FILATELIE Vrolijke eier dopjes voor uw paasdis „Gifgasvrije" auto wordt werkelijkheid ge PA5EN wcmcn in m Dammen ZATERDAG 2 APRIL 1966 Erbij 23 i|WBWK£MER8EiO!: Filar ski m mi m mm mm Ut m wm iü m B. Dukel wm \%m m w> J§t Hf Hit ;H| mm. mm. mm. m Wz zz Mr. Ed. Spanjaard WIE DITMAAL het traditionele eierverven voor Pasen eens wil afwisselen met het maken van eierdopjes, vindt hier een aan tal suggesties. We hebben ons bepaald tot zeer eenvoudige modellen, die een ieder in een paar uurtjes kan maken en waar alleen maar eenvoudige ma terialen aan te pas komen. Het is de bedoeling, dat deze eierdopjes maar eenmaal of ten hoogste twee maal dienst doen als een extra ver siering voor de feestelijke eierdis. Als we ze op deze manier gebrui ken, kunnen we er elk jaar weer een ander eigen-cachet aan geven KOKERTJE io drieën. rd>i eren. Verf of kni|34a|ï> ■Bodem VA n mcjfc Knikte cirkel Uittjo/d-uw de. óir peof me- plak- bapl mei" gek Itu. relt lilden Koker. J.C. r/////////s/////////////////s///////s////s////////s//////s/////////s/////////////////t OOSTENRIJK. Op 14 april zal een postzegel van 1.50 s. (groenzwart) wor den uitgegeven ter viering van het tweehonderdjarig bestaan van het Prater in Wenen. Op de zegel is het reuzenrad dat in dit park staat, afge beeld. Hij is ontworpen door Otto Zeil- ler en gegraveerd door Alfred Nefe. (Afbeelding). HONGARIJE. Als propaganda voor de bescherming van de natuur in Hon garije is een serie van zes waarden met afbeeldingen van bloemen in om loop gebracht: 20, 30, 60 f 1.40, 1.50 en 3 ft. Er zijn 520.000 getande en 6500 ongetande series gedrukt. ARGENTINIë. Ter gelegenheid van de lancering van raketten van het Ar gentijnse zuidpoolgebied af is een post zegel van 27.50 pesos (blauw, zwart en rood) verschenen. Op de zegel ziet men een kaart van het Argentijnse antarc tische gebied en een Centaur-raket. MONACO. Het honderdjarig bestaan van de stad Monte Carlo zal op 1 juni worden herdacht door de uitgifte van ieSöffli een serie van negen waarden met ver schillende voorstellingen: 0.12, 0.25, 0.30, 0.40, 0.60 (afbeelding), 0.70, 0.95, 1.30 en 5 fr. FINLAND. Ter herinnering aan het feit, dat honderd jaar geleden voor het eerst postzegels in dit land verschenen met waarde-aanduiding in Finse mar ken zal een postzegel van 0.35 mk. wor den uitgegeven. Afgebeeld is het inte rieur van een oud postkantoor. De ze gel zal verkrijgbaar zijn op de postze geltentoonstelling „NORDIA", die van 11 tot 15 juni in Helsinki wordt gehou den. De verkoopprijs bedraagt 0.35 mk. plus 1.25 mk. voor het toegangs bewijs tot de expositie. De oplage be draagt 250.000 exemplaren, waarvan een deel is gereserveerd voor de bui tenlandse verkoop. GRIEKENLAND heeft een serie van vier zegels het licht doen zien ter ge legenheid van het 125-jarig bestaan van de Nationale Bank van Griekenland. De 1.50 dr. vertoont het portret van Jean-Gabriel Eynard (1775-1863), één van de oprichters, de 2.50 dr. dat van Georg Stavros (1788-1869)de eerste directeur, de 4 dr. het gebouw van het hoofdkantoor te Athene en de 6 dr. een bankbiljet van 25 dr. dat in 1867 door de Nationale Bank werd uitgege ven. VERENIGDE STATEN. Op 9 april zal een postzegel van 5 cents verschij nen als propaganda voor de bescher ming van dieren. Op de zegel ziet men een bastaardhond, eigendom van de ontwerper van de zegel Norman Tod- hunter. MALEDIVEN. In de loop van april zal een nieuwe serie frankeerzegels in circulatie worden gebracht. Schelpen zijn afgebeeld op een 2, 5, 10, 15, 30 en 50 larees, 1, 5 en 10 rupees en bloemen op een 3, 720 larees, 1, 1.50 (afbeelding) en 2 rupees. SAN MARINO. Met afbeeldingen van landschappen is een serie van zes zegels verschenen: 5, 10, 15, 40, 90 en 140 lire. Ook zijn drie expressezegels uitgekomen in de waarden 75, 80 en 100 lire. BHOETAN. Dieren uit Bhoetan ko men voor op een uitgegeven serie van zes stuks. De waarden zijn: 1, 2, 4, 8, 10 ch. en 1 nu. RHODESIë heeft een nieuwe serie frankeerzegels, lopende van 1 d. tot en met 1 pond, het licht doen zien. De zegels hebben dezelfde waarden en dra gen dezelfde voorstellingen als de in 1964 uitgegeven serie van Zuid-Rhode- sië. SJARJAH. Ter herdenking van Sir Winston Churchill (1874-1965) is een h-W«sr> .-ii serie van vier zegels verschenen: 2 af beelding), 3, 4 en 5 rp. De zegels zijn gedrukt op goudfolie. Ze tonen Churchills portret met daarnaast ver schillende voorstellingen. Een minia tuurvelletje, getand en ongetand, is ook uitgegeven. KEUZE Welk eindcontract wilt u met de onder staande NZ-spellen het liefste spelen? Vier schoppen, vier harten of drie Sansa- tout? En had u dat favoriete contract met uw bloedeigen partner ook inderdaad be reikt? B 4 9 V B 10 8 6 O 2 A 10 4 3 2 4 H V 10 9 6 9 H 3 O A V B 8 4 B 5 Zuid gever, OW kwetsbaar. Wanneer zuid opent met één schoppen, is (bij passen van OW) het normale begin een twee harten bod bij noord. De zuidspeler kan dan ver volgen met drie ruiten, waarop noord de keuze staat: drie harten, drie schoppen of drie Sansatout. Zij die gewend zijn met open kaarten te redeneren zeggen zeker, dat noord in de tweede biedronde „natuurlijk" drie SA moet zeggen. Toch is daar wel wat op tegen: mocht zuid toevallig die klaver boer niet hebben en komt de tegenpartij (ongetwijfeld) met klaver uit, dan be hoeft drie SA helemaal niét zo'n prettig contract te zijn. Beschouwen wij de NZ-spellen objec tief, dan lijkt het of alles goed is. Het is nauwelijks denkbaar, dat vier schoppen of vier harten niet te winnen zouden zijn. Helaas, bleek zowel het ene als het andere contract een hele nare onderneming, want dit waren de OW kaarten: west 4 A8732 A9542 O 10 4 V8, terwijl oost had 4 5 9 7 O H976543 4 H 976 Tijdens de onlangs gehouden wedstrijd NederlandDenemarken, waren eerst onze gasten in het Kurhaus te Schevenin- gen over deze ellendige kaartverdeling gestruikeld. Voigt (zuid) had het bieden geopend met één schoppen OW pas ten Hulgaard (noord) had twee harten geantwoord zuid drie ruiten noord drie schoppen zuid vier schoppen. Bij de bestaande kaartverdeling was dat vanzelfsprekend een hopeloze opgave, hoewel zuid nog een kans kreeg door de weinig geïnspireerde uitkomst met schop pen twee door west (Rijke). Wanneer NZ nu wat gelukkig manoeuvreren, zou het maken van tien slagen niet onmogelijk zijn geweest. Het einde: één down. Toen daarna het spel op het demonstra tietableau (bridgerama) verscheen, hoopte het Nederlandse publiek uiteraard, dat NZ (SlavenburgKreyns) het „goede" contract van drie SA zouden bereiken. Het publiek verwachtte dit ook min of meer, want van favorieten wordt vereist dat zij door de kaarten héén kijken en dus tijdig weten hoe slecht (of hoe goed) het spel wel zit. Het scheelde ook weinig óf de heren hadden drie SA bereikt. De reden waarom het niet ging vernam ik pas later en die is hogelijk interessant. Kreyns (zuid) opende met één schoppenSlavenburg (noord) vervolgde met twee harten zuid drie ruiten. Tot zover dus nét als de Denen! Op dit moment, vertelde Bob Slavenburg mij later, had ik als noord best drie SA willen bieden, maar ik kon het niet! Waarom niet? Zoals u weet. gaat dit paar binnenkort naar de wereldkampioenschappen en daar zij er tot nu toe met bieden maar zo'n beetje op losgegoocheld hebben, achtten zij zich met het oog op die wereldkam pioenschappen verplicht „eens wat meer aan theorie te gaan doen". Eén van de afspraken nu was, dat als noord in een dergelijke situatie drie Sansatout zegt, hij een evenwichtig spel moet hebben. Dus zeker geen twee vijfkaarten met een singleton. Slavenburg vervolgde daarom met drie harten, Kreyns maakte er vier harten van en bij ruitenuitkomst (aas) en schoppen na, ging dat zelfs drie down. Nu rest dus nog slechts de vraag: wie was méér schuldig, de theorie of de spelers? nog een dam te hebben gehaald met stuk 16 kan zwart opgeven. Indien zwart nu eens met de 7 e) 49-44 had gespeeld en de lijn 6-50 in bezit had gehouden, dan zouden wij voor wit geen winststelling kunnen opbouwen. Wie gelukt het nu wel een winststelling op te bouwen? Dus in de volgende stand. Zwart: stuk op 2 5, dam 44. Wit: dam op 2, stukken op 16, 45, 48. Wit is aan zet. Om het stuk op 25 tegen te houden, moet de witdam op de lijn 2-35 blijven. Een speelwijze: 1) 2-13 44-28. 2) 45-40 het offer 25-30. 3) 13x35 28-23 remise. Een zeer merkwaardige remise ont staat in het partijspel na de 3de zet van zwart: wit 13, 16, 34, 45, 48; zwart 25, 30, 35. Wit is aan zet. Het lijkt er op, dat 13-8-3 gewonnen is, maar na 39-44 faalt 17 wegens 44-50. 17-6 25-30-34. Er is nog een mogelijkheid naar remise te zoeken voor zwart vanuit de diagram stand „zes om zes". Na 1) 17-11 rijst de vraag: is 35-40 beter? Voor de eerste kundige winststelling en spelgang die door een lezer wordt aan getoond loven wij het nieuwe damboek „Parel van het Damspel" uit. In de partij M. L. VosH. Laros aan het eerste bord kwam de volgende stand voor. moooooo^xwxxx»^^^xxxxj^^^^ooco^>. Wit: Donner. Zwart: Rellstab. Aangenomen damegambiet. 1) d2-d4 d7-d5. 2) c2-c4 d5xc4. 3) Pgl-f3 Pg8-f6. 4) e2-e3 e7-e6. 5) Rflxc4 c7-c5. 6) 0-0 Pb8-c6. 7) Ddl-e2 Rf8-e7. In com binatie met zwarts vorige zet minder goed, omdat zwart een belangrijk tempo verliest. Beter 7) a6. 8) d4xc5 Re7xc5. Dat wit nu, behalve de voorzet, nog een tempo erbij heeft verkregen, zien we het gemakkelijkst na 9) Pc3. De stelling is dan symmetrisch, doch met twee tempi voor wit méér (0-0 en De2). Iets dergelijks kan in een vrij open stelling als de onderha vige reeds doorslaggevend worden. 9) a2-a3 0-0. 10) b2-b4 Rc5-d6. 11) Rcl-b2 Dd8-c7. 12) Pbl-d2 Pf6-g4. 13) h2-h3 Pgl- e5. 14) Tal-cl Wit trekt zich niets aan van het loperpaar; afruil op c4 zou zijn ontwikkelingsvoorsprong nog ver groten. 14) Pe5xf3|\ 15) Pd2xf3 Dc7- e7. Er dreigde reeds b4-b5, daar de dame in de schootslijn van Tel stond 16) Tfl- dl a7-a5. Weer geen gelukkige gedachte, daar het paard weer naar zijn stal terug moet. Het is echter moeilijk een bevredi gend plan te vinden. 17) b4-b5 Pc6-b8. 18) De2-d3 Tf8-d8. RELLSTAB JOOOOOOOOOOOOOOOOCCXXXMOOCXTaJutiOCOOOOOOOOOOOOC^ Zwart: 7, 15, 18, 19, 24, 25, 26. Wit: 16, 34, 35, 36, 39, 43, 45. Laros (met zwart aan zet) speculeerde met 15-20 op een zetje, hetgeen in tijd nood wel eens succes geeft. Na 15-20 ver volgde wit met 43-38 en zwart won na 26-31, 18-22, 19-23 24x44. Toch is de speculatieve zet 15-20 niet sterk. Als sterkste zet moet 18-22, waar na wit het zeer moeilijk krijgt. 39-33 19- 23. 43-38 22-27, met gewonnen spel voor zwart. De DCY-er H. Swier (met wit) won van Geurtsen in de volgende stand. Zwart: 3, 8, 11, 15, 17, 16, 18, 24, 25. Wit: 27, 28, 31, 32, 33, 34, 36, 39, 44. Zwart: 17-21? Wit: 33-29. 24x22. 31-26 22x31 26x6. Oplossing probleem Jan Dallinga in de rubriek van 5 maart. Zwart: 13, 14, 17, 18, 22, 25, 36. Wit: 24,27, 35, 41, 42, 44, 45. Wit: 24-19 36x38. 19x8 22x31. 35-30, 45-40, 44-40 en 8-3. De heren Overbeeke, Schol en Lang broek hebben het probleem goed opge lost; de heer R. C. Smit te Haarlem deed het fout. Tot slot een probleem uit de wedstrijd van Damvreugde. OOOOOOOOOOOODOOnóooCXDOOOOOrriooOOOOf^^OCOa^^^OCOOOOC Zwart: 13, 12, 24, 26, 28, 34. Wit: 22, 33, 36, 37. 44. 47, 48. Wit speelt en wint. In de wedstrijd Utrechts Damgenoot- schapDCY voor een plaats in de top klasse van de K.N.D.B. kwam het volgend boeiend eindspel voor. DES (UDG) JOOOOOO<^^^OOOOOC^^^pOOOCX^^pOOOCXX3COC LO^ jocx> ooooo Oplossingen en correspondentie te zen den aan het adres van de damredakteur: B. Dukel, Wijk aan Zeeërweg 125, IJmui- den. DONNER (aan zet) Zwart dreigt Rh2f Td3:, dat ziet, ge lijk het in schakers jargon hee», een kind. Donner vervolgde nu met 19) Dd3-c3 Sterk genoeg, maar er was nog veel beter. Ziet gij het, lezer? De „sleutelzet" was 19) Ra2! geweest. De zojuist aangegeven damewinst was dan taboe geweest, wegens 19) Rh2f? 20) Kb2: Td3:. 21) Tc8:f en wint. En het merkwaardige is dat zwart na 19) Ra2 geen enkele redelijke zet meer heeft. Er dreigt dan zowel slaan op d6 als op c8. Zwart kan zich daartegen op geen enkele wijze verdedigen. Zie bij voorbeeld 19) Rc7. 20) Tc7: Td3:. 21) Tc8:f enz. Steeds wreekt zich het on gedekt staan van Rc8, veroorzaakt door zwarts achterstand in ontwikkeling. Na de oppervlakkige tekstzet gaat/de strijd verder. 19) f7-f6. 20) Pf3-d4 Kg8-h8. 21) Rc4-a2 Rc8-d7. 22) Dc3-c4 e6-e5. 23) Pd4-e6 Td8-e8. 24) a3-a4 Inleiding van het komende paardoffer. Wit heeft de tijd, daar afruil op e6 faalt op mat op de onderste lijn. 24) b7-b6. Misschien om Ta8 via de zevende lijn in het spel te brengen. Zwart heeft geen mogelijkheid, zijn paard te ontwikkelen. 25) Pe6xg7!? Een dubieus offer; Wit had slechts gerekend met 25) Kg7:. 26) Td6:! Dd6:. 27) Df7? Kh8. 29) Ra3 (verklaart wits 24ste zet) met di recte winst. 25) De7xg7. 26) Tdlxdö Rd7xh3. Plotseling heeft zwart de pion terugge wonnen, tegenaanval verkregen en boven dien een ontwikkelingsveld voor zijn paard. Vele witspelers zouden door een dergelijke teleurstelling uit hun even wicht zijn geraakt; niet aldus Donner, in wie nu eindelijk de grootmeester ont waakt. 27) Dc4-d5 Pb8-d7. 28) Kgl-fl Rh3-g4. Om de nu volgende verzwakking van veld g3 uit te lokken. 29) f2-f3 Rg4-f5. 30) e3-e4 Td8-g8. Merkwaardig zoals zwart eensklaps tegenspel verkreeg. 31) Dd5-d2 Rf5-h3. De zwarte actie begint er zelfs gevaarlijk uit te zien. 32) Tcl-c2 Wit haast zich niet met slaan op g8. 32) Pd7-c5. 33) Rb2-a3 Dg7-g3. Dreigt Df3:f. 34) Dd2-f2 Dg3-h2. 35) Ra2xg8 Eerst op dit moment, nu de toren zich langs de g-Iijn kan gaan red den, grijpt wit de kwaliteit. 35) Ta8xg8. Wit moet, ondanks zijn materiële voorsprong, nog geducht oppassen. Voor al Tg2: ziet er zeer gevaarlijk uit. RELLSTAB D0000000000000000cx>xj000tx500000000000000000000 OOOOXXXXIOOOOOOOOGOGCXXXXMOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOO^OOPOOOC DUKEL (DCY) Zwart: 7, 8, 24, 25, 28, 35. Wit: 16, 17, 34, 38, 39, 45. Wit aan zet heeft belangrijk voordeel. In de partij verloor zwart dit spel na een fout te hebben gemaakt. Is dit eindspel voor wit te winnen? Het spelverloop in de partij: 1) 17-11 28-32. 2) 11x13 32x43. 3) 39x48 24-30. 4) 34-29 30-34. 5) 29x40 35x44. 6) 13-8 44-49. 7) 8-2 49-35? Nu is zwart na 8) 2-11 ver loren. Wit beheerst de lijn 6-50 en na DONNER, DE ONVERSCHILLIGE GROOTMEESTER In de tweede ronde van de lar.denwed- strijd Nederland—Duitsland, moest de captain Darga der gasten wegens beroeps bezigheden verstek laten gaan. Voor hem viel de veteraan Rellstab die vele jaren in Nederland woonde in. Rellstab is een ervaren toernooirot, doch lang niet van de klasse van Donner, die hij te bestrijden kreeg. Nu is dit verschil in sterkte juist bij Donner een gevaarlijke zaak en wel.... voor Donner, die soms gebrek heeft aan zelfdiscipline en zijn taak tegen een no toir zwakkere vaak wat al te luchthartig opneemt. Zo ook in de onderhavige partij. Rell stab speelt de opening zwak en staat reeds na 18 zetten glad verloren. Als Donner de toen ontstane stelling even nauwkeurig had bekeken, zou hij direct een einde aan de strijd hebben kunnen maken, maar hij vervolgt met de meest voor de hand lig gende zet, op zichzelf goed genoeg, maar toch zodanig dat Rellstab nog kan spelen In de volgende fase wil Donner zijn voor deel te snel uitbuiten; hij brengt een du bieus paardoffer, waardoor Rellstab zo waar nog aanvalskansen krijgt, kansen welke tegen een mindere speler wellicht nog succes zouden hebben gehad. Pas dan ontwaakt in onze Jan Hein de grootmees ter; hij gaat er eens even voor zitten, or ganiseert de verdediging en maakt aan alle zwarte illusies een einde. DONNER (aan zet) 36) Ra3xc5! Met de volgende, geenszins voor de hand liggende pointe: 36) Tg2:. 37) Dg2: Dhlf. (37) Rg2:f. 38) Tg2: wint direct, daar Td8 mat dreigt). 38) Rgl! en zwart heeft ineens niets meer. Vandaar: 36) b6xc5. 37) Tc2-d2! Koelbloedig gespeeld. Met de tekstzet wordt veld d8 gedekt, waar door na 37) Tg2:. 38) Td8f het af trekschaak 38) Tg8f. 39) Kei niets uithaalt. Voorts speelt wit na 37) Rg2:f rustig 38) Kei. 37) c5-c4. 38) Td6-d8 Niet 38) gh3: wegens 38) Rh3xg2t. 39) Kfl-el! En niet 39) Dg2: Dg2:f. 40) Tg2: Td8: Voorts zou zwart na 39) Ke2 Rf3:t misschien nog op eeuwig schaak kunnen hopen. 39) Dh2-hlf. 40) Kel-e2 Tg8xd8. 41) Td2xd8* Kh8-g7. 42) Td8-dl Rg2xf3t. Na een damezet wp>-° 43i T«*1 cmvrOTi 23) Df2x f3 en zwart gaf Donner heeft /ün noncha lance onnodige nv .-n de hals gehaald, doch deze glansrijk overwonnen. BIJ MODEL A zijn we uitgegaan van een smal kokertje, b.v. een toi letpapierrolletje, dat we in drieën ver delen. Dit laatste doen we het best met behulp van een fijn zaagje of met een niet te grove broodzaag. Als de randjes wat rafelig worden, werken we ze bij op een stukje fijn schuurpa- peir. Uit twee rolletjes maken we op deze manier al 6 eierdopjes, het kost ons dus geen moeite om er 12 of meer te maken. Het is nu zaak deze dopjes te versieren. Dat kan op verschillende manieren. WE KUNNEN er b.v. met water verf (plakkaatverf) eenvoudige figuur tjes op aanbrengen. Deze behoeven vooral niet precies te worden afge werkt. Wel zal het gebruik van ver schillende kleurtjes het op deze kleine vlakjes heel goed doen. Behalve plak kaatverf is kleurkrijt (waskrijt, pastel o.d.) ook heel goed te gebruiken. Als we bang zijn dat de kleuren afgeven dienen we de dopjes te vernissen. Blanke spiritusvemis (drogist) is het gemakkelijkst te gebruiken. Ook fixa- tief, dat we bij het tekenen met pastel krijt of houtskool toepassen, is een goed hulpmiddel. „DEZELFDE kokerdeeltjes kunnen voorzien worden van een bodempje, „schoteltje" of onderzetrandje. Daar toe trekken we op karton (oude doos b.v.) een cirkel. We kunnen hiervoor natuurlijk een passer gebruiken, maar de omtrek van een schoteltje voldoet ook uitstekend. Binnen in de cirkel trekken we daarna 't kokertje om, zo dat we 2 concentrische cirkels hebben. De binnenste cirkel knippen we nu iets kleiner uit en knippen daarna vanuit het midden puntjes. Deze puntjes vou wen we omhoog en duwen ze zover uiteen, dat het kokertje er precies in past zodat we dit daarna in het scho teltje vastplakken kunnen. De opstaan de puntjes verven we met de versie ring mee. (tekening C.). EEN GEHEEL andere manier om ardige eierdopjes te maken is het op rollen en uitdrukken van serpentines. Deze rolletjes moeten geheel afgewik keld worden, want zoals we ze kopen hebben ze een gat in het midden en dat kunnen we niet gebruiken. Vooral goed stijf oprollen; als het papier mocht breken is er geen enkel be zwaar om de eindjes weer aan elkaar te plakken. Ook het gebruik van rolletjes van verschillende-kleur-door-elkaar is geen bezwaar, het maakt de werkstukjes alleen maar aardiger. Als de plakken stijf gerold zijn (on geveer 6 tot 7 cm middellijn), dan drukken we ze uit tot de gewenste vorm. Is deze eenmaal verkregen, dan vernissen we het dopje met spiritus vemis of (dat is beter) met waterglas (drogist!). (Tek. D.). Tekening E laat een soortgelijk dop je zien, maar nu opgebouwd uit twee uitgedrukte plakken. Allerlei variaties zijn op deze wijze mogelijk, zelfs het maken van gehele eierschaaltjes ro I i&ri Pifvief qa-wikkt-ld om maar daarvoor zijn wel grote plakken nodig (geduldwerkje!) De kokertjes zijn ook te versieren met aangeplakte lussen van gekleurd papier (Glacépapier, papier van ge kleurde tijdschriften, gekleurd vloei papier, zilver- of goudstroken enz.) (Tekening F). Tesnlotte geven we in tekening G. nog een manier om dopjes te maken, die echter wat moeilijker is. Daarvoor gebruiken we ook kokertjes (toiletrol letjes), maar nu gaan we dun pitriet stijf om het rolletje winden, daarbij voortdurend na elke „toer" het rolle tje met lijm insmerend. Het rolletje wordt op deze wijze bekleed met een pitrietmantel. Als de lijm zeer goed houdt (b.v. een kitlijm) is het zelfs mogelijk om later het kartonnetje uit de pitrietbekleding te verwijderen (wegsnijden en knippen) maar eenvou dig is dat niet. Vervolg van pagina 13. ontreiniging aldaar op een bepaald moment de grenzen van het wet- telijk-toelaatbare maximum had overschreden. Alle motorisch ver keer in het Ruhrgebied is toen eni ge tijd stilgelegd tot de lucht „zich zelf weer gereinigd had". Het nieuwe wetsvoorstel gaat echter veel verder. Als het wordt aangenomen, dan zullen met in- gang van 1 januari alle motorrijtui gen in de Bondsrepubliek voorzien moeten zijn van een installatie die de uitlaatgassen vrij maakt van giftige bestanddelen. De Duitse auto-industrie is daar op voorbereid. Zowel de Volkswa genfabriek als het Daimler-Benz- concern beweren dat zij dergelijke installaties klaar hebben liggen en desgewenst direct met de inbouw in al hun auto's kunnen beginnen. Na tuurlijk hebben ook de andere auto-industrieën met het oog op hun exportmarkt in Duitsland niet stilgezeten en zo kan de lang verbeide „gifgasvrije" auto dan eindelijk werkelijkheid worden dank zij de energieke aanpak van de wetgevers in Amerika en West- Duitsland! EN WAT DOET de wetgever in Nederland? Wij hebben een 'vol komen ontoereikende) Hinderwet en er zijn allerlei studiecommis sies maar in feite mag iedereen hier nog altijd ongestraft evenveel „kankergas" en „longvergift" pro duceren als hem goeddunkt maar daarvoor zijn wij dan ook een vry volk

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1966 | | pagina 23