Auschwitz-proces loopt ten einde Verdediger Laternser toont duidelijk communistenhaat Swiebertje en de zijnen De twee Kamé's circusclowns Hagenaar wil krokodil vangen voor twintigduizend gulden Hoge prijzen op de veilingen' Waar blijven de tulpen die nu al jaren boven de markt hangen? Nederlands beste F. Bourquin tevreden naar Z.-Afrika terug Mr. H. A. Helb ten grave gedragen Verloving voor de rechtbank verbroken Vier doden in het verkeer Duitse jongens stapten van de ene gestolen auto in de andere DINSDAG 10 AUGUSTUS 1965 6 Laatste woord van MulkaKaduk, Stark en dokter Lucas Jarenlang Leven te danken Explosie in Londense meelfabriek: 4 doden 11 §t 3* MORGENOCHTEND om negen uur begint de kaartverkoop voor de voorstelling die op MAANDAGMIDDAG 16 AUGUSTUS geven in het Openluchttheater te Bloemendaal In het voorprogramma Tegen afgifte van de bon, die in ons blad van gisteren werd afge drukt, kunnen onze abonnees kaarten a 75 ct kopen aan onze kantoren LANGE NIEUWSTRAAT 427 - IJMUIDEN Bij ieder kaartje GRATIS een Joris Goedbloed speldje Binnen de perken meer tulpen Examens (Van onze correspondent) BONN. In het Auschwitz-proces worden de laatste zittingen vóór de uit spraken gehouden. De verdedigers Asehenaier en Laternser hebben als laatsten hun replieken voorgelezen en een gedeelte van de beklaagden heeft van het recht op het laatste woord ge bruik gemaakt. Als eerste verscheen oud- kampadjudant Mulka voor zijn rechters. Ondanks de eindeloze aantekeningen, die Mulka tijdens de bijna 180 proces- dagen heeft gemaakt, was zijn slotwoord kort. Stram in zijn blauwe pak voor het tafeltje staande, waarachter sinds de opening van het proces op 20 december 1963 niet minder dan 359 getuigen hun verklaringen hebben afgelegd, bekende hij „het bloed van zichzelf en van zijn ongelukkige familie, met het volle ver trouwen in een rechtvaardige beslissing in handen van de rechtbank te leggen", Van de vorige week voor de laatste maal voor de rechters verschenen be klaagden (donderdag komen de laatste negen, waaronder Bogers en Catesius) maakte de Auschwitz-beul Kaduk de po verste indruk. Duidelijk is hij van de twintig beklaagden de minst intelligente en het meest uitgesproken een misdadi- gerstype. Zoals zijn gewoonte is, had hij eerst verdediger Asehenaier in zijn toga geholpen, waarbij zijn onrustig heen en weer flitsende ogen in de richting van de publieke tribune gingen, om te zien of het succes ook dit keer weer verzekerd was. Maar alleen, staande voor de rechters, en gezworenen, wist Kaduk met zijn hou ding geen raad. Met de handen langs de naad van zijn slonzige broek, boog Kaduk zich in een hoepel naar de microfoon over en slaakte enige onverstaanbare doch luide kreten, waaruit viel op te maken dat hij wilde vast stellen, nu reeds voor de tweede maal voor zijn rechters te staan. (Hij werd al eens in Rusland voor zijn onderwereldgedrag in Auschwitz be recht). Overigens verklaarde Kaduk zich bij de pleidooien van zijn verdedigers aan te sluiten en te hopen op een rechtvaardig oordeel. Bij de wandeling naar zijn plaats stak Kaduk zijn tong op een angstaanja gende manier naar buiten. De jongste van de beklaagden is Stark. Hij trad op zijn zestiende jaar al toe tot de S.S. en was op zijn negentiende jaar in Auschwitz. Stark bekende in zijn laat ste woord openlijk aan de dood van vele mensen te hebben meegewerkt. „Ben ik daarom een misdadiger geworden?, vroeg deze beklaagde zich af en hij ging voort: „Jarenlang heb ik op deze vraag het antwoord gezocht en heb het tot op heden nog niet gevonden." Stark wees er op hoe hij als kind in de Hitier-tijd was opgegroeid en niets anders had geleerd dan hetgeen hem werd opgedragen ook uit te voeren. Stark betreurde wat er was gebeurd en verklaarde zijn lot in handen van de gezworenen te leggen. Ook beklaagde Schobert verdedigde zich met de argumentatie dat zijn hande len alleen uit een onontkoombare Hitier- ideologie is te verklaren. Hij was tien jaar toen Hitier aan de macht kwam, trad op zijn achttiende tot de Waffen-S.S. toe, werd viermaal gewond en achtmaal ge opereerd. Schobert stelde dat hij nie mand had gedood. Een even pover figuur als tijdens de verhoren sloeg de vrouwenarts dr. Lucas. Nadat hij lange tijd op vrije voeten was gebleven, werd hij alsnog bij de „zware gevallen" van Auschwitz opgesloten toen in tegenspraak tot zijn eigen verkla- Tevreden over de gesprekken, die hij tijdens zijn bezoek van twee-en-een-halve week aan Nederland met enkele Kamer leden heeft gevoerd over de schenking van een ton aan het Defence and Aid Fund, is de promotor van de anti-Neder landse actie in Zuid-Afrika, de heer F. Bourquin, gisteren naar zijn land terug gekeerd. Hij had veel waardering voor de gelegenheid die hem ondanks de va kanties van vele regeringsfunctionarissen was geboden om over de Nederlandse gift van gedachten te wisselen. Zijn verwach tingen dat de Nederlandse regering de steun aan het Defence and Aid Fund zal intrekken of tenminste van haar „on vriendelijke karakter" zal ontdoen, zijn erdoor versterkt, verklaarde hij. De heer Bjjrguin heeft gesproken met het hoofd van het Bureau Politieke Zaken, mr. R. H. graaf van Limburg Stirum, met het Tweede Kamerlid mr. J. A. Mom- mersteeg (K.V.P.), met mr. H. K. J. Beernink, fractievoorzitter van de C.H.U., met de heer B. Roolvink, fractie-voorzit ter van de A.R.P. en met het Tweede Kamerlid mej. mr. J. J. Th. ten Broecke Hoekstra (V.V.D.). „Zij hebben mij toe gezegd dat zij, rekening houdend met de gevoelens en bezwaren van duizenden Ne derlanders en oud-Nederlanders tegen de toekenning van een gift aan het Defence and Aid Fund door de Nederlandse re gering, de kwestie met de fracties zullen doornemen en in de Kamer ter sprake brengen," zei de heer Bourquin, die uit drukkelijk verklaarde dat hij niet naar Nederland was gekomen om over de apartheidspolitiek te spreken, maar „uit sluitend om de aandacht te vestigen op de kwalijke kanten van het Defence and Aid Fund en het effect van de Neder landse schenking aan dit fonds in Zuid- Afrika." ringen bleek dat hij wel degelijk bij de aankomst van de jodentransporten de slachtoffers voor de gaskamer had helpen selecteren. De eens zwaarlijvige Lucas uit de tijd toen hij na de zittingen naar zijn spreek uren kon terugkeren, bleek nu een brood magere geestverschijning geworden te zijn, wie de kleren om het lijf bungelden. Mompelend zei hij in zijn laatste woord dat hij had gedaan wat hij kon om zoveel mogelijk joden het leven te redden. In zijn oorspronkelijke pleidooi had ver dediger Laternser de krankzinnige syn these opgeworpen, dat de selecties bij de aankomst van de transporten in Ausch witz in feite een bewuste ontduiking had den betekend van Hitiers bevel dat alle joden moesten worden uitgeroeid. De selecteerders kwam dan ook volgens Laternser de eer toe, dat de joden, door hen niet direct de gaskamer in te sturen, hun leven aan deze „bewuste weerstreving van Hitiers bevel" te dan ken hadden. Zelfs de beklaagden lieten bij het horen van deze onzin duidelijk merken dat zij het daarmee niet eens wa ren. In zijn repliek kwam het betoog van Laternser er op neer dat de opgetreden getuigen uit het communistische Europa geen recht van spreken hadden gehad, omdat zij door hun regime waren ge stuurd en geïnstrueerd. In zijn duidelijke Communistenhaat (tegen Russen, Polen, Roemenen en Tsjechen) ontnam Latern ser hun het recht hun vinger tegen de beklaagden in het Auschwitz-proces op te heffen... Tien dagen na het laatste woord van de laatste beklaagde moet de oordeelvel ling vallen. Dat is de reden dat het laat ste optreden van de beklaagden halver wege onderbroken werd. De rechtbank zoekt extra tijd om, na afsluiting van de getuigenverhoren en de pleidooien, tot een vonnis te kunnen komen. Voor de derde keer is in een vijver in Bussum een kind verdronken. De vader van een 5-jarig jongetje, dat zaterdag levenloos uit het water werd gehaald, heeft in het plantsoen bij de vijver drie houten kruisen en een bordje „Is dit voldoende?" neer gezet. Omwonenden legden er bloe men bij. Zij hebben de gemeente reeds meermalen gevraagd een hek om de vijver te plaatsen. De burge meester heeft medegedeeld dat het hek reeds twee maanden geleden is besteld, maar nog niet is afgeleverd. Een actiecomité overweegt nu zelf een hek te plaatsen of vrijwilligers de wacht bij de vijver te laten houden. LONDEN (Reuter) Een zware explo sie in een grote meelfabriek in Londen heeft zaterdag aan vier mensen het leven gekost. Er werden 41 mensen gewond. De omgeving zag er na de explosie uit als na een bombardement. Van de fabriek werden een deel van het dak en een zij muur weggeblazen. De oorzaak is nog on bekend. Het stoffelijk overschot van mr. H. A. Helb, laatstelijk ambassadeur in Zuid Afrika, is maandagmiddag ter aarde be steld op de begraafplaats Westduin bij Loosduinen. De koningin was daarbij ver tegenwoordigd door haar kamerheer in buitengewone dienst prof. dr. C. L. Patijn. De minister van Buitenlandse Zaken ad interim, mr. Cals, gaf uiting aan zijn er kentelijkheid en dank voor het vele werk dat mr. Helb voor Nederland heeft ge daan. Hij wist voor moeilijkheden constructie ve oplossingen te vinden. Steeds trad hij op met diep inzicht en grote tact. Hij was meer dan een voortreffelijk ambte naar. Hij verwierf zich steeds meer vrien den en hij behield de vrienden die hij zich eenmaal verworven had, aldus mr. Cals. Een zeer groot aantal belangstellenden, bij wie de vice-president van de Raad van State, dr. L. J. M. Beel en de ambas sadeur van Zuid-Afrika, dr. J. J. Fouché volgden de met bloemen overdekte kist van de aula naar het graf. Drs. R. Fruin, schoonzoon van de over leden ambassadeur, sprak na de teraar debestelling een dankwoord uit. Advertentie tfVWWVWX/VWVWUWWWWWWMWVWUWtAAAA/VWWVWWWWVWVWWI/WWWWVWWMAAAAA/WIAIWWWWWUWWWVl Mocht onverhoopt de voorstelling door de weersomstandigheden niet kunnen doorgaan, dan zal een andere datum worden vastgesteld. Het bericht over het event, niet doorgaan zal maandag 16 augustus na de nieuws berichten van half één en één uur over de radio worden bekendgemaakt. De in Den Haag wonende uit Indonesië afkomstige Ludwig Wilhelm Boum Biet- terman heeft de Australische regering aangeboden voor 20.000 gulden een mens- etende krokodil in het noorden van Queensland levend te vangen. Hij blijft daarmee vijftienduizend gulden onder het voor deze expeditie geraamd bedrag. De krokodil, waar het om gaat, leeft in een moeras aan de bovenloop van de Daintree-rivier. Het beest is tien meter lang, driehonderd jaar oud en gevaarlijk. Beroepskrokodillenjagers en geleerden willen niet dat het dier wordt gedood. Zij Een 20-jarige Duitse serveerster heeft voor de Amsterdamse rechtbank haar verloving met een 23-jarige landgenoot verbroken tijdens de behandeling van een inbraak, die het paar in de nacht van 27 op 28 mei had gepleegd in een waren huis in de Amsterdamse binnenstad. „Ik ben niet meer met hem verloofd", zei het meisje op een vraag van de president en barstte in tranen uit. De barkeeper was zichtbaar onthutst door deze verkla ring van het meisje. Het tweetal pleegde de inbraak na een bezoek aan een naast het warenhuis ge legen bioscoop. De jongeman probeerde de brandkast open te breken. Toen dat niet lukte stopten zij een aantal tassen vol met goederen ter waarde van ruim duizend gulden. Van meenemen kwam echter niets, want de Duitser viel door een bovenraam op een binnenplaats, s Morgens, toen het warenhuis open ging, werd het paar ontdekt. Voor de rechtbank beweerde de barkeeper dat hij naar Nederland was gekomen om zijn auto op te halen die in Amsterdam in reparatie was en om barmeisjes en een orkest te engageren voor een café dat hij in Münster wilde beginnen. Bij zijn aanhouding had hij 5 gulden op zak. De 500 Mark, die hij bij zijn komst drie da gen tevoren had bezeten waren aan feestjes opgegaan. De officier van Justitie vond het dan ook duidelijk dat de in braak niet gepleegd was om barmeisjes te zoeken, maar om aan geld te komen. Hij eiste tegen de jongeman een jaar en tegen het meisje 8 maanden. De recht bank deed onmiddellijk uitspraak. Eugen kreeg 8 maanden, Charlotte 5 maanden. De 21-jarige militair M. J. van Hooff uit Voorschoten is gisteren, toen hij op zijn bromfiets van de Wijkerbrug af de Westvlietweg te Leidschendam opreed on der de achterwielen van een passerende vrachtauto geraakt. Hij was op slag dood. De 54-jarige mevrouw F. C. Kooi-Bak- ker uit Groningen is in het r.k. ziekenhuis in haar woonplaats overleden na een ver keersongeluk. Zij was op de fiets aange reden door een personenauto. De tweeëneenhalfjarige Johannes van de Berg uit Gersloot (Friesland) is bij het plotseling oversteken van de rijweg door een auto aangereden. Het jongetje was op slag dood. Bij een verkeersongeluk in Rotterdam is maandagmiddag de 56-jarige mevrouw C. van Dijk-Viering uit de Maasstad om het leven gekomen. Toen zij plotseling de Boezemsingel overstak werd zij aangere den door een personenauto. Mevrouw Van Dijk moest met ernstige verwondingen naar het Bergwegziekenhuis worden over gebracht waar zij later overleed. (Van onze medewerker voor Bloembollencultuur) De laatste weken heeft de veiling West-Friesland meegedeeld, dat de aanvoer voor de veiling dermate groot was, dat men reeds dinsdagmiddag moest beginnen met het veilen. In tegenstelling daarmede zijn echter de toch nog onverwacht hoge prijzen, die deze week in de veilingen voor de tulpen werden gegeven. De vei lingen, die voor kwekers verkopen, noemen acht cent voor één enkele tulp Edith Eddy best, de exporteurs spreken van moordenaarsprijzen. De waarheid zal wel worden bepaald door de instelling of de verkoopprijzen van de exporteur. Feit is echter wel, dat als men de oogst gaat berekenen op grond van vermoedelijk verouderde gemiddelden per are, er nu een schrikbarend overschot van tulpen zou moeten dreigen. De exporteurs hebben die bui vermoedelijk zien overdrijven, want ze „kopen tegen de klippen op". Het is wel gezellig, dat niemand met zekerheid durft voorspellen of dat over twee weken nog het geval zal zijn. Wat is er met de tulpen aan de hand? Voor 1960 zat er weinig verschil in de gemiddelde opbrengsten per are, nadien is nergens meer staat op te maken. Men vraagt zich af of de kwekers niet meer in staat zijn om goede tuplen te kweken. Koude winters en natte plantseizoenen kent men al enige tijd. Mag men de schuld op het klimaat schuiven? Het is wel de gemakkelijkste uitvlucht. De oorzaak ligt vermoedelijk een eind dieper. Het Produktschap voor Sierge wassen stelt elk jaar vast hoe groot de oppervlakte is, die men per jaar met bij voorbeeld tulpen mag betelen. Daarvoor wordt dan vergunning uitgegeven. Tot 1960 was dit produktschap nogal zuinig met uitbreidingen, maar daarna ging men fors over tot het forceren van een ruimte tussen de vastgestelde oppervlakte en de werkelijk beteelde. Tenminste, als alles gelopen was, zoals de berekeningen zijn. Men mag over het geheel genomen schatten, dat er ieder jaar voldoende plantgoed zal zijn om vijf of soms een paar percent meer in gunsti ge gevallen, meer te gaan telen dan het voorgaande jaar. Per ras liggen er vrij grote verschillen, dat moet, anders kun je nooit op een gemiddelde worden aan gevallen met voorbeelden. Er waren toen lieden, die heftig protes teerden. Volgens hen zouden de kwekers exporteerbare bollen achterhouden om ze weer op te planten. De kwekers hebben de neiging om hun toegestane oppervlak te, kortweg areaal genoemd, vol te zetten. Andere vaklieden zagen het anders. Die waren van mening, dat vele kwekers al les in de grond zouden stoppen, wat ze maar konden vinden. We beginnen langzamerhand te geloven dat de laatsten gelijk krijgen. De cijfers van het Produktschap voor Siergewassen en de prijzen van dit ogenblik duiden helemaal niet op een grote oogst. Voor 1960 stegen de opbrengsten tot 2900 en 3000 tulpen per are. Niet zo gauw kwa men er uitbreidingen van tien percent per jaar of de cijfers begonnen te dalen. Best, na de zomer van 1959 kwamen heus echt slechte plantseizoenen. Maar waarom zijn dan vroeger zo weinig bollen verstikt in het water? Een goede kweker is altijd in staat ge weest de schade binnen de perken te hou den. Er moest vrij veel werk worden ver zet om de waterafvoer aan de gang te houden. Maar met de uitbreidingen is ook de narigheid gekomen. Veel kwekers sprongen verder dan hun stok lang was. Het werk moest worden gedaan, maar het ging niet meer zo precies als voorheen. Het areaal moest vol. Het areaal is volgekomen, maar men vergat dat het telen van bloembollen heus niet zo moeilijk is. Het is wel een uiterst nauwkeurig werk Iedere nalatigheid wordt zwaar afgestraft. Zo is het gegaan met het ondergelopen land, dat niet overal water pas lag. Zo is het gegaan met ziekten, die de kans kregen om door te woekeren. De onnauwkeurigheid is ook nog in de hand gewerkt door machines. De machines zijn nog steeds wonderdin gen voor veel mensen. Men gooit er maar bollen in en het ding loopt vanzelf. De be strijdingsmiddelen worden sterk over schat, kortom de oogst moet achteruit gaan. Temeer, daar men nu in de afge lopen jaren wel tien percent meer plant te, maar niet elk jaar tien percent meer schuurruimte ter beschikking had. Goed bewaren was er in veel gevallen niet bij De winter van 1962/'63 heeft veel kwaad gesticht. Dat was wel een excuus. In het teeltjaar 1963/'64 kon men er nog last van hebben en misschien zelfs dit jaar nog. Na die winter was er werkelijk niet genoeg plantgoed om de gehele toegesta ne oppervlakte vol te planten. Maar met verbazing zagen wij ook het laatste jaar de enorme prijzen, die kwekers gaven voor zgn zaadgoed. Dat zijn kleine bolletjes, die een goede kweker weggooit, omdat het te lang duurt voordat dit leverbare bollen zijn. Het is daarbij de vraag of het zelfs ooit zover zal komen, want meestal is dit zaadgoed niet het beste van de nakomelingschap. Aangezien de oppervlakte met tulpen verleden jaar bijna 700 hectare groter was en de oogst zich na 1963 toch nu wel zou hebben hersteld zou men mogen ver wachten, dat er voldoende tulpen zouden zijn dan verleden jaar. Bond van Bloembollenhandelaren, de heer F. J. .v.d Kolk als zijn mening heeft uitgesproken, dat er ondanks de lage prij zen, die veel exporteurs in het buitenland vroegen, niet zo veel meer verkocht zal zijn dan verlede njaar. Maar acht centen voor een Eddy of een Lustige Witwe, dat is veel geld. Waar blijven dan al die bollen, die we nu al enkele jaren verwachten of zoals dat zeer plastisch wordt uitgedrukt „boven de markt hangen?" Men was er zo van over tuigd, dat er dit jaar veel over zouden schieten, dat veel exporteurs op lage in koopprijzen hebben gespeculeerd en dien overeenkomstig hebben verkocht. Ze moe ten nu weer een gedeelte van hun inkoop (en sommige zijn er, die nog alles moe ten kopen) zien te krijgen tegen prijzen die gelijk of zelfs hoger liggen dan de verkoopprijzen. Hoe slecht men in handelsrekenen ook is, men kan toch nog wel zien dan zulke sommetjes een negatieve uitkomst geven. We houden echter moed, want misschien zakt de boel volgende week wel, wanneer de bui losbarst. Het is overigens wel eens meer zwaarbewolkt in de bollenstreek, zonder dat er een druppel valt. „Met no vember, als alles achter de rug is, weten we wat we hadden moeten doen"; is een gevleugeld gezegde. wensen deze biologosche zeldzaamheid le vend in handen tekrijgen en denken er nu over een expeditie uit te rusten. „Dat is helemaal niet nodig", zegt de heer Bletterman laconiek. „Geef mij tien in boorlingen en ik breng dat beestje gega randeerd thuis". De heer Bletterman, die stamt uit een familie van jagers op west-Java, zegt: „Toen ik negen jaar was, 'ging ik voor het eerst op de tijgerjacht. Mijn vader stemde daar in toe, omdat ik er zo'n lan ge tijd over liep te zeuren". De heer Bletterman is nu 37 jaar. In 1962 kwam hij naar Nederland. Hij had er toen net vijf jaar in Nieuw-Guinea op zitten, waar hij had gejaagd op kroko dillen, vogels, zwijnen, slangen en vissen. Hij kan niet bij benadering zeggen hoe veel krokodillen hij heeft gevangen en ge dood. In zijn portefeuille zit een echte kroko- dillenjachtvergunning, geldig tot 1962. Bij de persoonsbeschrijving staat iets over een lidteken op zijn arm. „Dat heb ik niet tijdens de jacht opgelopen. Eigenlijk ben ik nog nooit in gevaar geweest tij dens de jacht zelf. De spannendste mo menten beleefde ik altijd op mijn toch ten per boot naar het jachtgebied toe. Meer dan eens heb ik bij stroom en wind gedacht: „Dit is het einde". De Duitse politie heeft tot dusverre vergeefs gezocht naar twee Duitse jon gens, die bij een rooftocht door Nederland gebruik maakten van gestolen auto's. Bij de grenspost Glanerbrug raasden de kna pen met een snelheid van 100 kilometer langs douane en marechaussee. Zij wer den terstond door de Duitse politie ach tervolgd. Na een wilde race vond de po litie tenslotte alleen de auto die uit een bocht gevlogen en vijftig meter ver een maisveld ingeschoten was. De beide kna pen waren echter spoorloos. De jongens, die enkele dagen geleden bij Glanerbrug ons land binnenkwamen, stalen in Enschede een auto, die in Mar- kelo met een lege benzinetank werd ach tergelaten. Na bij een slagerij ingebroken te hebben namen de knapen worsten en andere vleeswaren mee in een auto van een caéfhouder. Zij reden naar Harder wijk en deden daar een keuze uit de auto's van vakantiegangers. Maar in Nunspeet reden ze tegen een boom. Een andere wagen was spoedig gevonden, waarmee de jongens naar Lochem gin gen. Daar werd de auto voor een ander» verwisseld en met deze wagen reed het tweetal in razende vaart via Glanerbrug, waar toevallig de afsluitboom aan d« grens omhoog stond, Duitsland in. In Gro- nau werd weer van auto verwisseld, maar inmiddels zat de Duitse politie achter het tweetal aan. De autodieven probeer den toen via allerlei zijwegen te ontko men, maar daardoor zakte hun tempo aanzienlijk. Bij het Duitse dorpje Metelen schoten zij een maisveld in. Sindsdien zijn zij spoorloos. In de auto vond de politie tal van goederen die in Nederland ge stolen bleken te zijn. Den Haag. Geslaagd voor het examen Duits M.O. A: H F. van Dijk, Aalsmeer, L. G. V. Veen, Amsterdam, H. Veenstra, Hoofddorp, mevrouw P. van Amerongen, Haarlem; geslaagd voor de huisakte Duits M.O.: G. F. Pebesma, De Zilk, A. J. van Leeuwen, Haarlemmermeer.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1965 | | pagina 6