SHIRLEY PANDA EN DE DRUMDRUMS DE STERRENHEMEL IN MAART 196 „DE DODE BRUID" door dr. Robert van Gulik Monokini is nu legaal in Frankrijk ,SCHEIDINGSPLANNEN' VOOR DE TWEELING VAN TURIJN $"£-« Ons vervolgverhaal t/oor Charlotte Brontë 11 DINSDAG 2 MAART 1965 y o/^ ^/gkote/ Ct." MAN<fH TWEELINGEN I PROCYOnQT BtTELGLüS KLEINE HOND 0^\ -5^*^ LAU EN f WANS HESBEN ALLE GELEGENHEID, EDELACHTBARE! ALS IE BALEN ZOUT ONDER DE R'JST BALEN ZOUDEN MENGEN, k EN 10 VERSCHEPEN... PRECIES TSJIAOTAI... MAAR HOE BEGINNEN WE WE KUNNEN TOCH NIET ELKE BAAL LATEN NA- k. KUKEN.../ V; IISuüULIIjULüI p O O O^^mm EDDt/42&$ai EQDr4^H pao i PQDL«^fl i-üDciSggM IPPD'^v^a p ACHTBARE OE PRE- ^g| FEKT NOEMDE GEEN ENKELE NAAM. IK MOET BEGINNEN MET S. IEDEREEN TE VER- \|\s. DENKEN S EWWWWWMWWWW 148) De leraar gaf haar een paar minu ten om tot rust te komen en na te denken, voordat hij weer tot de aan val overging. Eén keer bewogen zijn lippen om iets te zeggen, maar hij bedacht zich en verlengde de pauze. Shirley keek naar hem op. Als hij een onverstandige emotie had laten blij ken, zou het resultaat misschien een hardnekkig volhouden van de stilte zijn geweest; maar hij zag er kalm, sterk en betrouwbaar uit. „Ik kan het beter aan u vertellen dan aan mijn tante," zei zij, „of aan mijn nichtjes of mijn oom. Zij zou den allemaal zo'n gedoe maken en dat is het nu juist waar ik zo bang voor ben de opschudding, de ge jaagdheid, het éclat; kortom; ik heb het nooit prettig gevonden het middel punt van een kleine huiselijke draai kolk te zijn. U kunt wel tegen een stootje hè?" „Ook tegen een harde, als het no dig is." Er bewoog geen spier van 's mans lichaam en toch klopte zijn grote hart snel in zijn brede borst. Wat ging zij hem vertellen? Was er een onherstel baar kwaad gebeurd? „Als ik gedacht had dat het juist was om naar u toe te gaan, zou ik de zaak geen ogenblik geheim gehou den hebben," ging zij verder. „Ik zou het u direkt verteld heb ben en u om raad hebben gevraagd." „Waarom was het niet juist om naar mij toe te komen?" „Het was misschien wel juist dat bedoel ik niet; maar ik kon het niet doen. Het was alsof ik geen recht had om u lastig te vallen: het ongeval be trof mij alleen. Ik wilde het voor mij houden en de mensen vinden dat niet goed. Ik zeg u, dat ik het ver schrikkelijk vind het voorwerp van bezorgde aandacht te zijn of een on derwerp van dorpspraat. Bovendien gaat het misschien zonder gevolgen voorbij God weet het!" Ofschoon Moore gefolterd werd door onzekerheid, vroeg hij niet dadelijk een verklaring; hij verried noch door een gebaar, noch door een blik of een woord zijn ongeduld. Zijn kalmte maakte Shirley ook kalm; zijn ver trouwen stelde haar gerust. „Kleine oorzaken kunnen grote ge volgen hebben," merkte zij op terwijl zij een armband van haar pols los maakte; toen knoopte zij haar mouw los en sloeg deze gedeeltelijk op. „Kijk eens hier, meneer Moore." Zij toonde hem een litteken op haar blanke arm het leek op een diepe, maar genezen inkerving het had iets van een brandwond en van een snee. „Ik zou dit aan niemand in Briar- field laten zien behalve aan u, omdat u het kalm kunt opnemen". „Er is toch zeker niets in dat klei ne litteken om geschokt te zijn: de verklaring zit in zijn geschiedenis". „Zo klein als het is heeft het mij toch slapeloosheid bezorgd, mij ze nuwachtig en mager gemaakt en in de war gebracht; omdat ik door dat littekentje rekening moet houden met een mogelijkheid, die verschrikkelijk is". De mouw werd weer naar beneden gestroopt; de armband weer vastge maakt. „Weet u dat u veel van mij vergt?" zei hij glimlachend. „Ik ben een ge duldig man, maar mijn pols klopt steeds sneller". „Wat er ook gebeurt, u blijft mijn vriend, meneer Moore. Ik zal baat vinden bij uw zelfbeheersing en u zult mij niet aan de genade en onge nade van zenuwachtige lafaards overlaten?" „Ik beloof niets op het ogenblik. Vertelt u mij wat er gebeurd is en dan kunt u iedere belofte van mij vragen, die u maar wilt". „Het is een heel kort verhaal. Ik had op een dag een wandeling ge maakt met Isabella en Gertrude, zo wat drie weken geleden. Zij waren eerder thuis dan ik; ik bleef achter om iets tegen John te zeggen. Nadat ik hem verlaten had liep ik voor mijn plezier nog wat in de laan te wande len, waar alles stil en schaduwrijk was: ik was moe van het gebabbel met de meisjes en ik had geen haast mij weer bij hen te voegen. Terwijl ik tegen de paal van het hek leunde en in gelukkige overpeinzingen over mijn toekomstige leven verdiept was want die morgen verbeeldde ik mij, dat de gebeurtenissen een wen ding namen, die ik allang gewenst had „Aha! Nunnely was de vorige avond bij haar geweest!" dacht Moore on dertussen. hoorde ik een hijgend geluid; een hond kwam de laan oprennen. Ik ken de meeste honden in deze buurt. Het was Phoebe, een van de jacht honden van de heer Sam Wynne. Het arme dier holde met haar kop naar beneden en de tong uit haar bek; ze zag er uit alsof ze kapot geslagen was. Ik riep haar; ik was van plan haar mee te lokken naar het huis en haar daar wat te drinken en te eten te geven; ik was er zeker van dat ze mishandeld was: de heer Sam ran selt zijn honden op een vreselijke ma nier. Ze was te gejaagd om te weten wie ik was; en toen ik een poging deed haar kop te aaien, keerde ze zich om en hapte naar mijn arm. Ze beet zó diep, dat er bloed uit kwam en rende toen hijgend verder. Vlak daar na kwam de opzichter van de heer Wyne er aan, die een geweer bij zich had. Hij vroeg of ik een hond had ge zien; ik vertelde hem van Phoebe. „Legt u Tartaar maar vast, juf frouw" zei hij, „en zeg tegen uw huisgenoten dat zij beslist binnen moe ten blijven; ik zit Phoebe achterna om te trachten haar dood te schieten en de stalknecht is een andere kant op gegaan. Ze is dol". De heer Moore leunde achterover in zijn stoel en sloeg de armen over zijn borst. Juffrouw Keeldar nam weer haar vierkante zijden lapje op en ging verder met het borduren van een krans parmezaanse viooltjes. „En u hebt het aan niemand ver teld, geen hulp, geen genezing ge zocht: u wilde niet naar mij komen?" „Ik ben tot de deur der leerkamer gekomen; toen had ik geen moed meer. Ik gaf er de voorkeur aan de zaak in de doofpot te stoppen." „Waarom? Wat kan ik meer ver langen in deze wereld dan u van nut te zijn?" „Ik kon er geen aanspraak op ma ken". „Afschuwelijk! En u hebt niets ge daan?" „Jawel; ik ben regelrecht naar de bijkeuken gelopen, waar ze het groot ste deel van de week aan het strij ken zijn, nu ik zoveel gasten in huis heb. Terwijl het meisje bezig was met plooien of stijfselen, nam ik een italiaans ijzer uit het vuur en hield de lichtrode gloeiende punt tegen mijn arm. Ik duwde hem er flink in; daar door werd het wondje uitgebrand. Toen ging ik naar boven". „Ik wed, dat u zelfs niet éénmaal gekreund hebt?" „Dat weet ik heus niet. Ik voelde me erg ongelukkig. Helemaal niet flink of rustig, geloof ik. Er was geen kalmte in mijn geest". „Er was wel kalmte in uw persoon. Ik herinner mij dat ik aldoor terwijl wij aan de lunch zaten, heb zitten luisteren of u bewoog in de kamer daarboven; alles was stil". „Ik zat op het voeteneind van het bed en wenste maar dat Phoebe mij niet gebeten had". „En alleen! U houdt van de een zaamheid". „Wat bedoelt u?" „U versmaadt sympathie". „Is dat zo, meneer Moore?" „Met uw krachtige geest moet u zich onafhankelijk voelen van hulp, raad of gezelschap". „Het zij zo indien u dat genoegen doet". Zij glimlachte. Zij ging zorgvuldig en vlug door met borduren; maar er glom iets aan haar wimpers, toen glinsterde het en daarna viel er een druppel. De heer Moore leunde voorover op de tafel, bewoog zijn stoel, verander de van houding. „Als het niet zo is", vroeg hij met een eigenaardige, zachte verandering van klank in zijn stem, „hoe is het dan?" „Ik weet het niet". „U weet het wèl, maar u wilt het niet zeggen: alles moet in uzelf opge sloten worden". (Wordt vervolgd) Eind 1958 bracht een Italiaanse in Turijn twee meisjes ter wereld die ter hoogte van 't bekken aaneengegroeid waren. Zij werd operatief verlost en haar Siamese tweelin- getje was zo zwak dat men ernstig aan hun levenskansen twijfelde. Toch gelukte hei artsen, geholpen door een staf van specia listen, de babies in leven te houden. Lang zaam, omringd door de liefderijke zorgen van twee nonnen, die zich alleen met het tweetal bezighielden, gedijden de kleinen, Santiana en Giuseppina. Maar het zieken huis konden ze tot voor kort nimmer ver laten en de moeder zag de meisjes tijdens de bezoekuren. Ondanks hun handicap groeiden de kin deren voorspoedig. Ze zijn volkomen ge wend aan de uitzonderlijke tweeëenheid waarin zij leven. Het zijn opgewekte, le venslustige kinderen, maar echt onbekom merd ravotten kunnen zij natuurlijk niet. Nu zij onlangs zes jaar geworden zijn wil len de chirurgen proberen, hen te scheiden. Daartoe zijn al jarenlang voorbereidingen getroffen, röntgenfoto's gemaakt en confe renties door een uitgebreid team van spe cialisten gehouden. Gelukkig staat vast dat zij geen gemeenschappelijke organen hebben, zoals bij andere Siamese tweelin gen wel voorkomt. In dat geval is een scheiding praktisch uitgesloten. Toch blijft er ook in hun geval altijd een zeker risico in verband met mogelijke postoperatieve complicaties. Desondanks wil men de in greep wagen, omdat de meisjes die beide een normaal intelligentiequotiënt hebben - de kans moeten hebben, zich lichamelijk en geestelijk in volle vrijheid te ontwik kelen, anders zijn er in de puberteitsjaren moeilijkheden te verwachten, zowel tussen de beide meisjes zelf als in haar contacht met de normale mensen, om van de huwe lijksproblematiek voor Siamese tweelingen nog maar te zwijgen. Vandaar dat men be sloten heeft, de scheiding nog dit jaar uit te voeren. De juiste datum moet nog wor den vastgesteld. Heel Italië en gans de medische wereld wachten in spanning op het resultaat van deze zeldzame operatie. Bij de foto's van boven naar beneden en v.l.n.r.: weerzien met moeder met een speelkameraadje een dagje uit met hun verzorgsters bij de feesttaart op hun zesde verjaardag en bij de schrijfles: „niet afkijken!" De astronomische lente begint op 20 maart te 21 uur. (In 1965 dus niet op 21 maart!). De weerkundige lente begint per definitie op 1 maart en omvat de drie maanden maart, april en mei. Nieuwe Maan 3 maart, te 10.56 Eerste Kwartier 10 maart, te 18.52 Volle Maan 17 maart, te 12.24 Laatste Kwartier 25 maart, te 2.37 Om de kaart te richten moet men haar boven het hoofd houden, en het noorden laten samenvallen met de noordelijke hori zon. De stand van de hemel is die op 15 maart te 21 uur. Voor vroegere tijdstip pen de kaart draaien in de richting van de wijzers van een uurwerk, voor latere waarnemingen in tegenovergestelde rich ting. De plaats van de maan is voor enkele avonden aangegeven; de getallen duiden de dag van de maand aan. De plaats van Jupi ter (J) is eveneens aangeduid, alsook de schijnbare loop van Mars (M). De stippel lijn die door de Voerman gaat duidt de hartlijn van de Melkweg aan. De andere gestippelde lijn is de ecliptica (Dierenriem of Zodiak); de zon, de maan en de voor naamste planeten bevinden zich steeds in de nabijheid van deze lijn. 16. Pat en Panda reden met het bestehvagentje heen, zonder te bemerken, dat de drumdrums met Joris wa ren achter gebleven. „Nu naar stil hotel?" vroegen de vermoeide zangertjes. „Nu eindelijk slapen?" „Zeker", beaamde Joris, „thans zult ge eindelijk van een wel verdiende rust kunnen genieten. Volg mij maar m'n baaskes. De auto staat reeds klaar," En hij bracht ze naar een glanzende wagen, waaruit juist een oude deftige heer was gestapt. „Vlug", zei hij, met een schui ne blik naar de wegwandelende eigenaar, „we moeten weg zijn, voor ge door Uw fans wordt ontdekt. Want (Van onze correspondent) PARIJS Het Hof van Appel van de Zuidfranse stad Grasse heeft onlangs de monokini het revolutionaire en minimale damesbadkostuum gerehabiliteerd. Een Frangaise, die zich afgelopen zomer met ontblote boezem op een strand had durven vertonen werd toen terstond gever baliseerd, op persoonlijk verzoek van de mi nister van Binnenlandse Zaken. Na dit proces-verbaal, heeft men in heel Frank rijk nergens meer een dame in monokini gesignaleerd. De rechters van Grasse hebben nu ech ter uitgemaakt dat deze dracht niet de minste reden geeft voor een verbaal. Een ontblote damesboezem is, zo constateerden zij, allerminst obsceen. Of door deze uitspraak voor de monoki ni nu een nieuwe Franse carrière kan worden geopend zal uiteraard de toekomst moeten leren. De Franse badpakfabrikan ten die overigens al weer een nieuw varia tie hebben uitgebroeid waarvan de kran ten gisteren de veelbelovende beeltenissen publiceerden, tonen zich uiteraard opgeto gen over de liberale opvattingen van het Hof van Appel in Grasse. Er moeten in hun magazijnen inderdaad nog vele tien duizenden gloednieuwe slips-met-schouder bandjes liggen opgestapeld voor zover de motten ze intussen met rust hebben gela ten. Mercurius is, met het blote oog, waarneembaar van ongeveer 11 tot 25 maart, 's avonds na zonsondergang laag boven de westelijke horizon. Om deze planeet goed te zien moet men eigenlijk buiten de stad gaan, en moet de hemel helder zijn. v Venus en Saturnus staan te dicht bij de zon en zijn dus niet waar te nemen. Mars is een prachtig roodachtig hemellichaam, gans de nacht zichtbaar in het sterrenbeeld Leeuw. Op 9 maart staat de planeet „in oppositie"; op die dag bevindt de aarde zich tussen Mars en de zon. De astro nomische lengten van zon en Mars (aan de hemel ge meten) verschillen dan dus precies 180 graden. Als de banen van de planeten precies cirkelvormig waren, zou Mars ook op 9 maart het dichtst bij de aarde staan. In feite zijn de planetenbanen ellipsen; het ge volg hiervan is dat Mars dit jaar drie dagen na zijn oppositie (dus op 12 maart) het dichtst bij de aarde zal staan, namelijk op 100 miljoen kilometer afstand. Merk op, hoe langzaam Mars zich tussen de sterren beweegt. Maak een tekening van de enkele sterren die zich rond Mars bevinden, en ga enkele dagen weer eens kijken. Het woord „planeet" komt van het Grieks en betekent „dwaalster". Jupiter, iets helderder dan Mars, is 's avonds nog enigszins te zien. Bij het vallen van de duisternis tamelijk hoog in het zuidwesten, maar later op de avond dichter bij de westelijke horizon. Jupiter gaat geleidelijk de zon tegemoet, en zal midden mei 's avonds niet meer zichtbaar zijn. Van 5 tot 9 maart is het asgrauwe licht van de maan 's avonds zichtbaar. In de avond van 8 maart zal de maan nabij Jupiter staan. Van dag tot dag zult u kunnen opmerken hoe de maan zich tussen de sterren verplaatst. Op de avond van 15 maart zal zij de ster Regulus (sterrenbeeld Leeuw) gepasseerd zijn en de volgende avond bij Mars staan. dan is het voorlopig weer met Uw rust gedaan." Ge dreven door deze aansporing haastten de drumdrums zich naar de auto en zetten zich achterin. Maar op dat ogenblik keek de oude heer juist om en toen hij zag, wat er met zijn wagen gebeurde, keerde hij luid roepend op zijn schreden terug. „Wat wil die ouwe?" vroegen de drumdrums. „Een handtekening van U", antwoordde Joris. „Maar daar zal ik maar liever niet op wachten. We moeten weg zijn, voor die bejaarde fan de algemene aandacht op U vestigt." Met deze woorden sprong hij achter het stuur en gaf vol gas. U DENKT TOCH NIET OAT DIE LAU EN WANG BETROKKEN Z'JN BU DE IOUT5MOKKEL HIER, EDEL-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1965 | | pagina 11