Louis Armstrong een halve eeuw in dienst van de jazz-ontwikkeling Hij wilde nooit meer arm zijn Hedenavond weer een stuk van Pinter op t.v. NEGEN MUZEN Concert door de organist Bernard Bartelink en de hoboïst Evert van Tright DONDERDAG 22 JULI 1965 11 Buddy Bolden Zijn kans Trompet Muzikaal wonder VPRO-voorzitter over de „Televizier"-zaak In de Nederlands Hervormde Kerk te Beverwijk De radio geeft vrijdag T elevisie programma Goya-dief weer vrij Jos de Klerk Troubadour en jazz Damshuizer ER ZIJN WEINIG MENSEN die blij-verrast opkijken wanneer men zegt dat zij een mond als een hooischuur hebben. Toch is er een man die dit predi kaat al vele tientallen jaren als een compliment beschouwt: Louis „Satchmo" Armstrong, de koning der jazztrompettisten, een van de grootste pioniers van de jazz, de meest verguisde en wellicht ook door-de-jaren-heen de meest verafgode jazzmusicus. Louis Armstrong werd op 4 juli van dit jaar vijfenzestig. Voor tien duizenden anderen een leeftijd om dankbaar een lintje in ontvangst te nemen, zich te verheugen in wat men noemt de pensioengerechtigde leeftijd. Armstrong wil niets van rust weten. Zijn werk de jazzmuziek is zijn leven, zijn hobby, zijn ziel, zijn alles. Louis Satchmo Armstrong blijft voorlopig doorspelen. Zijn pensioen zal pas ingaan wanneer hij het tijdelijke voor het eeuwige verwisselt, want zolang blijft Armstrong het complement van zijn nu al legendarische trompet. Ruim vijftig jaar al is hij jazzmusicus. Wanneer Armstrong nu zou stoppen, zou niemand hem dat kwalijk kunnen nemen. Financiële zorgen behoeft Louis ook niet te hebben, want hij is enkele malen miljonair. LOUIS ARMSTRONG WERD op 4 juli van het jaar 1900 geboren in de sloppen van de Amerikaanse havenstad New Or leans. Armstrong werd dus als kind reeds geconfronteerd met het muzikale verschijnsel dat later onder de naam „jazz" de wereld zou veroveren. De stadswijk, waarin de kleine Louis werd geboren, werd begrensd door een gevan genis. een kerk, de armenschool en een van de vele danstenten die New Orleans toen telde. Men hoorde er in de dagen rond de eeuwwisseling Engelse balladen marsmuziek, Spaanse dansen, Franse volksmuziek en psalmen en gezangen. De neger pikte uit al deze vormen datgene wat hem aansprak en gecombineerd met zijn natuurlijke gevoel voor ritme ont stond de muziek die later „jazz" zou he ten. Over het ontstaan van de jazz doen de meest wilde verhalen de ronde. De jazzmuziek is echter niet uit dit óf dat ontstaan. Het is het produkt van tiental len invloeden, stijlen, cultuurvormen. In oudere jazzvormen vindt men alles terug: de armoede, de ellende van de slavernij van de zwarte mensen in Amerika, de oerwoudritmen van de verre voorvade ren, de primitieve vreugden en natuurlijk de invloeden van de blanke muziek uit die tijd. Het ontstaan van de jazz is een proces geweest dat zich in enkele decen nia heeft voltrokken. Louis Armstrong heeft een groot deel van dit wordings tijdperk meegemaakt en er actief en be wust aan helpen bouwen. ALS NEGENJARIGE KNAAP hoorde Louis Armstrong vol bewondering het spel van de legendarische' kornettist Buddy Bolden. Het werd een obsessie voor hem. Hij móest en zóu even goed spelen als deze man, die avond in, avond uit, in de kroegen van New Orleans de massa wist te boeien met de klanken uit zijn goud kleurige kornet. Maar er was geen geld voor een blaasinstrument. Louis Arm strong ventte met kolen langs de deuren, hunkerend naar zijn muziek. Een nieuwe ster aan het jazzfirmament, Bunk John son, had inmiddels met veel plezier geke ken naar het leergierige joch, dat elke avond, als hij klaar was met zijn kolen- wijk, in de danstent kwam luisteren. „Hij zat altijd aan mijn kornet, te knoeien, tot hij er geluid uit kreeg," vertelde John son later. Maar Armstrong zou niet di rect bij de grote meester in de leer gaan. In de oudejaarsnacht van 1912 wilde hij een ruzie met het pistool beslechten. Er vielen wel schoten, maar geen slachtoffer De rechter oordeelde het echter beter dat het kleine heethoofd eens een tijdje opge sloten zou worden. Zijn grote kans kreeg Louis Armstrong in het opvoedingsge sticht, „Waifs' Home", waar hij na enke le maanden voorbeeldig gedrag in het ge stichtsorkest mocht blazen.op een ech te kornet. Aan het eind van het eerste strafjaar wist de leider van dit orkest dat hij een zeer begaafde leerling had. Als dertienjarige jongen speelde Louis Arm strong al bijzonder verdienstelijk. In juni 1914 herkreeg Louis de vrijheid. Weer sjouwde hij kolen, verkocht hij kranten, maar elke minuut die hij kon vrij maken benutte hij om te luisteren naar een nieu we ster-trompettist in New Orleans, Joe King Oliver, de man die speelde met de geladenheid van Buddy Bolden en de technische perfectie van Johnson. ANDERHALF JAAR LANG raakte Louis geen instrument aan. Toen, op een avond die hi.izeif nooit zal vergeten, kwam zijn kans. King Oliver was ziek en de eigenaar van de zaak herinnerde zich dat hij vroeger de kleine neger wel eens met Johnson had horen spelen. Of Louis kon invallen. „Tuurlijk", zei de overmoe dige Armstrong, want deze kans had hij voor geen goud aan een ander gegund. Helaas, het werd een complete afgang. De lippen, die zich anderhalf jaar lang niet in het kleine mondstuk hadden ge perst, weigerden dienst. De noten die Armstrong toen uit Olivers kornet haalde klonken vals, heel vals. De dansparen merkten het nauwelijks op, die hadden genoeg aan elkaar en aan het ritme van piano, tuba en banjo. Maar de eigenaar van de zaak was des duivels-, Louis Arm strong had het zelf goed door. Hij deed een stap naar voren en begon te zingen, met zijn rauwe, doordringende stem. Het publiek was plotseling enthousiast. Goed spelen kon hij niet deze jonge slungel, maar blueszingen deed hij als de beste. Armstrong was gedeeltelijk gered. Hij kreeg toch zijn anderhalve dollar gage en nam zich voor te studeren als geen an der. Met onverwoestbaar doorzettingsver mogen besteedde Louis Armstrong elke vrije seconde aan muziekstudie. In 1919 was hij zover dat de toenmalige king of jazz, King Oliver hem op de schouder klopte en hem complimenteerde. TOEN OLIVER NAAR Chicago vertrok, de nieuwe muziek was naar alle delen zich lijnrecht naar de troon in New Or leans. Hij verdiende als twintigjarige mu sicus goed geld en de tijden werden nog beter toen hij als stersolist in het orkest van Fate Marable op de showboat Sid ney werd aangenomen. Op een van deze riverboatcruises hoorde de man, die later een van de beste jazztrombonisten zou worden, Jack Teagarden, de jonge Arm strong spelen. Teagarden was er wèg van. Het werd een droom voor hem nog eens naast deze Armstrong te spelen, een droom die pas vele, vele jaren later werd bewaarheid en waaraan wij nu nog de meest kostelijke jazzopnamen danken. ARMSTRONG WAS hard op weg naar de top. Men had hem inmiddels de bij naam „Satchelmouth" (hooischuurmond) later afgekort „Satchmo" gegeven. Joe King Oliver haalde hem naar Chicago, waar al spoedig bleek dat de leerling de Louis Armstrong meester had overtroffen. Armstrong pas te zich gemakkelijker aan dan Oliver. De stijl van de rauwe New Orleans jazz werd in het noorden wat gepolijst, er kwamen andere ritme-instrumenten en Louis voel de zich in de zevende hemel, want hij wist dat het zo goed was. Zelf bleef hij een stijl apart, niet aan te tasten of te be- invloeden. Wel beïnvloedde hij met zijn spel alle stijlen in de jazz die zich toen en later aandienden. Toen de oude New Orleansmuziek later soepeler gespeeld werd, gepolijster en swingender, voelde Louis Armstrong zich steeds beter. IN 1928 ZEI HIJ de kornet vaarwel en speelde hij voortaan trompet. De grammo foonplaat heeft er toe bijgedragen dat de naam van Louis Armstrong zich met een ongelofelijke snelheid door Amerika en de andere werelddelen heeft verspreid. In 1923 speelde hij voor het eerst, in de band van Joe King Oliver, voor de plaat. Een maand later werd „Chimes Blues" op genomen, de eerste plaat waarop men Armstrong als solist kon horen. Met King Oliver en diens Creole Jazz Band oogstte Louis Armstrong vele triomfen. Toch was hij niet tevreden. Hij wilde een eigen formatie. Hij had immers lang genoeg met anderen en onder leiding van ande ren gespeeld? Met Kid Ory, Fate Mara ble en later met King? In 1924 trouwde Louis Armstrong met Lil Hardin, pianiste, de vrouw die hem muziek-theoretisch zou onderrichten. Mu zikaal en technisch had Louis toen al niet meer te leren, maar de theoretische ken nis van akkoordenschema's, toonaarden, overgangen etc. ontbrak hem. Hij speelde alles met gemak, maar hij wist niet hoe en waarom. Dat alles leerde hem Lil Har din. In 1924 ging Louis bij Fletcher Hender son spelen en in 1926 voegde hij zich bij Erskine Tate's „symfonische jazzorkest". Daarmee was het moment aangebroken dat de „showman" Louis Armstrong ge boren werd. In 1925 begon Louis met het maken van eigen grammofoonplaten on der de naam „Louis Armstrong and his Hot Five". In 1929 werden dat de „Hot Seven". De commercie had Armstrong ontdekt en met het grootste gemak zong hij liedjes en blies hij zoetgevooisde soli met symfonieorkesten. Velen hebben hem daarom verguisd. De puristen konden in de laat-dertiger jaren de naam Armstrong niet meer horen of zien. „Was hij niet commercieel gaan spelen? Zong hij geen gewone liedjes?" Maar al deze kritische opmerkingen hebben aan de waarachtige Armstrong geen afbreuk kunnen doen. Hij was en bleef dè jazzmusicus. De man die duizenden intens boeide zodra hij de trompet aan zijn staalharde lippen zette, de man die hoog C met het gemak van een kind blies om de toon dan te laten uitvloeien in F en G, zodat andere musici de haren te berge rezen. LOUIS ARMSTRONG, de man die nog tot de pioniers van het oude New Orleans van de States overgewaaid, blies Louis behoort, is een muzikaal wonder. Nauwe lijks had hij een storm van protest ont ketend door het opnemen van een com mercieel niemandalletje op de plaat, (in de dertiger en veertiger jaren was er zelfs voor een Armstrong aan de jazz bijna geen droog brood te verdienen) of het protest verstomde weer omdat die zelfde Armstrong een verbluffende opna me met zijn Hot Five, Hot Seven of zijn latere AU Stars had gemaakt. Het kon hem niet deren. Hij bleef wie hij was, een musicus in hart en nieren, die ge weldige armoede gekend had en die dat nooit weer wilde beleven. IN DE LAATSTE tientallen jaren speel de Armstrong met nagenoeg alle groten in de jazz. Kostelijke opnamen danken we aan zijn samengaan met Jack Teagarden, een van de hoogtepunten van de jazzge schiedenis, Kid Ory en zijn opnamen met de „Hot"-formaties. Niet te evenaren zijn zijn sessions met Ella Fitzgerald en Os car Peterson-trio. Deze Louis Armstrong speelt nog. Met zijn vijfenzestig jaren is hij nog altijd actief in de woelige jazz- wereld. Met een vaste regelmaat verrast hij ons op een commercieel kasstuk, zo als het vorige jaar met Hello Dolly" of een prachtige session, zoals de laatste van hem, zijn All Stars en de grote Duke Ellington. Ter gelegenheid van zijn vijfenzestigste verjaardag zijn van Armstrong onlangs twee goede langspeelplaten verschenen die ik in een ander bestek zal bespreken. Louis werkt echter al weer aan nieuwe; onvermoeibaar. Nog steeds laat hij zijn hagelwitte zakdoeken met vaste regel maat vallen, om een nieuwe, schone in ziin linkerhand, waarmee hij zijn blinken de trompet vasthoudt, te nemen. Hij ge bruikt er dertig op een avond. Wat de jazz aan deze man dankt is niet in een kort verhaal te beschrijven. De mooiste felicitatie kan men hem brengen door oude-stijl-man of modernist een plaat van hem op de draaitafel te leggen. Berry Zand Scholten HILVERSUM Voor de tweede keer in één seizoen komt donderdag een to neelstuk van de Engelse oneelschrijver Harold Pinter op de televisie, namelijk de éénakter „De Dienstlift" te spelen door Jaap van Donselaar en Rudi Mus ters van de Toneelgroep Centrum. In april werd van dezelfde schrijver een spe ciaal voor de televisie gemaakt stuk uit gezonden: „De theepartij" met in de hoofdrollen Bob de Lange en Andrea Domburg. Van de VARA vernemen wij, dat het in de bedoeling ligt om in oktober Pin ters toneelstuk „De Minnaar" op het scherm te brengen. Hierin spelen Ann Ha- sekamp en Wim van den Heuvel, ook van de Toneelgroep Centrum, belangrijke rol len. Centrum speelde in het afgelopen seizoen „De Minnaar" en „De Dienstlift" gecombineerd. „De Dienstlift" is vroeger ook opgevoerd door de Werkgroep van de Haagse Comedie. Hij kijkonderzoek, dat sinds kort door de omroepverenigingen wordt, ingesteld leverde wat de belangstelling voor „De Theepartij" betreft een merkwaardig re sultaat op; het had over de maanden maart en april van de toneelstukken de grootste kijkdichtheid (54 pet.) en het laagste waarderingscijfer (6,8). De regis seur Theun Lammertse, die we kortgele den spraken, zegt hiervan: „Er bestond voor vele mensen kennelijk de noodzaak De Haarlemse cabaretgroep „Lab- berdoedas", die in maart jl. als win naar uit de bus kwam van het caba retconcours, georganiseerd door de AMVJ te Amsterdam, treedt van avond voor de schijnwerpers van de tv-camera (20.50-21.20 u., Neder land II). Leerlingen van de Rijks kweekschool te Haarlem, uit wie deze groep bestaat, zullen dan het programma laten zien waarmee ze Jiun mededingers op het concours versloegen (de jury bestond uit Dora Paulsen, Erik de Vries en Eli Asser). Hun bijzondere kijk op tele visie blijkt daarbij uit het nummer ,.The Eulalia Ponsonbeeshow". De leden van Labberdoedas, die mo menteel midden in hun examentijd zitten, zijn van plan als amateur cabaretgroep bijeen te blijven; tot jatiuari 1966 is hun agenda volge boekt met uitnodigingen tot optre den in besloten kring. De NCRV brengt behalve hen ook de twee andere winnaars op het scherm: Joost Nuisel met Bart van Erk en Joris met Pauline Schiks. De uitzen ding is getiteld Café 65. De VPRO heeft in zijn omroepprogram mablad „Vrije Geluiden" van volgende week, opening van zaken gegeven ten aan zien van haar standpunt in de zaak tegen „Televizier", het blad dat verdacht wordt van schending van de auteursrechten door het publiceren van radio- en televisiepro gramma's. Dat deze omroep heeft meege daan in de „rel tegen Televizier" (zoals dat heet) moge inconsequent lijken, aldus dat hoofdartikel van de voorzitter, dr. J. A. de Koning, maar van de andere kant rhocht, noch kon de VPRO iets anders dan mee doen met de vier grote omroepen. De VPRO staat op het standpunt dat de omroep als dienstverlenend instituut aan het publiek gefinancierd dient te worden uit publieke middelen. Zij vindt het dus principieel on juist dat de omroepen nog inkomsten moe ten zien te krijgen door middel van om- roepgidsen en dergelijke en dat zij der halve hun autersrechten beschermd moeten zien te krijgen. Intussen is het gerechtelijk onderzoek begonnen tegen de vermeende schending van auteursrechten. De VPRO stond toen voor de vraag of zij al dan niet mee moest doen om een dergelijk onder zoek te bevorderen. Na rijp beraad aldus dr. De Koning heeft zijn omroep be sloten mee te doen aan dit „spel" en wel om twee redenen: allereerst dwingt het omroepbestel zoals het thans is, de VPRO op te treden tegen elke schending van auteursrechten. De tweede overweging is: mogelijk kan het lek waardoor „Televizier" zijn informaties kreeg ook bij de VPRO of diens drukkerij zitten. Dat zou een voor bestuur en directie een ontoelaatbare toe stand zijn. Dr. De Koning heeft met zijn hoofdartikel het publiek willen verklaren waarom zijn omroep, die overigens op zo'n gespannen voet leeft met de andere om roepen, aan dit „spel tegen Televiziei** heeft meegedaan. om het stuk uit te zien, maar achteraf ■heeft men niet precies geweten wat men er mee aan moest". Als tijdens een uit zending het toestel uitgezet wordt, tellen de kijkers namelijk niet mee voor de kijkdichtheid. Een verhaal kan men meestal niet' ont dekken in de stukken van Pinter. Het gaat meer om een spanningsverloop. De meest uiteenlopende emoties die mense lijke contacten opleveren worden gelegd in een dialoog, die op het eerste gehoor op huis-, tuin-, en keukenpraatjes lijkt. In „De Dienstlift" gaat het om twee jon gens, die in een zeer speciale machts verhouding tot elkaar leven en die in een sousterrain wachten op een belangrijke boodschap uit een dienstlift je. Grafiek in Rijksacademie. Prof. dr. N. R. A. Vroom zal op vrijdag 23 juli in de Rijksacademie van Beeldende Kunsten te Amsterdam een tentoonstelling openen van grafiek, vervaardigd door de Ja panse kunstenaar Hisako Abe. WOENSDAGAVOND concerteerden in de Nederlands hervormde kerk te Beverwijk de organist Bernard Bartelink (prijswinnaar in 1961 van het Haarlems improvisatieconcours) en Evert van Tright, hoboïst van het Brabants Orkest. Bartelink leidde het concert in met twee composities van Sweelinck: de koraal- variaties over „Allein Gott in der Höh' sei Ehr" en een „Echofantasie" in d. Zijn registratie van het koraal-gegeven aardde opvallend naar de clavecimbelklank. Dit was dan van deze korte partita qua timbrering het aantrekkelijke hoogtepunt. In de driedelige Echofantasie was het, zoals gewoonlijk in deze soort fantasieën van de meester, het middendeel dat bijzonder aanleiding gaf tot treffende registraties. Het is ook daar, dat de componist het overvloedigst met echo effecten werkt. In het aanvangsdeel zijn het hoofdzakelijk canons, maar in de finale komt hij vaak terug op zijn speels object. AAN DUIDELIJKE tekening lieten de vertolkingen geen wensen onbevredigd. Verder bracht de organist een ons onbe kend werk van een even onbekende 18e eeuws componist, P. Bustijn, ten geho re. De kennismaking met deze uitgebrei de Suite liet niet na goede indrukken te wekken, al werd men dan niet verrast door persoonlijke karakteristieken. Ik vraag mij alleen af of het wel een oor spronkelijk orgelwerk is. De verschillende dansvormen op speelse wijze met imite rend contrapunt opgebouwd en rijkelijk met fiorituren versierd, gaven de organist gelegenheid de registratiemogelijkheden van het Beverwijkse Müllerorgel aan de tand te voelen. De spitse klank van een Giga deed het bijzonder goed. Men kon dus dankbaar zijn met dit onbekende, vlot gespeelde stuk, maar zich tevens afvragen waar Bartelink het vandaan heeft. Tussen werk van de meesters uit de periode waarin hij hei, fixeert (Bustijn zou in 1729 overleden zijn) kon het wel eens beklemd zitten. EVERT VAN TRIGHT speelde begelei de sonates van J. B. Loeillet en Handel; maar het was goed gezien, dat hij zich tevens onbegeleid liet horen, namelijk in de „Drie landelijke miniaturen" van Bern, van den Sigtenhorst Meyer, want de combinatie van een solo-instrument met het Beverwijkse Müllerorgel is verre van ideaal. Dit viel al direct op in de HILVERSUM I. 402 m. 7.00-24.00 NCRV. NCRV: 7.00 Dagopening. 7.10 Klassieke grammofoonmuziek. 7.30 Nieuws. 7.40 Ra diokrant. 7.55 Lichte grammofoonmuziek. 8.15 Gewijde muziek. 8.40 Lichte orkest muziek (gr.). 9.00 Voor de zieken. 9.35 Waterstanden. 9.40 Klassieke grammo foonmuziek. 10.30 Morgendienst. 11.00 Klassieke grammofoonmuziek. 11.15 In 't Zilver: programma voor oudere luiste raars. 12.00 Stereo: Lichte grammofoon muziek. 12.27 Mededelingen t.b.v. land- en tuinbouw. 12.30 Nieuws. 12.40 Grammo foonmuziek, eventueel actualiteiten. 12.50 Orgelspel: populaire muziek. 13.10 Piano duo (gr.): semi-klassieke muziek. 13.40 Stereo: Licht orkest met zangsolist. 14.00 Weekendtips. 14.20 Musette-ensemble en zangsolisten. 14.45 Voordracht. 15.05 So praan, bariton en piano: klassieke en mo derne liederen. 15.30 Voor de vrouw. 16.00 Musiciana: muzikale herinneringen. 16.30 Duizendschoon: Botanische tuinen, praat je. 16.45 Vocaal ensemble: moderne liede ren. 17.00 Klassieke grammofoonmuziek. 17.30 Lichte grammofoonmuziek. 18.30 Harmonie-orkest. 18.50 Licht vocaal en semble (gr.). 19.00 Nieuws en weerpraat- je. 19.10 Radiokrant. 19.30 Van horen zeg gen en zingen. 19.35 Stereo: Licht orkest (gr.). 19.50 Wiener Symphoniker, koor en solisten: Die Jahreszeiten, oratorium. 22.20 Reformatie en Rome, litteraire le zing. 22.30 Nieuws en herhaling SOS-be- richten. 22.40 Wijd als de wereld: interna tionale oriëntatie in kerk, zending en oekumene. 23.00 Lichte grammofoonmu ziek. 23.55-24.00 Nieuws. HILVERSUM II. 298 m. 7.00 VARA. 9.40 VPRO. 10.00 VARA. 13.00 AVRO. 16.00 VPRO. 21.00-24.00 VARA. VARA: 7.00 Nieuws, ochtendgymnastiek en socialistisch strijdlied. 7.20 Lichte grammofoonmuziek. 7.25 Van de voorpa gina, praatje. 7.30 Lichte grammofoonmu ziek. 8.00 Nieuws. 8.10 Lichte grammo foonmuziek. 8.50 Voor de kinderen. 9.00 Te land en te water, informatief program ma voor weg- en waterweggebruikers. VPRO: 9.40 Morgenwijding. VARA: 10.00 Lichte grammofoonmuziek. 11.00 Nieuws. 11.02 Voor de kleuters. 11.15 Vrij entree: cabaret. 11.40 Stereo: London Festival Orkest (opn.). 12.00 Licht orgelspel. 12.27 Mededelingen t.b.v. land- en tuinbouw. 12.30 Overheidsvoorlichting: Voor de land bouw. 12.40 Stereo: Pianospel en lichte or kestmuziek. 12.55 Actualiteiten. AVRO: 13.00 Nieuws. 13.10 Actualiteiten en gram mofoonmuziek. VPRO: 16.00 Nieuws. Aan sluitend: Ruimer kontakt (2): medische lezing. 16.15 Kerkorgelconcert (opn.). 16.45 Voor de kinderen. 16.49 Voor de jeugd. 17.30 Jazz-rondo. 17.50 Kiosk: be spreking van artikelen uit weekbladen. 18.00 Nieuws. 18.15 Van de week: infor matie en commentaren uit binnen- en bui tenland. 19.00 Voor de oudere jeugd- 19.30 Lezen en schrijven: literair programma. 20.00 Nieuws. 20.05 Noord-Hollands Phil- harmonisch Orkest en solist (opn.): klas sieke muziek. 20.45 Kerk in stedelijk per spectief, lezing. VARA: 21.00 't Is allemaal show: Melodieën uit films en musicals (opn.). 21.40 Onbegrensd: wetenswaardig heden uit het buitenland. 21.50 Ieder zingt zijn eigen lied: volksliedjes en balladen. 22 05 Instrumentaal Trio: licht-klassieke werkjes. 22.30 Nieuws. 22.40 Holland Fes tival 1965: klassieke kamermuziek (opn.). 23.10 Lichte grammofoonmuziek. 23.45 So cialistisch nieuws in Esperanto. 23.55-24.00 Nieuws. BRUSSEL 324 m. 12.00 Nieuws. 12.03 Festivaria (12.25 Weerbericht, mededelingen en SOS-berich- te'n). 12.50 Béursberichten en programma overzicht 13.00 Nieuws en weerbericht. 13.20 Het neusje van de zalm. 14.00 Nws. 14.03 Klassieke muziek (15.00 Nieuws). Vanaf 16.00 Wegwijzers voor automobilis ten. 16.00 Nieuws, 16.03 Beursberichten. 16.09 Gevarieerde muziek. 17.00 Nieuws, weerbericht en mededelingen. 17.15 Lich te muziek. 18 00 Nieuws. 18.03 Voor de sol daten. 18.28 Paardesportberichten. 18.30 Wegwijzers voor automobilisten. 18.45 Sportkroniek. 18.52 Lichte muziek. 19.00 Nieuws, weerbericht, radiokroniek en het weer bij ons. 19.40 Lichte muziek. 20.00 Discovaria. 21.00 Symfonische muziek (22.00 Nieuws en berichten) 23.00 Nieuws. 23.05 De zeven kunsten. 23.20 Klassieke muziek. 23.55 Nieuws, VOOR DONDERDAG NEDERLAND I 15.00-15.35 VPRO: Voor de vrouw. NTS: 19.00 Nieuws in het kort. 19.01 Voor de kleuters. 19.06 De Verrekijker: internatio naal jeugdjournaal. 19.15 Regionaal jour naal. VPRO: 19.35 De Lucy Show. NTS: 20.00 Journaal. VPRO: 20.20 Concert voor jonge mensen. 21.10 Uit de Stuivertijd, een film over het dagelijks leven van een lor- reboer. 21.25 De dienstlift, toneelstuk. 22.1 Ballet. NTS: 22.40-22.45 Journaal. NEDERLAND II NTS: 20.00 Journaal. NCRV: 20.01 Hoottenanny Show. 20.25 Gevleugelde avonturen, programma over de lucht macht. 20.50 Prijswinnaars cabaret-con cours. NTS: 21.20 Geheime Brigade, TV- film. (dl. 8). NCRV: 22.10-22.15 Dagslui ting. VOOR VRIJDAG NTS: 19.00 Nieuws in het kort. 19.01 Voor de kleuters. KRO: 19.06 De Flint- stones (afl 57). 19.30 Dansen is onze regel wel: ballet van volksliedjes met zang door jeugdkoor. 19.50 Blik vooruit op De Vierdaagse te Nijmegen. NTS: 20.00 Journaal en weeroverzicht. KRO: 20.20 Brandpunt. 20.50 Zomercarrousel, amuse mentsprogramma. 21.35 Het huis Krupp, documentaire. NTS: 22.20 Toeristische tips in samenwerking met de A.N.V.V. 22.23 Journaal. SOC: 22 28-22.43 Socutera. NEDERLAND II NTS: 20.00 Nieuws in het kort. AVRO: 20.01 Lichte muziek. 20.15 De Congo zoals ik haar kende (deel II), TV-film. NTS: 21.00-22.05 Het kabinet van Professor Ens- len, amusementsprogramma. De 61-jarige Kempton Bunton uit New- castle-upon-Tyne, die de diefstal van een schilderij van Goya, de hertog van Wel lington voorstellende, heeft bekend is na een zitting van enkele minuten door de rechter in Londen op borgtocht in vrijheid gesteld. Sonate in C van Loeillet, waarin vooral de te zware bas het klankevenwicht ver stoorde. Intussen bleek dan toch de vlotte speelvaardigheid en de expressieve toon- vorming van de solist. In de dankbare „Miniaturen" waarmee hij de avond be sloot, kon hij ongehinderd zijn volle maat geven. En dan hoorde men een hobospel zo delikaat en levendig tevens, als slechts onder scholing van Stotijn kan zijn ge vormd. In het voorprogramma van de AVRO maakte de Waalse chansonnier Paul Lou- ka, die zo wij lazen in zijn geboorte land en in Parijs reeds vele successen boekte, zijn Nederlandse debuut. In een der vraaggesprekjes, die de keurig Frans sprekende, maar nogwat nerveuze Moni ca Hoogstraate met hem hield, vertelde hij, grote bewondering te hebben voor Brassens en Brei. Hun invloeden waren dan ook bepaald merkbaar. Temeer, daar de markante chansons, die hij bracht, door hemzelf geschreven werden, mocht na dit optreden wel geconcludeerd wor den, dat België er een uitstekende trou badour bij heeft gekregen. Dezelfde omroep zond na het nieuws zowaar ook nog een tweede zangprogram ma uit. Hoofdpersoon was nu de Ameri- kaanse swing-zangeres Dakota Staton, misschien niet zo beroemd als Ella Fitge- rald, maar evenals deze toch wel een jazzvocaliste van groot formaat, die met haar prachtige stem alles kan doen. Vijf endertig minuten waren voor dit optreden van één zangeres uitgetrokken en dat was te lang, zo lang zelfs, dat de trucjes, waarmede regisseur Bob Rooyens de be langstelling voor het beeld gaande wilde houden, wel moesten gaan vervelen. Met. respect voor de durf en het vakmanschap van deze AVRO-medewerker, vroegen wij ons zelfs af, of al die trucjes niet teveel de aandacht van de zang afleidden. De vraag, of het dan wel zin heeft, een vo- caliste op de t.v. te brengen, zou dan be antwoord moeten worden met „Ja, maar niet zo lang en in beeld wel wat rusti ger". En de hier en daa'' in de grote close-ups van het hoofd van de zangeres optredende onscherpte had ook vermeden moeten worden. De heren Preston moesten daarna in een aflevering van „de Verdedigers" een „huilende baviaan" (zo luidde de Ameri kaanse titel) dan wel een huilebalk (vol gens de Nederlandse aankondiging) zien vrij te pleiten van moord in de eerste graad, gepleegd op zijn vader en zijn broer. Die titel dekte goed het misleiden de karakter van het spel, waarin de schrijver ons zolang mogelijk wilde sug gereren, dat de beklaagde een simulant was en tegelijkertijd, dat de verdediging, geholpen door een psychiater er anders over dacht. Daar zelfs een leek, zoals stel ler dezes, reeds in het begin kon vaststel len, dat de jongen zwaar gestoord was, lukte die opzet niet en werd de kijker bezig gehouden met een soort van geeste lijke martelgang van een krankzinnige. Het bijzonder sterke spel van de hoofd rolvertolker Dennis Hopper en van de ac trice, die de even krankzinnige moeder speelde, droeg vreemd genoeg niet bij tot de geloofwaardigheid van deze t.v.-produktie, die tot de betere Ameri kaanse confectie bleek te behoren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1965 | | pagina 11