EEN JAAR GELEDEN WERD PRESIDENT JOHN KENNEDY IN DALLAS VERMOORD Hart van groeiende legende is wat had kunnen zijn r hoe is het ontstaan? „Kerk en Wereld" en Katholieke Actie hebben elkaar gevonden Minister Toxopeus en de Bijlmermeer Bij de B^iviD is het goed sparen. Dallas De heer C. van Geel met pensioen Monument voor Kennedy in Amsterdam Dr.Vondeling sprak in de V.S. met prominente politici „Geen strafbaarheid voor volwassenenprostitutie" van Twee arrestaties in vleesschandaal NEDERLANDSCHE MIDDENSTANDSBANK ZATERDAG 21 NOVEMBER 1964 Omstreden Stimulerend Realist Dit woord: INDUSTRIE Dit woord: HANNESEN Dit woord: INFLUENZA Dit woord: FILIAAL ,Das Kapitalals huwelijksgeschenk U krijgt daar het beste persoonlijke spaaradvies en...een goede rente. de bank waar u zich thuis voelt! C ommissie-Stoffels: Dr. E. van Raalte f WASHINGTON. 22 NO\ EMBER 1963. Washington lag onder een strak- b auwe hemel in afwachting van een rustige, bijna zomerse dag. De politieke zaken konden even rusten. De hoofdstad gunde zich op deze vrijdag een pauze. President Kennedy was in Texas om stemmen te winnen voor de presidentsver kiezingen, die over elf maanden zouden plaatsvinden. Secretaresse Helen Ganss was op het kantoor van de persdienst van het Witte Huis en had zich op een rustige dienst voorbereid, toen om tien over halfeen de telefoon belde. „De president is neergeschoten". Een minuut eerder was het bericht over de telexlijnen geflitst. „Kennedy door kogels zwaar gewond, wellicht dodelijk 8 Ook in Dallas was het warm en zonnig. Tijdens de rit door de hoofdstraten zei de echtgenote van de gouverneur van Texas, Conally: „U kunt niet zeggen dat men u hier niet vriendelijk begroet". ..Zeker niet", antwoordde de president. Enkele seconden later, om vijf voor halfeen, flitsten drie kogels door de blauwe lucht. „Mijn God, ik ben getroffen", steunde Kennedy na de eerste treiter. Een tweede raakte hem in het achterhoofd. Over haar dodelijk betroffen man gebogen kreet Jacqueline Kennedy: „Oh God, ze hebben mijn man geraakt. Ik houd van je Jack. Wat hebben ze met je gedaan". Een halfuur later stelde dokter Kemp Clark in het Parklandziekenhuis de dood van de president vast. DIE DAG, EEN JAAR GELEDEN (al dus onze correspondent in Washington) was één van de zwartste uit Amerika's geschiedenis. Een schok ging door de na tie en de wereld. Een golf van emotie ont laadde zich, voor het overgrote deel uit verdriet over het verlies van de stijlvolle, briljante president, voor een klein deel uit opluchting dat de voortvarende jonge man in het Witte Huis van het wereldtoneel was verdwenen. WANT KENNEDY was in Amerika men vergisse zich niet, een sterk omstre den figuur, die door miljoenen bewonderd en bemind, maar ook door miljoenen ge haat werd. In het afgelopen jaar hebben de vele aanhangers en bewonderaars van Kennedy een mythe rondom hem doen ontstaan, die het voor zijn vroegere tegen standers moeilijk maakt hem nog post- huum te kritiseren en die het voor el huum te kritiseren en die het voor elke bijna onmogelijk maakt te analyseren wat Kennedy's historische betekenis is ge weest en hoe zijn positie zou zijn, als hij nu nog leefde. Deze mythe heeft een beeld geschapen van een overintelligente, onfeilbare jonk man. die met stijl en kloeke hand de V.S. voortstuwde naar een stralende toekomst, daarbij geleid door een idealistische visie en daarin bijgestaan door een jonge, mooie vrouw en een opofferende diep loya le familie. En ook al zijn er elementen van waarheid in deze sage van jeugd, op offeringsgezindheid, succes en idealisme, het ware beeld van John F. Kennedy toont de mythe niet. De miljoenen mensen echter, die Kenne dy's graf op het militaire ereveld van Ar lington het afgelopen jaar bezochten, er bloemen op legden en er vaak bij bleven mijmeren, zijn in dit ware beeld wellicht ook niet geïnteresseerd. Voor hen is Kennedy een symbool van hoop en verlangen naar een betere wereld, een symbool van jeugd, succes en schoon heid, van alle dingen die het leven de moeite waard maken. Voor hen is Kenne dy een Lancelot, een Parcifal, een stralen de figuur uit een heldensage. MIN OF MEER wordt de nagedachte nis van Kennedy ook zo hoog in ere ge houden in de 700.000 inwoners tellende stad Dallas, waar de fatale kogels hem troffen.- In deze tweede stad van Texas die de afgelopen tien jaar een verbluffen de bloei en groei te zien heeft gegeven, is namelijk een monument in ontwerp ter ere van Kennedy en op de plek waar de president in zijn auto vermoord werd liggen steeds verse bloemen. Ondanks al deze pogingen om iets goed te maken aan de slechte naam, die Dallas uiteraard in de hele wereld heeft gekre gen sinds de moord op Kennedy, is de stad echter een broeinest van reactionai ren gebleven. Het Goldwater-conservatis- me stond er in hoog aanzien en, ook al distantieert men zich natuurlijk volko men van de moord op de president, er is geen twijfel aan dat deze stad met het hoogste moordpercentage van heel Ameri ka nog steeds niets moet hebben van de Kennedyvooruitstrevendheid. Journalisten en historici hebben het afge lopen jaar natuurlijk gepoogd de reke- n|qg yan de Kennedy-ers op te maken. Zij zijn daarbij tot de conclusie geko men dat de belangrijkste prestaties van de jonge president op het terrein van de buitenlandse politiek lagen en dat zijn be handeling van de Cuba-crisis en zijn toe naderingspolitiek tegenover Rusland ge schiedenis maakten. OP BINNENLANDS politiek en econo misch gebied valt het volgens velen tegen wat Kennedy werkelijk heeft bereikt. Zijn belangrijkste wetsvoorstellen (bur gerrechten, belastingverlaging, medische zorg voor ouden van dagen) waren geen van alle door het parlement aanvaard, toen hij stierf. En het is de vraag of het hem zelf ooit gelukt zou zijn ze aanvaard te krijgen, zoals dat ten dele gelukte aan zijn in parlementaire zaken doorgewinter de opvolger Lyndon Johnson. Met deze critiek ziet men echter over het hoofd welk een groot belang er ge hecht moet worden aan inspirerende ini tiatieven als de burgerrechtenwetgeving, terwijl men ook wel eens al te gemakke lijk over het hoofd ziet dat Kennedys economisch beleid tot de langste periode van economische bloei zonder inzinking geleid heeft sinds de tweede wereldoor log. Bovendien had Kennedy een kwaliteit, die vaak over het hoofd wordt gezien door historici en commentatoren die nu probe ren de rekening van zijn presidentschap op te maken. Namelijk zijn stimulerende, opvoedende werking via grote redevoerin gen en kleine speeches op de totale be volking. Nog kan men in Amerika merken welk een overweldigende en inspirerende in vloed de korte schittering in het Witte Huis tijdens Kennedy's duizend dagen heeft gehad. Ook na een jaar zijn er nog mil joenen Amerikanen, die in de met humor gekruide humane stijl van John Kennedy hun politieke maatstaf zien. En om zijn grote opvoedende, menselijke en inspire rend werking op het Amerikaanse volk en in mindere mate ook op leidende kringen van de westelijke bondgenootstaten is het vooral zo diep te betreuren dat op 22 no vember 1963 schoten vielen in Dallas Elmstreet. DE ESSENTIE van Kennedy's talenten was wellicht zijn kritische blik, die op geen sjablone of fagade afketste en die hem met intelligentie de mogelijkheden en de richting van een ontwikkeling deed doorzien. Visies voor een verre toekomst interesseerden hem, ondanks wat de mythe vertelt, weinig. Cuba, Vietnam, het rassen probleem, het economisch evenwicht, dat waren de thema's waarvoor hij belang stelling had. Deze kritische op de realiteit van het moment gerichte instelling maak te dat waar lijkt, wat een van de plaats vervangende hoofdredacteuren van de New York Times, James Reston, dezer dagen schreef: ,Het hart van de Kennedy-legende is wat had kunnen zijn. Zijn intelligentie deed de mensen denken dat de komende generatie de wereld rationel zou kunnen maken. Zij maakte het zelfs moeilijk voor intellectuelen in Europa anti-Amerikaans te zijn. Zijn knappe uiterlijk en welbe spraaktheid legden een stralender glans op de politiek als zodanig en maakten haar aanvaardbaar en aantrekkelijk voor jonge mensen overal ter wereld." De heer C. van Geel, directeur van het rijkskuststation Scheveningen Radio te IJmuiden, zal per 1 december de P.T.T.- dienst wegens pensionering verlaten. On der de bekwame en energieke leiding van de heer Van Geel heeft, vooral na de tweede wereldoorlog, Scheveningen-Radio op het IJmuider Sluiseiland zich ontwik keld tot een der belangrijkste kuststations ter wereld. Ter gelegenheid van het af scheid van de heer Van Geel zal op vrij dag 27 november, van 16.30 tot 18 uur, in de theeschenkerij Velserbeek in het Velserbeekpark een receptie worden ge houden. De Amerikaanse zaakgelastigde in Ne derland, de heer Fisher Howe, heeft van daag op één dag na een jaar na de dood van de president van de Verenigde Staten een monument onthuld ter nage dachtenis aan John F. Kennedy. Wethou der Den Uyl aanvaardde het beeld na mens de gemeente. Aan de plechtigheid werd medewerking verleend door de voor drachtkunstenaar Otto Sterman. Het monument, dat geplaatst is aan de president Kennedy-laan bestaat uit een bronzen kop, vervaardigd door de Amster damse beeldhouwer Renze Hettema, en een sokkel van Juschel-kalksteen. Op het voet stuk is in het Engels en Nederlands een citaat uit de installatierede van president Kennedy gegraveerd. Dit luidt: „Alle na ties, of zij ons goed of kwaad gezind zijn, dienen dit te weten, wij zullen iedere prijs betalen, iedere last dragen, iedere moei lijkheid trotseren, elke vriend steunen, el ke vijand weerstaan om het voortleven en de overwinning van de vrijheid te verze keren.'" De kosten van het gedenkteken zijn ge financierd uit gelden die voornamelijk in Amsterdam ingezameld zijn. Dr. A. Vondeling, fractieleider van de P.v.d.A., in de Tweede Kamer, is uit New York teruggekeerd op Schiphol. Hij sprak in de Verenigde Staten met vele zeer voor aanstaande regeringsfunctionarissen, on der wie de onderminister van Buitenland se Zaken, Tyler, en met oud-minister Her ter. Dr. Vondeling vertelde dat de M.L.F. een zaak is die de Amerikanen bijzonder ter harte gaat. Hoe groter de integratie van gemengde bemanningen aan boord van deze NAVO-vloot met kernwapens zou zijn, hoe beter zij dat vinden. Dr. Vonde ling was verbaasd over de ijver waarmee men in Amerika voor dit denkbeeld vecht. De grote vraag is wat de nieuwe La- bourregering in Engeland zal gaan doen en of het de Polarisduikboten, die er thans worden gebouwd in de M.L.F. wil inbren gen of er voorkeur aan geven een on afhankelijke nucleaire mogendheid te blij ven. Een ander onderwerp van gesprek was Het Latijnse woord industria, waar van ons woord industrie is efgeleid, be stond uit twee delen: endo (indu, in) en een vorm van het werkwoord struere dat: opstapelen, bouwen betekende en dat in de verte verwant is met het Ne derlandse werkwoord strooien. Industria betekende: vlijt, ijver, be drijvigheid. In uitgebreider zin is men er onder gaan verstaan: de gezamen lijke ijver die nodig is om de rijkdom men van een land te vermeerderen en vandaar: de waardeverhoging van na- tuurprodukten, het fabrieksbedrijf. Het werkwoord hannesen, dat wordt gebruikt in betekenissen als: ergens doelloos mee bezig zijn, de tijd doorbren gen met nutteloos gepraat,beuzelen, leu teren, is een jonge vorm bij de eigen naam Hannes die een verkorting is van Johannes. Een Hannes is een lamlendige vent, een lummel, een sul. Er is wel eens gedacht dat met deze Hannes of Johan nes bedoeld is de evangelist Johannes die zich, vooral in zijn eerste zendbrief, maar ook in het vierde evangelie, een man van grote mensenliefde heeft ge toond. Het is evenwel niet duidelijk, waarom de naam dan in de betekenis sul wordt gebruikt. Andere eigennamen waarvan werk woorden zijn gevormd, zijn jonassen en judassen. Jonassen is: iemand heen en weer slingeren en judassen: iemand sarren. De ziekte die vroeger influenza heette en nu meestal griep wordt genoemd, heeft een eigenaardige naam. Het Ita liaanse woord influenza is immers het zelfde als het Franse influence, dat: in vloed betekent en ook gebruikt wordt voor: epidemie. Men spreekt in Italië dus van een influenza di febbre scarla tina voor een roodvonkepidemie. Met het woord invloed bedoelde men de in vloed der sterren, in welker constellatie men de oorzaak van allerlei ziekten zocht. Men geloofde namelijk dat de mensen werden „bezocht" door een van de hemellichamen afstromende vloei stof. Vandaar nog ons woord bezoeking en de afstamming van influenza van het Latijnse werkwoord influere, instro men. Een filiaal is een handelszaak of win kel uitgaande en afhankelijk van een elders gevestigde zaak waar gelijksoor tige waren worden verkocht. Filiaal is een koopmanswoord uit de negentiende eeuw dat via het Franse woord filiale is ontleend aan het Latijn. In die taal betekent filius: zoon en filia: dochter. Filialis, het bijvoeglijk naamwoord, wil zeggen: kinderlijk, afhankelijk, staande in de verhouding van kind tot ouder. Men brengt het woord in verband met het werkwoord fellare: zogen en met femina: vrouw, eigenlijk: zij die een kind zoogt, moeder. En de verhouding van moeder tot kind vindt men dan ook terug in die van het hoofdbedrijf tot het filiaal. (van onze redacteur geestelijk leven) i dag werd ook bekend, dat in de redactie t-v i ,iivan het nieuwe Europese theologische tijd- De katholieke actie en de academie I schrift „Euros", door de Horstink uitgege- „De Horst" van Kerk en Wereld hebben ven, nu ook de protestantse dr. Van Leeu- besloten tot een zeer nauwe samenwer- wen is opgenomen. Allemaal tekenen van [king, waarbij men niet alleen tezamen- ^entiendf d?eT™ Kerk en Werefd* dan torgen, maar jij in samenwerking Advertentie De prostitutie als zodanig behoort niet strafbaar te worden gesteld, voorzover daar alleen volwassenen bij zijn betrok ken, aldus de eenstemmige mening van de commissie-Stoffels, die rapport heeft uitgebracht aan de minister van Justitie, mr. Y. Scholten, over prostitutie en straf recht. De grootst mogelijke meerderheid van de commissie neigt tot het oordeel dat de niet-actieve souteneur buiten de strafwet behoort te vallen. Volgens dit oordeel lijkt het weinig re- eel dat een souteneur de ontucht van der den zou bevorderen indien hij niet anders doet dan zich laten onderhouden. Omdat over de persoonlijkheid van de prostituée en de souteneur wetenschappelijk nog uiterst weinig vaststaat, zou men, aldus het rapport, voorlopig aan handhaving van de strafrechtelijke status quo kunnen den ken. De commissie adviseert echter de huidi ge bepaling over te brengen van de over tredingen naar de misdrijven. Het is on logisch dat het souteneurschap als over treding wordt gestraft, terwijl de hande lingen van een koppelaar en een kamer exploitant misdrijven zijn. De commissie stelt voor het volgende in te voegen in het wetboek van strafrecht (als art 250 bis a): „Hij die als souteneur een ander beweegt hem uit diens ontucht te bevoordelen, wordt gestraft met gevan genisstraf van ten hoogste drie jaren", De minister van Binnen landse Zaken is thans, naar gebleken is, voornemens zo spoedig mogelijk hij hoopt dit in vier maanden tijds te kunnen bereiken een wets ontwerp in te dienen, waar door de Bijlmermeer en bo vendien de strook tussen dat gebied en Amsterdam, aan de hoofdstad zullen worden toe gevoegd. In dat opzicht zal hij dus aan een door een meerderheid in de Kamer uit gesproken wens tegemoet komen. Het eind oktober door die tak van de Staten-Gene- raal aangenomen amende- ment-Scheps beoogde immers de vereniging van de Bijlmer meer met Amsterdam. De mi nister van Binnenlandse Za ken, die dat aanvankelijk juist niet had gewild, geeft nu dus toch toe aan hetgeen de Ka mermeerderheid bleek voor te staan en zelfs gaat hij zich nog royaler tonen door de Am- stelstad nog groter te maken dan de voorstanders van ge noemd amendement hadden bepleit. Tegen die verder gaande uitbreiding zal men in 's lands vergaderzaal, naar te ver wachten valt, op zichzelf geen bezwaar hebben. Intussen wil dit nog niet zeggen, dat minister Toxopeus door het voorgenomen wets ontwerp de zekerheid zal krij gen, dat de strijdbijl nu ook voorgoed begraven zal zijn. Het door hem gekoesterde plan houdt namelijk iets in, dat allicht in de Kamer, en zulks om meer dan één reden, wel tegenstand zal ontmoeten. Te weten de opneming in het beloofde wetsontwerp van een bepaling, waardoor de ge meente Amsterdam na negen jaar weer een verkleining zal ondergaan doordat dan het gebied in kwestie, als gevolg van de tot stand te brengen wet, niet langer deel zal uit maken van de gemeente Am sterdam, maar zal komen te behoren tot een aldus te scheppen grote gemeente Die- men. Reeds nu kan men in en buiten de parlementaire wan delgangen hierover kritische geluiden opvangen. In de eer ste plaats ontbreekt het niet aan de opmerking, dat het wel een buitengewoon vreem de figuur is, om bij de wet een slechts tijdelijke uitbrei ding van een gemeente vast te stellen, door aan die tijde lijke uitbreiding na zekere termijn die van negen jaar in het onderhavige geval het opgaan van het gebied in kwestie in een andere ge meente vast te knopen. De bewoners van het desbetref fende gebied zullen dus slechts negen jaar Amsterdammers mogen zijn en daarna inge volge wetsvoorschrift Dieme- naren worden. Nu valt niet te ontkennen, dat een dergelijke figuur al iets heel buitenissigs heeft. Bovendien wordt thans al een tweede bezwaar tegen zulk een methode van wetgeving aangevoerd, hierop neerko mende dat de wetgever van heden toch heel moeilijk kan voorzien of inderdaad over negen jaar voldoende gegron de redenen voorhanden zullen zijn om dan de andere, door minister Toxopeus voorge stane gemeentelijke indeling haar beslag te doen krijgen. Ben ik goed ingelicht, dan geeft minister Toxopeus op het ogenblik nog steeds uit bestuurlijke overwegingen de voorkeur aan het stelsel van grote gemeenten met daar naast sterke randgemeenten, om die dan samen een „groot district" met een districts- bestuur te doen uitmaken, boven de opslokking van klei nere gemeenten door een aan grenzende grote stad, die dan een zijns inziens onmogelijk goed hanteerbare mammoet gemeente zou worden. Gesteld nu echter, dat de Tweede Kamer mettertijd met behulp van een amendement de door de minister beraamde bepaling inzake slechts een tijdelijke uitbreiding van Am sterdam uit zijn wetsontwerp zou willen gaan werken, zou dat dan heus voor de bewinds- van gespieK was 1.., geimeiiue uies van jverK en wereld dan de handel van Amerika met landen achter J1Jk Pockets zal gaan verzorgen, maar ook niet onder stoelen of banken werd ge- het IJzeren Gordijn geweest. waarbij in samenwerking met de uit- stoken. gevers Paul Brandt, Ten Have en De tT„on T i i_ i n Zeer veelzeggend was vooral een pas- ook gezamenlijk boeken zullen sage uit de rede van mr. Baas, waarin hij worden uitgegeven. Dit worden nieuwe zei, dat wie zijn oor te luisteren legt bij activiteiten naast de reeds bestaande in de vooruitgeschreven posten, hoort dat de vorm van een gezamenlijke cursus !?T d,e fase vfn oecumenische problema- nvpr Itiek a's "°S s,echts P^ktisch te regelen acht. Ze is vooral oplosbaar naarmate de kerken niet meer zo druk zijn met hun Dat de cursus over communisme het be- onderlinge verhoudingen als wel samen gin van een belangrijke ontwikkeling is ge- druk met de wereld, waartoe zij beide be- weest werd donderdagavond tijdens de vie- horen, ring van de „bruiloft" van de Horstink, centrum van de katholieke actie, en de Mr. Baas gaf een uitvoerig overzicht Horst gedemonstreerd toen het „huwe- van het concilie en zei dat het probleem lijksgeschenk" werd aangeboden tijdens „Kerk en wereld" in het begin van het een cabaretavond. Het was „Das Kapital" concilie vrijwel geen aandacht kreeg. Na van Karl Marx. een initiatief van kardinaal Suenens kwam het schema meer in de belangstelling te Welke vormen de samenwerking tussen staan, en nu is wel gebleken, dat de te- protestant en rooms-katholiek de laatste genstelling progressief-conservatief juist tijd heeft aangenomen is dit jaar tweemaal bij dit schema dertien duidelijk zeer duidelijk geworden: eerst op de land- ren komt. dag van de Sint Adelbertvereniging, waar de rector van Kerk en Wereld, dr. ,T. van Bedrijfsblind Veen, een rede uitsprak, en gisteren op de negentiende dies van Kerk en Wereld, Men kan volgens mr. Baas bij de dis waar mr. L C. Baas, voorzitter van het cussie duidelijk merken, wie het meest landelijk centrum voor katholieke actie, de met de concrete werkelijkheid te maken diesrede hield, hetgeen voor Kerk en We- hebben. Dat is niet de curie en dat zijn reld een novum betekende. Tijdens deze ook nog niet zozeer de bisschoppen, (be- halve in Noordwest-Europa) maar vooral de lagere geestelijkheid en met name de I leken. Het blijkt heel moeilijk te zijn een ant woord te geven op de vraag hoe de kerk het gebeuren in de wereld religieus moet begeleiden en in het gehele heilsplan zijn plaats geven. Vooral omdat de kerk door haar langdurig isolement vreemd staat in de wereld en welhaast aan bedrijfsblind heid lijdt. naar vo- man onaanvaardbaar zijn? Sommigen menen die vraag gerust ontkennend te kunnen beantwoorden. En wel, aan gezien minister Toxopeus zich dan toch nog altijd zou kun nen troosten met de gedachte, dat ingeval de wetgever over een jaar of acht inderdaad tot de slotsom zou komen dat er inderdaad reden bestaat om het heden ten dage door hem voorgestane ideaal te gaan verwezenlijken, die wetgever dan zelf wel mans genoeg zal zijn om daarvoor met behulp van een nadere wet alsnog zorg te dragen. Daarentegen zijn er echter ook vrij wat lieden die het allesbehalve onwaarschijnlijk achten, dat de tegenwoordige minister van Binnenlandse Zaken niet voor zijn verant woordelijkheid zou willen ne men een aldus geamendeerd ontwerp verder te verdedigen, gegeven nu eenmaal zijn over tuiging omtrent de beste ge meentelijke bestuursindeling; voor hem zou er, aldus de redenering van hen die er zo over denken, werkelijk een beginselopvatting in het ge ding zijn. In dat geval zou, indien een meerderheid in de Kamer dat beginselinzicht niet zou delen en zij dus bepaling inzake een termijn van negen jaar door middel van een amende ment zou schrappen, de nor male gang van zaken met zich meebrengen, dat mr. Toxopeus zijn portefeuille zou neerleg gen en het kabinet-Marijnen de benoeming van een, libe rale, opvolger van hem zou bevorderen. Dat ware normaal. Doch helaas bestaat er enige be duchtheid, dat bij een strijd tussen de minister van Binnenlandse Zaken en de Kamer over zijn streven om slechts toevoeging-op-termijn van de Bijlmermeer bij Am sterdam in de wet vastgelegd te krijgen, de kabinetskwestie zou worden gesteld. Ongetwijfeld zijn er ver schillende gevallen denkbaar, waarin het heel begrijpelijk en logisch is dat de overige ministers zich eensgezind scharen achter een bepaalde, door één hunner mede-minis ters tegenover de volksver- woordiging ingenomen stand punt. Zo is het bijvoorbeeld heel gewoon, dat een kabinet in zijn geheel ten opzichte van het algemene financiële, economische en sociale beleid en ook met betrekking tot de richting, die het internationaal wil bewandelen, een gemeen schappelijke zienswijze koes tert. Daarbij gaat het inder daad om aangelegenheden, die van nature als zaken te be schouwen vallen die het ka binetsbeleid raken. Dan is, ingeval van verwikkelingen met één der Kamers, op een 1 gegeven ogenblik het stellen van de kabinetskwestie staat kundig volkomen oorbaar. Daarentegen zou dit laatste geheel en al misplaatst zijn bij een punt als dat van de Bijlmermeer. Wil men een ge zonde werking van ons par lementaire stelsel werkelijk behartigen en bevorderen, dan moet het voor het parlement mogelijk blijven om, zonder buitenissige kabinetsdwinge landij, een bepaalde minister met wiens zeer speciale in zichten op een terrein dat allerminst als zodanig binnen het gebied van de kabinets- politiek te beschouwen valt, de Kamer het oneens is tot heengaan te nopen waarop hij door een nieuwe minister zal worden vervangen. Gaat men echter ook al in gevallen, zo als hier bedoeld, schermen met het dreigement dat een kabinetscrisis zou ontstaan wanneer de aanvankelijke meerderheid niet bereid zou zijn haar eigen opvatting te verloochenen, dan maakt men in feite een gezonde werking van het parlementaire stelsel onmogelijk. Terecht is, nu reeds een aantal maanden ge leden, oud-minister Cals te gen het eventueel insluipen van een dergelijk „misbruik" te velde getrokken. Zie ik het goed, dan geeft de nog te verwachten strijd over de kwestie Bijlmermeer reden te over om thans al een waar schuwend woord te laten ho ren tegen een mogelijk in het kabinet voorhanden zijnde neiging om eventueel een Kamermeerderheid te willen dwingen onder het Caudijnse juk van een bedreiging, een kabinetscrisis te laten door gaan bij een aangelegenheid die er ten hoogste een is tus sen een meerderheid in de Kamer en de persoon van minister Toxopeus. Alles te vroeg Grote indruk maakte de wijze waarop mr. Baas het probleem voor de heden daagse r.k. gelovige beschreef: ,Nog voor de mens tot de jaren van verstand gekomen Is, wordt hij opgeno men in een tot in alle details geïnstitu tionaliseerde kerk. Nog voor hij Gods spre ken in de dingen rondom hem heeft ver staan wordt hem ingeprent dat God op een zeer bijzondere wijze gesproken heeft in de profeten en in Christus. Nog voor hij woordeloos geworden is om een antwoord te geven op het zich geraakt weten door de wezende God krijgt hij het formulier, het gebaar en de bijbehorende frequentie aangeleerd van de gestileerde dialoog in de liturgie. Nog voor hij ordeverstoring als verbo den aanvaardt leert men hem alle cate gorieën van zonder onderscheiden. Nog voor hij zich verloren voelt, wordt ver lossing hem aangeboden. Nog voor hij kan gaan zoeken, wordt hem de waarheid over handigd. Nog voor hij in verwachting op kan bloeien, is hem al gezegd wat te ver wachten. Nog voor het leed hem grijpt is de zin al ontvouwd. Nog voor hij een vreemde kent, moet hij alle mensen be minnen. Nog voor hij de dood vermoedt, wordt een eindpunt al begin genoemd Nog voor hij weet dat hij afvalt, is hij al afgevallen." En aan het slot van zijn rede wees mr. Baas erop dat het mensdom zijn eigen voortbestaan in handen heeft. „Zal het no dig zijn dat eerst de rekening van het falen van de kerk ons aan onze huisdeu ren door Chinese soldaten gepresenteerd wordt? Of zullen we gezamenlijk heils- brengers mogen zijn?" Weer zijn er arrestaties verricht in het geruchtmakende vleesschandaal in Willes- kop. Op last van de officier van Justitie te Utrecht, zijn twee inwoners van Montfoort aangehouden, die de reeds gearresteerde exploitant van de clandestiene kadaver slachterij geassisteerd zouden hebben.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1964 | | pagina 4