P
FILATELIE
Poulet a la Nicole - of
als de katjes muizen...
JL
ge
m
ZATERDAG 5 MAART 1966
Erbij
23
umiMBCEUss;
-r
z
Mr. Ed. Spanjaard
(Mé MM M
fjja
B. Dukel
ZOALS WIJ vaak in de keu
ken gedwongen zijn tot im
provisatie, doordat een be
paald ingrediënt schaars en dus
te duur is, zo ook moeten onze
collega's bij dit dagblad tot nood
oplossingen besluiten in verband
met plaatsgebrek, wanneer Gaston
geen maat heeft weten te houden.
In onze rubriek van 12 februari jl.,
getiteld: „Van zult tot soepen en
het zelfgemaakte kookboek" is
daardoor onder het kopje „Eerlijke
bruine bonensoepen" een onbegrij
pelijk zinnetje ontstaan. U kon
daar lezen: „Het zijn wel echt zon
dagse soepjes, zult u misschien zeg
gen, het zweemt weer naar luxe."
Dit zinnetje sloeg op de wegge
vallen recepten voor champignon
soepen, die toch alleszins de moeite
van het maken waard zijn. Daarom
laten we ze hieronder volgen.
Champignonsoepen
Poulet a la Nicole
Dikke saus
Onvergelijkelijk lekker
Schatrijk door sausen
Gaston Gourmet
Rondom de Franse
tijd
Mr. H. J. M. Tonino
tenHPdM#
BELGIË. Ter herinnering aan het
feit, dat 75 jaar geleden de encycliek
„Rerum Novarum" verscheen is een
serie van drie zegels uitgegeven. Op
de 0.50 fr. ziet men een zwarte en een
blanke jongen, alsmede de wereldbol
met het opschrift „christelijke solida
riteit" (afbeelding), op de 1 fr. een
echtpaar met drie kinderen en eert mo
dern flatgebouw (bouwen voor de toe
komst) en op de 3 fr. het pauselijke
wapen, alsmede de titels van vier an
dere encyclieken van paus Leo XIII.
UNO. De in 1951 uitgegeven fran
keerzegel van 1 dollar zal op 25 maart
worden vervangen door een zegel van
dezelfde waarde met een nieuw ont
werp: het embleem van de UNO in het
midden van geleidelijk groter worden
de cirkels die de indruk gevan van vre
dig, rimpelig water.
CANADA. Op 23 maart zullen de
twaalfde en dertiende zegel in de se
rie met afbeeldingen van de wapens
en bloemen van de Canadese provin
cies en territoria in omloop worden ge
bracht. Het zijn een 5 cents (blauw,
rood en groen) met het wapen en de
bloem van Yukon en een 5 cents (geel,
groen en olijfkleurig) met het wapen
en de bloem van de noordwestelijke
territoria.
LUXEMBURG. Ter gelegenheid van
de ingebruikneming van het nieuwe
gebouw van de Wereldgezondheidsor
ganisatie (WHO) te Genève zal op 7
maart een postzegel van 3 fr. (donker-
jtHèS OMS KOOVFMJ 1
BAitMBH* nu «a««6 2
ümssm
groen op een witte ondergrond) worden
uitgegeven. De zegel laat een maquet
te van het gebouw en het embleem van
de WHO zien. De druk is van Ensche
dé, Haarlem, (afbeelding).
SOVJET-UNIE. Dein 1963 uitgege
ven postzegel van 6 kop. (zwart, rood
en groenblauw), gewijd aan de Loena
4, is van de opdruk „Loena 9 op de
maan 3 februari 1966" voorzien.
ZANZIBAR. De tweede verjaardag
van de revolutie in Zanzibar is ge
vierd door de uitgifte van een serie
van vier waarden. Op de 20cts. en 1.30
shs. ziet men een schip, een tractor,
een fabriek, een boek met een toorts en
op de 50 ets. en 2.50 shs. een soldaat.
De zegels zijn gedrukt bij de Deutsche
Wertpapier Druckerei in Leipzig.
BRITSE KOLONIËN. Ter gelegen
heid van het bezoek van koningin Eli
zabeth en prins Philip aan het Carai-
bische gebied hebben de volgende lan
den elk twee postzegels uitgegeven:
Antigua (6 (afbeelding) en 15 c.), Ba-
hama's (6 d. en 1 sh.), Barbados (3 en
35 c.). Brits Guyana (3 en 25 c.), Cay-
maneilanden (ld. en 1 sh. 9 d.)Domi-
nica (5 en 15 c.)Grenada (3 en
35 c.), Montserrat (14 en 24 c.), St.
Kitts (3 en 25 c.), St. Lucia (4 en 25
c.), St. Vincent (4 en 25 c.j, Turks
en Caicoseïlanden, (S d. en lsh. 6 d.)
Maagdeneilanden (4 en 70 c.). Alle ze
gels tonen St. Edward's kroon, geflan
keerd door de portretten van de ko
ningin en prins.
MALI heeft een serie van drie zegels
uitgegeven ter ere van Amerikaan
se en Russische ruimtevaarders: 100 fr.
Edward White, 100 fr. Alexei Leonov
en 300 fr. de koppen van G. Cooper,
C. Conrad, A. Leonov en I. Beljajev.
De laatste zegel is uitgegeven naar
aanleiding van het zestiende interna
tionale ruimtevaartcongres, gehouden
in september 1965 te Athene.
ITALIË. Twee zegels, 40 lire (rood
en blauw) en 90 lire (blauw en blauw-
violet), zijn uitgegeven ter gelegenheid
van de wereldkampioenschappen bob
sleeën voor twee en vier personen, ge
houden te Cortina d'Ampezzo. De ze
gels laten bobsleeërs in actie zien.
OOSTENRIJK. Het eeuwfeest van
het directoraat-generaal van de post
en telegraafadministratie is herdacht
door de uitgifte van een postzegel van
1.50 s. (zwart en lichtokerkleurigDe
zegel toont het gebouw van het direc
toraat-generaal aan de Postgasse 8 te
Wenen, (afbeelding).
SLEM
Slem bieden met slechts zeven troeven
in een kleur samen, is niet alleen een
moeilijke, doch ook een vrij riskante aan
gelegenheid. Niettemin kan zo'n bod best
eens héél goed zijn, zoals het bijvoorbeeld
het geval was in de voorlaatste ronde van
de meesterklasse-parencompetitie.
H
9 H V 7 4
O 10 9 8 7 3
V 6 2
7 5 4
9 8 2
O V B 6 4
9 8 5 3
N
W O
A 9 8 6 3
A 6
V B 10 2
B 10 9 5 3
O 5 2
10 4
O
A H
A H B 7
Noord gever, niemand kwetsbaar.
Wanneer zuid in de derde hand con
ventioneel opent met twee klaver (grote
forcing) zijn er redelijkerwijze in de NZ-
lijn drie behoorlijke contracten mogelijk:
drie Sansatout, zes Sansatout of zes
klaveren.
Drie SA is min of meer een onderbieding,
maar daar de NZ-spellen vrij slecht samen
passen is het begrijpelijk dat sommige pa
ren de voorkeur aan de veilige drie-Sans-
haven gaven.
Zes klaver is moeilijk te bieden, doch
het is een voortreffelijk eindcontract.
Alles wat zuid moet doen om zes klaver
te maken is het aftroeven van één sehop-
pentje bij noord waarna er twaalf sla
gen zijn.
Minder eenvoudig is het eindcontract
van zes Sansatout. Komt west bijvoor
beeld met klaver negen uit, dan is een
redelijke speelwijze twee hoge ruitens te
incasseren (valt er een honneur, dan is
het contract al gewonnen). Valt er niets
in ruiten, dan met schoppen naar de heer
gaan en nog eens ruiten spelen, in de
hoop dat de kleur 3 3 valt. Dit is echter
niet het geval en het resultaat wordt dan
ook één down.
Een betere doch veel moeilijker speel
wijze is: kansnemen op een aantal dwang
posities. Zuid neemt de klaveruitkomst in
eigen hand, gaat met schoppen naar de
heer van de tafel en zuid keert in eigen
hand terug met een hoge ruiten. Hierna
moet zuid een kleine schoppen spelen
(noord ruiten weg), oost wint en speelt
bijvoorbeeld harten, die zuid wint.
Wanneer zuid nu schoppenaas incas
seert en daarna alle hoge vrije kaarten
in ruiten en klaver, kunnen zich vele
dwangpositiemogelijkheden voordoen. Zit
ten de schoppen en hartens in één hand
(zoals in de praktijk) dan ontstaat een
dwang. Mogelijk is ook een harten-
ruitendwangpositie (als west vier hartens
en vier ruitens zou hebben), of een schop-
pen-ruitendwangstelling.
De combinatie van al deze kansen lijkt
wat aantrekkelijker dan het spelen op een
gunstige constellatie in ruiten. Boven
dien zal een expert de dwangpositie pre
fereren, omdat hij daardoor controle over
het spel houdt en niet zozeer op een min
of meer gelukkige gebeurtenis is aange
wezen.
Wat bepaald géén fraai contract ge
noemd mag worden is zes schoppen. U
zult zich misschien afvragen waarom ik
dat vertel. Wel, ik huiver nog bij de her
innering: één van de meesterklasseparen
slaagde erin zich in dat eindcontract te
werken! De oostspeler voelde zich daarbij
bijzonder tevreden en kreeg voor zijn
„prestatie" uiteraard een topscore. U ziet
wel, het is ook niet alles goud dat er
blinkt in onze hoogste bridgekringen!
Filarski
Bridgevraag dezer week. Zuid heeft:
-9A4OA8653+HVB10 94
Noord gever, allen kwetsbaar, viertallen-
wedstrijd. Noord twee schoppen (sterke
kleur, tenminste drie en halve honneur-
trek, totaal acht speelslagen minimaal)
zuid drie klaver west drie harten
noord drie schoppen zuid vier ruiten
noord vier schoppen zuid vier SA
(azenvraag) noord vijf harten (twee
azen) wat moet zuid bieden?
Dit heeft vergaande consequenties: zo
lijkt het ons zeer waarschijnlijk dat af
stammelingen van onderdrukte of eeu
wenlang maatschappelijk achter gebleven
volken zich in 't bijzonder tot het schaak
spel aangetrokken gevoelen. Voor hen
toch moet het starten met volstrekt ge
lijke kansen een begerenswaardig aspect
zijn. Misschien vormt dit er wel de ver
klaring voor, dat het schaken juist in
Oost-Europa en Rusland zo'n grote vlucht
heeft genomen, terwijl het bridge vooral
bloeit in van ouds materieel welvarende
landen als de Angelsaksische.
Maar er zijn nog tal van andere ver
schillen aan te wijzen, bijvoorbeeld dat de
schaker per definitie een éénling is, ge
heel op eigen kracht aangewezen, terwijl
de bridger tot een vruchtbare synthese
met zijn parner moet kunnen komen en
dus het vermogen moet hebben zich op de
medemens in te stellen. Hier rijzen wel
licht vragen over een interessant proef
schrift, zoals: zouden er zich bij schakers
méér echtscheidingen voordoen dan bij
bridgers? Of voor hen die in astrologie
geloven en menen dat personen, onder
het teken van de Steenbok geboren, ge
neigd zijn tot eenzelvigheid: is het per
centage „Steenbokken" onder de scha
kers groter dan normaal? Een ander as
pect: de bridger moet veel meer dan de
schaker werken met speculatieve factoren.
Daarom dient hij te kunnen „gokken",
een „pokerface" te kunnen trekken en te
beschikken over een scherp psychologisch
inzicht. Deze twee kwaliteiten spelen voor
de schaker een veel geringere rol; hij zal
winnen als hij verschrikkelijk sterk
schaakt. En daarvoor is in de eerste
plaats vakstudie nodig. Voor die vakstu
die is weer vaklitteratuur onontbeerlijk.
Die vaklitteratuur is voor het schaakspel
oneindig veel belangrijker dan voor het
bridgen; onze zegsman merkt in boven
vermeld gesprek op: „Nog niet zo lang ge
leden waren er slechts twee boeken: Cul-
bertson en Goudsmit; nu zijn er misschien
wel honderd over het bridgespel". Stellen
wij daartegenover dat er duizenden, mis
schien wel tienduizenden werken aan het
schaken gewijd zijn, dan onderstreept
zulks wel de juistheid van de stelling
over welke wij het aanstonds roerend eens
waren: de twee spelen stellen geheel ver
schillende eisen en trekken daardoor aan
persoonlijkheid geheel anderssoortige be
oefenaren. Het lijkt ons dat de bridgelitte-
ratuur zich vooral op het punt van de
kansberekening zal kunnen verdiepen. Bij
het schaakspel zal de neiging bestaan de
altijd gelijke beginstand steeds verder te
ontrafelen. Dit brengt met zich mee dat de
eisen, welke men mag stellen aan boeken
over openingen, zich vrij snel wijzigen.
Zulks is merkbaar aan bijvoorbeeld Euwe's
twaalfdelige werk: Theorie der Schaak
openingen". Wij ontvingen van de uitgever
(N.V. van Goor Zonen) de volgende nieu
we drukken: Deel I Damegambict: Ortho
dox met variaties, 8e druk, 4,25. Deel
VII Flankspelen, 5e druk. Deel VIII Frans,
Caro-Kann, 6e druk, 6,90. Deel XI Open
spelen 2, o.a. Tweepaardenspel 6e druk,
5,90. De auteur is genoodzaakt, zich in
toenemende mate te beperken tot de grote
lijnen van de variatie en de moderne ont
wikkeling grotendeels buiten beschou
wing te laten. Wie zich diepgaand wil be
kwamen en specialiseren schaffe zich het
aan de opening zijner keuze in het bijzon
der gewijde werk aan (bijvoorbeeld één
van ongeveer 500 bladzijden alléén over
„de Siciliaan") en houde daarnaast de
twee maal per maand verschijnende Los
bladige Schaakberichten bij. Als hij daar
na zijn moeizaam vergaarde specialis
tische kennis in de praktijk gaat brengen,
zal hij ervaren dat hij niettemin toch al
spoedig in onbekend vaarwater geraakt en
verder moet improviseren op eigen kracht,
dus net als de bridgespeler!
VAKLITTERATUUR EN NOG IETS
Dezer dagen hadden wij een kort ge
sprek met een van de beste Nederlandse
bridgers over het feit dat de beoefenaars
van zijn en ons spel een geheel verschil
lende persoonlijkheidsstructuur moeten
hebben. Zeker, er zijn overeenkomsten;
beide soorten spelers kunnen slechts een
behoorlijk niveau bereiken, indien zij op
een gegeven moment een economisch vol
strekt onnutte bezigheid kunnen gaan zien
als een zaak van alles beheersend belang.
Met een vrijmoedige variatie op een be
kende Duitse versregel betreffende de
soldaat die zegt: „Wat kunnen mij vrouw
en kind schelen; mijn keizer, mijn keizer
is gevangen", zouden wij willen stellen
dat de rasbridger of -schaker, die in de
hitte van het spel op het kookpunt is ge
komen, op soortgelijke wijze dient te rea
geren, als zijn slembod respectievelijk zijn
koning in gevaar zijn. Met een dergelijke
bepaald niet onvoorwaardelijk te prijzen
bewustzijnsverenging hangen nauw sa
men de behoefte tot het doen gelden van
eigen persoonlijkheid, het vermogen zich
scherp te concentreren en nog andere as
pecten.
Maar, gelijk gezegd, overheersen ver
moedelijk de verschillen. Wij geloven dat
zulks in de eerste plaats voortvloeit uit de
omstandigheid dat een schaakpartij start
met volstrekt gelijke kansen voor beide
strijdenden, terwijl de bridger moet spe
len met de kaarten, die hij heeft. In zo
verre is het bridge veel meer een afspie
geling van het menselijk leven. Wij men
sen worden nu eenmaal geboren met de
meest uiteenlopende eigenschappen; de één
bezit een reeks talenten, die een ander
ten ene male mist. De kunst van het leven,
respectievelijk bridge, is er met de meege
kregen eigenschappen, respectievelijk kaar
ten het beste van te maken.
Stand in cijfers.
Zwart: 1, 2, 3, 5, 6, 7, 8, 9, 12, 13, 14, 15,
16, 17, 18, 19, 21, 29.
Wit: 25, 27, 28, 32, 35, 36, 37, 38, 40, 42,
43, 44, 45, 46, 47, 48, 49, 50.
Zwart dreigt nu met stuk winst door
29-34 en 18-22.
11) 35-30 5-10. Op 18-22 13x33 komt
wit na 43-39 in het voordeel. 12) 40-35
19-23. 13) 28x19 13x24. 14) 30x19 14x23.
15) 37-31 8-13. Op 21-26 speelt wit 27-21-
32 met dam op 4. 16) 31-26 2-8. 17) 44-39
7-11. 18) 50-44 10-14. 19) 44-40 14-20. 20)
25x14 9x20. 21) 39-34 3-9. 22) 35-30 20-25.
23) 36-31 9-14. 24) 46-41 18-22.
Een noodsprong die zwart een stuk doet
verliezen. Nu is het moeilijk beter spel te
ontdekken, voor zwart in plaats van 18-22
wat anders te spelen. Zwart krijgt altijd
nadeel.
25) 27x20 15x44. 26) 49x40 21-27. 27)
32x21 16x36. 28) 43-39 8-13. 29) 39-33 12-
18. 30) 33x24 1-7. 31) 34-29 23x34. 32)
40x29 en zwart gaf na enkele zetten op.
Op meesterlijke wijze heeft Springer de
foutzet 9) 23-29 uitgebuit en Weiss aan
getoond dat eerst na studie „alles speel
baar" is.
Leuk is het volgende stuk winst in de
spelopening.
Opening ir. P. Sonier. 1) 31-27 17-21.
2) 37-31 11-17. 3) 31-26 7-11. 4) 36-31 1-7.
5) 41-36 18-23.
XXXXXXX XX CCIOOOOOCXXJOOOOOOOO'OOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOC
Ex-wereldkampioen Bendictus Springer
leefde van 1897-1960. Tijdens zijn vijftig
jarige dammersloopbaan leverde Springer
in 1928 zijn grootste prestatie door in het
internationaal toernooi te Amsterdam de
wereldtitel te veroveren, welke titel in
1935 vrijwillig door hem aan de Inter
nationale Dambond werd teruggegeven.
Springer was de eerste dammer, die het
spel wetenschappelijk beoefende.
Hieronder volgt zijn partij tegen Isodoro
Weiss uit 1928, welke partij evengoed in
1965 gespeeld had kunnen worden.
Springer met wit; Weiss met zwart.
1) 32-28 19-23. 2) 28x19 14x23. 3) 37-32
9-14.
Ex-wereldkampioen Weiss huldigde in
de twintiger jaren de opvatting „Alles is
speelbaar, mits goed voortgezet".
Wij vinden 10-14 beter, omdat de groep
13, 9, 8, 4, 3, 2 de basis voor de zwartstel-
ling is.
4) 41-37 14-19. 5) 33-28 10-14. 6) 34-30
4-9. 7) 30-25 16-21. 8) 31-27 11-16. 9) 39-33
23-29?
Een gedurfde voortzetting, welke Weiss
alle eer aandoet.
10) 33x24 20x29. Stand na de 10de zet.
XXDOOOOOOOOOOOOOOOCOOOOOOOOCXXiOOCOOOOOOCOó. OOOi JOOCuOCüOO
ooooooooocooooooooonoooooooocooonconocoooooooooooooooooc
Sand na 18-23.
Als wit nu als 6de zet 34-30 zou ver
volgen, op welke wijze forceert dan zwart
stuk winst?
In de rubriek van 5 februari plaatsten
wij twee problemen van de heer N. R.
Keessen te Alkmaar. Hier zijn de oplos
singen.
No 1.
Zwart: 7, 11, 12, 13, 14, 17, 19, 22, 27, 32,
36, 37.
Wit: 23, 28, 30, 33, 34, 35, 38, 43, 44, 46,
47, 48.
Wit wint door 23-18 12x23 gedw. 47-41
43-39 30-24 46-41 41x1 1x6 44-50 48x39
6x44 en 35x44 wint.
No 2.
Zwart: 9, 11, 12, 18, 22, 23, 27, 28, 32,
36, 45.
Wit: 20, 24, 30, 34, 35, 37, 39, 40, 41, 42,
43, 44.
Wit speelt en wint door 1) 24-19 36x49.
2) 30-24. 3) 39-33. 4) 37x8. 5) 6-3. 6) 3x30
en wit wint.
De eerste twee goede oplossers die de
prijs, beschikbaar gesteld door de Sant-
poortse kampioen A. Douma, hebben ge
wonnen zijn C. W. Moonen, Badhuis
straat 49, Haarlem, en E. W. Overbeeke,
Gijsbrecht van Aemstelstraat 113, Haar
lem.
In het pas verschenen problemenboek
van de heer Keessen troffen wij onder
staande stelling aan, die wij onze lezers
ter oplossing aanbieden.
J. DALLINGA (Groningen)
XIOOOCKXXOOCOOOOOOCX X xj< x ;OOOCXXXX.XJOOOOOOOCX XX XXXJOOOOOOOOOO
oooooooooooooooooóoc)0oc)oooooooooocócooóoooooooooobooc)ooc
Zwart: 13, 14, 17, 18, 22, 25, 36.
Wit: 24, 27, 35, 41, 42, 44, 45.
Wit speelt en wint.
Oplossingen en correspondentie te zen
den aan het adres van de damredacteur:
B. Dukel, Wijk aan Zeeërweg 125, IJmui-
den.
oooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooc
•uaqa-ids a} ;aiu jeeuiapq jbbui ;noi
-bsubs saz uba peijuoo axaoap pq j3ao
uio 'soojsueq SipaqoA (jaaquaqnr puioq
-qn) jaAejq saz si ;aiz uaui sjboz 'uauiinj
-do uoq suapieq apuazaipaA ufiz pfi} do
pjoou ua jaiA gqsun3 /ao fiq -inappaAept
ap ppuio uauuoAvag qoo) pe-quoo pq
pjaM 'pz apiaiA jaoquaddoqas ap pAvaojj
'V ZO Z Z L A. Co H 6 01 A H V
:peq
proojq 'Ufiz uapaoui qaap jaaz suaddoqas
siauped pp apuauiauuBB uaddoqas saz
uba poq aqfqajjajpooA pq pmz paap qfi;
-qead ap uj gBBJAaSpuq do pjooAvpv
OMDAT WIJ van zult alleen niet
kunnen leven en een smakelijk soepje
altijd een waardige introductie vormt
op de hoofdmaaltijd nog deze twee re
cepten voor champignonsoep, duur en
goedkoop.
Voor het eerste hebt u nodig: 500
gr. champignons, 50 gr. boter, !4 eet
lepel peterselie, l'A liter water, 20 gr.
bloem, 30 gr. boter, 2 eidooiers, zout,
peterselie, tijm en wortel.
De champignons worden gewassen,
afgeborsteld en in stukjes gehakt.
Daarna in 50 gr. boter met de peterse
lie gaar smoren. Het water wordt apart
met zout en kruiderijen opgezet. Wan
neer het kookt, het gas laag draaien en
in een andere pan bloem en boter door
elkaar roeren. Hierbij het gezeefde ge
kruide water gieten en het geheel tien
minuten laten doorkoken. Vervolgens
de champignons toevoegen en tenslot
te de soep van het vuur af bin
den met de geklopte eidooiers.
Voor het goedkopere recept hebt u
nodig: 1 liter groentenat, Vi pond
champignons, 30 gram bloem, 30 gram
boter, zout en kruiden.
Het groentenat verkrijgt u, door wat
in stukjes gesneden selderie (ook knol)
wortelen, aardappelen en ui zachtjes
te koken in één liter gezouten water.
Daarna zeven.
In een juspan de boter smelten en
met het deksel op de pan op een
laag vuur de champignons gaar
smoren. Dit duurt maar een paar mi
nuten. Dan de bloem erdoor roeren en
vervolgens het gezeefde groentenat. U
laat de soep langzaam aan de kook ko
men, terwijl u blijft roeren. Laat de
soep op een laag vuur nog een half
uurtje zachtjes pruttelen. Kruiden met
een bouillonblokje, peper, nootmus
kaat en versgeknipte peterselie naar
smaak.
U ZIET HET: Niet echt duur. Cham
pignons zijn er volop, profiteer daar
van.
Een waarlijk zondagsmaal, dat ge
makkelijk en snel te bereiden is, noem
den wij:
U kent haar toch nog? De lieve ga
de van Figaro Antonie, geen onbeken
den op deze plaats, die twee die elkaar
weten te inspireren tot de fraaiste cu
linaire kunststukjes.
Voor dit gerecht hebt u nodig: 1 mal
se jonge haan (voor twee personen),
boter of olie voor het braden, zout en
peper, of De Körvers Braad- en grill
kruiden, gemengde specerijen, een
voortreffelijk produkt dat wij al
enige maanden in huis hebben en uit
en te na hebben beproefd, zowel in on
ze kerstmenu's bij kalkoen en haas,
als voor een gewone dagelijkse braad
lap. Het feit, dat De Körver zich mag
rekenen tot de oudste specerijenmaal
derijen van Nederland staat, met mijn
bevindingen, borg voor de kwaliteit
van het produkt
DE GROENTEN worden in dit re
cept in de saus verwerkt. U 'neemt
daarvoor champignons. Reken voor de
liefhebbers op 1% tot 2 ons per per
soon.
Voor de saus hebt u nodig: 1 flinke
ui, 1 theelepel kerriepoeder, 200 gram
boter, een snuifje tijm, 1 bouillonblok
je, zout en peper (of voor de liefheb
bers een mespunt Chilisaus), 1 blikje
tomatenpuree (klein of groot, afhanke
lijk van de vraag of u de tomaten-
smaak wilt laten overheersen), een
scheutje kookroom of koffiemelk, en
tenslotte de apart in boter gesmoorde
champignons.
Wilt u het helemaal a la Nicole
doen, dan mag de knoflook twee
teentjes niet ontbreken.
Hierbij geeft u droge rijst.
De malse, jonge haan verdeelt u
ook als u een diepvriesbeestje ver
kiest al voor het braden in tweeën.
Bewerken met de kruiden en mooi
bruin braden in boter of olie.
In een andere pan smelt u de boter,
braadt er de fijngesnipperde ui licht
bruin in, doet er de knoflook bij en ver
volgens de tijm en kerriepoeder. Even
goed doorbraden opdat de kerrie
poeder de gelegenheid krijgt het maxi
mum van zijn kruidend vermogen aan
het mengsel af te staan. Dan gaat het
bouillonblokje erin en de peper of de
mespunt Chilisaus. Indien u vindt dat
het mengsel wat erg dik is, kunt u er
een paar lepels kippebouillon bij doen,
die u intussen hebt getrokken van het
nekje, maagje, levertje en hartje, die
zo keurig verpakt (bij het diepvries
beestje) binnenin zaten. U hebt er maar
een piepklein pannetje voor nodig.
WANNEER het sausje mooi glad is
geworden doet u er de champignons
bij. Vlak voor het opdienen roert u er
pas het scheutje kookroom of de kof
fiemelk doorheen. Maar denk er wel
om: de saus moet dik zijn. Als u hem
een paar uur van te voren maakt, zult
u zien dat hij langzamerhand is inge
dikt en juist goed om te serveren.
Wees in elk geval voorzichtig met het
vocht. U schept dit gerecht zelf op. Leg
eerst de halve hanen op het bord en
bedek ze helemaal met de dikke cham
pignonsaus. Geef elk er apart een kom
metje rijst bij. Het is een maal om de
vingers bij op te eten; u zult dan ook
nauwelijks commentaar krijgen terwijl
de familie zit te smullen, want u weet
het: als de katjes muizen, dan...
Tevreden met deze vondst van Nico
le? Wij ook. Maar dat wil nog niet zeg
gen dat er geen andere varianten mo
gelijk zijn.
ZO HEB IK zelf eens dat haantje
geflambeerd met cognac en dit vocht
ook gebruikt om er de saus mee te
verdunnen. Gembernat uit het potje
met die heerlijk-scherpe bolletjes doet
het er ook goed in. Probeert u het
eens! De lekkerste saus heb ik echter
een keer verkregen door de restanten
van een thuis gehaalde Babi panggang
en satchsaus er doorheen te mengen.
Het werd zo wel duur, maar het was
onvergelijkelijk lekker. We zullen on
ze vriend Chang, de Chinese restau
rateur bij wie wij deze sauzen en wat
daarbij behoorde haalden, vragen om
ons een eenvoudig recept te geven, zo
dat u thuis hetzelfde resultaat kunt be
reiken.
IS HET U opgevallen, dat wij schre
ven: „Deze sauzen en wat daarbij be
hoorde?" Want echt, lezers en lezeres
sen, sauzen zijn oh, zo belangrijk zo
niet het belangrijkst! Wij hebben ons
laten vertellen, dat de „saucier", de
man die in de grote hotels de sauzen
bereid en uitdenkt, in volgorde van
belangrijkheid en aanzien, onmiddel
lijk op de chefkok volgt. In de culinai
re geschiedenis zijn ook mannen be
kend, die schatrijk geworden zijn door
het toebereiden van sauzen. Zij reisden
van hof tot hof en bewaarden hun ge
heimen wel. Maar ondanks die goed-
bewaarde geheimen zijn er op dit mo
ment toch zo'n 3000 sauzen bekend en
geregistreerd. Of zijn het er 5.000,
chefs en sauciers? Wie helpt ons uit
de droom?
Al hadden wij allemaal maar een
honderdste deel van de kennis van zo'n
saucier. U zoudt eens zien welk een va
riaties en varianten u ter tafel zoudt
kunnen brengen bij heel gewone ge
rechten, waarop u zo langzamerhand
„uitgekeken" denkt te zijn.
Een volgende keer zullen wij een
hele rubriek aan sauzen wijden. Wij
hebben nog het recept voor een „mint-
sauce", die heerlijk bij kip smaakt.
Mocht u zelf in de keuken experimen
terend lekkere sausjes hebben samen
gesteld, dan houdt zich daarvoor gaar
ne aanbevolen, uw
*VWWWVWUWV\AAIWIAIIIVWVWWVWWWWVtfll
Vervolg van pagina 15
klassiek spreekwoord. Zaalberg zou
nog veel meer voor zijn gemeente be
reikt hebben als hij niet telkens gestuit
was op de botheid van de enkelingen,
die het grotendeels voor het zeggen
hadden. De kleine man echter wist
hem, op den duur beter te waarderen.
Toen hij zijn koperen ambtsjubileum
vierde werden de straten en straatjes
met vlaggen en vaandels versierd.
Zaalberg had onder andere kans ge
zien de wegen en paden in de gemeen
te voor de somma van 20.000 te ver
harden en verbeteren, terwijl de plaat
selijke belasting in vergelijking met
omliggende gemeenten laag kon wor
den genoemd. In 1884 stierf Zaalberg
plotseling. Een hartinfarct waarschijn
lijk. Ook in dit opzicht was hij zijn
tijd dus ver vooruit.
Na zijn dood -en die van zijn
tegenstanders konden zijn opvol
gers zijn werk in regelmatiger tem
po voortzetten tot aan de jaren
na Wereldoorlog II, waarin Heems
kerk plotseling uitgroeide tot een
nieuwe en aan zijn wezen totaal
vreemde stad. Achter de „Geschiede
nis van dat ene Hollandse Dorp" werd
toen definitief een punt gezet.