragen negeert. „Roemenië strekt zich uit over 230.000 vierkante kilometer en biedt een grote variëteit voor de toerist... bergen, vlakten, stranden... Mamaia, bijvoor beeld, vijf kilometer ten noorden van Constantza, Roemenië's grootste ha ven. Mamaia en Constantza zijn ver bonden door een prachtige twee-baans autoweg met rozenperken in het mid den. Niet in het midden van de weg, natuurlijk, maar tussen de twee ba- (De weg van Constantza naar Ma maia is een klinkerweg met onzekere bochten, waarop men met moeite pas seert. Maar er zijn inderdaad rozen. Tussen de banen in, niet in het midden van de weg). „Sinds 1956 werden in Mamaia dertig moderne hotels gebouwd met een tota le capaciteit van 13.000 bedden... Het strand, het is moeilijk te beschrijven, het strand heeft een goud-gele kleur... Ongeveer zes kilometer is er nu in ge bruik, 450 kilometer breed... Het zand OOK AL IS men in staat een oordeel op te schorten, oppervlakkige waarne mingen blijven zich opdringen. Het na tionale museum, tegenover het Dimi- trov Mausoleum, is gevestigd in wat vroeger een paleis geweest moet zijn. Er hangen vijfde-rangs schilderijen van epigonen die in 1950 aan het Franse impressionisme toe zijn. De prachtige met ebbenhouten patro nen versierde parketvloeren zijn gere pareerd met stukken triplex, de hoge en met kostbaar behang beklede muren zijn overtrokken met jute, een aantal grote ramen met het meest fraaie uit zicht op de brede Moskovska straat zijn dichtgetimmerd. In het Balkan hotel (het beste in So phia) dineert men in een zaal als een hangar, me't uitzicht op een gezelschap goed geklede Bulgaren die zich aan ta fel ontpoppen als roofdieren als men om elf uur vertrekt, wordt men verge zeld door een oude portier die het sleu telgat van de hoofdingang niet kan vin den omdat er geen licht is. Na enkele dagen vraagt men zich af of men, geïrriteerd door de onzichtba- de hotels, maar Carpati de kamers Slapen in de badkuip toewijzen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1964 | | pagina 15