Auschwitz-proces loopt ten einde
Verdediger Laternser toont
duidelijk communistenhaat
Swiebertje en de zijnen
De
twee
Kamé's
circusclowns
Hagenaar wil krokodil vangen
voor twintigduizend gulden
Hoge prijzen op de veilingen'
Waar blijven de tulpen die nu al
jaren boven de markt hangen?
Nederlands
beste
F. Bourquin tevreden
naar Z.-Afrika terug
Mr. H. A. Helb ten
grave gedragen
Verloving voor de
rechtbank verbroken
Vier doden in
het verkeer
Duitse jongens stapten
van de ene gestolen
auto in de andere
DINSDAG 10 AUGUSTUS 1965
6
Laatste woord van
MulkaKaduk, Stark
en dokter Lucas
Jarenlang
Leven te danken
Explosie in Londense
meelfabriek: 4 doden
11
§t
3*
MORGENOCHTEND om negen uur begint de
kaartverkoop voor de voorstelling die
op MAANDAGMIDDAG 16 AUGUSTUS geven in het
Openluchttheater te Bloemendaal
In het
voorprogramma
Tegen afgifte van de bon, die in ons blad van gisteren werd afge
drukt, kunnen onze abonnees kaarten a 75 ct kopen aan onze kantoren
LANGE NIEUWSTRAAT 427 - IJMUIDEN
Bij ieder kaartje GRATIS een Joris Goedbloed speldje
Binnen de perken
meer tulpen
Examens
(Van onze correspondent)
BONN. In het Auschwitz-proces
worden de laatste zittingen vóór de uit
spraken gehouden. De verdedigers
Asehenaier en Laternser hebben als
laatsten hun replieken voorgelezen en
een gedeelte van de beklaagden heeft
van het recht op het laatste woord ge
bruik gemaakt. Als eerste verscheen oud-
kampadjudant Mulka voor zijn rechters.
Ondanks de eindeloze aantekeningen,
die Mulka tijdens de bijna 180 proces-
dagen heeft gemaakt, was zijn slotwoord
kort. Stram in zijn blauwe pak voor het
tafeltje staande, waarachter sinds de
opening van het proces op 20 december
1963 niet minder dan 359 getuigen hun
verklaringen hebben afgelegd, bekende
hij „het bloed van zichzelf en van zijn
ongelukkige familie, met het volle ver
trouwen in een rechtvaardige beslissing
in handen van de rechtbank te leggen",
Van de vorige week voor de laatste
maal voor de rechters verschenen be
klaagden (donderdag komen de laatste
negen, waaronder Bogers en Catesius)
maakte de Auschwitz-beul Kaduk de po
verste indruk. Duidelijk is hij van de
twintig beklaagden de minst intelligente
en het meest uitgesproken een misdadi-
gerstype. Zoals zijn gewoonte is, had hij
eerst verdediger Asehenaier in zijn toga
geholpen, waarbij zijn onrustig heen en
weer flitsende ogen in de richting van de
publieke tribune gingen, om te zien of
het succes ook dit keer weer verzekerd
was.
Maar alleen, staande voor de rechters,
en gezworenen, wist Kaduk met zijn hou
ding geen raad. Met de handen langs de
naad van zijn slonzige broek, boog Kaduk
zich in een hoepel naar de microfoon over
en slaakte enige onverstaanbare doch
luide kreten, waaruit viel op te maken
dat hij wilde vast stellen, nu reeds voor
de tweede maal voor zijn rechters te
staan. (Hij werd al eens in Rusland voor
zijn onderwereldgedrag in Auschwitz be
recht).
Overigens verklaarde Kaduk zich bij de
pleidooien van zijn verdedigers aan te
sluiten en te hopen op een rechtvaardig
oordeel. Bij de wandeling naar zijn plaats
stak Kaduk zijn tong op een angstaanja
gende manier naar buiten.
De jongste van de beklaagden is Stark.
Hij trad op zijn zestiende jaar al toe tot
de S.S. en was op zijn negentiende jaar
in Auschwitz. Stark bekende in zijn laat
ste woord openlijk aan de dood van vele
mensen te hebben meegewerkt. „Ben ik
daarom een misdadiger geworden?,
vroeg deze beklaagde zich af en hij ging
voort: „Jarenlang heb ik op deze vraag
het antwoord gezocht en heb het tot op
heden nog niet gevonden." Stark wees er
op hoe hij als kind in de Hitier-tijd was
opgegroeid en niets anders had geleerd
dan hetgeen hem werd opgedragen ook
uit te voeren. Stark betreurde wat er was
gebeurd en verklaarde zijn lot in handen
van de gezworenen te leggen.
Ook beklaagde Schobert verdedigde
zich met de argumentatie dat zijn hande
len alleen uit een onontkoombare Hitier-
ideologie is te verklaren. Hij was tien
jaar toen Hitier aan de macht kwam, trad
op zijn achttiende tot de Waffen-S.S. toe,
werd viermaal gewond en achtmaal ge
opereerd. Schobert stelde dat hij nie
mand had gedood.
Een even pover figuur als tijdens de
verhoren sloeg de vrouwenarts dr. Lucas.
Nadat hij lange tijd op vrije voeten was
gebleven, werd hij alsnog bij de „zware
gevallen" van Auschwitz opgesloten toen
in tegenspraak tot zijn eigen verkla-
Tevreden over de gesprekken, die hij
tijdens zijn bezoek van twee-en-een-halve
week aan Nederland met enkele Kamer
leden heeft gevoerd over de schenking
van een ton aan het Defence and Aid
Fund, is de promotor van de anti-Neder
landse actie in Zuid-Afrika, de heer F.
Bourquin, gisteren naar zijn land terug
gekeerd. Hij had veel waardering voor
de gelegenheid die hem ondanks de va
kanties van vele regeringsfunctionarissen
was geboden om over de Nederlandse gift
van gedachten te wisselen. Zijn verwach
tingen dat de Nederlandse regering de
steun aan het Defence and Aid Fund zal
intrekken of tenminste van haar „on
vriendelijke karakter" zal ontdoen, zijn
erdoor versterkt, verklaarde hij.
De heer Bjjrguin heeft gesproken met
het hoofd van het Bureau Politieke Zaken,
mr. R. H. graaf van Limburg Stirum,
met het Tweede Kamerlid mr. J. A. Mom-
mersteeg (K.V.P.), met mr. H. K. J.
Beernink, fractievoorzitter van de C.H.U.,
met de heer B. Roolvink, fractie-voorzit
ter van de A.R.P. en met het Tweede
Kamerlid mej. mr. J. J. Th. ten Broecke
Hoekstra (V.V.D.). „Zij hebben mij toe
gezegd dat zij, rekening houdend met de
gevoelens en bezwaren van duizenden Ne
derlanders en oud-Nederlanders tegen de
toekenning van een gift aan het Defence
and Aid Fund door de Nederlandse re
gering, de kwestie met de fracties zullen
doornemen en in de Kamer ter sprake
brengen," zei de heer Bourquin, die uit
drukkelijk verklaarde dat hij niet naar
Nederland was gekomen om over de
apartheidspolitiek te spreken, maar „uit
sluitend om de aandacht te vestigen op
de kwalijke kanten van het Defence and
Aid Fund en het effect van de Neder
landse schenking aan dit fonds in Zuid-
Afrika."
ringen bleek dat hij wel degelijk bij de
aankomst van de jodentransporten de
slachtoffers voor de gaskamer had helpen
selecteren.
De eens zwaarlijvige Lucas uit de tijd
toen hij na de zittingen naar zijn spreek
uren kon terugkeren, bleek nu een brood
magere geestverschijning geworden te zijn,
wie de kleren om het lijf bungelden.
Mompelend zei hij in zijn laatste woord
dat hij had gedaan wat hij kon om zoveel
mogelijk joden het leven te redden.
In zijn oorspronkelijke pleidooi had ver
dediger Laternser de krankzinnige syn
these opgeworpen, dat de selecties bij de
aankomst van de transporten in Ausch
witz in feite een bewuste ontduiking had
den betekend van Hitiers bevel dat alle
joden moesten worden uitgeroeid.
De selecteerders kwam dan ook volgens
Laternser de eer toe, dat de joden,
door hen niet direct de gaskamer in te
sturen, hun leven aan deze „bewuste
weerstreving van Hitiers bevel" te dan
ken hadden. Zelfs de beklaagden lieten
bij het horen van deze onzin duidelijk
merken dat zij het daarmee niet eens wa
ren.
In zijn repliek kwam het betoog van
Laternser er op neer dat de opgetreden
getuigen uit het communistische Europa
geen recht van spreken hadden gehad,
omdat zij door hun regime waren ge
stuurd en geïnstrueerd. In zijn duidelijke
Communistenhaat (tegen Russen, Polen,
Roemenen en Tsjechen) ontnam Latern
ser hun het recht hun vinger tegen de
beklaagden in het Auschwitz-proces op te
heffen...
Tien dagen na het laatste woord van
de laatste beklaagde moet de oordeelvel
ling vallen. Dat is de reden dat het laat
ste optreden van de beklaagden halver
wege onderbroken werd. De rechtbank
zoekt extra tijd om, na afsluiting van de
getuigenverhoren en de pleidooien, tot
een vonnis te kunnen komen.
Voor de derde keer is in een vijver
in Bussum een kind verdronken. De
vader van een 5-jarig jongetje, dat
zaterdag levenloos uit het water
werd gehaald, heeft in het plantsoen
bij de vijver drie houten kruisen en
een bordje „Is dit voldoende?" neer
gezet. Omwonenden legden er bloe
men bij. Zij hebben de gemeente
reeds meermalen gevraagd een hek
om de vijver te plaatsen. De burge
meester heeft medegedeeld dat het
hek reeds twee maanden geleden is
besteld, maar nog niet is afgeleverd.
Een actiecomité overweegt nu zelf
een hek te plaatsen of vrijwilligers
de wacht bij de vijver
te laten houden.
LONDEN (Reuter) Een zware explo
sie in een grote meelfabriek in Londen
heeft zaterdag aan vier mensen het leven
gekost. Er werden 41 mensen gewond. De
omgeving zag er na de explosie uit als
na een bombardement. Van de fabriek
werden een deel van het dak en een zij
muur weggeblazen. De oorzaak is nog on
bekend.
Het stoffelijk overschot van mr. H. A.
Helb, laatstelijk ambassadeur in Zuid
Afrika, is maandagmiddag ter aarde be
steld op de begraafplaats Westduin bij
Loosduinen. De koningin was daarbij ver
tegenwoordigd door haar kamerheer in
buitengewone dienst prof. dr. C. L. Patijn.
De minister van Buitenlandse Zaken ad
interim, mr. Cals, gaf uiting aan zijn er
kentelijkheid en dank voor het vele werk
dat mr. Helb voor Nederland heeft ge
daan.
Hij wist voor moeilijkheden constructie
ve oplossingen te vinden. Steeds trad hij
op met diep inzicht en grote tact. Hij
was meer dan een voortreffelijk ambte
naar. Hij verwierf zich steeds meer vrien
den en hij behield de vrienden die hij
zich eenmaal verworven had, aldus mr.
Cals.
Een zeer groot aantal belangstellenden,
bij wie de vice-president van de Raad van
State, dr. L. J. M. Beel en de ambas
sadeur van Zuid-Afrika, dr. J. J. Fouché
volgden de met bloemen overdekte kist
van de aula naar het graf.
Drs. R. Fruin, schoonzoon van de over
leden ambassadeur, sprak na de teraar
debestelling een dankwoord uit.
Advertentie
tfVWWVWX/VWVWUWWWWWWMWVWUWtAAAA/VWWVWWWWVWVWWI/WWWWVWWMAAAAA/WIAIWWWWWUWWWVl
Mocht onverhoopt de voorstelling door de weersomstandigheden niet kunnen
doorgaan, dan zal een andere datum worden vastgesteld.
Het bericht over het event, niet doorgaan zal maandag 16 augustus na de nieuws
berichten van half één en één uur over de radio worden bekendgemaakt.
De in Den Haag wonende uit Indonesië
afkomstige Ludwig Wilhelm Boum Biet-
terman heeft de Australische regering
aangeboden voor 20.000 gulden een mens-
etende krokodil in het noorden van
Queensland levend te vangen. Hij blijft
daarmee vijftienduizend gulden onder het
voor deze expeditie geraamd bedrag.
De krokodil, waar het om gaat, leeft
in een moeras aan de bovenloop van de
Daintree-rivier. Het beest is tien meter
lang, driehonderd jaar oud en gevaarlijk.
Beroepskrokodillenjagers en geleerden
willen niet dat het dier wordt gedood. Zij
Een 20-jarige Duitse serveerster heeft
voor de Amsterdamse rechtbank haar
verloving met een 23-jarige landgenoot
verbroken tijdens de behandeling van een
inbraak, die het paar in de nacht van
27 op 28 mei had gepleegd in een waren
huis in de Amsterdamse binnenstad. „Ik
ben niet meer met hem verloofd", zei
het meisje op een vraag van de president
en barstte in tranen uit. De barkeeper
was zichtbaar onthutst door deze verkla
ring van het meisje.
Het tweetal pleegde de inbraak na een
bezoek aan een naast het warenhuis ge
legen bioscoop. De jongeman probeerde
de brandkast open te breken. Toen dat
niet lukte stopten zij een aantal tassen
vol met goederen ter waarde van ruim
duizend gulden. Van meenemen kwam
echter niets, want de Duitser viel
door een bovenraam op een binnenplaats,
s Morgens, toen het warenhuis open
ging, werd het paar ontdekt. Voor de
rechtbank beweerde de barkeeper dat hij
naar Nederland was gekomen om zijn
auto op te halen die in Amsterdam in
reparatie was en om barmeisjes en een
orkest te engageren voor een café dat
hij in Münster wilde beginnen. Bij zijn
aanhouding had hij 5 gulden op zak. De
500 Mark, die hij bij zijn komst drie da
gen tevoren had bezeten waren aan
feestjes opgegaan. De officier van Justitie
vond het dan ook duidelijk dat de in
braak niet gepleegd was om barmeisjes
te zoeken, maar om aan geld te komen.
Hij eiste tegen de jongeman een jaar en
tegen het meisje 8 maanden. De recht
bank deed onmiddellijk uitspraak. Eugen
kreeg 8 maanden, Charlotte 5 maanden.
De 21-jarige militair M. J. van Hooff
uit Voorschoten is gisteren, toen hij op
zijn bromfiets van de Wijkerbrug af de
Westvlietweg te Leidschendam opreed on
der de achterwielen van een passerende
vrachtauto geraakt. Hij was op slag dood.
De 54-jarige mevrouw F. C. Kooi-Bak-
ker uit Groningen is in het r.k. ziekenhuis
in haar woonplaats overleden na een ver
keersongeluk. Zij was op de fiets aange
reden door een personenauto.
De tweeëneenhalfjarige Johannes van
de Berg uit Gersloot (Friesland) is bij
het plotseling oversteken van de rijweg
door een auto aangereden. Het jongetje
was op slag dood.
Bij een verkeersongeluk in Rotterdam
is maandagmiddag de 56-jarige mevrouw
C. van Dijk-Viering uit de Maasstad om
het leven gekomen. Toen zij plotseling de
Boezemsingel overstak werd zij aangere
den door een personenauto. Mevrouw Van
Dijk moest met ernstige verwondingen
naar het Bergwegziekenhuis worden over
gebracht waar zij later overleed.
(Van onze medewerker voor Bloembollencultuur)
De laatste weken heeft de veiling West-Friesland meegedeeld, dat de aanvoer
voor de veiling dermate groot was, dat men reeds dinsdagmiddag moest beginnen
met het veilen. In tegenstelling daarmede zijn echter de toch nog onverwacht hoge
prijzen, die deze week in de veilingen voor de tulpen werden gegeven. De vei
lingen, die voor kwekers verkopen, noemen acht cent voor één enkele tulp Edith
Eddy best, de exporteurs spreken van moordenaarsprijzen. De waarheid zal wel
worden bepaald door de instelling of de verkoopprijzen van de exporteur. Feit
is echter wel, dat als men de oogst gaat berekenen op grond van vermoedelijk
verouderde gemiddelden per are, er nu een schrikbarend overschot van tulpen
zou moeten dreigen. De exporteurs hebben die bui vermoedelijk zien overdrijven,
want ze „kopen tegen de klippen op". Het is wel gezellig, dat niemand met
zekerheid durft voorspellen of dat over twee weken nog het geval zal zijn.
Wat is er met de tulpen aan de hand?
Voor 1960 zat er weinig verschil in de
gemiddelde opbrengsten per are, nadien
is nergens meer staat op te maken. Men
vraagt zich af of de kwekers niet meer in
staat zijn om goede tuplen te kweken.
Koude winters en natte plantseizoenen
kent men al enige tijd. Mag men de
schuld op het klimaat schuiven? Het is
wel de gemakkelijkste uitvlucht.
De oorzaak ligt vermoedelijk een eind
dieper. Het Produktschap voor Sierge
wassen stelt elk jaar vast hoe groot de
oppervlakte is, die men per jaar met bij
voorbeeld tulpen mag betelen. Daarvoor
wordt dan vergunning uitgegeven. Tot
1960 was dit produktschap nogal zuinig
met uitbreidingen, maar daarna ging men
fors over tot het forceren van een ruimte
tussen de vastgestelde oppervlakte en de
werkelijk beteelde.
Tenminste, als alles gelopen was, zoals
de berekeningen zijn. Men mag over het
geheel genomen schatten, dat er ieder
jaar voldoende plantgoed zal zijn om vijf
of soms een paar percent meer in gunsti
ge gevallen, meer te gaan telen dan het
voorgaande jaar. Per ras liggen er vrij
grote verschillen, dat moet, anders kun
je nooit op een gemiddelde worden aan
gevallen met voorbeelden.
Er waren toen lieden, die heftig protes
teerden. Volgens hen zouden de kwekers
exporteerbare bollen achterhouden om ze
weer op te planten. De kwekers hebben
de neiging om hun toegestane oppervlak
te, kortweg areaal genoemd, vol te zetten.
Andere vaklieden zagen het anders. Die
waren van mening, dat vele kwekers al
les in de grond zouden stoppen, wat ze
maar konden vinden.
We beginnen langzamerhand te geloven
dat de laatsten gelijk krijgen. De cijfers
van het Produktschap voor Siergewassen
en de prijzen van dit ogenblik duiden
helemaal niet op een grote oogst. Voor
1960 stegen de opbrengsten tot 2900 en
3000 tulpen per are. Niet zo gauw kwa
men er uitbreidingen van tien percent per
jaar of de cijfers begonnen te dalen. Best,
na de zomer van 1959 kwamen heus echt
slechte plantseizoenen. Maar waarom zijn
dan vroeger zo weinig bollen verstikt in
het water?
Een goede kweker is altijd in staat ge
weest de schade binnen de perken te hou
den. Er moest vrij veel werk worden ver
zet om de waterafvoer aan de gang te
houden. Maar met de uitbreidingen is ook
de narigheid gekomen. Veel kwekers
sprongen verder dan hun stok lang was.
Het werk moest worden gedaan, maar het
ging niet meer zo precies als voorheen.
Het areaal moest vol.
Het areaal is volgekomen, maar men
vergat dat het telen van bloembollen heus
niet zo moeilijk is. Het is wel een uiterst
nauwkeurig werk Iedere nalatigheid wordt
zwaar afgestraft. Zo is het gegaan met het
ondergelopen land, dat niet overal water
pas lag. Zo is het gegaan met ziekten,
die de kans kregen om door te woekeren.
De onnauwkeurigheid is ook nog in de
hand gewerkt door machines.
De machines zijn nog steeds wonderdin
gen voor veel mensen. Men gooit er maar
bollen in en het ding loopt vanzelf. De be
strijdingsmiddelen worden sterk over
schat, kortom de oogst moet achteruit
gaan. Temeer, daar men nu in de afge
lopen jaren wel tien percent meer plant
te, maar niet elk jaar tien percent meer
schuurruimte ter beschikking had. Goed
bewaren was er in veel gevallen niet bij
De winter van 1962/'63 heeft veel kwaad
gesticht. Dat was wel een excuus. In het
teeltjaar 1963/'64 kon men er nog last van
hebben en misschien zelfs dit jaar nog.
Na die winter was er werkelijk niet
genoeg plantgoed om de gehele toegesta
ne oppervlakte vol te planten. Maar met
verbazing zagen wij ook het laatste jaar
de enorme prijzen, die kwekers gaven voor
zgn zaadgoed. Dat zijn kleine bolletjes,
die een goede kweker weggooit, omdat
het te lang duurt voordat dit leverbare
bollen zijn. Het is daarbij de vraag of
het zelfs ooit zover zal komen, want
meestal is dit zaadgoed niet het beste van
de nakomelingschap.
Aangezien de oppervlakte met tulpen
verleden jaar bijna 700 hectare groter
was en de oogst zich na 1963 toch nu wel
zou hebben hersteld zou men mogen ver
wachten, dat er voldoende tulpen zouden
zijn dan verleden jaar.
Bond van Bloembollenhandelaren, de
heer F. J. .v.d Kolk als zijn mening heeft
uitgesproken, dat er ondanks de lage prij
zen, die veel exporteurs in het buitenland
vroegen, niet zo veel meer verkocht zal
zijn dan verlede njaar.
Maar acht centen voor een Eddy of een
Lustige Witwe, dat is veel geld. Waar
blijven dan al die bollen, die we nu al
enkele jaren verwachten of zoals dat zeer
plastisch wordt uitgedrukt „boven de
markt hangen?" Men was er zo van over
tuigd, dat er dit jaar veel over zouden
schieten, dat veel exporteurs op lage in
koopprijzen hebben gespeculeerd en dien
overeenkomstig hebben verkocht. Ze moe
ten nu weer een gedeelte van hun inkoop
(en sommige zijn er, die nog alles moe
ten kopen) zien te krijgen tegen prijzen
die gelijk of zelfs hoger liggen dan de
verkoopprijzen.
Hoe slecht men in handelsrekenen ook
is, men kan toch nog wel zien dan zulke
sommetjes een negatieve uitkomst geven.
We houden echter moed, want misschien
zakt de boel volgende week wel, wanneer
de bui losbarst. Het is overigens wel eens
meer zwaarbewolkt in de bollenstreek,
zonder dat er een druppel valt. „Met no
vember, als alles achter de rug is, weten
we wat we hadden moeten doen"; is een
gevleugeld gezegde.
wensen deze biologosche zeldzaamheid le
vend in handen tekrijgen en denken er
nu over een expeditie uit te rusten. „Dat
is helemaal niet nodig", zegt de heer
Bletterman laconiek. „Geef mij tien in
boorlingen en ik breng dat beestje gega
randeerd thuis".
De heer Bletterman, die stamt uit een
familie van jagers op west-Java, zegt:
„Toen ik negen jaar was, 'ging ik voor
het eerst op de tijgerjacht. Mijn vader
stemde daar in toe, omdat ik er zo'n lan
ge tijd over liep te zeuren".
De heer Bletterman is nu 37 jaar. In
1962 kwam hij naar Nederland. Hij had
er toen net vijf jaar in Nieuw-Guinea op
zitten, waar hij had gejaagd op kroko
dillen, vogels, zwijnen, slangen en vissen.
Hij kan niet bij benadering zeggen hoe
veel krokodillen hij heeft gevangen en ge
dood.
In zijn portefeuille zit een echte kroko-
dillenjachtvergunning, geldig tot 1962. Bij
de persoonsbeschrijving staat iets over
een lidteken op zijn arm. „Dat heb ik
niet tijdens de jacht opgelopen. Eigenlijk
ben ik nog nooit in gevaar geweest tij
dens de jacht zelf. De spannendste mo
menten beleefde ik altijd op mijn toch
ten per boot naar het jachtgebied toe.
Meer dan eens heb ik bij stroom en
wind gedacht: „Dit is het einde".
De Duitse politie heeft tot dusverre
vergeefs gezocht naar twee Duitse jon
gens, die bij een rooftocht door Nederland
gebruik maakten van gestolen auto's. Bij
de grenspost Glanerbrug raasden de kna
pen met een snelheid van 100 kilometer
langs douane en marechaussee. Zij wer
den terstond door de Duitse politie ach
tervolgd. Na een wilde race vond de po
litie tenslotte alleen de auto die uit een
bocht gevlogen en vijftig meter ver een
maisveld ingeschoten was. De beide kna
pen waren echter spoorloos.
De jongens, die enkele dagen geleden
bij Glanerbrug ons land binnenkwamen,
stalen in Enschede een auto, die in Mar-
kelo met een lege benzinetank werd ach
tergelaten. Na bij een slagerij ingebroken
te hebben namen de knapen worsten en
andere vleeswaren mee in een auto van
een caéfhouder. Zij reden naar Harder
wijk en deden daar een keuze uit de
auto's van vakantiegangers. Maar in
Nunspeet reden ze tegen een boom. Een
andere wagen was spoedig gevonden,
waarmee de jongens naar Lochem gin
gen. Daar werd de auto voor een ander»
verwisseld en met deze wagen reed het
tweetal in razende vaart via Glanerbrug,
waar toevallig de afsluitboom aan d«
grens omhoog stond, Duitsland in. In Gro-
nau werd weer van auto verwisseld, maar
inmiddels zat de Duitse politie achter
het tweetal aan. De autodieven probeer
den toen via allerlei zijwegen te ontko
men, maar daardoor zakte hun tempo
aanzienlijk. Bij het Duitse dorpje Metelen
schoten zij een maisveld in. Sindsdien zijn
zij spoorloos. In de auto vond de politie
tal van goederen die in Nederland ge
stolen bleken te zijn.
Den Haag. Geslaagd voor het examen
Duits M.O. A: H F. van Dijk, Aalsmeer,
L. G. V. Veen, Amsterdam, H. Veenstra,
Hoofddorp, mevrouw P. van Amerongen,
Haarlem; geslaagd voor de huisakte
Duits M.O.: G. F. Pebesma, De Zilk, A. J.
van Leeuwen, Haarlemmermeer.