Een kat duiven tussen de DE KRONKELWEGEN VAN EEN JONG ARTIESTENECHTPAAR PANDA EN DE BRON Stamboom van dagelijkse dingen Ons vervolgverhaal DINSDAG 29 JUNI 1965 10 fc r' V 'i' - i fe Gomden Oogst en de antieke dolk c/oor dr. Robert van Gulik Eerste lijndienst met hovercrafts Een detectiveverhaal door Agatha Christie Annette: pril sterretje Hansartistiek leider van Israëlisch cabaret je Verloren illusie Alles aanpakken Jaap Stigter Naam vergeten Keizer nero keek door r m In een potten oven worden ...OP JE GEZONDHEID! EN NOG 'ES BEDANKTALS JE EVEN LATER WAS GEKOMENDAN HAD OAT VERVLOEKTE SPOOK... j CHINEZEN WAREN WAARSCHIJNLIJK D6 ^§£2 EERSTE BRILLEMAKERS. ALHAZEN.WA 11£ EEUWSE v ARABISCHE GELEERDE KENDE REEDS DE BRIL MET VER GROTENDE GLAZEN. OVEN /350'c. IK BEN ECHT GEEN KLEINE JONGEN IN 'T VECHTEN .MAAR IKKON NIKS TEGEN 'M BEGiNNEN I IK WOU 'M OVER M'N SCHOUDER G0QENMAAR V HIJ WOOG EEN TON! Ons nieuwe feuilleton „Gouden Oogst", van de bij tienduizenden geliefde schrijfster van „Jody en het hertejong", Marjorie Kinnan Rawlings, voert ons naar het oer woud van Florida in de pioniers tijd, waarin wij de mensen nog in hun zo aantrekkelijke eenvoud en manhaftige strijd tegen de na tuur aantreffen. Luke Brinley en zijn jonge zusje Allie zijn na het overlijden van hun ouders op een kleine hoeve achtergebleven, waar de jongen al zijn krachten inzet om in het onderhoud van hun beiden te voorzien. Maar hij ziet zich na korte tijd gedwongen wegens huurschuld de hoeve te verlaten en naar een verlaten huis in het woud te trekken om daar opnieuw te beginnen, tot de eigenaar hier van, Richard Tordell, een jonge Engelsman, die zijn ouderlijk huis en zijn land moest verlaten, ver schijnt. Op uiterst boeiende en vaak ontroerende wijze Marjorie Kin nan eigen, en gefascineerd als wij worden door de met meesterhand getekende natuur en sfeer van dit ruige land, maken wij de strijd van deze drie jonge mensen mee: van Richard Tordell, die zich in deze voor hem zo vreemde om geving hervindt; van Luke Brin ley, die met zijn liefde voor het land zich als een echte pionier met hart en ziel aan de ontginning ervan wijdt; van diens zusje Allie, het tot vrouw rijpende meisje, dat door haar broer met een nimmer aflatende zorg wordt omringd, ontroerend in haar eenvoudige, niet-vragende liefde voor de vreemdeling. Zo werd „Gouden Oogst" een roman, die door zijn eenvoudig, krachtig leven en zijn ongeëve naarde natuurlijke, pfqer een die pe weerklank in ons wekt. Een boekuitgave van deze roman" is verschenen in de Cultuurserie van de Zuid-Hollandsche Uitgeversmaat schappij te 's-Gravenhage. OERSTERKZWAARDEN MAKEN GEEN INDRUK OP HEAL LOODZWAAR EN TOCH GEEN PLONS ALS HIJ HET WATER IN SPRINGTIK KRIJG ER KIPPENVEL UAN.KOMLATEN WE ER EENTJE OPGAAN DRINKEN ÜS Nog juist voor het zomerseizoen is in West-Duitsland de eerste passagiers- lijndienst met hovercrafts geopend, de merkwaardige voertuigen die op een luchtkussen over water, moerassen en vlak land kunnen zweven en daarbij snelheden tot 120 km per uur ontwikke len kunnen. De dienst wordt onder houden op het traject HamburgCux- haven, de stad aan de Elbemonding, en vandaar naar de Noordzeebadplaatsen 53. Op bevel van Joris staken de dwergen de gouden speren, messen en bijlen in de pijl. Meneer Drom, die dit alles bezorgd aanzag, gaf Joris stiekum een wenk. „Niet teveel!" fluisterde hij. „Anders bederft U ons plannetje." „Waarom niet?" vroeg Joris. „Ge denkt toch niet, dat ik al dit kostelijk goud hier wil achter laten?" „Maar de pijl wordt te zwaar," hield de ont dekkingsreiziger vol. Hij scheurde een blaadje uit zijn reisjournaal en vervolgde: „Ik heb berekend, hoe groot het maximum gewicht is, dat de boog over de rots wand kan schieten. Kijk zelf maar, hierop staan mijn becijferingen.... Nee, op de andere kant van het blad!" Maar Joris had geen belangstelling voor de cijfertjes. Met grote ogen tuurde hij op de andere zijde van het blaadje, waarop de ontdekkingsreiziger een kaart van het eiland het geschetst. En hierop stond de Bron van de Rijkdom duidelijk aangegeven!" „Ei ei, tut tut!" sprak hij tenslotte. Naar die bron heb ik zo naarstig gezocht en gij hebt hem doodleuk in kaart gebracht!" „De kluizenaar heeft hem mij gewezen", verklaarde meneer Drom. „Maar u wilt nu toch niet..." „Ge noeg!" viel Joris hem in de rede. „Ik kan niet ver trekken, zonder die bron te hebben bezocht. Het zou me mijn hele leven kwellen!" Hij wendde zich tot de dwer gen en vervolgde: „Stop! Wegens weersomstandighe den wordt de lancering tot nader order uitgesteld!" DE 27-JAR1GE ZANGERES Annette Roco, die iedere avond in het Israëlische cabaret „De Kibboets" te Amsterdam optreedt, is nog vrij onbekend. Maar ze maakt een goede kans in de toekomst een „ster" te worden, want volgens kenners heeft haar voordracht, waar een metalen timbre in doorklinkt, het ondefinieer bare „it". In elk geval heeft ze een ideale impresario: haar eigen man, de 26- jarige Hans Mulder, die destijds al in het nieuws kwam door het tienjarige Franse dichtwonder Minou Drouet naar ons land te brengen (en een programma om haar heen te bouwenterwijl hij tevens als de oprichter van het „Koffiepauze theater", dat in Amsterdam cabaretvoorstellingen voor kantoorpersoneel in het middaguur bracht, bekendheid kreeg. ANNETTE ROCO zingt dus in het sfeer volle keldertje op het Thorbeckeplein on der de grote molen met draaiende wie ken van rood neonlicht, die de voorgevel van het cabaret „Moulin Rouge" siert. Beide attracties zijn scheppingen van Kees Manders, de ongekroonde amuse mentskoning van Rembrandt- en Thor beckeplein, wiens briefpapier bijna te klein wordt om al zijn exploitaties gedrukt in de kantlijn te vermelden. Nadat hij met Rika Jansen een succesvolle tournee door Israël gemaakt had, besloot hij de rom melige tienerdancing „Phonobar Toulou se Lautrec" op te ruimen en te vervan gen door de genoemde nieuwe schepping, waar de voordracht van jiddische en an dere liederen afgewisseld zou worden met gelegenheid tot dansen. Annette, in Rotterdam uit Portugees- joodse ouders geboren, heeft het niet ge zocht om hier op te treden. Het is alles zo vanzelf gegaan; als het ware zoals ze zelf zegt „van buitenaf bestuurd". Zo was eigenlijk haar hele leven; een le ven, dat minstens even wonderlijk en be wogen is als dat van haar man Hans. NA DE BEVRIJDING hoorde de moe der via het Rode Kruis, dat haar beide kinderen dood waren, hoewel ook Annet te's broer niets overkomen was. Deze woonde onder de naam Kees Veenje doorgaande voor de zoon van de boer, die hem liet onderduiken in Oudehaske bij Heerenveen. „In Kapelle-Biezelinge trof ik zeven maanden na de bevrijding mijn moeder. Ze heeft me toen nog niet direct meegenomen, omdat ik me ertegen ver zette, met die vreemde vrouw mee te gaan. Moeder was heel flink en steeds, wanneer haar de tranen te machtig wer den, ging zij de kamer uit. Pas enige tijd later is alles goed gekomen." Toen het meisje elf jaar was, kreeg ze haar eerste muzieklessen. De moeder kocht van haar laatste geld een piano, omdat bevriende relaties haar attent ge- 35 57) Dit was het beste wat hij voor ons kind en mij heeft kunnen doen. Hij heeft echt van mij gehouden, weet u. Hij hield veel van me." „Ja," verklaarde de heer Robinson, „daarvan ben ik overtuigd." Levendig liet hij erop volgen: „Wat zou u ervan zeggen, als ik uw be langen eens verder behartigde? Dan zorg ik voor de, verkoop van deze ju welen. En ik geef u het adres van een betrouwbare notaris, die u, denk ik, de raad zal geven het overgrote gedeelte van uw vermogen onder te te om het leven zou komen of dat brengen in een trust. Maar omdat er nog allerlei andere zaken te regelen vallen, de opvoeding van uw zoon, uw veranderde levensomstandigheden daarom zult u op maatschappelijk terrein goede voorlichting nodig heb ben. Want u bent nu een zeer ver mogende vrouw geworden. Alle mo gelijke haaien en kwartjesvinders vliegen daar altijd op af. Uw leven zal er heus niet gemakkelijker op worden, behalve dan in strikt mate riële zin. Rijkelui hebben werkelijk geen rustig leventje, dat kan ik u wel vertellen. Dat is een illusie. Maar u bezit karakter. U zult er zich wel doorheen slaan. En uw zoon zal waarschijnlijk gelukkiger worden dan zijn vader." gelezen over die vrouw wier prijs •verheven was boven robijnenEn daarom, ik zou geen van die edelste nen willen houden. Liever niet „Een hoogst uitzonderlijke vrouw!" zei de heer Robinson bij zichzelf, toen hij het hekje uitkwam en weer in zijn Rolls stapte. En hij herhaalde nog eens: „Een hóógst uitzonderlijke vrouw!" EINDE Hij wachtte even. „Zegt u: ja?" „Ja. Neem ze maar mee!" Zij schoof hem het pakje toe, maar vroeg toen op eens: „Dat school meisje? Dat die juwelen gevonden heeft.... Ik zou graag willen dat u haar er één van gaf.welke kleur zou zij het mooiste vinden, denkt u?" De heer Robinson dacht even na. „Een smaragd, vermoed ik. Groen betekent mysterie. Dat is een goede gedachte van u. Dat is beslist voor haar een geweldige belevenis." Hij stond op. „Ik breng u mijn diensten in rekening, natuurlijk. En mijn rekeningen zijn tamelijk hoog. Maar ik bedrieg u niet." Zij keek hem rustig aan. „Neen, dat geloof ik ook niet. Maar ik heb iemand nodig met zakelijk inzicht, want dat heb ik niet." „U lijkt mij, als ik het zeggen mag, een hoogst verstandige vrouw. Zal ik ze dus maar meenemen? Wilt u er heus niet één van houden?" Gespannen keek hij haar aan. Even ontwaarde hij nog een flikkering van begeerte in haar ogen, doch die doof de onmiddellijk weer uit. „Neen," klonk het met vaste stem, „ik wens er géén voor mezelf. Dat zal u misschien wel erg dwaas lij ken: geen enkele robijn of smaragd als aandenken te willen houden. Maar ziet u.hij en ik.hij was wel mo hammedaan, maar hij wou toch dat ik hem zo nu en dan uit de Bijbel voorlasEn we hebben dat stuk Büsum en St. Peter, alsmede naar de Oostfriese waddeneilanden. Van Ham burg tot Cuxhaven is de zweefboot on geveer een uur onderweg. Van de Elbe monding tot de badplaatsen en eilanden vaart men nogmaals twintig minuten tot een uur, al naar gelang van de afstand, de windrichting en de wind kracht. Er wordt voorlopig gevaren met twee hovercrafts, die ieder 18 passa giers vervoeren kunnen. Alle plaatsen waren al vóór de opening van de dienst voor vele weken uitverkocht. maakt hadden op de onmiskenbare ta lenten van het kind. „Na de hbs-jaren bleef ik in de muziek scharrelen, trad op tijdens avondjes en ging door met piano- en zanglessen. Ook deed ik cabaretwerk. In 1960 toen het Nederlands Kamerorkest een tournee maakte door Israël, werd ik via-via in de gelegenheid gesteld om mee te gaan. Ik kon er drie maanden blijven en heb er veel joodse en ook wel Nederlandse lie deren gezongen; o.a. in Tel Aviv, Haïfa, enz. Ik kon me daar goed redden, want de oudere mensen praten daar bijna alle maal jiddisch". TERWIJL zich dus al een lijn in haar leven ging aftekenen, zat ze op een zekere vakantiedag op een terrasje van de Bou levard St. Michel in Parijs. Daar raakte ze in gesprek met Hans Mulder, die na te zijn gezakt voor het toelatingsexa men van de Toneelschool lessen volg de op de Ecole des Arts Dramatiques van René Simon. „Ik had nu eenmaal de ambitie om ac teur te worden," vertelt hij ons. Maar het zou er ook in Parijs niet van komen, want nadat hij enige tijd bij het moder ne Franse toneel gefigureerd had, gaf hij er de brui aan en ging overigens onaf hankelijk van Annette, die slechts een „vluchtige sympathieke kennis" scheen terug naar ons land. Hier ontwaakte in hem het managers- bloed en ging de illusie om zelf te acte ren langzaam afsterven. Hij introduceer de in zijn Koffiepauzetheater Adèle Bloe- mendaal („Een waanzinnig-gekke griet, die toen nog onbekend was en die ik bij het in opkomst zijnde Lureleicabaret ge zien had"), maar moest na het aanvan kelijke sucecs opgeven: „Ik kreeg moei lijkheden met Sieto Hoving, in wiens theater we 's middags speelden." Nadat hij op het Leidseplein Annette weer ontmoet had („we zagen elkaar ge heel toevallig"), van welk ogenblik het tweetal elkaar niet meer losliet, bewan delde Hans tal van nieuwe wegen. Zo werd hij b.v. „stage manager" voor de Europese tournee van de Westside Story-musical, in welk verband Annette thans opmerkt: „Ik kon niet mee, want ik was in verwachting. Ons kind is nu trouwens al ruim drie jaar." JA, WAT deed Hans niet allemaal méér. Van het een naar het ander. Laten we gemakshalve even naar de telegram stijl grijpen: inspeciënt bij de Toneel groep Studio, schepper van alle belich tingseffecten voor de Rika Jansenshow, inspeciënt bij de flopmusical „Free as air", manager van een jeugdig rock en roll-orkest, betrokken bij de produktielei- ding van de Nederlandse films „Riffifi in Amsterdam" en „Fietsen naar de maan", mede-organisator (in freelance-verband) bij het opzetten van het tv-programma „Zo is het toevallig ook nog eens een keer", en thans tot slot regisseur en artistiek leider van het Israëlisch cabaret in Amsterdam. WELLICHT maakt deze wisselvallige carrière op menigeen een wat wispeltu rige en „vrijbuiterige" indruk. „U denkt natuurlijk aan de 12 ambachten en de 13 ongelukken," zegt Hans, „maar zo moet u de zaak niet zien. Ik wilde leren en vooral de technische en „managing-" kant van het showbedrijf snel onder de knie krijgen. Ik wacht nu mijn kans af. In de toekomst ga ik beginnen met eigen produkties op grote schaal." Hans glimlacht naar Annette. Ze be grijpen elkaar zonder verdere woorden: hij zal ervoor vechten, haar als „vedette" omhoog te brengen. En zij zal er hard voor werken. Niet zozeer uit eerzucht, maar uit liefde voor het vak. Uit liefde voor Hans ook. „NA DE OORLOG wist ik niet meer, wat mijn eigen naam was. En toen mijn moeder mij terugvond, weigerde ik te ge loven, dat ik haar dochter was." Dat kwam zo: nadat zij als kleuter het bombardement van Rotterdam had mee gemaakt en haar ouders naar Auschwitz gedeporteerd waren (haar vader, make laar in zuidvruchten, zou niet terug keren) zwierf ze als onderduikster, even als haar oudere broer Emiel, van het ene adres naar het andere. Men had haar her doopt in Elsje Zonneveld en deze naam er zo bij haar ingeprent opdat ze zich zelf nooit zou kunnen verraden dat ze tenslotte niet beter meer wist. „Ik was vijf jaar, toen ik op een mid dag voor het raam van een boerderij in Wissekerke op Noord-Beveland stond en de Duitsers op het erf zag komen .Ze hadden mij ook gezien en ik griste snel mijn speelgoed en pyjama bij elkaar en vluchtte naar de kelder. Daar heb ik me 24 uur tussen de ratten verborgen gehou den. Achteraf hoorde ik, dat er vergeefs naar dat kleine zwarte meisje gezocht was." Annette Mulder-Roco en haar echtge noot-regisseur op de stoep voor het Israëlische cabaret-keldertje op het Amsterdamse Thorbeckeplein. EEN GESLEPEN BERYL, (VANDAAR HET WOORD "BRILO NAAR DE VECHTENDE GLA- DIATOREN IN DE ARENA.— ROMEINSE INGENIEURS HIELDEN MET WATER GEVULDE GLAZEN ri** BOLLETJES VOOR HET OOG, ALS (5) ZB ZICH OVER INGEWIKKELDE BOUWPLANNEN BOGEN.— ANGETÜD WAREN HET MARSKRAMERS, BRILLEN VERKOCHTEN, HOEWEL ZU VAN OGEN GEEN VERSTAND HADDEN EN HUN ADVIEZEN VAAK ONJUIST WAREN. DIE AREN VAN HET LONDENSE OOGLENS BRJ LLEMAKERS GILDE VAN I VERZIENDHEID I - CONVEX GLAS ^BÜZIENDHËjPl CONCAAF GLAS KWARTSZAND, SODAKALK EN CHEMICALIËN IN 12 UURTOT OPTISCH GLAS GESMOLTEN MEN LAAT DE POTTEN HEEL LANGZAAM AFKOELEN. VAN DEMEES.T VOORKOMENDE OOG AFWIJKINGEN MET VERSCHIL LENDE SOORTEN GLAZEN. eOA/Me^GLAZEN WORDEN OPtiETHOORNVUES GEDRAGEN, O.A. DOORFILMSTERREN.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1965 | | pagina 10