een probleem dat overheid, bedrijfsleven en publiek gezamenlijk moeten oplossen ZATERDAG 3 APRIL 1965 Erbij PAGINA TWEE Reportage Gé van Berkel Foto's: Hans de Boer Klachten Half miljoen Qui vive Niet alleen wet Ziekten LUCHTVERONTREINIGING NAARMATE DE INDUSTRIALISATIE van ons land toeneemt worden wij meer en meer geconfronteerd met problemen als luchtverontreiniging en water vervuiling. Vooral voor de bevolking van dicht bij in dustriecentra gelegen woongebieden kunnen deze nega tieve kanten van een stijgende welvaart tot een voortduren de bron van ergernis, overlast, ja zelfs tot schade aan mens, dier en gewas uitgroeien. Omvangrijke en zware indu strieën zijn nu eenmaal niet los te denken van rokende schoorstenen, onwelriekende dampen en verspreiding van stof. Als bewoners van een als fris en rein bekend staand land kunnen we ons moeilijk neerleggen bij een vervuiling van onze buitenlucht hoe gering die ook mag zijn. Sappige groene weiden, witte wolken die in blauwe luchten voorbij DE HARDE WERKELIJKHEID dat ons steeds dichter bevolkte vaderland industrieën en de daaruit vloeiende in komsten meer nodig heeft dan schilder achtige landschappen mogen wij zelf verwerken. De laatste jaren rukt de in dustrie zelfverzekerd en in versneld tempo naar streken op waar tot dusver het groen overheerste. De recente en geruchtmakende plannen van Amster dam voor de vestiging van een of meer olieraffinaderijen met petro-chemische industrieën aan het Noordzeekanaal op slechts luttele kilometers van de woon- centra in Zuid-Kennemerland heeft de luchtverontreiniging voor deze streken meer dan ooit tot een acuut probleem gemaakt. Gemeentebesturen sloegen alarm en trokken bjj de regering aan de bel. PAS NADAT de verantwoordelijke minister plechtig had verzekerd dat al les in het werk zal worden gesteld om te voorkomen dat de Mobil Oil-installa- ties gevaar zouden kunnen opleveren voor de volksgezondheid, was men ge rustgesteld. Slechts een enkele wethou der (de heer H. de Boer uit Velsen) blijft zijn stem verheffen tegen de Am sterdamse en Amerikaanse plannen. Onder de autoriteiten is hij als een roe pende in de woestijn AL STAAT de luchtverontreiniging in verscheidene delen van Nederland in het middelpunt van de belangstelling, op zich zelf is het vraagstuk niet nieuw. Tal van grote industrieën besteden jaar lijks grote sommen aan de bestrijding van het euvel. Het probleem heeft zich met de toenemende industrialisering echter dermate als een olievlek uitge breid dat een wettelijke regeling ter bestrijding van de lucht- en waterver vuiling een eis van de eerste orde is geworden. De bestaande Hinderwet, Ge zondheidswet en vestigingseisen zijn terzake niet toereikend. In een sterk geïndustrialiseerd land als Duitsland, waar men al veel langer met de neus op de luchtverontreiniging wordt ge drukt, is de bestrijding van de lucht en waterverontreiniging minutieus in de wet geregeld. Hetgeen niet wil zeggen dat de lucht in de grote industriege bieden (Roergebied!) nu ook aan zui verheid heeft gewonnen. Het vraagstuk van de luchtverontreiniging is zo inge wikkeld en veelomvattend dat het on doenlijk is alle facetten ervan in het beperkte bestek van een dagblad te be lichten. ,,De Nederlandse Industrie", het orgaan van het Verbond van Neder landse Werkgevers, achtte de lucht verontreiniging van zoveel belang dat het onlangs een extra nummer van zes tig pagina's aan het probleem wijdde waarin bijdragen van veertien deskun digen op dit gebied zijn opgenomen. zeilen, bloeiende boomgaarden, bossen, strand en duinen. Dat zijn beelden die bij Nederland passen. Fabrieksschoor stenen, hoogovens, olietanks en pijpleidingen mogen deze romantiek niet verstoren. Ze staan immers ook niet op de folders die de buitenlanders tot een bezoek aan het molen wiekende en klompendragend Holland moeten verlokken? Ir. W. Visser is als hoofd van de afdeling chemische technologie van Hoogovens verantwoordelijk voor een zo effectief mogelijke bestrijding van de luchtverontrei niging die door dit uitgestrekte fabriekencomplex wordt veroor zaakt. Hij zegt: „De rook die uit onze schoorstenen opstijgt is min der gevaarlijk dan ze er uit ziet. Hoe hoger de schoorstenen hoe groter het gebied waarover het stof wordt verspreid". NADAT Hoogovens voorzieningen had getroffen waardoor de hoeveelheid fluor in de rookgassen sterk verminderde nam de schade aan de veldgewassen aanzienlijk af. Volgens ir. Visser is en blijft het kernpunt van de luchtveront reiniging het vaststellen van de graad van luchtvervuiling die niet overschre den mag worden. Deze norm zal wette lijk vastgelegd moeten worden. NAAR AANLEIDING van de klachten van tuinbouwers over de schade die zij ondervonden als gevolg van de rookgas sen van de industrieën in de IJmond stelde ir. D. van Zuilen, voorzitter van de Technische Commissie van de Com- j T._. TOT DL'SVER hebben de bewoners van Zuid-Kennemerland, een woonge bied omvattend van ruwweg een half miljoen zielen, slechts als zwaarste in dustrievestiging die in de IJmond (Hoogovens, papierfabriek en PEN- centrale als voornaamste) „naast" hun deur gehad. Wie het gigantische Hoog- ovenbedrijf met zijn tientallen rokende kleine en grote schoorstenen uit eigen aanschouwing kent zal het denken aan verontreiniging van de lucht niet moei lijk vallen, al is het ook weer niet zo dat de duizenden Hoogovenaren daar Waar verbrandingsprocessen aan de gang zijn doet zich rookontwikkeling voor. Hoewel de industrie de door haar zelf teweeggebrachte verontreiniging van de buitenlucht bestrijdt, is er niet aan te ontkomen dat er nog vaak een „vuiltje" aan de lucht zit. B» i. ft. - -JSPiEZ-6 E'liinüli .T T dagelijks veel kopzorg over hebben of er 's nachts van wakker liggen. Ir. W. Visser, hoofd afdeling chemi sche technologie van de Koninklijke Nederlandse Hoogovens en Staalfabrie ken in IJmuiden zegt: „Wij maken er geen geheim van dat Hoogovens in be langrijke mate bijdraagt tot de lucht verontreiniging in het IJmondgebied, al zijn wij niet de enige boosdoeners. Luchtverontreiniging is een betrekke lijk begrip. De huisvrouwen hier in de omgeving merken daar het meest van als hun wasgoed door de stofneerslag niet zo wit is als zij wel zouden wensen. In Beverwijk moppert men de ene keer meer dan de andere keer op de kwalij ke luchtjes die de Hoogovens versprei den. Toch is nog nooit het bewijs ge leverd dat de door ons veroorzaakte vervuiling van de lucht schadelijke ge volgen heeft voor de gezondheid. Onder zoekingen hebben zelfs uitgewezen dat de inwoners van Den Haag gemiddeld twee keer zoveel roet en stof inademen als de Beverwijkers die hier toch let terlijk onder de rook van Hoogovens wonen. In Rotterdam met zijn talrijke havens en industrieën waar de lucht verontreiniging veel ernstiger is dan in de IJmond zijn enige jaren geleden uit gebreide onderzoekingen verricht naar een mogelijk verband tussen de lucht vervuiling en de gezondheidstoestand van de mens. Dit verband kon niet worden aangetoond." IR. VISSER vervolgde: „Hoewel dus wetenschappelijk niet vast staat dat de door Hoogovens en andere industrieën veroorzaakte luchtverontreiniging scha delijk is voor de gezondheid, is het onze dure plicht voortdurend op onze qui vive te zijn. Door studie en stelselma tige proefnemingen in nauwe samen werking met andere instellingen en or ganisaties als de Raad inzake de Lucht verontreiniging, T.N.O. en het K.N.M.I. blijven we de industriële luchtveront reiniging scherp in de gaten houden. Daar zijn kapitale bedragen mee ge moeid. Hoogovens heeft ter bestrijding van de luchtverontreiniging al meer dan 15 miljoen uitgegeven." NAAR DE MENING van ir. Visser zijn de rookpluimen die uit de Hoog ovenschoorstenen opstijgen voor de ge zondheid van de mens minder gevaar lijk dan zij lijken. Deze rookpluimen bevatten zowel stof als gassen. Het stof is voor de gezondheid van mens en dier onschadelijk; van de gas sen kan, in de verdunning waarin zjj ons tenslotte bereiken hetzelfde worden gezegd. Bovendien ziet men niet wat er al wordt opgevangen. Bij de oxystaalfabricage bv., wordt het stof vrijwel volledig uit de rookgas sen verwijderd en omgezet in een ijzer houdende massa die via de erts-sinter installatie weer aan de hoogovens wordt toegevoerd. Van veel betekenis zijn verder de ho ge schoorstenen, die de verontreini gingen over een dermate groot gebied verspreiden dat ze in niet meer aantoon bare hoeveelheden het aardoppervlak bereiken. Hoogovens telt er enkele van 150 meter en verscheidene van 90 meter. Tot nu toe hebben in het IJmondgebied alleen de zich bij Beverwijk bevindende land en tuinbouwgebieden schade ondervon den van de luchtverontreiniging door de IJmuldense industrieën, voornamelijk veroorzaakt door fluorwaterstof. Het vertrouwde maar voor velen toch nog altijd verontrustende décor van Hoogovens in IJmuiden. Grote massa's rookgassen worden de bui tenlucht ingestoten. Hoogovens zon der rook zal wel een nooit te reali seren ideaal zijn. missie Luchtverontreiniging T.N.O. des tijds in „De Ingenieur": „De groei van de industriegebieden en van dicht be volkte wooncentra, en daarmede sa menhangende ook van het verkeer, is niet tegen te houden; daarbij is aan een zekere mate van verontreiniging van de lucht niet te ontkomen. Maar deze ontwikkeling, enerzijds voor ons dichtbevolkte land een noodzaak en een weldaad, mag anderzijds niet leiden tot het tegendeel van weldaad door aan de bewoonbaarheid van landstreken ernstig afbreuk te doen. Dat dit gevaar niet denkbeeldig is, kan ons duidelijk zijn uit voorbeelden in het buitenland, waar men soms tot zeer drastische maatregelen moest overgaan (bijv. in Pittsburg) om weer tot aanvaardbare toestanden te gera ken. Nu mogen de klimaatomstandighe den van ons vlakke land in dit opzicht gunstig zijn, waakzaamheid blijft gebo den. Men moet erop bedacht zijn dat de langdurige blootstelling aan concen traties van verontreinigingen die niet tot ernstige acute ziekteverschijnselen aanleiding geven, toch nadelige gevol gen voor de gezondheid met zich kun nen brengen. NAAST DEZE „lichamelijke schade" moet niet vergeten worden de „geeste lijke schade". Luchtverontreiniging kan hinder veroorzaken, kan het welbevin den van de mens nadelig beïnvloeden. Hoe dit in ongunstige zin doorwerkt op zijn denken en doen en wat de schade is in maat of getal zal zeer moeilijk zijn te benaderen. De aandacht voor het vraagstuk van de luchtverontreini ging zal moeten resulteren in het doel bewust streven naar het handhaven van een zo zuiver mogelijke lucht en voor zover verontreiniging niet is te vermij den, naar het voorkomen van schade lijke invloeden daardoor." IN „De Nederlandse Industrie" zegt ir. S. H. Visser, voorzitter van de in 1964 ingestelde Raad inzake de Lucht verontreiniging die o.m. de regering van advies zal dienen voor de totstand koming van een wet op de Luchtveront reiniging: „Alleen met een wet zijn we er nog lang niet. De nodige technische kennis inzake de luchtverontreiniging is nog zeer onvoldoende beschikbaar. Ook beschikt de overheid niet over voldoen de deskundig personeel. Daarin zal moeten zijn voorzien wil men van een verantwoorde regeringspolitiek kunnen spreken. De bestaande bevoegdheden van de Hinderwet kunnen niet of onvol doende worden toegepast. Plaatselijk en regionaal en bedrijfstakgewijs zijn ini tiatieven genomen om in onderling overleg de problematiek van de lucht verontreiniging te bestuderen. Maar dit streven is nog niet algemeen genoeg. Het verdient uitbreiding en verdieping en daarnaast is nodig een goed georga niseerde samenwerking met de desbe treffende organen van de overheid. Daarbij zal op den duur ook het publiek moeten worden betrokken." Over de schadelijke invloed van luchtverontreiniging op de mens tenge volge van allerlei verbrandingsproces sen vestigt ir. D. van Zuilen als direc teur van het Instituut voor Gezond heidstechniek T.N.O., er de aandacht op dat tijdens perioden van toegenomen verontreiniging een vermeerderd optre den is geconstateerd van aandoeningen van de bovenste en de lagere lucht wegen (bijv. bronchitis) alsmede van hart en vaatstelsel. Het betreft hier zo wel het ziek worden, als een vererge ring van reeds bestaande kwalen. OVER HET algemeen worden in meer verontreinigde gebieden een gro ter aantal gevallen van bronchitis, bloedarmoede e.d. aangetroffen dan in overigens vergelijkbare doch weinig verontreinigde gebieden. Ook in Neder land zijn aanwijzingen verkregen dat het ziekteverzuim in een verontreinigd gebied in vergelijking met andere streken ongunstig wordt beïnvloed tijdens een periode met plotseling toe genomen algemene verontreiniging. Als meer specifiek chronisch effect moet de longkanker worden gezien, welke op den duur kan ontstaan ten gevolge van jarenlange inademing van kleine hoe veelheden kankerbevorderende stoffen. Deze aandoening komt vermeerderd voor in verontreinigde gebieden, onaf hankelijk van de rookgewoonten. Of in ons land met een voortgaande indus triële ontwikkeling en toenemende be volking ook de luchtverontreiniging zal toenemen hangt volgens ir. Van Zuilen af van het standpunt dat wij als volk Fabrieksschoorstenen en bomen ver dragen elkaar moeilijk. In deze on derlinge strijd is deze boom op het terrein van de papierfabriek in Vel sen er kaal vanaf gekomen. ten aanzien van dit vraagstuk willen in nemen en welke consequenties wij daaruit willen trekken. Het ideaal, een luchtverontreiniging „nul" is niet te realiseren, een „zekere" mate van luchtverontreiniging zal moeten worden aanvaard, de vraag is echter „hoeveel". TQT SLOT,, enkele opmerkingen van dr.. N. J, ,A- ..Groen, hoofdinspecteur van de "Volksgezondheid. Hij achtte het voor de bestrijding van de luchtverontreini ging een eerste vereiste dat de indu strie haar medewerking verleent om tot een aanvaardbare oplossing te komen. Gelukkig is deze bereidheid van de zijde van de industrie er bepaald wel. „Om tot verdere stappen te komen," aldus dr. Groen, „kunnen, hoeven en moeten we ook niet wachten totdat er een betere wet tot stand is gekomen en al les helemaal „rond" zit. Controle van rijkswege op het drinkwater, een van onze kostelijkste goederen, en samen werking met de waterleidingbedrijven bestond al tientallen jaren, voordat de Waterleidingwet, die een reeds lang be staande toestand slechts sanctioneerde, van kracht werd. Gezonde lucht is ons zo mogelijk nog dierbaarder dan goed drinkwater en er is in beginsel geen reden, waarom ook tegen de luchtver ontreiniging niet gezamenlijk, met de industrie en in goede harmonie in het bijzonder zou kunnen worden opgetrok ken. HET BESEF dat de zorg van een goed arbeidsmilieu tot de verantwoor delijkheid van de industrie behoort en dat werkgever en werknemer daar wel bij varen, is een gemeen goed gewor den. Het levend worden van het besef dat die zorg niet ophoudt bij de poorten van het bedrijf, zou het begin kunnen vormen van liet einde van de luchtver ontreiniging." De fabrieksschoorsteen en met name de hoogte ervan speelt een voorname rol in de strijd tegen de luchtvervuiling door rookgassen. In principe is het zo, dat hoe hoger de schoorsteen is hoe minder last de directe omgeving heeft van stofneerslag. Overigens hangt de effectieve uitwerking van de schoor steen grotendeels af van de meteorolo gische omstandigheden boven het fa briekscomplex, onder meer van de hoogte van het „wervelplafond" boven de schoorstenen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1965 | | pagina 16