kinder-
Schatkamer van het Ottomaanse
rijk kent eigen weelde niet
PANDA EN DE WEGDOENER
c
n
POLLE, PELLI EN PINGO
OjA
1
lifS
KRAMMETJE FOK
CHARMEUR
w
TOPKAPI, NA DE FILM
E
Ons vervolgverhaal
li
DINSDAG 12 APRIL 1966
17
DOOR AGATHA CHRISTIE
Geen alarmsysteem
Roemrucht verleden
-f». jgr
-
J
- 1
■Jt jut oat tsraeeN speei.-
6oeo is
De alarmknop! t-ierouiN Nier ven.
MWVWVIMWVMMVW
57
„Iedere keer weer. Eén geval leek
precies op dBt van Eliza het be
trof een kleine jongen. Ik zag hem
in het park hier hij werkte toen
bij mij. En weet je wat hij deed?
Hij deed mij na Mij! Hij bespot
te mij! Hij liep op en neer te stap
pen terwijl de mensen naar hem ke
ken. Hij bespotte mij op mijn eigen
terrein! En weet je wat er met hem
gebeurd is? Nog geen tien dagen la
ter is hij uit een bovenraam gevallen,
en hij is aan de gevolgen overleden!
Dan was er die schoft van een
Carter een dronkaard en een man
met een giftige tong. Hij kwam hier
en schold me uit. En wat is er met
hem gebeurd? Een week later was
hij dood gestikt in de modder. Er
is nog een dienstmeisje geweest ook.
Zij verhief haar stem en schold mij
uit. Haar straf volgde spoedig. Zij
nam bij vergissing vergif in! Ik zou
je nog heel wat meer kunnen ver
tellen. Humbleby waagde het zich
tegen mij te verzetten over dat wa
tervoorzieningsplan. Hij is aan bloed
vergiftiging gestorven. O, het gaat al
jaren zo mevrouw Horton, bij
voorbeeld, was verschrikkelijk on
hebbelijk tegen mij, en het duurde
niet lang of zij overleed."
Hij zweeg, boog zich naar voren, en
gaf de karaf met port door aan Luke.
„Ja", zei hij. „Zij stierven alle
maal. Wonderlijk, hè?"
Luke staarde hem aan. Een mon
sterachtige, een ongelofelijke ver
denking kwam plotseling bij hem op!
Uit een geheel nieuw gezichtspunt
bekeek hij met starende blik het
dikke mannetje dat aan het hoofd
van de tafel zat, en zachtjes met
zijn hoofd knikte, terwijl zijn lichte,
uitpuilende ogen Luke met glimla
chende zorgeloosheid aan keken.
Een hele verzameling onsamenhan
gende herinneringen flitste meteen
door Lukes brein. Majoor Horton,
die zei: „Lord Whitfield was erg
vriendelijk. Hij heeft druiven en per
ziken uit zijn broeikas gestuurd."
Het was Lord Whitfield die zo goed
was geweest toe te staan dat Tommy
Pierce het baantje kreeg van glazen
wasser in de bibliotheek, Lord Whit
field die breed uitweidde over zijn
bezoek aan het Wellerman-Kreutz
Instituut met zijn serums en ge
kweekte bacteriën, even voordat
dokter Humbleby stierf. Alles wees
duidelijk in één richting, en hij,
dwaas die hij was geweest, had daar
nooit de geringste aandacht aan ge
schonken
Lord Whitfield glimlachte nog
steeds. Een kalme, gelukkige glim
lach. Hij knikte zacht met zijn hoofd
tegen Luke.
„Zij gaan allemaal dood", zei hij.
HOOFDSTUK XVIII
Conferentie in Londen
Sir William Ossington, bij zijn
jeugdvrienden bekend als Billy Bo
nes, staarde zijn vriend ongelovig
aan.
„Heb je in Mayang nog niet ge
noeg gekregen van de misdaad?"
vroeg hij op klagende toon. „Moet je
nu naar Engeland komen en werk
voor ons gaan opknappen?"
„De misdaad in Mayang is niet op
een dergelijke leest geschoeid", zei
Luke. „Ik heb nu te maken met een
man die ten minste een half dozijn
moorden op zijn kerfstok heeft en
het heeft klaargespeeld zich tot nu
toe te vrijwaren voor alle verden
king!"
Sir William zuchtte.
„Dat komt inderdaad voor. Wat is
zijn specialiteit echtgenoten?"
„Nee, van dat soort is hij niet. Hij
is nog niet helemaal zover dat hij
denkt dat hij God is maar het
scheelt niet veel."
„Gek?"
„O, geen twijfel aan, zou ik zeg
gen."
„Aha! Maar waarschijnlijk is hij
niet gek volgens de letter van de
wet. Daar is verschil tussen, weet
je."
„Ik zou zeggen dat hij de aard en
de gevolgen van zijn daden kent",
zei Luke.
„Precies", zei Billy Bones.
„Nou, laten wij maar niet gaan
harrewarren over juridische bijzon
derheden. Daar zijn wij nog lang niet
aan toe. Misschien komen wij er
nooit aan toe. Wat ik van jou wil
de hebben, beste jongen, zijn een
paar feiten. Op de dag van de Derby
heeft er een ongeluk plaatsgehad op
straat, tussen vijf en zes uur 's mid
dags. Een oude dame is overreden bij
Whitehall en de auto is doorgereden.
Zij heette Lavinia Pinkerton. Ik had
graag dat je zoveel mogelijk feiten
opgroef die daarop betrekking heb
ben."
Sir William zuchtte.
„Die kan ik gauw voor je te we
ten komen. Dat moet kunnen binnen
twintig minuten."
En hij hield woord. Binnen die tijd
was Luke in gesprek met de politie
ambtenaar die met de zaak belast
was geweest.
„Ja meneer, ik herinner mij de
bijzonderheden nog wel. Ik heb de
meeste opgeschreven." Hij wees op
het papier dat Luke aan het bekij
ken was. „Er is een lijkschouwing
gehouden -de lijkschouwer was
meneer Satcherverell, die zich in af
keurende bewoordingen uitliet over
de chauffeur van de wagen."
„Het nummer hebt u niet gekre
gen?"
„Nee, meneer".
„Wat voor merk auto was het?"
„Het schijnt wel vast te staan dat
het een Rolls was een grote auto
bestuurd door een chauffeur. Alle ge
tuigen zijn het op dit punt eens. De
meeste mensen kunnen een Rolls
wel herkennen."
„Nee, jammer genoeg heeft nie
mand eraan gedacht daarnaar te
kijken. Er was een notitie FZX
4498 maar dat was een verkeerd
nummer. Een vrouw had het gezien,
en had dit gezegd tegen een andere
vrouw, die het weer aan mij door
gaf. Ik weet niet of de tweede vrouw
het verkeerd verstaan heeft, maar
het was in ieder geval niet juist."
Luke vroeg op scherpe toon: „Hoe
wist u dat het niet juist was?"
De jonge ambtenaar glimlachte.
„FZx 4498 is het nummer van
Lord Whitfields auto. Die wagen
stond op het bewuste tijdstip voor
Boomington House, en de chauffeur
was aan het thee drinken.
(Wordt vervolgd.)
<B 9 9
ISTANBOEL (AP). De veiligheidsmaatregelen in het beroemde Top-
kapi-museum in Istanboel zijn verscherpt sinds een film, die een inter
nationaal succes is geworden, schijnbaar heeft aangetoond, hoe gemakkelijk
het is de schatten van de instelling te roven. „In werkelijkheid is het hele
maal niet gemakkelijk het museum te bestelen", zegt zijn directeur-gene
raal, Hayroellah Ors. „Topkapi is omgeven door hoge, dikke muren. Het
gebouw lijkt op een fort". Hij gaf evenwel toe, dat hij bij wijze van voor
zorg meer bewakers in dienst heeft genomen en hen zwaarder heeft be
wapend sinds de film „Topkapi" is uitgebracht. „Voor het geval, dat
iemand iets in zijn hoofd mocht halen", zegt hij met een glimlach.
DE FILM heeft ook het bezoek aan
het museum doen toenemen. In 1964 werd
Topkapi bezocht door niet meer dan
80.468 vreemdelingen. Vorig jaar, nadat
de 'film was uitgebracht, door 176.125.
Topkapi, eens het paleis van de rijke
Ottomaanse sultans, bevat een fortuin
aan kostbare juwelen. Chinees porselein
en aardewerk, Turkse en Europese kunst
voorwerpen.
Geen Turks functionaris zal zich wa
gen aan een gissing aangaande de waar
de van de rijkdommen die in topkapi
zijn opgehoopt, maar deze bedraagt stel
lig honderden miljoenen guldens.
In de film van Jules Dassin werd ge
toond hoe een bende schurken, waartoe
Melina Mercouri, Peter Ustinov en Maxi
milian Schell behoorden, in de nacht een
vermetele inbraak in het museum pleeg
de om zich meester te maken van een
met juwelen bezette dolk.
Een lid van de bende daalde langs een
touw af naar de vitrine, waarin het kost
bare voorwerp zich bevond, om niet over
de vloer te moeten lopen, waardoor de
alarminstallatie in werking zou treden.
„NU WILLEN de bezoekers alles we
ten over die dolk en de alarminstalla
tie", zegt Ors „Wel, een dolk is er in
derdaad, maar we hebben geen alarm
installatie of een of ander elektronisch
waarschuwingsapparaat onder de grond.
We zijn van mening, dat de bewakers
hun oplettendheid zouden laten verslap
pen en zorgeloos worden, als zij konden
vertrouwen op een alarminstallatie, die
per slot van rekening kan falen".
De filmers van Dassin, die geen opna
men in het museum mochten maken en
ook de kostbare inhoud niet mochten fo
tograferen, hebben de eigenlijke diefstal
scène verfilmd in Parijs en daarbij een
imitatie van de beroemde dolk gebruikt.
Het origineel is thans een van de voor
naamste attracties van het museum. Het
is vervaardigd van goud en bezet met
smaragden en robijnen. De dolk was be
doeld als geschenk van sultan Mahmoed
I 1730-54) aan Sjah Nadir van Perzië,
maar de sjah werd vermoord voor het
geschenk hem kon worden overhandigd.
DE GESCHIEDENIS van Topkapi da
teert uit de tijd van sultan Mehmet de
Veroveraar, die 500 jaar geleden Constan-
tinopel (thans Istanboel) veroverde op de
Byzantijnse Grieken.
Mehmet bouwde op een voorgebergte,
uitziende op de schilderachtige invaart
van de Gouden Hoorn, de Bosporus en
de Zee van Marmora, een bescheiden pa
leis.
Volgende sultans breidden het serail,
zoals het werd genoemd, uit naar de ma
te van hun rijkdom of hun grillen, tot
het een zesde van de oude stad besloeg.
Tot de functionarissen in het paleis be
hoorden hovelingen zoals de bewaarder
van de tulband, de hoeder van de lam
petkan, de hoofdoppasser van de pape
gaaien en de bewaker van de reigersveer.
Verborgen achter hoge, dikke muren,
werd het serail voor de onderdanen van
de sultan een plaats vol van geheimzin
nigheid. Kostbare geschenken en bezittin
gen, zoals een gouden troon, bezet met
hele rijen smaragden, maakten het se
rail tot een van de rijkste schatkamers
van de wereld.
Maar de gemiddelde toerist ziet ook in
onze dagen aan het grote aantal en de
omvang van de smaragden en robijnen
de waarde niet af. Zij lijken hem weinig
meer dan grote brokken groen en rood
glas.
HIERBIJ kan worden opgemerkt, dat
het Chinese porselein van Topkapi en de
verzameling aardewerk (een gedeelte van
de 4.000 stuks is tentoongesteld), waar
devoller worden geacht dan de kostbare
stenen.
„Feitelijk is het porselein geen echte
verzameling", zegt museumdirecteur Ors,
„Aangezien de sultans deze stukken nooit
systematisch hebben bijeengebracht. Het
waren geschenken of de sultans kochten
ze voor de huishouding van het paleis
om van te eten".
De sultans geloofden, dat het zeegroe
ne „celadon", porselein van kleur zou
veranderen, als er vergiftigd voedsel op
werd geserveerd.
Het museum beroemt er zich op, de
grootste Ming-verzameling ter wereld te
bezitten.
Een andere waardevolle verzameling
bestaat uit de 1.309 kostuums en gewa
den gedragen door de verschillende sul
tans in de laatste vijf eeuwen. Er is
zelfs een 400 jaar oude laars bij, die is
gedragen door Selim II.
Slechts enkele van de kostbare gewa
den van brocaat en zijde zijn tentoonge
steld. De rest wordt in beschermende
omhulsels bewaard in ontvochte ruim-
COP, MARTENToOnDeW
sss MSSS -
ten, die op de juiste temperatuur gehou
den worden.
Topkapi is heel wat kleiner dan het
was in de bloeitijd van het Ottomaan
se keizerrijk, maar de sprookjesachtige
torens, koepels en gebouwen met punt
daken beslaan toch nog een oppervlakte
van 80.000 vierkante meter.
De gehele rijkdom van Topkapi is nooit
geïnventariseerd. „De een of andere dag
zullen we wel eens een catalogus van al
deze prachtige dingen samenstellen" zucht
te Ors „Maar dat zal wel een hele hoop
geld kosten."
Onze vriend Flip weigert te erkennen
dat hij een dagje ouder wordt. Je zou zo
zeggen: maar wat wil die jongen dan
toch.Wat hij wil? Iets heel simpels,
maar om ijzeren, nog nimmer doorbroken
natuurwetten iets onmogelijks: hij wil z'n
jeugd niet opgeven. Hij wil de jonge held
blijven, de charmeur en Adonis die hij
placht te zijn. Hij weigert daarom hard
nekkig akkoord te gaan met het feit dat
de rol van jonge held voor iedereen eens
is uitgespeeld en dat daarmee een heel
nieuw stuk op het repertoire genomen
moet worden. Onze Flip verloochent de
ouder wordende man die hij al geheel en
al is. Hij wil hem niet recht in de ogen
zien, laat staan met hem leven.
Al met al is het een nogal trieste ge
schiedenis. die het mededogen wekt van
degenen die hem mogen en de lachlust
van hen die hem niet mogen. Beide par
tijen zien bekommerd of meesmuilend toe
hoe hij steeds meer zorg gaat besteden
aan z'n uiterlijk; de mooie pakjes die al
maar duurder en van geraffineerder ma
kelij moeten zijn, de vrolijke dasjes, de
modieuze schoentjes, de nouveauté's dia
eigenlijk voor de jongeren zijn bedoeld.
Al dat materiaal dat de aandacht van de
aftakeling daaronder moet afleiden, dat
het moet verbloemen. Zij zien zijn ogen
die hongerig de reactie van zijn ver
schijning op jongeren aftasten. Zij zien
hoe krampachtig hij zijn verhalen over
alle gemaakte of nog te maken verove
ringen doet, verhalen die hoe langer hoe
meer plaats in beslag nemen in zijn ge
sprekken, zijn commentaar over het fraaie
dat hem geboden wordt (het jongste en
fleurigste is eigenlijk nog maar nauwe
lijks goed genoeg. en zij doorzien zijn
bedoeling: zichzelf en anderen overtuigen
van zijn hoge notering sw aar de als man-
netjesdier.
Het vreemde is dat toen Flip nog wer
kelijk de jonge charmeur was die hij nu
zo vertwijfeld door wil blijven spelen, hij
dat aanvaardde zonder meer, er nooit over
pochte en het lang niet de waarde toe
kende die hij er nu aan is gaan geven.
Zo'n leuke Flip was hij. Zo'n charman
te jongen. Maar de dubbelslachtige figuur
die deze Flip kunstmatig in leven pro
beert te houden, die over straat stapt met
een jolig gefloten song, een dartel veren,
de pas en ver over aar sblikken naar links
en rechts, dat is een angstaanjagende
verschijning, waarvan de vrienden spijtig
zeggen: wat jammer toch dat hij niet in
ziet dat hij méér heeft dan z'n uiterlijk
alleen.
Cri Stellweg
Behalve fabrikant van moderne vo-
lières is de Westduitser Josef Voss uit
Neheim-Hüsten ook een fervent ver.
zamelaar van antieke vogelkooitjes.
Altijd, zo zegt hij, heeft de mens vo
geltjes als huisdieren gehouden en
bijna altijd kregen die gevederde huis
vrienden een buitengewoon luxueuze
huisvesting, terwijl kat en hond zich
met een simpel mandje in de keuken
of een ruwhouten hok buiten moesten
vergenoegen. In bepaalde perioden is de
vogelkooi met zijn inhoud zelfs een
statussymbool geweest, waaraan men
de rijkdom en de standing van de eige
naar placht af te wegen. Zilveren en
zelfs gouden kooien, maar ook hand
beschilderde, porseleinen en kunstig
geëmailleerde exemplaren waren geen
zeldzaamheden. Voss heeft nu een
groot aantal van die historische vogel
huizen verzameld, waaronder bijzon
der waardevolle unica. Het pronkstuk
van zijn collectie is deze bijna mans
hoge Zwitserse kooi uit 1750, in welks
barokke krullen honderden man-uren
handsmeedkunst verdisconteerd zijn.
38. Het is jammer, maar Panda kreeg van de
scherpzinnige aanklager Mr. Knerpstra geen kans zijn
verhaal te vertellen. Het ergste was nog dat hij zelf
merkte hoe ongeloofwaardig het klonk en daardoor
steeds verwarder werd. Het was dan ook voor iemand
die, zoals Knerpstra, de colleges van de grote Dom
per had kunnen volgen, een eenvoudige opgave om de
zaak vernietigend samen te vatten.
„Edelachtbare", riep hij uit, „het geval is duidelijk.
Wij weten: a - de verdachte werd tot driemaal toe
op verdachte wijze nabij of in bankgebouwen aange
troffen; b - tot tweemaal -toe pleegde hij verzet, mis
handelde een politiebeambte en vluchtte, wat wij
mogen zien als een bekentenis van schuld; en c - hij
werd op heterdaad betrapt. Bij een zo in- en inver-
dorven individu kunnen we geen verbetering meer ver
wachten; verwijdering uit de maatschappij is gebo
den. Edelachtbare ik heb de eer levenslang te eisen!"
„Net goed," meende de dame op de tribune. En wat
doet Joris Goedbloed? Is de lafaard nu tevreden,
heeft hij genoeg gehoord? Of kan het zijn dat zijn
beknelde geweten hem naar buiten zendt?
Zie JE DAT? EEN TAART
IN DE 1A0ENKAST
DJE VERSTOPPEN HEM IN DE KAST,
MAAR DAT IS 6EEN PIEK, OM HEM TE
VERSTOPPEN', AtS IEMAND HEM
ONTDEKT i
DAT IS VEUI6
DIE ZIET ER
FIJN UIT
PI B
COPENHAGEN
DESIEUTED LE665N WE IN DE IADE
ff/JA,DAARZ0EK1
NIEMANDHEM
Hl ex IS IWAX eéN QMre
virmsweü!
Wf
Sam Ltfp
aRMlimii*
-€ PIB J
495. Het was werkelijk ongelooflijk, zo
als de clown op zijn kleine fietsje uit de
voeten kon. Zelfs met het zware laden-
kastje in zijn armen bleef hij prachtig in
evenwicht, al moeten we er bij zeggen,
dat de laden eruit waren.
Er was maar één nadeel aan verbon
den. Doordat het kastje een deel van het
uitzicht belemmerde zag de clown het
bordje niet, dat ergens tussen het riet
stond opgesteld.
Maar Bram, die te voet de achtervolgin
had ingezet zag het bordje wel.en hij
bleef er aarzelend bij staan.
MOERAS
ZACHTE BERM
DRIJFZAND
En voor wie het dan nóg niet begrepen
mocht hebben was er een tekeningetje
bijgemaakt van een man, die zómaar de
grond inzakte.
„Dat lijkt me een gevaarlijk gebied om
'n verder te trekken", mompelde Bram
besluiteloos.