„Na de Zondeval" van Miller Ensemble met „Duizend clowns" TONEEL IN HAARLEM De Nieuwe Komedie met Wilders „Our op dreef Town" Het weekeinde Haagse Comedie met perfecte opvoering van meesterwerk „Rechtsfilosofie in historisch perspectief' Concert in het Huis met de Sleutels Paul Doktor en Yaltah Menuhin V SPALT MAANDAG 9 NOVEMBER 1964 '4 De koninklijke subsidie voor vrije schilderkunst De Orde van de Gulden Humor voor G. Bomans werkt binnen 10 minuten De radio geeft dinsdag T elevisieprogramma Zwak-vertolkte satire op Amerikaanse televisie T.V.-nabeschouwingen NA ACHT JAAR LANG - sinds „Van de brug af gezien" geen werk voor het toneel geschreven te hebben, heeft Ar thur Miller met zijn „After the fall" op nieuw bewezen tot de belangrijkste to neelschrijvers van onze tijd te behoren. In die periode van zwijgen heeft hij een bewogen tijd doorgemaakt: het huwelijk met Marilyn Monroe, de daarop volgen de scheiding en haar zelfmoord. Op basis van deze biografische gegevens heeft hij nu een stuk van veel wijdere strekking geschreven, dat in een auto nome niet-realistische toneelvorm de diepste vragen naar liefde, schuld en dood in het leven van moderne intellec tuelen aan de orde stelt. CENTRAAL STAAT de succesvolle advo caat Quentin die in een gedreven zelfonder zoek over zijn leven begint te vertellen aan de zaal, zo men wil aan een denkbeeldige psychiater, maar eigenlijk toch aan zich zelf om in zijn eigen geweten naar de oorzaak te zoeken waarom zijn beide hu welijken mislukt zijn en om zich af te vragen of hij de mogelijkheid die zich voordoet, om zich voor de derde maal te binden, aan mag grijpen. Net als in zijn eerste stuk „De dood van een handelsrei ziger" zien we dan de geschiedenis varu Quentins leven zich afspelen in korte her innering s flitsen zo als zijn geheugen ze in een bonte, niet chronologisch geordende rij, associatief achter elkaar plaatst. HET MERKWAARDIGE is dat de toe schouwer, aan de hand van deze vaak ex treme en zeer persoonlijke situaties en belevenissen, zich toch en dat blijkt op nieuw Millers geheim geconfronteerd voelt met algemene, een ieder persoonlijk rakende kernvraagstukken. Staan wij, die ons vaak slachtoffer voelen, niet even vaak aan de kant van de beulen? Kunnen we ons onschuldig voelen aan de grote mis daden van het mensdom, als we onszelf op kleinere schaal voortdurend schuldig weten? En vooral: is het mogelijk om in volstrekte eerlijkheid lief te hebben of hoort een beetje bedrog en zelfbedrog on verbrekelijk bij menselijke relaties? De dramatische en zelfs ietwat pathetische liefdesgeschiedenis van Quentin en Maggie, het snel beroemd geworden en dan door innerlijke onzekerheid aan de drank en verdovende middelen verslaafde zangeres je krijgt vooral door de niets ontziende eerlijkheid van dit zelfonderzoek, een bij na universele strekking. HET IS BIJNA onnodig te zeggen dat de Haagsche Comedie ons opnieuw een na genoeg volmaakte, geladen en zeer aan grijpende voorstelling van dit drama heeft geboden. In een grauw, immaterieel lij kend decor met talrijke hoger en lager ge legen speel vlakken, dat een soort herinne- ringsveld suggereerde, werden soms groe pen dan weer individuen voor korte tijd in het licht gevangen en dan weer uitgewist. Paul Steenbergen op de voorgrond die de effectvolle en zeer minutieuze regie had gevoerd en daarbij ook de hoofdrol speel de, stond nu eens vlak voor het voetlicht over zijn leven te vertellen en mengde zich dan weer voor een korte scène in zijn her- DE ALT-VIOLIST Paul Doktor en de pianiste Yaltak Menuhin hebben zondag in het Huis met de Sleutels te Heemstede aan een zeer talrijk auditorium een mu ziekavond van verrassende schoonheid ge schonken met de uitvoering van een fraai programma van composities van overwe gend romantisch karakter. Het was niet de eerste keer, dat men hier kennis kon maken met het kunstenaarschap van Paul Doktor, van geboorte een Oostenrijker, maar thans als Amerikaan in de Verenig de Staten wonend. De pianiste Yaltak Me nuhin echter kwam hier voor het eerst. Als zuster van Yehudi Menuhin gold voor haar het devies „noblesse oblige" wel met grote nadrukkelijkheid. Laat mij hier di rect aan toevoegen, dat zij aan deze soms moeilijk te dragen verplichting in alle op zichten voortreffelijk heeft voldaan. MEN ONTMOETTE op deze avond in haar een pianiste met een grote, gevoeli ge muzikaliteit, met een zuiver begrip voor de expressieve sfeer van de muziek en met een bijzondere zin voor melodische vorm geving en melodische mededeling, waar door zij mede aan de vertolkingen een die pe inhoud kon geven. Haar interpretaties konden zich met die van Paul Doktor tot een onverstoorde, hechte eenheid vereni gen. Reeds bij de uitvoering van de in Weense klassieke stijl geschreven Sonate in Es van Johann Nepomuk Hummel kwam deze eenheid tot stand. Zij kon uitdruk king geven aan de „Empfindsamkeit" waarvan deze door Hummels leraar Mo zart zo frappant beïnvloede ranke muziek vervuld is. Bij de voordracht van deze so nate kon Paul Doktor zijn karakteristiek donker getimbreerd fraai instrument laten klinken met de lichte klank van de viool. Deze ombuiging van het instrumentaal ka rakter bleek niet meer nodig voor het tweede vertolkte werk. Variaties van de Engelse in 1870 geboren componist Ernest Walter, die de veelal weemoedige en dro merige, aan Brahms herinnerende muziek bewust afgestemd heeft op de meest eigen klankkleur van de alt-viool. Met een verfijnde uitvoering van de Nottumo op. 42 van Ludwig van Beetho ven besloot het duo het eerste gedeelte van het concert. Na de pauze heeft men Paul Hindemith als een zeer romantisch componist kunnen ontmoeten bij de uitvoe ring van de elegisch gestemde „Médita- tion", een bewerking van muziek van de danslegende „Nobilissima visione". Een prachtig slot kreeg het concert met de voordracht van de aan poëzie zo rijke Sonate in Es (uit op. 120) van Johannes Brahms, een werk, dat een verrassende in druk geeft van een zonnige kant van het vaak zo zwaarmoedige karakter van deze grote componist. P. Zwaanswijk Paul Steenbergen en Myra Ward in „After the Fall" van Henry Miller. inneringsbeelden. Hij deed dit op de hem eigen, menselijke, tot de essentie terugge brachte, maar toch sterk geladen wijze. Maar zelden nog zagen wij hem zo fijn genuanceerd en indringend spelen. MAAR OOK de rollen van de vier vrou wen in zijn leven werden zeer scherp ge portretteerd. Georgette Hagedoorn was de simpele liefhebbende moeder die hem toch al in zijn prilste jeugd voorbeelden van het menselijk verraad heeft getoond; Trins Snijders speelde een bijzonder strakke, mooi ingeleefde rol van de eerste zich mis kend voelende, wat frigide echtgenote en Anne-Marie Heyligers was de Oostenrijkse Helga, die zich mede schuldig voelt aan de oorlogsmisdrijven hoewel ze aan de goe de kant heeft gestaan en die Quentin nu zijn laatste kans biedt. Maar onovertrof fen in haar uitbeelding van de meest tra gische figuur uit het stuk, Quentins twee de vrouw Maggie, was Myra Ward. Hier toonde een begenadigd acteertalent het hoogste wat in de toneelspeelkunst te bereiken valt: hoe een heel mensenleven in een paar korte scènes wordt samenge vat. Men zag het naïeve, onzekere ietwat hysterische kantoormeisje als het ware li chamelijk en geestelijk ouder worden tot zij de totaal ontredderde, door iedereen be halve door zichzelf gekende, vrouw was ge worden die in haar huwelijk met Quen tin haar eigen leven niet meer leiden kan, en door hem niet tot zijn leven kan worden opgetild. Het ontroerendste deel van het drama is dan misschien nog het slot als Miller-Quentin zijn schuld erkent, maar ook de noodzaak om daarmee verder te leven en dus zijn derde vrouw tegemoet treedt. DE SOBERE TEKST van Miller was door Bert Voeten in eëri bijna nergens naar een vertaling klinkend Nederlands overgebracht. Bewogen en onder de indruk verliet het publiek zondagmiddag, toen wij de voorstelling bijwoonden, de Koninklijke Schouwburg in Den Haag. De Haarlemse première van „Na de zon deval" heeft plaats op maandag 16 novem ber. Vrijdagavond heeft koningin Juliana de generale repetitie van het stuk in Den Haag bijgewoond. Hans van den Bergh De Koningin heeft op voordracht van de jury voor de koninklijke subsidie voor vrije schilderkust een beurs van 2500. toegekend aan de volgende drie jonge kun stenaars: G. J. M. Dibbets (Weert), J. v. d. Pol (Edam) en J. Siegers (Eindhoven). De jury betreurt het dat de inzendingen ter verkrijging van een subsidie dit jaar van dien aard waren dat zij slechts drie kan didaten heeft kunnen doen bekronen. Jacques Siegers ontvangt de subsidie voor de tweede maal. Hij werd 20 februari 1936 te Eindhoven geboren. Hij maakte zijn studies aan de academie in Tilburg en aan het Hoger Instituut te Antwerpen, waarna hij in Salzburg twee jaar in de leer was bij Kokoschka. In 1957 ontving hij de aan moedigingsprijs der gemeente Eindhoven, het jaar daarop werd hij onderscheiden met de Kokoschkaprijs in Salzburg. In 1960 verwierf hij een beurs van de Franse re gering, in 1962 een subsidie van koningin Juliana en in 1963 de prijs van de ge meente Oisterwijk. De Orde van de Gulden Humor, een Limburgse carnavalsonderscheiding die jaarlijks wordt uitgereikt, is dit jaar toe gekend aan Godfried Bomans. Het vorig jaar viel de eer aan Toon Hermans te beurt, eervorig jaar aan Charles Eijck. Godfried Bomans zal de onderscheiding zaterdag 21 november in Beek in ont vangst nemen. Van onze Haagse redactie) IN DE RUIM VIJFTIEN JAREN, die zijn verstreken sedert de Haagse Comedie op 1 januari 1949 Thornton Wilders „Our town" in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag introduceerde, is er heel wat toneel over 'onze planken gegaan. Toneel, dat heel dikwijls de bedoeling had nog moderner en daardoor nog verrassender te zijn dan de Amerikaanse stukken, waartoe dit van kort voor de tweede wereldoorlog daterende stuk van Thornton Wilder behoorde. Toneel echter ook, dat in al zijn geforceerd-moderne vormen slechts zelden de intensiteit van een stuk als dit bleek te kunnen benaderen. Want dat „Onze stad" destijds ontvangen als een van die belangrijke toneelgebeurtenissen, waarmee wij zo betrekkelijk kort na de oorlog zo blij waren ook nu nog kan boeien, hebben de jeugdige leden van De Nieuwe Komedie dit weekeinde in het Haagse Dili- gentia bewezen. DIT DOOR Erik Vos met zoveel artis- sprekendheid aanvaard en het daardoor in tieke voortvarendheid geleide gezelschap voor deze speciale gelegenheid geregis seerd door de jonge Belg Walter Tille- mans heeft een voortreffelijke voorstel ling gegeven van dit gevoelige stuk van Wilder. Voortreffelijk, omdat zij dit niet gemakkelijke stuk over het alledaagse le ven in een kleine Amerikaanse stad, waarin de toeschouwer veel van zijn eigen alledaagse leven zal terugvinden, met evenveel zorg als eerbied voor het belang rijke detail heeft benaderd. Voortreffelijk verder ook, omdat men niet uit de weg is gegaan voor de herinnering aan de voorstelling van de Haagse Comedie van vijftien jaar geleden, die onder regie van Paul Steenbergen tot een evenement werd, waar vele toneelliefhebbers nog graag aan terugdenken. WALTER TILLEMANS heeft het feit, dat hij bij dit gezelschap louter over jon ge mensen beschikte en dus ook de oude re rollen door jeugdige acteurs en actri ces moest laten spelen, niet als een na deel laten werken. Integendeel, hij heeft dit feit met een hartveroverende vanzelf- Advertentie verpakkingen van 1.05 en 1.90 een voordeel omgebogen. Deze voorstel ling van „Onze stad" bleek namelijk van begin tot het indringende einde zo fris, zo alles overstralend enthousiast, dat men er zich graag aan gewonnen gaf. Thornton Wilders stuk dat werd ge speeld in de vertaling van Caro van Eyck - is een typisch ensemblestuk en het heeft dan ook weinig zin individuele spel- prestaties naar voren te halen. Door ech ter een uitzondering te maken voor Jan van Rasteren, die de rol van de regisseur en hier tegelijkertijd de inleider van de verschillende delen op simpele, maar juist daardoor zeer overtuigende wijze gestalte gaf, en voor Ine Veen en Herman Vinck, die het jonge liefdespaar George en Emily zeer gevoelig in het centrum van de han deling plaatsten en het daar zonder op dringerig te worden konden handhaven, moge hier de aandacht worden gevestigd op enkele van de jonge mensen, waar op deze aantrekkelijke voorstelling in de eerste plaats steunde. „Van speeldoos tot pierement". De Stich ting Nationaal Museum „Van Speeldoos tot Pierement" heeft in het in 1617 ge stichte Waaggebouw te Schoonhoven een dependance geopend van het sinds 1956 in Utrecht gevestigde museum van auto matische muziekinstrumenten. De ver zameling die zich thans in het Waag gebouw bevindt, zal te zijner tijd ver wisseld worden met die van het museum in Utrecht. HILVERSUM 1.402 m. 7.00-24.00 KRO. KRO: 7.00 Nieuws. 7.10 Het levende Woord. 7.15 Ouverture: licht programma. 8.00 Nieuws. 8.15 Voor de jeugd. 8.20 Ouverture (vervolg). 8.50 Voor de huis vrouw. 9.35 Waterstanden. 9.40 Schoolradio. 10.00 Wereldradioweek 1964: Filmmuz. uit Duitsland (opn.). 10.30 Lichte grammo- foonmuziek. 11.00 Amusementsmuziek (gr.). 11.50 Volaanvooruit, praat je. 12.00 Angelus. 12.04 Wereldradioweek 1964: Jazz around the world. 12.30 Mede delingen t.b.v. land- en tuinbouw. 12.33 Wij van het land, lezing. 12.45 Actuali teiten of grammofoonmuziek. 12.55 Reli gieus nieuws. 13.00 Nieuws. 13.15 Lichte grammofoonmuziek. 14.00 Voor de platte landsvrouwen. 14.19 Lichte grammofoon muziek. 14.50 Lichtbaken, lezing, (herha ling van zaterdag jl.). 15.00 Rieleksen gevarieerd programma. (herhaling van zaterdag jl.). 16.00 Voor de zieken. 16.30 Onderweg: godsdienstig programma. 17.00 Voor de jeugd. 17.35 Voor de leden van de jeugdbeweging. 17.50 Regeringsuitzen ding: Filmen in de Nederlandse Antillen - I. Spreker: Raymundo Debrot. 18.00 Lied jes (gr.). 18.20 Uitzending van het Gere formeerd Politiek Verbond: P.B.O. en het landbouwschap. Tot u spreekt de heer J. Poppe. 18.30 Radio Volksuniversiteit. 19.00 Nieuws. 19.10 Actualiteiten. 19.35 Licht orkest (opn.). 20.00 Strijkkwartet: klassieke muziek. 20.50 L.T.S.: meer dan vakschool, klankbeeld. 21.05 Viola da gam ba en clavecimbel: klassieke muziek. 21.35 Russische orkestwerken (gr.). 22.05 De zingende kerk, een bloemlezing uit het gregoriaanse repertoire, met commen taar. 22.25 Boekbespreking. 22.30 Nieuws. 22.40 Epiloog. 22.45 Liedjes (opn.). 23.15 Wereldradioweek 1964: Klassieke muziek (opn.). 23.55-24.00 Nieuws. HILVERSUM II. 298 m. 7.00 AVRO. 7.50 VPRO. 8.00-24.00 AVRO. AVRO: 7.00 Nieuws. 7.10 Ochtendgym nastiek. 7.20 Carillonbespeling. 7.30 Lichte grammofoonmuziek. VPRO: 7.50 Dagope ning. AVRO: 8.00 Nieuws. 8.15 Lichte grammofoonmuziek. 8.50 Gymnastiek voor de vrouw. 9.00 De groenteman. 9.05 Ber- lijns Filharmonisch orkest: moderne mu ziek (gr.). 9.40 Morgenwijding. 9.55 Boek bespreking. 10.00 Arbeidsvitaminen (gr.). 10.50 Voor de kleuters. 11.00 Nieuws. 11.02 Voor de zieken. 12.00 Lichte orkestmu ziek (gr.). 12.20 Regeringsuitzending: Voor de landbouw. 12.30 Mededelingen t.b.v. land- en tuinbouw. 12.33 Licht instrumen taal ensemble en zangsolisten. 13.00 Nieuws. 13.15 Mededelingen, eventueel actueel of grammofoonmuziek. 13.25 Beursberichten. 13.30 Lichte orkestmu ziek. 15.30 Vijf eilanden, lezing (III). 15.45 Lichte grammofoonmuziek. 16.00 Nieuws. 16.02 Stereofonische uitzending: Bariton en piano: klassieke en moderne liederen. 16.30 Voor de jeugd. 17.30 New York calling. 17.35 Lichte grammofoonmu ziek voor de tieners. 18.00 Nieuws. 18.15 Eventueel actueel. 18.20 Promenade orkest: amusementsmuziek. 18.55 Paris vous parle. 19.00 Voor de kinderen. 19.05 Orfeo ed Euridice, opera (verkorte uit voering - gr.). 20.00 Nieuws. 20.05 Radar: Radioperiodiek. 20.45 Tot uw orders, ge varieerd programma voor de militairen. 21.35 Toneelbeschouwing. 21.45 Sitar, ra diotijdschrift voor gitaristen. 21.55 Wereld radioweek 1964: II dio di Oro (Het gouden kalf), radiofonische opera (opn.). 22.30 Nieuws en mededelingen. 22.40 Actuali teiten. 23.00 Gesproken brief. 23.05 Ven ster op de hedendaagse muziek, inter view. 23 40 Zang met instrumentale be geleiding: Evergreens. 23.55-24.00 Nieuws. BRUSSEL 324 m 12.00 Nieuws. 12.03 Grammofoonmuziek. 12.15 Lichte muziek. (Om 12.25 Weerbe richt). 12.50 Beursberichten en program ma-overzicht. 13.00 Nieuws. 13.20 Kamer muziek. 14.00 Nieuws. 14.03 Schoolradio. (Om 15.00 Nieuws). 15.45 Lichte muziek. 16.00 Nieuws. 16.03 Beursberichten. 16.09 Duitse les. 16.24 Kamermuziek. 16.55 Grammofoonmuziek. 17.00 Nieuws. 17.15 Jazzmuziek voor de jeugd. 17.45 Volksmu ziek. 18.00 Nieuws. 18.03 Voor de soldaten 18.28 Paardesportberichten. 18.30 Wereld radioweek: Boerenorkesten. 18.45 Sportkro niek. 18.52 Grammofoonmuziek. 19.00 Nws. en radiokroniek. 19.40 Wereldradioweek: Draaiorgels in Europa. 19.50 Lezing. 20.00 Het zwarte pak, hoorspel. 21.10 Lichte rau- VOOR MAANDAG NEDERLAND I C VK/IKOR/RKK19.30 Bijbelverhaal voor kinderen. 19.35 Kenmerk: Protestan ten in België, documentaire. NTS: 20.00 Journaal en weeroverzicht. NCRV: 20.20 Jubileumviering in de Eusebiuskerk te Arnhem. 21.30 La belle Américaine, speel film (alle leeftijden). NTS: 23.10-23.15 Journaal. NEDERLAND II NTS: 20.00 Nieuws in het kort. AVRO: 20.01 Het gesprek van de dag: actuele za ken. 20.40 T.V.-Magazine: Televisie op te levisie, documentaire en filrrireportage. 21.25 Jazzmuziek. 21.55 Sterren kijken: programma over waarnemingen aan de nachtelijke hemel. NOORDZEE 18.30 Super Car. 19.00 Popey, 19.09 „Wist u dat...?" (over rijst). 19.24 Danger Man. 22.00 87th Precinct (film). VOOR DINSDAG NEDERLAND I NTS: 19.00 Weekjournaal voor gehoorge stoorden. 19.30 Engelse les voor begin ners (les 5 (herhaling) en les 6). 20.00 Journaal en weeroverzicht. 20.20 Uitzen ding van de Pacifistische Socialistische Partij. NCRV: 20.30 Actualiteiten. 20.40 Stiefbeen Zoon, TV-spel. 21.15 Christe lijke omroep in de wereld, jubileumdocu mentaire. 22.20 Liederenprogramma. NTS: 22.45-22.50 Journaal. NEDERLAND II NTS: 20.00 Nieuws in het kort. 20.01 Ver schuivende grenzen: actuele onderzoekin gen op het gebied van de wetenschap. 20.25 De schavuiten Diamanten, TV- film. VARA: 21.15 Filmvenster. 21.45 Ach ter het nieuws. RKK: 22.10 Gewoon Heilig: film over het leven van Theresia van Li- sieux. ziek. 22.00 Nieuwsoverzicht. 22.15 Wereldra dioweek: Zuidamerikaanse orkesten. 22.45 Wereldradioweek: Poëzie en proza in vertaling. 23.00 Nieuws. 23 05 Stemmig ge mengd avondprogramma. 23.55 Nieuws. 24.00-0.10 Ligging van de zeeschepen. DE DRAMATISCHE EERSTELING van de jonge Amerikaanse schrijver Herb Gardner, „Duizend clowns" („A thousand clowns") is de vorige maand, na de Nederlandse première te Eindhoven, in ons blad „een sympathiek maar bepaald niet diepzinnig blijspelletje" genoemd, met een fantasierijke en meestal wel onderhoudende intrige. Een zeer groot deel van het schouwburgpubliek houdt in het algemeen wel van zulke „sympathieke maar niet diepzinnige blij spelletjes" en als er niettemin zó weinig toeschouwers voor komen als dat zater dagavond in Haarlem het geval was, moet er dus ergens iets mis zijn. EN DAT IS ER DANOOK. Want „Dui zend clowns" hoeveel er ook op het stuk aan te merken valt wat de karakter tekening van de personages en de scherpte van de satire betreft zou ook in ons land best publiek kunnen trekken als de zwakke kanten van Gardners blijspel een tegenwicht hadden gekregen in een sterke rolbezetting. Dat het stuk twee jaar ge leden op Broadway, waar de acteur Jason Robards jr. de hoofdrol vervulde, zoals het programma vermeldt „onmiddellijk een enorm succes had" en dat dit verschijnsel zich in Parijs herhaalde toen Yves Mon- tand de ról daar speelde, moet namelijk grotendeels worden verklaard uit het feit dat die hoofdrol kon steunen op Robards, respectievelijk op Montand. Jason Robards jr. is geen komiek en zelfs niet in de eer ste plaats blijspelacteur, maar een der beste karakterspelers van het Amerikaan se toneel, die bijvoorbeeld ook in Arthur Millers „Na de zondeval" de (hier door Paul Steenbergen gespeelde) mannelijke hoofdrol vertolkte. En Yves Montand, al is hij dan tevens chansonnier, heeft als ac teur zijn grootste successen niet in komi sche maar in ernstige rollen behaald. IN DE OPVOERING door de toneel groep Ensemble, onder regie van Jan Retèl, wordt de kwajongensachtige tekst schrijver, die genoeg krijgt van de non sens die hij voor een commercieel televi sieprogramma moet leveren maar het ten slotte uit liefde voor een kind en een jonge vrouw toch maar weer gaat doen, gespeeld door Johnny Kraaykamp. En nu is Kraay- kamp stellig een sympathieke humorist die een grappige opmerking voortreffelijk weet te lanceren, maar hij is nu eenmaal „BONJOUR PARIS" heette aanvankelijk het amusementsprogramma, dat Merel La- seur en haar beroemd geworden ballet schoolvriendje Dirk Sanders zaterdagavond voor de VPRO op het scherm brachten en die titel was zo bedrieglijk, dat men er maar „S-anders dan Anders" van had ge maakt. Aan de moderne behoefte, an ders te zijn, lekker vreemd te doen vol deed zeker het choreografisch knutselwerk van genoemde Parijse Nederlander, dat inclusief trucjes die aan de kermisfoto graaf deden denken, de kijker werd voor gedanst. Mevrouw Laseur, die een aardig woordje Frans babbelt, kon gelukkig nog Cathérine Sauvage voorstellen, de befaam de diseuse, die minder overtuigend dan vroeger een tweetal liedjes bracht en ver telde, dat ook zij nu bij de film gaat werken. „Een uur met Hitchcock" leek ons zo aantrekkelijk, dat wij de come-back van Maya Bouma in een nieuw showtje verga ten en overschakelden op Nederland 2; de beloning was een mannelijk harde thriller, getiteld „Dood van een smeris", die zeer origineel en ook wat bloederig eindigde. Terug op het eerste net, konden wij ten slotte de nieuwe VPRO-rubriek „Mensen kijken" volgen. Deze titel, die liet vermoe den dat de samenstellers niet zó origi neel enige gelijkenis zien tussen de men senwereld en Artis kreeg bestaansrecht door enige, nogal vreemde onderwerpen, zoals een galerij portretten van de man in de straat, nogal hard en ontluisterend gefilmd en gemonteerd door Ed van den Elsken, en een gesprek met een gewichtige oude dame, die van een nogal overdreven bewondering voor de jongeling Adamo ge tuigde. Mejuffrouw Van Meurs, die het pro gramma quasi-geïnteresseerd en lekker ontspannen presenteerde, liet ons via een Russische gast ook nog weten, dat men in de Sovjet-Unie niet alleen parades houdt en raketten afvuurt, maar ook nog feest kan vieren. Zondagavond Uit het feit, dat Vondels treurspelen „David in Ballingschap" en „David her stelt," die toch geschreven werden om ge speeld te worden, sinds 300 jaar niet ten tonele werden gebracht, mag geconclu deerd worden, dat zij niet of nauwelijks speelbaar zijn. Het idee van David Ko ning, deze beide drama's rond Koning Da vid in één aanmerkelijk bekorte televisie bewerking te doen opvoeren ter gelegen heid van het 40-jarig feest van de NCRV, mag dan ook zeer gedurfd genoemd wor den. De voorstelling werd dus een tame lijk boeiend relaas van het conflict tus sen Koning David en zijn zoon Absalom en van de strijd, die de edele vader ver geefs tegen zijn getrouwen voerde, om die ontrouwe prins het leven te sparen. Onder toneel- en spelregie van Johan de Mees ter maakten enige grote acteurs sterke creaties van de hun toegemeten rollen: Johan Schmitz was edel en ontroerend als Koning David, Joris Diels overtrof hem als de stoere, rechtlijnige en trouwe veld heer Joab, André van den Heuvel was zeer overtuigend als de bode, en Carl van der Plas speelde voortreffelijk de nobele Husai. Van Berseba, naar ons gevoel niet zo sterk getekend door de schrijver, maak te Ellen Vogel alles wat zij met haar ta lent kon en Ramses Shaffy was zeer aan vaardbaar als de opstandige Absalom; hij en enige andere acteurs werden jam mer genoeg minder verstaanbaar in de „grotere" scènes, waarbij zij veelal ook de nodige emotie aan de dag moesten leg gen. Zonder dat de waardigheid der ge beurtenissen werd verstoord, slaagde ten slotte t.v.-regisseur Kees van Langeraad erin, met camerawisselingen en -bewegin gen enige vaart in het spel te houden. Deze uitzending werd een toneelmani festatie genoemd en dat leek ons wat aan de gedurfde kant; het werd echter wel een geslaagd experiment. Damshuizer niet de hier vereiste karakterspeler, in wiens stem de ironische commentaren op het zinloze televisie-gedoe en op de voos- conformistische moderne samenleving de schrijnende bijklank moeten krijgen van verbittering om eigen teleurstellingen als schrijver en als mens. De leiding van Ensemble heeft een vergissing begaan door Kraaykamp deze rol te laten spelen; zij heeft daarmee noch het stuk, noch Kraay kamp zelf een dienst bewezen. EEN ANDERE aanvechtbare keus was die van de jeugdige, maar toch al flink uit de kluiten gewassen Bennie van Oos trum voor de rol van de twaalfjarige Nick. Een groot deel van het komische effect van „Duizend clowns" moet worden be reikt door de pittige manier waarop de kleine Nick (die er notabene zelf over klaagt dat hij zo klein voor zijn leeftijd is) zijn wijsneuzige opmerkingen, onder meer over het gedrag van zijn „gróte" oom, lanceert. Daarvoor is Bennie van Oostrum, hoe jong hij ook mag zijn, qua lichaamsbouw al niet meer geschikt; en al heeft hij zijn tekst goed geleerd en ook goed geluisterd naar de aanwijzingen van de regisseur, die pittigheid en komische slagvaardigheid mist hij helaas. En zo laat de opvoering op de twee voornaamste punten verstek gaan. DE OVERIGE ROLLEN kregen zeer aanvaardbare vertolkingen van Marja Ha- braken als het jonge meisje dat mislukt als sociaal-psychologe maar nog wel kan slagen als huisvrouw; van Wim de Haas als Murray's broer die aan vers fruit en de macht van het geld gelooft; en van Arnold Gelderman en Henk Molenberg als uitbeelders van twee volkomen karikatu raal getekende figuren. Ik wil niet onvermeld laten dat het schaarse publiek in de Haarlemse Stads schouwburg wel heeft gelachen. Simon Koster Zwakke vertaling van goed boek DE RECHTSLITTERATUUR in het algemeen en de rechtsfilosofie in het bijzonder zijn tot dusverre in het nieuwe uitgeversgenre der „paperbacks" nauwe lijks vertegenwoordigd. Het recht heeft vanouds zijn eigen publiek, zijn eigen uitgevers, zijn eigen tijdschriftwezen en het blijft daardoor helaas nog steeds min of meer een gesloten boek voor het al gemene lezerspubliek. Ik ben daarom graag bereid, Carl J. Friedrichs „Rechts filosofie in historisch perspectief' (C. de Boer jr./Paul Brand, Sterrenserie 13) van harte te verwelkomen. Een dergelijk boek voor een zo schappelijke prijs is waarlijk iets om dankbaar voor te zijn. DE OPZET VAN HET BOEK is aantrek- kelijk, zij het misschien wat onevenwich tig. Het eerste en veruit grootste deel van het boek behandelt de geschiedenis van de rechtsfilosofie. De schrijver geeft die weer in een aantal korte hoofdstukken, ieder ge wijd aan een bepaalde figuur of school en ieder toegespitst op het voornaamste pro bleem waarmee die figuur of groep zich heeft beziggehouden. Na dit historische deel, dat ruim viervijfde van het boek be slaat, volgt een systematisch deel, dat in niet meer dan vijfentwintig bladzijden en kele „eeuwige" kernproblemen van de rechtsfilosofie omlijnt: recht en rechtvaar digheid, recht en gezag, recht en orde, de constitutie als grondslag van de rechtsor de en de vrede als wereldrechtsorde. Natuurlijk valt het bij een zo bondige en sterk gestileerde opzet niet mee om een over de hele linie tamelijk bevredi gende weergave van geschiedenis en pro blemen te geven. Zo zal men zowel bij het historische als bij het systematische deel op diverse plaatsen vraagtekens kunnen plaatsen. Het oorspronkelijke boek is trou wens al weer bijna tien jaar oud. Maar dat is geen overwegend bezwaar. Het boek is bedoeld als een encyclopedische inlei ding en als zodanig mag het zeker ge slaagd heten. HET IS DAAROM DUBBEL jammer, dat de vertaling van het oorspronkelijk in het Duits verschenen boek zoveel te wen sen overlaat. Zij bevat niet slechts een on telbaar aantal germanismen, dikwijls zijn hele zinnen en zinswendingen klakkeloos overgenomen. Daardoor is er uit het toch al niet zo eenvoudige, compacte filosofen- Duits van Friedrich een nauwelijks lees baar „Nederlands" gebrouwen. Vele nuan ces in de tekst zijn niet of gebrekkig weergegeven en soms staat er in het Ne derlands gewoon onzin. WANNEER MEN DE MOED van de uitgevers, die een dergelijk werk in de „populaire prijsklasse" brengen, moet prijzen, dan kan men hun kortzichtigheid met betrekking tot de vertaling slechts la ken. Dit is trouwens niet een op zichzelf staand geval. Vele wetenschappelijke of populair-wetenschappelijke boeken uit het buitenland, waarvan Nederlandse pocket uitgaven verschijnen, zijn bijzonder slecht vertaald. Proberen de uitgevers aldu: misschien de kosten te drukken, door zie een bevoegde vertaler die uiteraan meer vraagt, dan iemand, voor wie he maken van een vertaling een bijverdiensti is te besparen? Dat is dan wel zee1 onverstandig. Een slecht vertaalde romai is misschien maar voor weinigen een er- gemis, een slecht vertaald wetenschappe lijk boek kan niemand gebruiken. Mr. G. C. J. J. van den Berg1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1964 | | pagina 4