fit.atfj.tr
SCHWEITZER 90 JAAR
if
Dammen
Bridge
ZATERDAG 9 JANUARI 1965
W Erbij
PAGINA ACHT
.CuNGCJt!
'tmp,
B. Dukel
z
V
O
O
Mr. Ed. Spanjaard
Wm.f/
W/, nn ifm
Naar Afrika
Het karwei
Geïnterneerd
Waarheid en leugen
Nog de baas
TOGO. Ter gelegenheid van het
Internationale Jaar van de Rustige Zon
is een serie van zes waarden in omloop
gebracht, waarop ruimtesatellieten voor
komen: 10, 15, 20, 25, 45 en 50 fr. (Af
beelding). De zegels zijn in veelkleuren-
druk uitgevoerd bij de Israëlische
staatsdrukkerij. Een souvenirvelletje dat
de waarden 20, 25, 45 en 50 fr. bevat,
is eveneens verschenen.
FRANKRIJK. De serie dienstzegels,
uitgegeven voor het frankeren van post
stukken afkomstig van de Raad van
Europa (afbeelding: de vlag van de
Raad van Europa en de zon) zal op
18 januari met twee waarden worden
aangevuld: 0.30 fr. (blauw, geel en rood)
en 0.60 fr. (blauw, geel, violet en rood).
VATICAANSTAD. Een kerstserie
van drie waarden, 10, 15 en 135 lire,
is uitgegeven. De zegels tonen de heilige
familie naar een werk van de Japanse
kunstenaar Komiko Koseki.
7
HONGARIJE. De Hongaarse poste
rijen hebben een jachtserie van tien
waarden het licht doen zien: 20, 30, 40,
60, 80 filler en 1. 1.70 (afbeelding), 2,
2.50 en 3 forint. Op de zegels zijn bos-
dieren voorgesteld, behalve op de 3 ft.
waarop het embleem van de Hongaarse
jagersfederatie voorkomt.
PORTUGAL. Ter gelegenheid van de
in Tokio gehouden Olympische Spelen is
een serie van vier zegels in omloop ge
bracht'. Het zijn een 0.20, 1, 1.50 en 6.50
esc. fhet als voorstelling de vijf Olym
pische ringen en de Japanse vlag.
BHOETAN. Een serie van acht waar
den met afbeeldingen van inheemse
bloemen is verkrijgbaar gesteld: 2, 5,
15, 33, 50, 75 ch. en 1 en 2 nu. De zegels
zijn gedrukt bij Thomas de la Rue and
Sons Ltd. te Londen.
EGYPTE. Ter gelegenheid van de
Oag van de UNESCO is een postzegel van
10 mills verschenen. Afgebeeld zijn de
emblemen van de UNESCO en de UNO,
alsmede drie piramiden. De oplage be
draagt twee miljoen exemplaren.
OU BAHBMfV
DAHOMEY. Twee postzegels, 25
(afbeelding) en 100 fr., zijn uitgegeven
voor het Internationale Jaar van de
Rustige Zon. De eerste zegel laat de
Apollosatelliet en de tweede zegel de
Nimbus-weersatelliet zien. Beide zegels
hebben als achtergrond het embleem
van het I.Q.S.Y. De ontwerpen zijn van
de hand van de Israëliër M. Shamir.
ARGENTINIË. Een postzegel van
4 pesos (sepia) is in roulatie gebracht
ter herdenking van de Argentijnse
schilder Carlos Morel. Op de zegel is een
tussen 1839 en 1842 gemaakt werk van
de schilder afgebeeld getiteld „De
markt op het Montserrat-plein".
POLEN. Ter herdenking aan de
ruimtevlucht van de drie Russen met
de Woskhod op 12 oktober 1964 is een
blokje dat drie zegels van 60 gr. bevat,
verschenen. De zegels vertonen respec
tievelijk de portretten van de kolonel
vlieger Vladimir Komarov, de fysicus
Konstantin Feoktistov en de arts Boris
Jegorov.
mm i iHiiiii ui "Ti
KONGO (LEOPOLDSTAD). Wijlen
president Kennedy it herdacht door de
uitgifte van een serie van zes waarden:
5, 6, 9, 30, 40 (afbeelding) en 60 Kongo
lese fr. De zegels brengen alle zijn por
tret in beeld. Ook is een blokje dat een
zegel van 150 fr. bevat, in circulatie
gebracht.
MONACO. Vijftig jaar geleden over
leed de Franse dichter Frédéric Mistral
(18301914). Ter herinnering aan dit
feit is een postzegel van 1 fr. verkrijg
baar gesteld, waarop links zijn portret
en rechts een scène uit een van zijn
werken voorkomt.
Drs. P. Roozenburg (ex-wereldkampioen
en kampioen van Nederland 1963 en '64)
heelt het plan opgevat met de oud-kam
pioen van Nederland Jan Bom een dam
boek uit te geven van 1000 bladzijden. In
het eerste deel wordt de algemene theorie
behandeld; dan volgen drie delen openings
theorie, drie delen middenspel en twee de
len eindspel. Het raamwerk voor deze uit
gave is al in een vergevorderd stadium.
De twee meesters hebben honderden par
tijen van 1894 tot 1912 bestudeerd en daar
na duizenden partijen uit de jaren 1960
tot 1964.
Hieronder volgen twee fragmenten uit
het wereldtoernooi 1912.
M. FABRE
VAN WAGENINGEN
Zwart: 1, 8, 13, 15, 17, 18, 23, 24, 25.
Wit: 16, 26. 31, 33, 35, 38, 39, 40. 45.
Wit had als laatste zet 31-27? gespeeld,
waarna zwart het spel besliste door 17-21
26x17. 23-28 33x22. 13-19 22x2. en 19-23
2x30. 25x12 16-11 en 12-18 wint.
Niet diep maar vindingrijk waren toen
de zetjes waarmede de toenmalige groot
meesters schermden.
Een tweede voorbeeld, gespeeld tussen
de oud-wereldkampioen Isodore Weiss en
de grondlegger van de KNDB wijlen Jack
de Haas. Het was in de volgende stelling.
ISODORE WEISS (Frankrijk)
XXXXX50000000000000CXXXXX30000000000090000000000ÓOOOOOOOO
JACK DE HAAS (Nederland)
Zwart: 1, 3, 6, 7, 8, 9, 11, 12, 13, 15.
Wit: 16, 17, 18. 20, 21, 24, 25, 30.
Hier hoopte Weiss dat wit aan zet met
40-35 zou vervolgen?
Dan volgt dam door 18-22 27x18 12x23
28x19 8-12 19x8 9-13 8x19 24x13 35x24
20x49.
Ook de volgende damzet (1912) is de
moeite van het onthouden waard.
DUSSANT
Zwart: 3, 6, 8, 12, 13, 14, 15, 18, 22, 23,
25, 30.
Wit: 21, 26, 31, 34, 36, 37, 38, 39, 40, 42,
43, 45.
Zwart aan zet kon niet met 30-35 voort
zetten wegens de plakker 21-17. Hij offer
de daarom het stuk met 22-27 21x32 en
30-35 en hoopte op 38-33, waarna 23-28
wint.
Wit vervolgde echter na 30-35 met 34-30
en het spel bleef gelijk. Na afloop werd
door toeschouwers opgemerkt dat zwart
winnend spel had kunnen forceren door
23-28. Dreigt nu met 28-33. Op 38-33? wint
22-27 21x23 en 18x47 of 49. Dus moet na
23-28 31-27 22x31 en 36x27, waarna 28-33
38x29. 18-22 27x20 15x35 wit voordeel op
levert. Moet 43-39 12-18 42-38 18-23 38-33
35-40 33-29 23-28 en de stand staat voor
wit verloren.
Oplossingen en correspondentie te zen
den aan het adres van de damredacteur:
B. Dukel, Wijk aan Zeeërweg 125. lJmuiden.
ROOSJE
Aalsmeer blijkt niet alleen bekendheid
te hebben vanwege de mooie bloemen die
er gekweekt worden, ook de kaarten diie
de bridgespelers aldaar in handen krijgen
blijken best de moeite van een beschou
wing waard. Een Aalsmeers correspondent
verhaalde mij de belevenissen van zuid,
die het volgende roosje in handen kreeg:
H 4 CAH7 O A H 9 +H7654
Twintig welgedane punten en misschien
werd dat wel een slembod. Dat werd het
maar toch wel iets anders dan onze zuid
het zich voorgesteld had. Het bieden ging
namelijk: oost één schoppen zuid dou
bleerde west drie schoppen noord
paste oost zes schoppen. Zuid kon zijn
oren nauwelijks geloven en strafte de
indiscretie van zijn tegenpartij met een
doublet af.
Het bleek echter geen roosje zonder
doornen te zijn, want de gehele uitleg was
de volgende:
6
O B 8 6 3 2
O 8 7 6 4 3 2
V
B
10 9 3 2
N
W O
A
V 8 7 5
V
10 9 5 4
V
B 10 5
10
9 3
A
B 8 5
WEISS
Zwart: 2, 3, 7, 8, 9, 10, 12, 14, 17, 18, 19,
22, 26, 35.
Wit: 21, 31, 33, 34, 36, 37, 38, 39, 40, 41, 42,
44, 46, 48.
Toen zwart 8-13 vervolgde, haalde Weiss
een damzet op ruit 5.
De oplossing voor de lezers zonder de
stukken te verplaatsen.
In een Haags toernooi tussen A. J. Ivens
(met zwart) en C. H. Mulder deed zich het
volgende voor.
I A. J. IVENS
OOOOÏXXXJOOOOOOOOOOOOOOOOOOOCOOOOOOOOOOOOCOOOOOOOCOOOCOOC
Pf3-e5 0-0. 8) f2-f4 c7-c5 Zwart had
hier o.i. Pe4 moeten spelen. Tot de bezet
ting van dit belangrijke centrale veld
komt hij nu niet meer op de juiste manier.
9) Ddl-f3! Thans is veld e4 van wit,
die daarmede het beste spel heeft ver
kregen.
9) Pb8-c6. En hier lijkt Pbd7 beter,
omdat nu ook Rb7 van e4 wordt afgesne
den. 10) c2-c3 Ta8-c8. 11) Df3-h3Deze
versterking van de aanval zou na 9)
Pbd7 met 11) Pe4 beantwoord kunnen
zijn. 11) Pc6-e7. 12) Pd2-f3 Pf6-e4. 13)
Rcl-d2 Dd8-e8?. 14) Rd3xe4! De inlei
ding van een scherp berekende combinatie
welk wit geforceerd in het voordeel brengt.
14) d5xe4. 15) Pf3-g5 h7-h6. 16) Pg5xe6
Gebaseerd op de ongedekte stand van
Rd6 als gevolg van zwart's zwakke 13e zet.
De enige puzzel is, wat er gaat gebeuren
met het stoutmoedige paard.
16) Rd6xe5. Natuurlijk is 16)
fe6: 17) De6:t 18) Dd6: volstrekt kans
loos. Na de tekstzet krijgt zwart nog com
pensatie.
17) Pe6xf8 Re5-c7 18) Pf8-d7 f7-f6.
Hiermede is de terugtocht van het paard
afgesneden, maar het gaat zegevierend de
dood in. 19) Pd7xf6t g7xf6 20) Dh3xh6
Einde van de combinatie, op de 14e zet in
geleid. Wit heeft een toren plus drie pi
onnen voor twee lichte stukken en dus
materieel voordeel. Bovendien is de zwar
te koningsstelling verzwakt. Om de aanval
daarop te voorkomen, biedt zwart dame-
ruil aan. 20) De8-g6. 21) Dh6xg6f
Pe7xg6, 22) c3-c4Bereidt d4-d5 voor
en maakt plaats voor de witte loper, welke
op c3 goed opgesteld kan worden. Boven
dien is nu Ra6 geen gevaar meer. 22)
c5xd4. 23) e3xd4 Kg8-f7. 24) f4-f5 Pg6-h4?
Zwart had het paard moeten terugtrekken,
waarna hij nog wat zou hebben kunnen
spartelen. De gekozen zet had direct tot
verlies moeten leiden. Zie diagram.
Zwart: ZUIDEMA.
Wit: BISGUIER (aan zet).
25) Rd2-f4?? Een voor een groot
meester onverklaarbare blunder, welke
wit de partij kost, terwijl hij gemakkelijk
had kunnen winnen, als volgt: 25) Rel Th8.
26) Rg3!Neemt zwart op g3, dan gaat
na 27) hg3: het paard direct verloren, even
als na 26) Rd8. 27) Tf4. Blijft over 26)
Rb8, waarna zwart volkomen mach
teloos staat. Er kan bv. volgen d4-d5
Tael Te4. Steeds gaat op den duur het
paard verloren.
Het is merkwaardig te zien hoe na de
éne fout van wit diens stelling plotseling
als een kaartenhuis ineenstort. 25)
Ph4-f3f! Nu staat Rf4 ongedekt en wit
moet dus wel nemen, maar dan gaan de
zwarte raadsheren een vreselijke kracht
ontplooien. 26) g2xf3 Rc7xf4. 27) f3xe4
Eén van de vele zetten, die niet meer baten.
Alles staat ineens in; pion f3, pion d4 (met
Re3f) en pion c4. 27) Rf4-e3f. 28)
Tfl-f2 28) Kg2 Re4t is ook niet aan
lokkelijk. 28) Rb7xe4. 29) Kgl-fl Re4-
d3t- 30) Kfl-g2 Re3xf2. 31) Kg2xf2 Tc8xc4.
32) Kf2-e3 Rd3xf5. De rest had Bisguier
zichzelf en alle overige schakers ter we
reld gerust kunnen besparen. Zelfs groot
meesterschap is in sommige stellingen on
toereikend. Er volgde nog (in verkorte no
tatie): 33) Tfl Re6. 34) Tf2 Tel. 35) b3 Rd5.
36) Kd3 a5. 37) Tf5 Ke6. 38) Th5 b5. 39)
Th8 a4. 40) ba4: ba4:. 41) Te8t Kd7. 42)
Tb8 Ra2:. 43) Ta8 Rb3. 44) Ke4 Telt. 45)
Kf5 Tflt. 46) Ke4 Rc2f. 47) Kd5 Tf5t. 48)
Kc4 Rb3t. 49) Kb4 Th5, 50) Ta6 Ke7. 51)
Ta7t Ke6. 52) Ta6f Kf5. 53) Ta5t Kg6. 54)
d5 Rd5:. 55) Ka4: Rc6t en wit gaf het ein
delijk op.
Zó bracht Bisguier ongewild Zuidema's
gedeflatteerde schaakbalans in evenwicht.
Er is nog gerechtigheid op deze wereld!
■uepuiA aq ua-tnapi aquojf ptnz Cxq
'qae/ft Cxq :qjoaq sofojquoa aq&iea epuaopjoA
ftq sje 'uopoiq jCia jo - uossed ueq pjoou
ue Suxojoj qacu si poq liep :uoqnu joxa qaui
uait[OAJ9A ua uapaeeAuee poquoqxm aqip
ufiz uba axquanbasuoo ap qaoxu pxnz 'uaq
-qaif uatpiz uauies uoqund g;; b ZZ
-neu z.N qepoz *st Suxojoj qaxu qeip 'neep
-oS poq uaa apuojpexq apaaMq ap uj qjaeq
pjoou iuapjojw ueq ipfeeuiaS vs 8PP lBiP
'qfqögouruo qseeq sq qaH 'SmssejjaA auieu
-oauee Stoxoax uaa sjb qoo trap quioq VS
aup uba poq qoq ua pds ufxz uba qqoejxf
ajoxioiqnqxjqsxp ap do pjaaseqaS sbm poq
apaajviq spxnz :SBBJAaSpuq do pjoo/wqnv
H 4
C AH7
O A H 9
H 7 6 5 4
Tegen zes schoppen kwam zuid uit met
ruitenheer zo met het gezicht van „dat
is vast één slag". Ruitenheer werd echter
op tafel getroefd met schoppen twee, oost
bracht de eigen hand aan slag met schop
penaas en in slag 3 speelde oost ruiten
vrouw na gedekt met ruitenaas en af
getroefd in west. Daarna kwam oost weer
aan slag met klaveraas en hij incasseerde
nu ruitenboer en ruiten tien, in west wer
den twee klaveren opgeruimd. De rest was
eenvoudig: klaverboer forceerde zuids
klaverheer, west troefde. Hoe zuid zich
ook wendde of keerde, schrijft onze cor
respondent, hij kreeg niet meer dan troef-
heer. Zes schoppen, gedoubleerd, door OW
gemaakt.
Opmerkelijk is, dat bij uitkomst onder
klaverheer de oostspeler het contract niet
kan winnen. Hij (oost) kan dan slechts één
ruiten hoog krijgen en zal een slag in kla
ver, alsmede een slag in troef hebben
moeten verliezen. Welke geniale zuid
speler, in of buiten Aalsmeer,, zou die uit
komst gevonden hebben?
Ook de uitkomst met hartenheer (of aas)
zou oost hebben doen sneuvelen. Welis
waar kunnen er nu twee hartens op tafel
(west) hóóg getroefd worden, maar oost
komt daarmee niet van zijn drie verlie
zende klavertjes af. En zuid zich nu maar
afvragen, wat het principiële verschil is
tussen de uitkomsten in harten en ruiten?
Het antwoord luidt: „Het geluk, beste
zuid".
Tenslotte is het aardig vast te stellen,
dat indien oost inplaats van de ruiten vijf,
de ruiten acht gehad zou hebben, het con
tract tegen iedere uitkomst onverliesbaar
is. Noord zei nog, dat als zuid „gewoon"
met twee klaver had gevolgd, OW nimmer
op zes schoppen gekomen zouden zijn.
Misschien maar dan had men in feite
van zuid verlangd, zijn mooie roos voor
een goedkope geranium aan te zien.
Brldgevraag dezer week: Noord gever,
niemand kwetsbaar. Zuid heeft:
#6 9 H 10 8 7 5 OAB975 83
Biedverloop: noord één ruiten - OW pas
sen - zuid één harten - noord twee klaver
- zuid drie ruiten - noord drie SA - wat
moet zuid doen
XXIOaXXXXXXXJOOOCXXXXMOOOOOOOOOOOOOaXlOOOOOOOOOCJOOOOOOOO
C. H. MULDER
Vorige week bespraken wij onder boven
staande titel de in de Olympiade te Tel
Aviv gespeelde partij tussen de jonge Ne
derlander Zuidema en de Westduitser Pfle-
ger. Onze landgenoot bouwde door sterk
spel een glad gewonnen positie op, waarin
hij een stuk tegen één pion vóór kwam.
Toen het moeilijke werk gedaan was ge
raakte hij plotseling in paniek, blijkbaar
onder de invloed van de bijzondere span
ningen, verbonden aan dergelijke belang
rijke landenwedstrijden tussen kleine
teams. Na een reeks zwakke zetten ver
keerde de lonkende winst in pen teleur
stellend verlies.
Maar zoals gezegd, schaakgodin Caïssa
zorgde voor compensatie.
In de eveneens zeer belangrijke ontmoe
ting USANederland kreeg Zuidema met
zwart de Amerikaanse grootmeester Bis
guier te bestrijden. Hij werd overspeeld
en stond volkomen op verlies, toen Bis
guier een eenvoudige wending over het
hoofd zag, waardoor de balans plotseling
geheel omsloeg.
Wit: Bisguier. Zwart: Zuidema. Onregel
matig d2-d4.
1) d2-d4 Pg8-f6. 2) Pgl-f3 e7-e6. 3) e2-e3
b7-b6. 4) Rfl-d3 Rc8-b7. 5) 0-0 d7-d5. 6)
Pbl-d2
De stelling doet denken aan een dame-
Indische partij, maar wit heeft voorlopig
de zet c2-c4 uitgespaard. 6) Rf8-d6. 7)
(vervolg van pagina één)
„Het verheven geluk van dit ogen
blik bestaat niet hierin dat twee men
sen zweren: wij willen voor elkaar le
ven, maar dat deze gelofte voor hen
tegelijkertijd inhoudt: wij willen met
elkaar voor een doel leven. Slechts de
genen, die ervan doordrongen zijn dat
helpen, verbeteren, en bevorderen op
en nieuwe geestesinstelling moet be
rusten, hebben begrepen wat bij het
werken in onze tijd van essentieel be
lang is".
Nog enkele jaren moest Schweitzer
geduld hebben. Nadat hij in 1912 met
Helène Breslau getrouwd was, scheep
te hij zich op Goede Vrijdag 1913 in
op de „Europe" naar Afrika. De aan
komst in Lambarene was echter een
ontgoocheling: er was geen ziekenhuis,
Schweitzer en zijn vrouw moesten zelf
maar zien dat zij iets voor elkaar
brachten. Een kippenhok werd het eer
ste onderzoeksgebouw, maar voor zij
zover waren hadden de dokter en zijn
vrouw allang ondervonden wat het wil
zeggen in de tropen hard te moeten
werken.
De belangstelling van de negerbevol
king was zeer groot, maar het bleek
niet mee te vallen de patiënten disci
pline bij te brengen. Dokter Schweit
zer stelde een reglement op:
1. Jullie mogen niet op de grond spu
wen want dan zouden jullie wormen de
andere zieken aanvallen.
2. De blanke dokter heeft rust nodig
als hij de ziekte besluipt. Als jullie te
hard praten kan hij die niet ongemerkt
doden.
3. Jullie moeten genoeg eten mee
brengen voor de gehele dag. Sommi
gen moeten wachten tot de zon onder
gaat.
4. Niet allen kunnen hier overnachten.
5. De medicijnfles en de blikken doos
jes moeten worden teruggebracht als ze
leeg zijn.
6. In het midden van de maand moe
ten alleen degenen, die zwaar ziek zijn,
bij de dokter komen, want dat is de
tijd waarin hij naar het land der blan
ken schrijft om goede medicijnen.
7. Vertel overal verder wat jullie hier
hebben gehoord.
Het hielp niets. De negers trokken
zich van geen enkele regel wat aan,
maar ze stroomden wel in groten ge
tale toe en reeds onmiddellijk ontstond
de situatie, die nu nog bestaat: familie
leden bleven de patiënten gezelschap
houden, sliepen bij hen in bed, en
stookten regelmatig vuurtjes om dat ze
dat gewend waren.
Albert Schweitzer besloot zich zoveel
mogelijk aan te passen bij de primi
tieve levensgewoonten en toen hij na
een bespreking met de zendelingen in
de omgeving steun kreeg voor het bou
wen van een definitief ziekenhuis, hield
hij met de omstandigheden, zoals hij
ze had leren kennen, rekening.
Er kwam een medische barak met
spreekkamer en operatiezaal, een wacht
hal, een slaapzaal en een hut voor Jo
seph, de assistent. Het is gemakkelijk
om dit neer te schrijven maar voor
Schweitzer, zijn vrouw en nekele blan
ke helpers was het een hels karwei,
vooral omdat de inboorlingen weinig
geneigd bleken mee te helpen. Toen
ontstond ook het systeem, dat degenen
die bij dr. Schweitzer in de kost kwa
men als begeleiders van de patiënten
hun kost moesten verdienen door mee
te helpen.
De slaapzaal werd geheel naar de
eisen van de situatie ingericht: de bed
den bestonden uit vier palen, waarop in
de lengte en breedte met lianen vastge
bonden planken lagen. De matrassen
waren met gedroogd gras gevulde zak
ken. Behalve de patiënt zelf konden
nog twee begeleiders plaats op het bed
vinden. Als er nog meer familieleden
meekwamen dan konden ze naast het
bed op de grond bivakkeren. Regerings
artsen hadden wel critiek op deze me
thode maar ze bleek in elk geval in zo
verre succesvol dat de belangstelling
van de bevolking voor het ziekendorp
Lambarene overweldigend was. Tel
kens weer verkondigden tamtams nieu
we genezingen.
Schweitzer had niet alleen te maken
met ziekten, waaronder de slaapziekte
wel een van de ernstigste was. Er kwa
men ook tal van gevallen van vergif
tiging door stamgenoten voor, en de
grote voorvechter van de eerbied voor
het leven kreeg steeds weer te maken
met de rigoureuze toepassing van het
„Oog om oog, tand om tand".
Zijn betogen tot de negers werden
sterk ondergraven toen in 1914 de we
reldoorlog in Europa uitbrak. Voor
Schweitzer had dit verstrekkende con
sequenties, want hij werd geïnterneerd.
Vier maanden later mocht hij op voor
spraak van Widor en andere invloedrij
ke vrienden in Parijs weer aan het
werk, maar in 1917 werd hij toch over
gebracht naar een interneringskamp in
Frankrijk.
Zijn in Afrika toch al geschokte ge
zondheid liep in het kamp verder ach
teruit en hij knapte pas weer op toen
hij na de oorlog een uitnodiging kreeg
in Zweden voordrachten te houden en
daar gastvrij werd onthaald. Hij ging
er weer orgelconcerten geven en za
melde geld in voor de nieuwe reis naar
Lambarene.
21 februari 1924 vertrok hij opnieuw
naar Afrika, met nu achter zich een
grote kring van mensen, die op zich
hadden genomen hem financieel te
steunen. Opnieuw moest hij pionieren,
maar na hard werken had hij in 1927
het ziekenhuisdorp toch weer opge
bouwd. Lambarene bleef verder zijn
thuis, ook al ging hij zo nu en dan nog
wel naar Europa, of, zoals in 1949,
naar Amerika.
In 1953 werd hem de Nobelprijs voor
de vrede toegekend, en een jaar later
hield hij in Oslo na het in ontvangst
nemen van de prijs zijn grote rede.
Maar daarna sloot hij zich weer op in
Lambarene, vanwaar hij door middel
van mededelingenbladen de buiten
wereld op de hoogte houdt van de stand
van zaken.
De buitenwereld is daar de laatste
tijd echter niet tevreden mee gebleken.
Er is toch wel sprake van een kort
sluiting, nu de situatie zo veranderd is.
Geen oase van beschaving temidden
van wilde stammen, maar juist een op
de primitieve zeden afgestemd hospi
taal in een jonge Afrikaanse staat, die
in een snel tempo westerse allures pro
beert aan te nemen.
„Jeune Afrique" ziet in de primitie
ve toestand van het ziekenhuisdorp een
belediging voor Afrika en een voortdu
rende herinnering aan de dagen van het
kolonialisme.
Een fervent Albert Schweitzer-aan-
hanger in Nederland is ds. D. A. Wer
ner uit Wassenaar. De stichting Albert
Schweitzerfonds en de stichting vrien
denfonds van Albert Schweitzer zullen
wel blij zijn met de brochure die hij
heeft geschreven over „Waarheid en
leugens over Schweitzer's hospitaal."
„Het ziekenhuis van dr. Schweitzer
ziet er uit als een veredeld inbobrlin-
gendorp" oordeelt hij. Dat de stegen
tussen de gebouwen zo smal zijn acht
hij een voordeel omdat de zon wordt
geweerd.
„Ieder jaar worden meer dan dui
zend operaties verricht, waarbij prak
tisch geen infecties voorkomen. De
chef-arts, dr. Müller, een bekwaam
jong Zwitsers chirurg, verklaart ons
dat het sterftecijfer in Lambarene's
ziekenhuis naar zijn ervaring lager ligt
dan in de meeste ziekenhuis van Euro
pa, hoewel de patiënten in Lambarene
vaak op het allerlaatste moment aanko
men. Meer dan de helft van de opera
ties zijn hernia's. De lepra is terugge
lopen tot nog geen half percent. Dat is
een van de waarheden van Lambare
ne".
Hij betoogt in zijn brochure dat het
ih Afrika een vrij normale zaak is dat
men met de patiënt de familieleden
laat meekomen, die dan helpen bij de
restauratie, uitbreiding en nieuwbouw
van het ziekenhuis. Maar ook in zijn
brochure vindt men toch wel critiek:
„Natuurlijk hebben wij wel dingen
gezien, waarvan wij ons in ernst heb
ben afgevraagd of dat nou wel bepaald
zó moest zijn. Wij vinden b.v. dat er
meer toiletten moeten komen: de aan
wezige w.c.'s zijn onvoldoende. Wij vin
den ook, dat er een goed functionerend
afwaterings- en rioleringssysteem moet
komen. Wij spraken hierover met en
kele leden van de staf. Het blijkt, dat
de Zwitserse experts bezig zijn met een
rioleringssysteem te ontwerpen.
Natuurlijk werkt het de hygiëne niet
in de hand, wanneer men ziet, dat
overal tussen alle gebouwen door en op
de mestvaalten de kippen en geiten lo-
pen. Het is merkwaardig te horen, dat
niet veel meer gevallen van infectie
moeten worden behandeld. Het schijnt
erg mee te vallen. Bovendien is het erg
moeilijk in deze bodem, die voor het
grootste deel uit lathy rit-steen bestaat,
een afrasteringsgebied voor de dieren
te maken. Bovendien zijn sommige kip
pen en geiten bijvoorbeeld eigendom
van de patiënten!
Voor de buitenwereld en de oppervlak
kige bezoeker lijken dit echter onover
komelijke struikelblokken, genoeg om
het hele ziekenhuis, samen met de fi
guur van Schweitzer de genadestoot te
geven. Maar dit is niet billijk".
Ds. Werner oordeelt dat dr. Schweit
zer nog steeds uitzonderlijk vitaal en
gezond is, en onmiskenbaar de baas. En
hij wijst er dan op dat het ziekendorp
zijn levenswerk is. „Het is met hem
oud geworden, al heeft zijn levendige
geest van tijd tot tijd bepaalde vernieu
wingen, mits de effectiviteit daarvan
bewezen was, toegestaan. Op medisch
gebied bijvoorbeeld werkt 't ziekenhuis
modern. De situatie is zo, dat moei
lijke gevallen in het regeringszieken
huis te Lambarene of in het grote zie
kenhuis te Libreville, worden doorge
stuurd naar Schweitzer.
Buiten het medische is het oud, ten
minste naar onze Europese maatstaven.
En dat b.v. is iets, wat de jonge staat
Gabon de dokter bijzonder kwalijk
neemt. Het ziekenhuis van dr. Schweit
zer, dat de trekken nog vertoont van
de pioniersgeest van 1924, is thans al
lerminst een statussymbool voor de
nieuwe staat".
Schweitzer leeft misschien, wat zijn
habitus betreft, nog in een andere tijd,
oordeelt ds. Werner. „Al jaren lang is
hij niet meer medisch actief werkzaam,
al jaren lang preekt hij zelf niet meer
in zijn hospitaal. Hij heeft zelf de idee,
dat zijn theologische arbeid is afgewik
keld. Hij interesseert zich niet wezen
lijk meer voor allerlei nieuwe gezichts
punten in de theologie. Maar het aller
merkwaardigste is wel dit dat bij de
ontwikkeling van de theologie en bij de
worsteling om een nieuw eerlijk Gods
beeld en Christusbeeld, de moderne
schrijvers weer gaan aansluiten bij de
theologische visie, die Schweitzer in
1913 proclameerde".
Deze opmerking van ds. Werner wijst
er wel op dat men Schweitzer niet als
'n vergeten man mag beschouwen. Zijn
hospitaal mag dan geen sensatie meer
zijn voor de bevolking, zijn theologische
ontdekkingen mogen de wereld dan niet
meer schokken, maar zijn geest blijft
toch ook nu levend in deze wereld.
Het sterke accent dat nu wordt gelegd
op de daad, op het in wil tot samenwer
king naast de ander gaan staan en niet
lerend boven hem, is toch sterk geïn
spireerd door het werk van Schweitzer.
De mensheid heeft altijd behoefte ge
had aan mannen die in hun leven hun
ideaal beleden. Het voorbeeld van
Schweitzer zal voor de wereld blijven
leven.
In 't huis te Günsbaqh, waar Sohweit-
zer regelmatig terugkeerde, hangt bo
ven zijn schrijfbureau een nu helemaal
vergeeld gedicht, dat hij steeds als
richtsnoer heeft genomen:
Höher, stets höher,
Lass Deine Traüme und Wünsche
steigen,
Dem Ideal, das Du erstrebst,
entgegenneigen,
Höher, stets höher.
Höher, stets höher,
Will sich Dein Himmel auch
verschleiern,
Lass Deinen Glaubensstern noch
heller feiern,
Höher, stets höher.