Catchfirma in Londen
GRIJPE WAT JE GRIJPEN KUNT
IDe wereld wil bedrogen worden;
Gelegenheid daartoe
CATCH-GALA te Antwerpen
Reglement om niet aan te houden
klinkt het van het schellinkje
Trek zijn bruukske af, zunne"
Plannen voor
Nederland
31
DOOR
HANS ROMBOUTS
Spreek Engels, gij
Haar op jurytafel
as catch can
Achter de ring, op het podium van
het toneel, waar dus zondag „De Wit-
kapjes" furore maken, zijn twee rijen
ijzeren klapstoeltjes neergezet. Daar
zitten kennelijk de kennissen van
scheidsrechter John van der Meer.
Tijdens het „Gala" waar vindt men
meer gala's dan in het wonderlijke
Belgische land? roepen zij tenmin
ste luid hun waarschuwingen zoals:
„John, pas op manneke, want ge zit
in de huuk, sebiet". Vreemde figuren,
zoals ze daar zitten. Ge zoudt denken,
dat het marionetten waren. Marionet
ten soms van duivelse allure. Ge kijkt
naar omhoog. Of ge de touwtjes ziet,
Dit is geen verdwaalde plaat van de
pagina geestelijk leven, maar de foto
van catcher Raspoutine, die naar de
ring wandelt.
WAT MAG WEL en wat mag
niet bij het catch as catch
can? „Het laat alle grepen
toe van de verschillende be
oefende stijlen", aldus het regle
ment, uitzondering voor de vol
gende grepen: 1. het trekken bij
de haren, de haren van het
lichaam. 2. de wurging is ver
boden. 3. de „vork" naar de ogen.
4. Het bijten, het krabben. 5. de
vuistslag onder de broeksband.
6. de kniestamp onder de broeks
band. 7. het met de vingers open-
wringen der lippen. 8. de grepen
naar de geslachtsdelen. 9. de
stamp met de punt van de voet
onder de broeksband.
Als men een catchwedstrijd
van dichtbij ziet, zijn catchers de
vriendelijkste mensen, die er
zijn. Ze proberen elkaar nl.
steeds net niet te raken en be
paald niet echt pijn te doen.
De Rotterdamse bokspromotor Theo
Huizenaar heeft plannen om een
catchwedstrijd in Nederland te gaan
organiseren, aldus de Belgische
catchpromotor Pete Brackeniers
Huizenaar heeft contact met hem
opgenomen. Catch is niet verboden in
Nederland naar het schijnt. Bracke
niers heeft vorig jaar tijdens het 24-
uur-sportfestijn van de studenten in
Rotterdam ook een catchdemonstratie
gepresenteerd.
De catch is o.a. in Engeland, Frank
rijk, Japan en Amerika zeer populair.
De sterren verdienen daar, aldus ook
weer Brackeniers, enkele tonnen per
jaar. Ook vrouwen hebben zich met
vuur in de ring „gestort".
voor een groot deel mee, totdat het
werkelijk in de ban van de pseudo-
strijd komt. Dan slingert het kreten
door de zaal als: „trek zijn bruukske
af, zunne", „Schweinhund" en „rotzak".
In het lauwst van de strijd werpt dan
de Canadees theatraal een kushand
naar het publiek en gooit en passant
de honderd Russische kilo's schoon
aan de haak de zaal in. Naar het
voornoemde wijfje, wit haar, mantel
pakje. Het is een partij catch, waarin
tenminste iets van slapstick door
breekt. Voor de rest is alles zouteloos
en eigenlijk vervelend. Ook het treffen
tussen de Duitser Hofmann en de Deen
Rasmussen, die elkaar bewerken in
het zweet huns aanschijns alsof ze nat
te kleedjes aan het uitkloppen zijn.
Maar goed. De hoofdkamp moet nog
komen, na de pauze. Een pauze waar
in men zich in de hal de pint best laat
w\E BEOEFENAARS VAN DE CATCH allen beroepslieden heb-
M 1 ben hun eigen reglement, dat daarom al kostelijk is, omdat niemand
zich er aan houdt. Dan immers zou er geen catch mogelijk zijn. Neem
de bepaling uit het sportreglement sub I. Daar staat: „de haren en nagels
dienen kort geknipt te zijn". Welaan, wij hebben maar weinig zo zwaar
behaarde figuren gezien als ene Raspoutine. We lezen verder in het regle
ment: „het buiten de ring werpen is verboden". De keren, dat er lichamen
over en tussen de touwen de zaal ingewerkt werden, waren niet te tellen.
Vraag het de jury, die enkele malen compleet van de tafel geveegd werd
door een vallend menselijk gevaarte.
Het is boeiende lectuur, dat reglement. We noteren enkele passages.
„Het gebruik van olie, vet of smeermiddelen is niet toegelaten". „De wor
stelaar moet zich op de ring aanbieden in een welvoeglijke kledij". „De
worstelaar mag niet opzettelijk een lidmaat van zijn tegenstrever breken
zonder deze laatste de nodige tijd te gunnen aan de scheidsrechter zijn
opgave te kennen te geven".
Als straffen kunnen o.a. opgelegd worden volgens het reglement van
de Belgische Federatie van Beroepsworstelaars vermaning of blaam,
boete, tijdelijke schorsing en definitieve uitsluiting.
„De scheidsrechter mag op geen enkele wijze in de kamp betrokken
worden". Gezien de praktijk is dit een enorme mop.
De Rus Strogoff, in de zaal ge
worpen, wordt belaagd door een
trouwe kijkster bij catchwedstrij-
den; ze is zo trouw, dat ze elke
matchnijver het handtasje in de
richting van de catcher slingert.
zwaar kaliber, in haar richting uit de
ring geworpen en stormt diens tegen
stander op hem af. En zij trommelt
dan met haar tasje op de brede, van
transpiratie glimmende bast van de
kerels. Alsof ze verbolgen is, woedend.
De vaste klanten kennen haar, kloppen
haar op de schouder: „dat hedde weer
goe gedaon". Ze gaat zitten, tevreden.
Het tasje op de schoot.
Welaan dan. Het spul gaat beginnen.
De mannen en vrouwen op de klap
stoeltjes ge weet wel op het podium
roepen om het hardst: „allez,
John, allez John". En John, magere
figuur, gestoken in flodderige lange wit
te broek en badstoffen witte truitje,
zwaait even en inspecteert dan als de
„gekende fabuleuze scheidsrechter" de
ring. Er klinkt marsmuziek uit de luid
sprekers. Een flard slechts. Dan neemt
de speaker Karei Maas (ondervoorzit
ter staat er in het programma maar
waarvan moet ge raden) de micro ter
hand en kondigt de eerste partij aan:
Daniel La Rocca uit Argentinië, 88
kilo, tegen Spirou Karpilos uit Grie
kenland, 84 kilo. Het is een oninteres
sante partij. Straks komt het vuurwerk
veronderstelt de argeloze kijker, die
slechte pogingen ziet ondernemen om
een woeste vechtpartij uit te beelden.
Ongetwijfeld spelen „De Witkapjes"
zondag beter toneel. Goed, de heer La
Rocca klimt moeizaam op de hoek
van de ring. En ge ziet al uren van
tevoren wat er komen gaat; hij gaat
boven op zijn tegenstander springen,
die schijnbaar gewond op het canvas
ligt. Met het ene been bonst hij dreu
nend op de grond, met het andere
komt hij tot op een millimeter vlak bo
ven het gezicht van de geachte heer
Karpilos. Dit is kunstig, ongetwijfeld.
Wel doorzichtig. De goede Griekse
man Karpilos is ook niet van vandaag
of gisteren. Vanuit een schier onwrik
bare positie brengt hij La Rocca aan
de rand van de nederlaag, die geheel
in handen is van de scheidsrechter.
Enfin, Argentinië wint.
cussiëren of hij nu emaille of alumi
nium pannen zal kopen. Worden het
aluminiumpannen dan zal hij nog een
keertje extra moeten catchen
In het buitenland is catch as catch
can bijzonder populair. Om Engeland
te noemen, waar de zetel van de
internationale bond voor beroepswor
stelaars is gevestigd: daar heeft mis
ter Jack Dale een complete „catch
firma". Hij beschikt behalve over
een staf van catchers ook over eigen
vrachtwagens, een autobus, een
eigen drukkerij enz.
Praktisch elke ochtend ziet men
de vrachtwagens naar diverse pun
ten in Londen vertrekken met voor
elk worstelstrijdperk een ring, stoe
len, banken, tafels enz. De catchers
worden per autobus naar de plaats
van handeling vervoerd. De affiches
met sprekende platen en teksten
worden in de eigen drukkerij ver
vaardigd. Er gaat dan ook heel wat
geld om bij het catch.
De catchers worden gerekruteerd
uit de rijen van boksers, worste
laars, judoka's, karatebeoefenaars.
Bekende boksers als Primo Carnera
en Ezzard Charles stapten in hun
sportieve „na-d&gén" dè catch-ring ih
om nog wat bij Té "Verdienen. Joe
Louis heeft het ook geprobeerd, maar
dat werd geen succes. Wellicht nam
Louis de zaak al te serieus op.
Overigens: catchers moeten goed
getrainde body's hebben. Vooral het
instuderen van de series al of niet
verrassende situaties eist nogal eni
ge voorbereiding en training. Is men
daarenboven ook nog een goed ac
teur, dan heeft men een goed be
legde boterham.
Maar dan komt het. Ene Vladimir
Strogoff (URSS- staat er in het pro
gramma, zul je de Russische ambassa
de over horen) treedt uit het donker
DE WERELD nestelt zich gretig in de met trijp overtrokken stoeltjes.
Mundus vult decipi. De wereld wil bedrogen worden, ook in de
keurige bioscoopzaal Majestic, gelegen aan de jachtige Carnot-
straat in het hart van Antwerpen. Deze wereld, dit volk telt een hand
met franskes neer om zich zelf het genot te geven bedrogen te worden.
Dit volk huivert bij voorbaat. Het wacht op de dingen, waarvan het
weet, dat ze komen zullen: de opkomst achter in het donker van de zaal
van de catch-matadoren, de metalen aankondiging door de micro. Dit
volk hier verkneutert zich bij de entree van in badjassen of vreemde
pijen gestoken figuren zoals kleine kinderen, die geladen met benau
wend-plezierige afwachting, een goochelaar naar voren zien stappen.
Catch-gala in Antwerpen. Met gekende fenomenen als Tito Kopac, „de
Turkse berenvechter, die in Amerika de grootste vedetten wist te tem
men", of Le Petit Prince, „de jeugdige edelman, klein maar erg en die
de zwaarste reuzen overweldigde" of Raspoutine, „de nieuwe Russische
leeuw, een formidabele krachtmens, die de sensatie werd van Madison
Square Garden New York". Mundus vult decipi. En waarom zou men
niet aan de wens van het volk tegemoet komen en er een al of niet vet
belegde boterham aan overhouden?
blosje op de kaken, dat naarstig
roept: „allez, pakt 'm, grijpt 'm". In
het begin, als men als argeloos,
nieuwsgierig toeschouwer terneer zit,
wachtend op de gruwelijke dingen, die
komen gaan, kijkt ge wat gegeneerd
naar dat mensje. Maar spoedig hebt ge
het door. Ach, het is een ordentelijke
manier, waarop het vrouwtje een ex
traatje verdient
De zaal van de Majestic vult zich
met geroezemoes en mannen, die de
klak in de hand nemen. Met vrouwen
ook, die nu wel eens echte kerels aan
het werk willen zien. Die het kenne
lijk beu zijn om alsmaar 's avonds te
moeten aankijken tegen een vent, die
moe van het werk wegzakt in de stoel,
thuis.
Er is een wijfje bij, mantelpakje,
wit haar. Verborgen in die wachtende
massa. Ze heeft een tasje in de hand.
Dat houdt ze krampachtig vast. Voor
haar act. Want dat is haar glorie van
elke catch-avond: ze mag zoals
„mensen uit het publiek" in een cir
cus meespelen. Elke catchavond
wordt er een fighter, liefst een van
Rasmussen is op kunstige wijze in
de touwen verstrengeld daar is
heel wat training aan vooraf ge
gaan). De Duitser Hofmann vliegt
op de „weerloze" Rasmussen af. Hij
doet zijn collega geen pijn, want dat
zou al te gek zijn.
Het volk gnuift, schreeuwt, klapt in
de handen en heeft verbeten gezich
ten als Raspoutine met de haren aan
de ringtouwen wordt gebonden door een
huppende Ricky Starr. De Rus bevrijdt
zich en werpt verbolgen een pluk (na
maak-) haar op de jurytafel. Weer
pakt Starr de „monnik" en tot enorm
plezier van de zaal kietelt hij Raspou
tine. Totdat de Rus ineens geweldig
van leer trekt. De als een uur durend
gevecht aangekondigde partij eindigt
dan abrupt met de Amerikaan als win
naar. „Den John", de scheidsrechter,
heeft het spel na elf minuten mooi ge
presenteerd, vinden zijn claqueurs op
de klapstoeltjes. Hij heeft zich zelfs la
ten vatten door Raspoutine (op verzoek
van de fotograaf)
De zaalhouder grinnikt. De match
maker grinnikt. Het publiek schuifelt
weg. Een half uur later in de avond ko
men we de geachte heer Raspoutine te
gen, haar keurig gekamd, baard op or
de gebracht, in een goed vallend con
fectiekostuum. Hij stapt monter met
zijn valies in de hand (waarin onge
twijfeld monnikspij en lok vals haar).
Hij zal wel naar moeder de vrouw
gaan om daar weg te zakken in een luie
stoel. De Deen Rasmussen staat
Duits pratend met een vrouw voor
een etalage van een warenhuis te dis-
De zaalhouder wrijft zich in de han
den. De zetels zijn aardig bezet. Dat
moet hij voor zondag maar afwach
ten, als de toneelkring De Witkapjes,
keurig gezelschapje, voor bekenden en
magen een opvoering geeft van „De
Boomgaard". Ahwel, natuurlijk, het is
een opvoering in het raam van het
Stadstoernooi voor liefhebberstoneel.
Dat wel, maar catch trekt toch meer.
En de vraag is maar of zaterdag het
jeugdtheater De Kikkerprins zijn zaal
zo vol zal kunnen vullen?
Vóór in de zaal, waar men vermoedt,
dat een orkestbakje is, waarin normaal
de fanfare „Volksvlijt" triomfen viert,
is een boksring opgericht. Een batterij
lampen, omrand met de veelzeggende
leus: „Hebt gij pijn? Gebrek aan
moed? Een Poeder Mann doet steeds
goed", werpt haar koude licht op het
canvas. Aan de voet van de ring staat
een wankel tafeltje, waar de jury re
sideert en op gezette tijden een zwe
tend catch-lichaam uit de ring ploft.
waaraan duistere machten trekken om
die satirische grijnzen op de gezich
ten te toveren. De touwtjes zijn er
met. Ge zult vergeefs zoeken in de
nok. De duistere machten zijn er wel.
De machten van de begeerte, van het
sadisme. De machten ook van de zil
verlingen. Want, nietwaar, zoals men
vroeger claqueurs had in de loges en
op het schellinkje, zo heeft men hier
de huurlingen van de catch. Daar is
het nerveuze mensje, met gepoederd
mnnnnnnnnnnnrr—
naar voren, werpt een grote bordeaux
rode fluwelen mantel af, wrijft zich
eens over de pas geschoren, geheel
gladde bol, inspecteert even door een
rukje of zijn gitzwarte sik nog stevig
vastzit en schrijdt dan waardig naar
het midden van de ring. Zijn tegen
stander La Foudre, 90 kilo en daarmee
10 kilo lichter dan de Russische beer,
reikt hem de hand, maar Strogoff ziet
die niet eens. Hij rekt het brede li
chaam en wandelt hautain om La Fou
dre heen. Deze Canadees vergeet tij
dens de kamp even, dat hij Engelse
kreten moet slaken na afloop hoor
den we hem pittig Vlaams klappen
en wordt prompt door een kijker op
zijn fout geattendeerd: „spreek Engels,
gij".
Want het publiek speelt het spel
smaken. En men denkt: nu gaat het
dan komen. Het voorspel belooft inder
daad het een en ander. Daar is eerst
de Amerikaan Ricki Starr, naar het
heet vroeger acteur, zanger en danser.
Hij is een glamourboy, gebruind alsof
hij zo van de wintersport komt. Aan
zijn voeten heeft hij rode balletschoen
tjes met wikkels, ja zeker. Hij pakt
het touw van de ring en doet oefenin
gen aan de barre als een ballerina. In
het midden van de ring maakt hij een
pirouette. Mundus vult decipi. Het we
reldje in de zaal gniffelt.
Dan is er deining. Uit de hal, waar
men bedrijvig de bierglazen spoelt,
komt in de zaal de grote trekker van
deze avond: Igor Raspoutine (weer in
het programma URSS, weer een boze
Russische ambassade, omdat er geen
USSR staat). Een grote donkere figuur,
zwarte monnikspij, kap over het hoofd.
Het gezicht is onzichtbaar door de naar
VQren geriste haren, die als een smoe
zelig gordijn neerhangen. Op eerbied
waardige wijze stapt de man de ring
in. Dit kan een prachtige klucht wor
den, denkt ge. De wufte Ricky Starr
vertoont enkele arabesques aan de
„monnik", die een zeer zware kerel
met vies sluik haar en een deinende
buik blijkt te zijn, wanneer hij uit zijn
pij stapt. Beide mannen zijn inferieu
re toneelspelers.