HET LAND ACHTER
DE BERGEN
ECHT ANTIEK ONBETAALBAAR - DAN MAAR
OP JACHT NAAR SPLINTERNIEUWE IDEM
PANDA EN DE GRUBBEL
W
POLLE, PELLI EN PINGO
Rechter Tie en het fieheim van het landhuis
11
BRAMMETJE FOK
Copieerindustrieen kimmen, ook ie Haarlem,
vraag maar „Neo^Oud" nauwelijks bijhouden
Stamboom van dagelijkse dingen
Ons vervolgverhaal
X
MAANDAG 27 DECEMBER 1965
7
door John Boland
De tijd vasthouden'
Jong mint oud
Y~ö
GRAFICUS
LISSE
door dr. Robert van Gulik
(MWWWMWWMVAft.1.
tfxwwwiwiwwwy
(Vertalina Maraot Bakker)
53)
Zij droegen een grote meta
len ring tussen zich in en die zetten
zij midden in de arena en verticaal
op de rand neer. Daarna knielden de
twee mannen met het gezicht naar
de ring gekeerd en bogen zich tot
hun voorhoofd het zand aanraakte.
Het kreunen ging in razernij over,
maar stierf weg zodra de twee man
nen opstonden en de ring weer weg
droegen. Toen zij verdwenen door de
deur, waaruit zij te voorschijn waren
gekomen, zwol de muziek tot het ge
bruikelijk volume aan.
Lydda ging achteroverleunen en er
ontsnapte hem een lange zucht. Een
ogenblik bleef hij ontspannen zitten,
kijkend naar het krioelen van de
duizenden op de tribunes, die hun
plaatsen verlieten; toen stond hij op,
wenkte hen en ging hen voor.
Het was een opluchting de tampons
uit de oren te kunnen nemen en op
gewekter dan voor de wedstrijden
wandelde Claymore naar de verblij
ven terug Om een of andere reden
had hij een wreed soort spelen ver
wacht, waarbij mogelijk bloed zou
vloeien; de eerste aanblik van de
arena had er niet toe bijgedragen
hem tot andere gedachten te bren
gen, want het had een Romeinse are
na uit de Oudheid kunnen zijn. Het
geheel was voor hem dan ook ver
beneden de verwachtingen gebleven
en van het laatste programmapunt
had hij niets begrepen. Waarom bo
gen twee mannen zo eerbiedig voor
een metalen ring?
Claymore was de enige niet, die
zich over die kleine ceremonie had
verbaasd. Leary vroeg zich hetzelfde
af en kwam er al evenmin uit. Hij
vroeg er Lydda ten slotte naar. „Die
geschiedenis met die ring, na afloop
van de spelen, wat was dat eigen
lijk?"
,,De beschuldigden baden, dat hun
volledig recht mocht worden ge
daan."
„Dus die twee, die mannen met de
ring, waren degenen die berecht zul
len worden?"
„Ja,"
„Zijn ze dan niet in hechtenis ge
nomen?"
„Waarom? Zij zijn nog niet veroor
deeld en dus rijn ze nog Heren en
kunnen gaan waar ze willen."
„U sluit hen niet in de gevangenis
op tot zij terecht moeten staan?"
Lydda keek hem geschrokken aan.
„Er zijn geer gevangenissen in Ya-
demos," zei hij. „Het is iets gru
welijks, iemand van zijn vrijheid te
beroven, meneer Leary."
„Ik snap hetGeef me de vrij
heid of geef me de dood."
„Pardon?"
„Niets. Ik dacht enkel hardop. Dus
geen halve maatregelen, hè? Is een
vent schuldig
„Juist. In vroeger tijd werden er
uiteraard wel mannen en vrouwen in
gevangenissen opgesloten. Maar het
was een onbillijk systeem. Zodra
gevangenen werden ontslagen, ston
den zij weer aan dezelfde verleiding
bloot; wat moeten zij geleden hebben
doordat zij steeds maar hun misdadi-
gge neigingen moesten bedwingen. En
ook de gemeenschap leed eronder.
Niet alleen werden hun bezittingen
door de misdadigers gestolen of ver
nield, wat als zodanig al ernstig ge
noeg was, maar zij moesten voor de
daaruit voortvloeiende straffen beta
len. De slachtoffers moesten werken
om de bewakers te onderhouden, die
ir de gevangenissen werkten, terwijl
bewakers noch misdadigers produk-
tief werk verrichtten. De misdadigers
vergoedden niets van wat zij gesto
len of vernield hadden."
„En daarom dachten jullie, dat het
n.aar beter was de misdadigers uit
te roeien."
„Het was geen besluit van de Diena
ren, meneer Leary. De Heren hebben
gedecreteerd dat het zo zou gaan."
Leary schudde het hoofd. „Ja, er
zit een soort krankzinnige logica in,
moet ik zeggen." Hij wilde er nog
iets aan toevoegen, maar bedacht
zich. „En die wet geldt voor ieder
een?"
„Voor alle Heren. Ja."
„Maar voor jullie?"
Er glinsterde een nauwelijks waar
neembare vrolijkheid in Lydda's
ogen, terwijl bij de laatste vraag be
antwoordde. „Helaas, wij dienaren
staan beneden de wet. Deze wet is op
ons niet van toepassing."
„Wat!" Claymore bleef staan. Zij
hadden de ingang van de Verblijven
bijna bereikt en de Dienaren liepen
door alsof zij zijn schreeuw niet had
den gehoord, maar Lydda keek op en
lachte tegen hem. Claymore trilde
nog van de schrik, die de bekente
nis van de Eerste Dienaar hem had
bezorgd, maar hoe langer Lydda hem
aankeek, hoe rustiger hij werd. De
uitdrukking in Lydda's ogen leek hem
te willen vertellen, dat Lydda hem als
een van de Dienaren beschouwde. Dat
er de bezoekers geen kwaad zou over
komen; Claymore althans niet.
„Tjonge, wat een toestand!" fluis
terde Leary. Hij greep Claymore bij
de arm. „Wacht even. Laten we
eerst naar het vliegtuig gaan kijken.
Lydda kwam terug en voegde zich
bij hen.
„Wilt u naar uw vliegmachine kij
ken? Zal Brontwy u vergezellen?"
Claymore rukte zijn arm uit de
greep van de piloot los. „Je gaat je
gang maar," zei hij nors. „Ik heb
honger, ik blijf hier." Het ergerde
hem inmiddels, dat de Canadees hem
's morgens in zijn ogenblik van zwak
heid had gezien: hoe langer hij na
dacht, hoe minder reden hij zag voor
zijn dwaze uitbarsting- Zijn gedrag
moest het gevolg zijn van de hoeveel
heid wijn, die hij de avond tevo
ren had gedronken. Jaren geleden
had hij zich ook eens bedronken en de
„We hebben allen honger; de laat
ste maaltijd ligt ver achter ons," zei
Lydda en loodste hen in alle hoffe
lijkheid naar de ingang van de ver
blijven. „Als u dat wenst, meneer
Leary, zal ik zorgen dat er een ploeg
tot uw beschikking is na afloop van
onze maaltijd."
Aan tafel sneed Lydda het onder
werp van de ceremonie met de ring
aan. „U vroeg er naar, meneer Lea
ry, en ik heb u niet geantwoord.
Ik dien u niet goed, u moet het me
maar vergeven. De ceremonie met
de ring of liever de cirkel is
een religieuze rite. De cirkel heeft
(Wordt vervolgd)
I^^IWVWWVlAWIWIWWWIWIAWlWWIIWAIWAIWWWIIWIAIWWWAAWAIWWIIWWWWMVWAfWIWIWWIWWWWWWWUW
(Van onze correspondent)
ARNHEM. Echt antiek wordt steeds schaarser. De
musea kopen veel op en wat over blijft wordt steeds
waardevoller. De prijzen zijn dan ook schrikbarend
hoog. Desondanks woedt in Nederland de laatste jaren
een ware antiek-rage. In vrijwel elk huis prijkt tegen
woordig een oud-er-uitziende koperen ketel een oud
model stoel of iets dergelijks. Met opzet zeggen wij oud-
er-uitziend en antiek, want echte antiek is dit meestal
niet. Het is voor 't overgrote deel korte tyd geleden naar
oud model en volgens de oude methode gemaakt in de
copieerindustrie. Deze is gelijk met de antiek-rage op
gekomen en maakt nu een periode van grote bloei door.
Wanneer die jacht op de voorwerpen van onze groot
ouders precies is begonnen, is niet te zeggen en al even
min wanneer ze op zal houden. Wat de mensen er opeens
toe drijft, antiek of althans oud-lijkende goederen te
kopen, is ook niet te bepalen.
DE ANTIQUAIRS en handelaren in twee
dehandsgoederen staan min of meer voor
een raadsel. Dat raadsel legt hun ove
rigens geen windeieren. Hun omzet is de
laatste jaren gestegen en in vele geval
len verdubbeld. Voor hen kwam de rage
net op tijd. Steeds vaker moeten zij
neen" verkopen als er om echt antiek
werd gevraagd. Dit is er gewoon niet
meer en wat er nog is, is veel te kost
baar voor de „gewone man."
Wanner de belangstelling voor „echt-
oud" niet was omgeslagen in belangstel
ling voor normaal-oud, hadden zij hun
zaken binnen afzienbare tijd aan de kant
moeten doen. Nu konden zij nog bijtijds
overschakelen op „nieuw" antiek, zoals
wij de goederen voor het gemak maar
zullen noemen. Wij hebben enige anti
quairs gevraagd waarom de mens er der
gelijke zaken kopen. Zij gaven allen ver
schillende redenen op. Hier volgen er en
kele. Het oudere goed, vooral het ou
de meubilair, heeft beslist kwaliteiten in
stijl, lijn en materiaal. Nu blijkt steeds
meer de inferioriteit van de na-oorlogse
meubelen die aan de lopende band wor
den gemaakt. De mensen, vooral die met
een ruimere beurs, gaan weer op zoek
naar vooroorlogse meubelen, die welis
waar duurder maar ook mooier en ster
ker zijn. Daar komt nog bij dat we op
film en tv antiek zien, als entourage,
zoals bijvoorbeeld in de rolprent „Ge
jaagd door de wind." Daar ziet men dat
antiek toch echt wel mooier is dan het
hedendaagse goed.
ANDERE REDENEN? De binnenhuis
architecten zijn hun tijd ver vooruit. Zij
ontwerpen meubels die alleen in zeer
grote huizen tot hun recht komen. Daar
om vallen de mensen terug op het oude
goed dat ook in de kleine huiskamers
past. Een derde zegt: antiek kopen is een
onbewuste neiging van de mens om de
tijd „vast te houden". Weer een ander
vermoedt dat de mensen vroeger geluk
kiger waren dan nu. De mensen vonden
antiek altijd wel gded, maar hebben nu in
deze welvaartstijd het geld om antiek of
nieuw-antiek te kopen.
Deze meningen lopen nogal sterk uiteen.
Ze zullen allemaal wel iets waars be
vatten.
Over de koopmotieven hebben vele
psychologen zich het hoofd gebroken zon
der tot een oplossing van het probleem
te komen. Wij spraken tot nu toe over
antieke meubelen, die waardevol zijn
uit praktisch oogpunt: zij zijn te gebrui
ken. Er is echter een ander soort antiek
waarnaar de belangstelling nog veel meer
uitgaat! Antiek dat waardevol is uit
esthetisch oogpunt. Vazen, kannen, en
dergelijke die alleen mooi zijn om te zien
en daardoor voor velen een grote waarde
vertegenwoordigen.
HET MEEST worden spiegels en kap
stokken gekocht, die behalve dat ze mooi
zijn, ook nog gebruikt kunnen worden.
Verder is er grote vraag naar koperen
kannen, vijzels, open haarden, kandelaars
en tegeltjes, tinnen vazen en borden. De
klanten van de antiquairs zijn meest
jonge mensen. Zij zijn het meest enthou
siast. Daarnaast komen er ook nog
ouderen die zich in het echte' antiek ver
diept hebben. Een voorwerp moet 80 jaar
oud zijn voor het wettelijk antiek ge
noemd mag worden. Wat de antiquairs
nu verkopen is splinternieuw. Er zijn ge
noeg vaklieden die hetzelfde kunnen ma-
33. Het is best mogelijk dat de Mbanga-Wanga in
frisse toestand een edele vrucht is: Maar wat Panda
nu door de gierende Grubbel in het gezicht gewreven
kreeg, verkeerde in staat van ontbinding, en was on
smakelijk genoeg om hem totaal zijn goede humeur
te laten verliezen. „Bah, wat een nare boel is het
hier!" riep hij, zodra hij in staat was weer iets te
roepen. „Ik heb er genoeg van! Ik heb genoeg van
dat vervelende kereltje met zijn flauwe grappen! En
ik heb ook genoeg van jou, Joris! Je bent een dief
en je bent weggelopen uit je betrekking en dan ben
ik nog verantwoordelijk voor je ook„Och, baas-
ke laat u dat toch niet bedrukken", merkte Joris Goed-
bloed troostend op. „Ge hebt toch gezien hoe alle mis
verstanden met mijn voormalige werkgever, de Op
zichter Vanonderen, geheel uit de weg geruimd zijn. Ik
heb mijn lesje geleerd, geloof mij; voortaan bewandel
ik onwankelbaar het pad der deugd arm maar eer
lijk, een voorbeeld voor allen, zodat latere geleerde ge
schiedkundigen lovend zullen schrijven; „De Joris nil
nisi bonum!" En wat de zogeheten Grubbel betreft
ik heb hem zojuist mijn nederige woning zien verla
ten,dus misschien mogen we hopen dat we van hem
niets meer zullen vernemenDie hoop ging niet in
vervulling; want onverwacht klonk van buiten, vlak
bij, het knarsend en knerpend geluid van scheurend
metaal.
lAtANAeTJt KOOKT ZO 6RAA6'
NOU, HERMAN, DAT KAN M6N 16
AANZIEN - 16 8ENT AARDlö DIK
66WORD6N 1
IK H61P16 AfSPOeLEN^)
LAMNA6T461
VIU6,VAN6EN,
1/AMM6T16
1975-H.
HA, DAT6AAT FUN - NO KUNNEN W6
DAD6U1K W66R.6T6N
ken als de arbeiders uit de tijd van onze
grootouders. Daarom zijn de laatste ja
ren vele industrieën op dit gebied ont
staan. „Kopieer-industrieën" worden ze
genoemd. In Arnhem is een zaak die ko
peren bakken maakt. Dit koperwerk
wordt met de hand geslagen en is zeker
zo mooi als het antieke. Het is echter
nieuw en daarom goedkoper. Hetzelfde
Advertentie
VAN BLERK
I SHOWROOM:
n klasse apart heereweb 142-144
UIT VOORRAAD LEVERBAAR TEL. 02530-3043"
geldt voor tin, een antieke tinnen vaas
kost bij voorbeeld ongeveer 300 gulden,
een nieuwe, die als twee druppels water
op de antieke lijkt, is al uw eigendom
voor 40 gulden.
HAARLEM is wel hèt centrum voor
deze industrie. Hier is onder meer een
fabriek die spiegels en koestallantaarns
maakt, precies zoals men dat in de tijd
van onze grootouders deed. Overigens
maakt het de klanten over het algemeen
niets uit of het goed nu authentiek antiek
is of niet. Ze hebben net zo lief nieuw
antiek, maar horen wel graag van de
antiquair dat het niet echt is, zodat ze
later niet het gevoel hebben bedrogen te
zijn. De klanten letten er alleen op of het
object van hun keus mooi is en goed ge
maakt. Uiteindelijk zal, volgens de han
delaren, de waardering alleen uitgaan
naar wat mooi is en niet naar wat antiek
is. Dat is maar goed ook, want het echte
goed is niet meer te betalen. Het is niets
bijzonders wanneer men voor een antieke
klok, een echte wel te verstaan, 10.000
gulden betaalt. Een antieke kast, niet zo
heel oud, maar wel echt, komt gauw op
1500 gulden.
fcl IET ALLEEN DE MENS, DOCH OOK
HCT DIER HEEFT BEHOEFTE AAN
20UT. BEGERIG ZOEKT HET WILD NAAR
KUP2DUT(ZOUT-LIK)pF HET ZILTE WATER
VAN EEN ZOUTBRON.
/'n VOORB'JE TUDEN TROKKEN DE GEWEL
DIGE BISONKUDDEN VAJJ N. AMERIKA
REGELMATIG NAAR DE ZOUTE OEVERS
VAN DE MISSOURI. VOOR EEN KAMEEL
BETEKENT ZOUT EEN LEKKERNU. m
iTriT/iOTffflWYmmv
In DE GROTE ZOUTUJOESTON fu. Sj UGT
DE BONNEVtUE ZOUT VLAKTE, EEN VOOR
MALIG MEER fOTP Ï3<90KM*J, DE MEEST IDEALE
PLAATS 7ER WERELD VOOR HET VEST/GEN VAN SNELHEIDS
RECORDS. OPDOMMIGE PLEKKEN IS DE ZOUTLAAG
NE CM D/K EN IN DE ZOMER ZO HARD
ALS BETON-
OeouoGEN HEBBEN BE
REKEND,DAT DE OCEANEN ZOVEEL
ZOUT BEVATTEN,DATMEN DAARMEE-
AL HET VASTE LAND 2000 VOET H00&
ZOU KUNNEN bedekken, EEN totaal
GEWICHT VAN IdOOOO
BILJOEN CENTERAARS!
DEZE MASSA ZOU GEN
ZOUTKOGEL VAN
±650000 VOET OF
216 KM DOORSNEE -
VORMEN ,DUS ONGE
VEER DE GROOTTE
VAN EEN DER
PLANETOÏDEN
ET IS NOG NIET
ZO LAN G GELEDENDAT DE
HUISVROUW ALLERLEI ZOMER
GROENTEN .VOORAL BONEN, IN KEULSE
POTTEN INZOUTTE VOORDE WINTER.
,QVJ9\EE& ÜL
N\5» WNAHER
"ZD VNNGERE
ml DDEN OP DE DAG TREKT HET VOCHT,
I DAT ZICH ONDER DE ZOUTLAAG BEVINDT, DOOR.DE
ZONNESTRALING NAAR BOVEN EN MAAKT DE BAAN MINDER.
HARD. TJDENS DE KOUDE NACHT HERKRUGT HET OPPERVLAK
ECHTER Z'JN BIZONDERE HARDHEID. DAAROM HEBBEN RECORD-
PoeiNGEN MEESTAL IN DE VROEGE OCHTENDUREN PLAATS.
Ift
52. Na een lange wandeling door de
donkere gangen zijn Rechter Tie en Tsjiao
Tai met hun bewakers eindelijk weer bui
ten in de frisse lucht gekomen. Ze staan
nu op een rotsplateau, hoog in het woes
te berglandschap. De rechter vult zijn lon
gen dankbaar met de koele nachtlucht.
Dan kijkt hij naar beneden in de vallei.
„U heeft daar beneden een heel bedrijf
aan de gang, meneer Pao!" merkt hij op.
Tsjiao Tai buigt zich ook over de rand
van het plateau. Op de bodem van het
trechtervormige dal ziet hij een paar
ovens van bakstenen. De hoogopslaande
vlammen werpen een vreemd rossig
schijnsel op de halfnaakte koelies die daar
druk in de weer zijn. Sommigen houden
de blaasbalgen gaande die aan de ovens
vast zitten, anderen dragen met piekoe-
lans meer brandhout aan. Anderen weer
roeren met lange ijzeren staven in d*
smeltbakken. Pao zegt met voldoening:
„Wijlen mijn vereerde broer Yie heeft op
een jachttocht deze oude goudmijn hier
ontdekt. Deze mijn is al eeuwen geleden
als uitgeput opgegeven en niemand weet
meer dat hij ooit bestaan heeft. Maar ik
heb overal goed rondgesnuffeld en ik heb
daar beneden nog één rijke ader ontdekt,
die onze voorouders was ontgaan."
414. Boven zee doofden langzaam de
laatste vonkjes en sterretjes van het
grootste stuk vuurwerk ter wereld.
Het allerlaatste vonkje dook met een
boog de zee in alsof het de plaats wilde
aanwijzen, waar El Presidento zich spar
telend boven water hield. Nodig was dat
aanwijzen niet, want het staatshoofd
schreeuwde luidkeels om hulp.
„Ik kan niet zwemmen.Alleen
maar spartelen.hééééélp," klonk het
verstikt. De situatie werd bepaald gevaar
lijk, want voordat men hem met een
bootje zou hebben bereikt, kon El Presi
dento al teveel water hebben binnengekre
gen.
Klapwiekend vloog Tutu op:
Hij scheerde laag over zee en pakte
met één ruk van zijn snavel het uniform
jasje van El Presidento beet. Als sterkste
papegaai ter wereld viel het Tutu niet
moeilijk om de gewichtige man aan land
te dragen.
„Ohhhhh," riepen alle mensen weer net
als bij het vuurwerk. Maar er klonk nu
nog veel meer bewondering in hun stem
door.
Tutu deponeerde de president op de ka
de en vloog naar het goede schip Kokan-
je, waar Brammetje snel zee koos. D*
gevangen Knoesteveger bleef op de keien
achter, waar toevallig al enkele andere ge
vangenen van El Presidento geboeid en
wel lagen te wachten op verscheping naar
het straf eiland.
Maar gek genoeg was El Presidento, on
danks alles wat er gebeurd was, nog veel
te blij om ook maar iemand naar het
strafeiland te willen sturen.
Het had immers het vuur nog