s toegevoegd aan alle edities va
gbtad Oprechte Haarlemsche Cc
Haarle
en IJmtiider Courant
,4
ER IS de laatste tijd nog al wat te
doen geweest over een vrij griezelig
verschijnsel: onze kinderen kunnen
niet meer spelen. Wie er na het lezen
van dit bericht op is gaan letten zal
het inderdaad ook opvallen hoe slecht
en hoe weinig het moderne kind
speelt en hoe ontstellend vaak het
zich verveelt. Talloze spelletjes die
om bijna occulte redenen bij een be
paalde tijd hoorden zijn van het to
neel verdwenen. Knikkeren, tollen,
haasje over springen, krijgertje, ver
stoppertje, ja zelfs touwtje springen
zijn dingen die hoe langer hoe minder
te zien zijn. Waar de oorzaak ligt is
nog niet duidelijk. Maar ik heb toch
wel heel sterk het gevoel dat onze
welvaart, die ook de kinderen niet
voorbij gaat, er voor een groot deel
schuld aan is, om van de teevee maar
niet te spreken. De buitensporig
dure cadeaus, de overdadig-luxueuze
autopeds, autootjes, fietsen en als de
Kinderpsychologen hebben ontdekt, dat onze prille jeugd weinig behoefte meer
heeft aan spelen. Een alarmerende bevinding, want juist in de spelfase bereidt
het kind zich voor op de praktijk des levens die het straks als volwassene wacht.
Dat blijkt b.v. zonneklaar bij de z.g. primitieve volken, wier kinderen het spe
len nog niet verleerd zijn, en die deswege onze jongens en meisjes, maar ook
hun ouders, ten voorbeeld kunnen zijn. In dit artikel vertelt onze medewerk
ster mevrouw B. Tadema Sporry, puttend uit haar reisherinneringen, iets over
de heilzame en nuttige speelgewoonten in onderontwikkelde landen.
§1%
ze
Bob Tadema Sporry
i'.'M v- - - V t,
KINDEREN DIE WEL
SPELEN
KUNNEN
i jVunM'
De meisjes maken hele keukentjes
van natte leem die ze in de zon laten
drogen. Het model kijken ze van hun
moeders af en als zodanig is het een
pracht van een oefening voor hun late
re eigen huishouding. Op die manier
wassen ze ook kleine lapjes bij de was
plaatsen. Of ze wannen rijst (zand) in
eigengemaakte mandjes van gras, of
stampen rijst in een miniatuurvijzel
die een goedmoedige vader uit hout
voor hen sneed. Naast deze nogal nut
tige spelltjes doen ze echter ook woes
te renspelen als krijgertje en natuur
lijk verstoppen ze zich ook. Ballen ma
ken jongens en jneisjes van proppen
papier met een oude lap er om en al
stuitert hij niet, het doet aan de wilde
pret niets af.
Bij bepaalde stammen in Centraal
West Afrika hebben de kinderen vaak
een dier, dat hen dag en nacht verge
zelt: een jonge hond, een varkentje,
een aapje of iets dergelijks. Ze zijn
er zachtaardiger voor dan men zou
verwachten en het is een merkwaardig
feit, dat de honden daar heel zelden
bijten of zelfs maar kwaadaardig zijn.
Dat oerwoud-jongetjes al van heel
ste traptauto? Hoeveel moeders geven
de voorkeur aan voorlezen uit Winnie
de Poe, De Wind in de Wilgen, Niels
Holgerson en andere verrukkelijke en
nimmer verouderende
jeugdboeken boven het kwartje voor
het stripverhaal? Zonder er bij na te
denken wordt het kind alle fantasie
ontnomen door het in de watten van
de welvaart te leggen. Want hoeveel
jongetjes kennen nog de regels van de
Geen betere speelplaats dan een goot
tijd er voor gekomen is brommers en
scooters; de veel te perfecte speel
goedjes; de poppen met stemmen,
plassen en echte haren die niets meer
aan de fantasie overlaten, dat alles
móet er schuld aan zijn.
Hoeveel ouders denken er nog aan
dat een grote kartonnen doos veel
meer speelkansen biedt dan de mooi-
diverse knikkerspelen? Terwijl
precies weten via de film hoe je moet
doodvallen bij een buikschot of met
kromme benen moet lopen als die on
mogelijke comboy-helden die nog
nooit op koeien gejaagd hebben.
WIE KINDEREN in primitieve lan
den heeft zien spelen weet wat onze
verwende spruitjes missen. De kansen
om helemaal zelf iets te verzinnen of
te maken; om er de materialen voor
te zoeken of zelfs hier en daar te pik
ken en dan de intense voldoening te
smaken, dagen lang bezig te zijn zon
der dat ook maar één volwassene er
zich mee bemoeit. Die kinderen hebben
geen tijd om zich te vervelen. En als
men het bij ons nodig oordeelt om de
ouders te gaan opleiden en voorlichten
over hoe en waarmee een kind spelen
moet, dan kan ik u vertellen dat dit
eigenlijk waanzin is, want de ouders
van die spelende primitieve kinderen
hebben er nog nooit bij stilgestaan
waarmee hun spruiten bezig zijn. En
waarom zouden ze ook? Een kind
speelt en heeft dat immers altijd ge
daan.
WAARMEE spelen jullie primitieve
kinderen? Met alles en met niets. Zoals
de kleine jongens uit een oase die de
tuinen afschuimen naar een afgevallen
palmblad, dat nog niet door de eige
naar is weggehaald om er een hek van
te maken of om het stuivende zand te
gen te houden of om er dakbedekking
van te maken. Alleen al dat vinden van
zo'n blad is een taak op zichzelf. Heb
ben de kinderen er echter één dan zal
geen volwassene er over denken het af
te pakken, en ook dat is heel natuur
lijk. Zo'n palmblad van meters lang
met een heel grote bladschede bezorgt
de jeugd wekenlang plezier eer het tot
op de draad versleten is. Van de slier
ten maken ze sandalen en manden en
van de nerven maken ze pijlen en bo
gen als die stijf genoeg zijn, of vallen
om er vogels en andere kleine dieren
in te vangen. Fronst u over dit laatste
nu niet uw wenkbrauwen, want die
gevangen dieren gaan in de kookpot die
zelden overvloedig gevuld is.
HET GROOTSTE plezier beleven ze
uiteindelijk aan de bladschede, want
die doet eindeloos dienst als slee die
door de vriendjes over het zand wordt
gesleept, ieder eerlijk op zijn beurt,
's Avonds wordt hij netjes opgeborgen
en de volgende dag gaat het spel van
voren af aan beginnen. De kleintjes
krijgen ook hun beurt, maar dappere
grote jongens gaan met het blad een
zandduin op en glijden er eindeloos
mee omlaag.
De moderne tijd kwam met het mo
derne vervoermiddel en dit deed zijn
intree bij het primitieve kind. Omdat
er geen sprake van kan zijn dat zo'n
kind ooit in het bezit van een fiets
.Zwemmen en duiken leren op de
Philippijnen
klein af een boog en pijlen hebben
natuurlijk zelf gemaakt is geen
wonder, maar daarnaast krijgen ze al
vrij jong een kapmes van kinderfor
maat om de vaders te „helpen" "bij
het rooien van het bos voor akkers.
Uit het spel van het kappen van vin
gerdikke takken groeit dan geleidelijk
de ernst van het kappen van woudreu
zen. Bij al deze mensen gaat het spel
geleidelijk over in werkelijkheid, en
dit is volmaakt zoals het behoort.
MERKWAARDIG IS, dat deze kinde
ren zelden of nooit tekenen. Kennelijk
hebben ze er geen behoefte aan. Le
ren zij het op school dan tekenen ze
als ieder kind over de hele wereld. Al
leen is men er nog zo primitief dat
men er geen kunstwerken in blieft te
zien, maar zuiver kinderwerk! Ze moe
ten werkelijk leren tekenen, want de
eerste keer weten ze heel beslist niet
wat er gedaan moet worden.
In waterrijke gebieden gaan de kin
deren natuurlijk vissen. Bovendien le
ren zij er spelenderwijs zwemmen om
dat ze gewoon in het water rollen en
maar moeten zien hoe zij er uit ko
men. Het merkwaardigst is dit bij
kinderen van kustvolkeren. Daar ple
gen de moeders de kinderen op het
strand neer te leggen waar de golfjes
hun laatste kabbelingen maken zodat
er geen gevaar voor verdrinken is.
Naarmate de baby's van een paar
maanden af beweeglijker worden
gaan ze vanzelf het water in. Van
kruipen gaan ze lopen, van lopen sprin
gen en duiken en zijn ze drie, vier
jaar oud dan zwemmen ze als rat
ten. Met vijf jaar is een jongetje rijp
voor een „boot", dat wil zeggen een
of andere oude plank waar hij op kan
zitten en twee kleine plankjes om hem
voort te peddelen. Is hij een jaar of
acht dan kan men hem kilometers ver
uit de kust tegenkomen, vrolijk pa
gaaiend en van iedere golfbeweging
gebruik makend als een volleerde zee
man.
Zo spelen ze dan de hele wereld
over, al die kinderen die zo gelukkig
zijn geen verveling te kennen en geen
speelgoed te veel te hebben!
Op een oude plank kilometers de zee in
zal komen moet het er dus zelf één
maken. En daarin zijn ze ongelooflijk
ingenieus.. Ze beginnen met overal
stukjes ijzerdraad te zoeken, het doet
er niet toe hoe kort die zijn of hoe
roestig. Uit al die eindjes wordt met
grenzeloos geduld een soort draadmo
del geprutst, dat al naar de hoeveel
heid ijzerdraad kan worden: een fiets,
of een auto, of zelfs een vliegtuig. De
wielen zijn deksels van potten of plat
te conservenbusjes, een heel enkele
maal wieltjes van een of ander hier
terecht gekomen westers speelgoedje.
En dagen, weken lang rennen de jon
getjes rond, motorgeluiden makend en
hun auto's of fietsen rondduwend, door
het mulle zand. Of ze draven in hun
versleten witte hemden met een hoog
geheven vliegtuig dat ze laten opstij
gen, duiken en landen als de beste pi
loot!
MEISJES SPELEN anders dan jon
gens en die hebben dus hun zelfge
maakte poppen van lappen en grote
pitten. Ik heb zulke meisjes wel eens
kleine plastic popjes gegeven die hen
prompt door de moeders werden af
gepakt wat ze overigens heel ge
woon vonden! omdat die de prachti
ge popjes zelf wilden hebben als ver
siering voor de hut! En mannen pikten
de glazen knikkers in en hielden 'die
voortaan als een kostbare schat in hun
zakken om er door te kijkenl
,Guinese kleuter hielp moeder rijst stamven
l