Er kan over alles onderhandeld worden, behalve over de waardigheid van vrije mensen VRIJDAG 24 DECEMBER 1965 Erbij 15 Publieke zaak Defensie Kernoorlog DOOR JACQUES LEVIJ JT Adviezen KENNEDY IN BERLIJN-CRISIS Deze tijd Zuidoost-Azië Berlijn Uitspraken i' De duizend dagen van John F, Kennedy Kennedy en Schlesinger, auteur van „De duizend dagen", in het Witte Huis. HET BOEK OPENT perspectieven, geeft motieven voor genomen beslis singen en onthult een ongekend groot aantal feiten. Het geeft ons een inzicht in de gecompliceerde problematiek van het ambt van een president van de Verenigde Staten, waaraan wij meestal, door gebrek aan inzicht en objectiviteit, voorbijgaan. Maar dit boek geeft meer. Het is op vele bladzijden subliem in het aandui den van essentiële overwegingen die in de politiek van Kennedy en zijn naaste medewerkers een rol hebben gespeeld en die hebben geleid tot ge beurtenissen van wereldhistorische be tekenis. Het is niet minder subliem in de korte, diep gravende en vaak mees terlijke karakteristieken over staats lieden en vooraanstaande figuren die met Kennedy samenwerkten, of met hem in aanraking kwamen, zoals om er maar enkele te noemen De Gaulle, McNamara, MacMillan, Mc- George Bundy, Eisenhower, Kroesj- tsjev, Quadros. Het werk is, zo menen wij, in de eerste plaats een studie over de poli tieke macht, haar organisatie en haar toepassing, haar betekenis en haar problematiek, haar inhoud en haar be perktheid. Schlesinger was bij uitstek de man die de van leven en actie bruisende periode-Kennedy kon boekstaven. Hij was er zeer nauw bij betrokken als speciaal adviseur van de jonge presi dent. Hij was geen „policymaker" in de enge zin van het woord. Hij gaf de politiek wel stimulansen, stuwde in bepaalde richtingen. Hij was echter bovenal de nuchtere, scherpzinnige ge leerde, die vanuit zijn schier onuitput telijk reservoir van feitenkennis en historisch inzicht, gevoed door een diep geloof in rechtvaardigheid en de mocratie, situaties beoordeelde en ad viezen gaf. Dat geeft de studie die hij nu het licht heeft doen zien een be tekenis die men moeilijk kan over schatten. Een van de grondslagen van het boek is Schlesingers geloof in het ge wicht van de publieke zaak. Dat had hij gemeen met vrijwel alle naaste medewerkers die Kennedy zich koos. Het is namelijk opvallend én verblij dend dat heel wat mannen zonder veel praatjes en eisen in staatsdienst tra den, toen Kennedy hun vroeg en daar bij vaak zeer lucratieve functies in het particuliere bedrijfsleven of het uni versitaire leven opgaven en een niet gering financieel offer brachten. Schlesinger heeft geen goed woord over voor de administratie-Eisenho- wer. Hij verheelt niet dat hij meent dat de tijd dat Eisenhower het Witte Huis bewoonde voor zijn land, én voor de wereld, weinig minder dan rampza lig is geweest. Het was ongetwijfeld de mening van vele Kennedy-Democra- ten. Eisenhower en zijn regering ston den op het standpunt dat het vrije spel van de maatschappelijke krachten vol op gelegenheid moest krijgen te bloei en. Daaraan maakten zij hun politiek ondergeschikt. Zakenbelang en lands belang waren bij hen identiek. Een van de moeilijkste taken van de nieuwe regering was het Pentagon haar wil op te leggen. Dat was een staat in de staat geworden. Daarom werd McNamara benoemd tot minis ter van Defensie. „McNamara verscheen op een mo ment dat de defensiezaken in een cri sis verkeerden, zowel wat het bestuur als was de ideeën betrof. Het militaire apparaat was langzamerhand uitge groeid tot een klein imperium. Een derde van de Amerikaanse staten had minder inwoners dan het Amerikaanse ministerie van Defensie personeel had, en maar weinig staten hadden een ho ger budget." Schlesinger beschrijft in enkele blad zijden, hoe binnen de Democratische Partij en het Pentagon reeds jaren was geworsteld met de strategische maxima. Hij vertelt, hoe al in 1954 Kennedy in de Senaat de democrati sche voorvechter was van een nieuwe strategie die alternatieven openliet. Zijn opvattingen werden in een Demo cratisch Adviescollege uitgediept. Onthullend zijn de passages over het verschil in inzicht, dat op dit gebied bestond tussen de Republikeinen en de Democraten. De eersten, met hun traditionele voorliefde voor sluitende begrotingen en een unilaterale politiek waren aan hangers niet allen uiteraard van het strategisch monisme. Ze baseerden de veiligheid van het land hoofdzakelijk op het gebruik van kern wapens. Dat betekende dat elk conflict vrijwel onmiddellijk tot een kernoor log zou kunnen leiden. J>HN FITZGERALD KENNEDY was de 35ste president van de Verenigde Staten. Twintig januari 1961 legde hij in Washington de presi dentseed af en betrad hij als staatshoofd het Witte Huis. Hij was toen 43 jaar. 22 november 1963, nog geen drie jaar later, werd hij in de Texaanse stad Dallas vermoord. Enige schoten maakten een einde aan zijn leven. Ze zetten tevens een tragische streep onder een korte, veelbetekenende epoche in de Amerikaanse geschiedenis, waarvan wij de invloed op de wereldgeschiedenis nog maar nauwelijks be vroeden. Schlesinger heeft over die duizend dagen een onthullende, soms zelfs adembenemende, studie geschreven. Een omvangrijk boek, dat voor het be grijpen van de mens en de staatsman Kennedy on misbaar is. Diens ideeën, achtergrond, geestelijke groei, politieke opkomst en ontwikkeling worden door de uiterst bekwame auteur in een beknopte inleidende schets beschreven- Het boek is een zeer knap ooggetuigeverslag van een groot historicus. Het is echter veel meer. Het is ook, en vooral, een voort durende critische les in staatkunde-van-wereldfor- maat van een vakhistoricus die voor honderd per cent de opvattingen van de New Frontiermannen was toegedaan en die die ideeënwereld op zijn eigen wijze had verrijkt en helpen vormen. Daarom alleen reeds is deze studie voor ieder die bereid is haar onbevangen en onbevooroordeeld niet oncritisch te lezen, een belevenis. „De Democraten, traditioneel tole rant op het gebied van staatsuitgaven en hun voorkeur voor collectieve inter nationale actie, neigden naar een strategisch pluralisme. Ze wilden een Amerikaans militair appa raat dat in staat zou zijn andere na ties bij te staan in het bezweren van allerhande militaire dreigingen." McNamara voerde jarenlang een zware strijd tegen de muur van militai re onwil en verouderde inzichten. Hij rationaliseerde het bestuur van het „bedrijf" dat defensie heette. Hij zorg de ervoor dat het militair-industriële complex weer „civiel" beheerd kon worden. Kennedy gaf McNamara opdracht een strategie te ontwerpen voor een wereld waarin een totale kernoorlog niet langer denkbaar was. Hij wilde dat het militaire denken, ernstig ver stard onder Eisenhower, de invloed zou onderkennen van de technologische ontwikkelingen. Hij zorgde ervoor dat McNamara de kans kreeg de kennis van de economische wetenschap, de electronica, de systeemanalyse, de li neaire en dynamische programmering enz. dienstbaar te maken aan de mi litaire planning. Het strategisch pluralisme van de administratie-Kennedy „was een om zwaai van massale vergelding naar een vermogen tot gelimiteerd, veelzijdige militaire acties in verschillende gra den van hevigheid ter bestrijding van verschillende vormen en grada ties van agressie," aldus Schlesinger. Kennedy wilde duidelijk een militair apparaat dat zijn buitenlandse politiek een solide basis zou geven en dat de Amerikaanse diplomatie zou bevrijden uit de kluisters waarin ze door de Arthur M. Schlesinger jr. is een Amerikaans historicus van naam. Hij is de geleerde die zich vooral heeft verdiept in de bewogen en boeiende geschiedenis van de rege ringsperiode van Franklin D. Roo sevelt. Hij schreef daarover knap pe studies, waarin hij toonde een open oog en 'n verfrissende ideeën rijkdom te hebben over de invloed van de New Deal op het leven in de Verenigde Staten en de ontwikke lingen in de wereld. Schlesinger, een uiterst onafhan kelijke geest, was een intiem vriend van John F. Kennedy. Hij was tevens een van de voormannen van de New Frontiegroep, de zeer progressieve liberalen, waar van Kennedy de exponent was. Hij werkte actief mee aan de verkiezing van de jonge senator tot president. Kennedy benoemde hem tot een van zijn speciale adviseurs. Hij lieeft een zeer omvangrijk boek geschreven over zijn persoon lijke inzichten over de organisato rische en politieke vraagstukken waarmee Kennedy tijdens zijn pre sidentschap worstelde en de oplos singen die hij nastreefde. Hieraan wordt in deze beschouwing aan dacht besteed. reid over Zuidoost-Azië. Hij was in 1951 in Saigon geweest. Hij had er toen een scherp conflict gehad met de Franse ambassadeur De Lattre de Tassigny. Hij vroeg deze Fransman, of die hem kon verklaren waarom de Vietnamezen tégen de Vietcong en mét de Fransen zouden vechten als hun land een deel van Frankrijk zou blijven. Dat viel in slechte aarde! Een opvallende uitspraak van Schle singer over de militaire opvattingen De eerste grote beproeving voor Ken nedy was de mislukte invasie op Cu ba, de Varkensbaai-episode. De hele operatie was voorbereid, en zeer slecht voorbereid, door de CIA onder de re- gering-Eisenhower. Schlesinger be schrijft de dramatische gebeurtenissen op een wijze die de indruk wekt dat Kennedy vrijwel voor een voldongen feit stond. Helemaal juist lijkt ons dat met betrekking tot Zuidoost-Azië, die kennelijk nog steeds van betekenis is: „Op dat moment (Laos-crisis) ont wikkelde het Pentagon datgene wat het geijkte standpunt zou worden in Zuidoost-Azië: onbuigzaam verzet te gen een beperkte interventie, behalve op de onmogelijke voorwaarde dat de president het bij voorbaat eens zou zijn met iedere volgende stap die vol gens hem genomen diende te worden, waaronder eventueel een atoomaanval op Hanoi en zelfs op Peking." Toen Kennedy en Jacqueline hun succesvol bezoek aan De Gaulle brachten, sprak het Amerikaanse staatshoofd met de Franse president o.a. over Zuidoost-Azië. Die zei toen, volgens Schlesinger, dat de landen van Zuidoost-Azië geen geschikt terrein waren voor Westerse troepen, evenmin als voor de Westerse politiek. Hij Kroesjtsjev door het bouwen van de muur gelegenheid zijn gezicht te red den. Bij het volgen van de keiharde koers had dat er voor de Rus niet meer ingezeten en zou hij wel eens gedwongen kunnen zijn geweest tot een gewapende actie over te gaan. Kennedy ging nooit over één nacht starre militaire strategie gevangen was. Met steun van McNamara, Wies- ner, Bundy en Kayser slaagde hij er in de nationale strategie weer onder controle te krijgen. Schlesinger haalt ergens in zijn boek een uitspraak van Adlai Stevenson aan die Kennedy na diens dood „de man van deze tijd" noemde. Hij schrijft daarover dan: „Zijn jeugd, zijn vitaliteit en zijn modern levensgevoel vormden .de be slissende elementen van zijn macht en zijn mogelijkheden. Want Kennedy was niet alleen de eerste president die geboren was in de twintigste eeuw. Hij was vooral de eerste vertegenwoordiger in het Witte Huis van een duidelijk herkenbare, nieuwe generatie, de generatie die ge boren was tijdens de Eerste Wereld oorlog, volwassen werd tijdens de de pressie, meevocht in de Tweede We reldoorlog en carrière in het openbare leven begon te maken tijdens het atoomtijdperk. Dit was de eerste ge neratie die opgroeide in de nadagen van het argeloze Amerika". De geestelijke mogelijkheden van Kennedy taxerend, schrijft Schlesin ger: „Ik heb nooit precies geweten wat een intellectueel is, maar laten we hem definiëren als iemand wiens voor naamste domein de wereld der ideeën is. Volgens deze definitie zijn uiterma te weinig politieke leiders echte intel lectuelen, omdat het voornaamste do mein van politieke leiders gevormd wordt door de wereld van de macht. Toch bezit a>ok de wereld van de macht haar intellectuele en haar anti- intellectuele zijde. Sommige politieke leiders worden gestimuleerd door idee- en en door het gezelschap van dege nen die er beroepshalve mee omgaan. Anderen worden pijnlijk getroffen door ideeën en voelen zich slecht op hun gemak in het bijzijn van intellectuelen. Kennedy behoorde in hoge mate tot de eerste categorie. Hij was een man van de daad die ook zonder moeite zijn weg kon vinden in de wereld der ideeën, en die intellectuelen tegemoet kon tre den in de zekerheid dat hij niet over troefd zou worden. Zijn geest was niet profetisch, hartstochtelijk, mystiek, wijsgerig, utopisch of ideologisch, min der uitbundig dan die van Theodore Roosevelt, minder profetisch dan die van Wilson, minder avontuurlijk dan die van Franklin Roosevelt. Maar het was een geest met eigen saillante trek ken hij was objectief, praktisch, ironisch, sceptisch, onbekrompen en nooit verzadigd." niet. Veeleer onloochenbaar is het feit dat hij van de CIA en de chefs van staven oppervlakkige en onjuiste ad viezen kreeg. Enkele adviseurs bewo gen hemel en aarde om het avontuur niet te laten doorgaan. Doch de „des kundigen" waren ervoor. Maar in een onoverzichtelijke organisatie als de CIA en het militaire apparaat Mc Namara was pas aan de reorganiastie begonnen schijnen als eenmaal een beslissend stadium is bereikt, de ge beurtenissen een eigen onstuitbaar le ven te gaan leiden. Schlesinger beëindigt zijn verhaal over die episode als volgt: „De schok van het debacle schudde het hele nationale veiligheidsapparaat wakker. Iedere adviseur leerde er iets door over de president, over de ande re adviseurs, zichzelf en zijn eigen af deling. Het was een afschuwelijke dure les, maar zij was goed besteed." En even verder: „maar het lijdt geen twij fel dat de Cubaanse mislukking in 1961 bijdroeg tot het succes in Cuba in 1962.". En tot de radicale reorganisa tie van het presidentiële militaire ad viescollege! Onthullend is de mededeling van Schlesinger dat Eisenhower zijn opvol ger nooit inlichtte over de situatie in Vietnam. Hij vertelde hem wel over de Amerikaanse verplichtingen in La os. Kennedy was niet geheel onvoorbe- sprak over de landen in Zuidoost- Azië als „fictieve naties." Hij advi seerde Kennedy het hele gebied, zo mogelijk, te neutraliseren. Het gesprek van Kennedy in Wenen met Kroesjtsjev bracht de standpun ten van de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie over de grote politieke we reldproblemen niet nader tot elkaar. Alleen over Laos scheen een overeen komst mogelijk te zijn. Toen duidelijk was dat een crisis over Berlijn niet te vermijden was, ontstond in de kring van de president een felle discussie over de te volgen politiek. Kennedy begreep dat Berlijn nooit opgegeven kon worden door het Wes ten. Toen president Kekkonen van Fin land hem bezocht, vlak voordat hij naar Moskou zou gaan, zei Kennedy tegen hem: „Heel Europa staat op het spel in West-Berlijn." De adviseurs van Kennedy hadden uiteenlopende meningen. Dean Ache- son wilde een keiharde koers volgen. Hij stelde, dat West-Berlijn voor de Russen geen probleem was, doch een voorwendsel. Maar de voorstanders van een vast besloten, doch in haar gevolgen niet-on- herroepelijke actie wonnen het. De cri sis brak uit. Toen bleek dat de Ameri kanen bereid waren voor de stad en hun rechten daar te vechten, kreeg !VVVIA/WVVy(AAfV\«V\A/UUVVtAfVV\AAAAAnnnARfVVVVVVV\AAAAf\fVUWWV/UVtAAAAfWI/WVVIfV\A/WVVtAAAAAAAAAAA/l ijs. Hij stelde hoge eisen aan zijn naas te medewerkers. Talloze studiecom missies waarvan de grootsfe deskundi gen voor de betrokken onderwerpen lid waren, werkten voor hem. Dat was reeds zo, toen hij nog gekozen moest worden, als kandidaat van de Democratische Partij dus. Voor de machtsovername, na zijn verkiezing moest hij nog twee maan den op zijn beëdiging wachten, werden alle problemen van de overneming van het bewind minutieus bestudeerd. Een speciale groep medewerkers zocht het hele land af naar talenten. Er moesten ongeveer 1200 functies van goede mannen worden voorzien. Ken nedy schuwde niet Republikeinen in functie te laten, of ze aan te trekken, als ze de besten waren op hun ter rein. Dat verzachtte tevens de pijn van de verkiezingsnederlaag voor de Repu blikeinen. Maar, en dat was een typische ka raktertrek van de jonge president, hij zorgde er steeds voor dat in belangrij ke kwesties de adviezen van meer per sonen of groepen kwamen. Hij was in staat ze snel te verwerken, stelde scherpe vragen, snijdend soms, liet de deskundigen elkaar in de haren vlie gen. Dan besliste hij. Hij wilde onaf hankelijk blijven. Hij was er zich diep van bewust dat hij de verantwoordelijke man was. Daarover liet hij, bijvoorbeeld, geen twijfel bestaan, toen de landing van ballingen op Cuba' was mislukt. Hij had bewondering voor de mannen die erkenden dat zij verkeerde adviezen hadden gegeven. Hij maakte echter een eind aan alle gepraat erover in de enge kring van naaste medewerkers door erop te wijzen, dat hij de beslis sing had genomen en dus verantwoor delijk was. Kennedy was sterk doordrongen van het grondwettelijk recht van de Ameri kaanse president zijn eigen buiten landse politiek te mogen voeren. Ook dat was in de periode-Eisenhower mis gegaan. Door het optreden van Mc Carthy en op politiek terrein Dul les, was het ministerie van Buiten landse Zaken verzand in een forma listische ambtenarij. Bekwaamheid en zelfstandigheid, originaliteit en initia tief waren eigenschappen die door B.Z. niet meer werden gewaardeerd van de diplomaten. Specialisatie legde geen enkel gewicht in de schaal bij de be noeming voor diplomatieke posten, wel anciënniteit en serviliteit. B.Z. had zich een ontstellend vakjargon aangemeten en geen enkele verandering in de in ternationale politieke constellatie kon daarin verandering brengen. Schlesin ger citeert uit een brief over die situa tie die Theodore H. White hem in 1961 vanuit het Verre Oosten schreef en die Kennedy met grote belangstelling las. „Buitenlandse Zaken en haar poli tieke instrumenten zijn in de jaren sinds ik voor hen werkte zo in elkaar verward geraakt, dat ze bijna onge schikt zijn voor enig politiek doel of beslissing. Ergens bestaat er in het de partement van Buitenlandse Zaken een gebied, of een klimaat, dat het verhin dert te denken in termen van een nieuw soort politiek, nieuwe vormen van techniek, een inertie die het strak gebonden houdt aan de gefossiliseerd® routine van conferenties, onderhande lingen, het starre standpunt. Wat ver anderd moet worden, moet eerst ver anderd worden in Washington, in het centrum." Wat wel lukte op Defensie en in het Pentagon, lukte niet op B.Z. Kennedy kreeg er de tijd niet voor. Bovendien was er geen tweede McNamara be schikbaar die glashard door alle amb telijke muren heen liep, carrières brak als het landsbelang dat eiste en hyper moderne organisatie-opvattingen toe paste. Schlesinger laat er geen twijfel over bestaan dat hij voor heel wat di plomaten van zijn land grote waarde ring heeft, maar dat B.Z. als zodanig hem nog steeds een doom in het vlees is. We kunnen niet dankbaar genoeg zijn dat Schlesinger, als beroepshistori cus, veel in zijn dagboeken opschreef. Daaraan danken wij zijn glashelder® uiteenzettingen over politieke situaties, alsmede heel wat typische Kennedy- uitdrukkingen. Hieronder volgen er en kele. „De overwinning heeft honderd va ders, maar de nederlaag is een wees." (na het echec in de Varkensbaai). „Wat is prestige? De schijn van de macht, of het wezen van de macht? Wij moeten ons bezighouden met het wezen van de macht." (na de Varkens baai-episode). „Het enige dat ons werkelijk ver baasde, toen wij aan het bewind kwa men, was dat de zaken er net zo slecht voorstonden als wij gezegd hadden." (aan diner van de Democratische Par tij). „Ik ga de her Kroesjtsjev een bezoek brengen in Wenen. Ik ga als de lei der van het grootste revolutionaire land ter aarde. Sommige mensen beschou wen de Verenigde Staten als een ge vestigde maatschappij, maar daarmee ben ik het niet eens." (voor zijn ver trek naar Europa). „Het zal een koude winter worden." (na zijn gesprekken met Kroesjtsjev). Deze studie is in haar soort een klassiek werk. Ze vertelt over de ma nier waarop wereldpolitiek wordt ge maakt. Schlesinger idealiseert niet, hij moraliseert niet. Hij verslaat gebeur tenissen en zet die in het perspectief van het menselijk handelen en de idee- en die daaraan ten grondslag lagen. Hij schrijft over tijdgenoten, over ge schiedenis waarbij hijzelf nauw be trokken was en is. Hij geeft een per soonlijk verslag. Het is zijn verhaal. Maar dat, zo ménen wij, maakt het boek des te waardevoller. Want Schle singer kan zijn hoge beroepsethiek niet verloochenen. Hij zoekt de waar heid, die hij reconstrueert op de ma nier die hem de beste benadering lijkt. Het is bijna onmogelijk zich te bezin nen over de politieke toestand in de wereld zonder dit werk van Schlesin ger gelezen te hebben. Het legt tot op grote hoogte de werkelijke krachten bloot die de huidige wereldpolitiek be heersen. A. Schlesinger „De duizend dagen". Kennedy in het Witte Huis. Deel I. (Uitg. Paris, 540 pag., ill.), 16,50.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1965 | | pagina 15