bw*%
Partijen stemden hun
programma's af op de
crisis en het fascisme
v
SIEIiï Mc. 1
VAM LIJST
m
g
ife
MACHTELOZE VUISTEN
|ggj
N
15
VOOR ONTWAPENING
WOENSDAG 25 MEI 1966
MPÜi
i mmmm
Op 1 juni gaat kiesgerechtigd
Nederland weer naar de stembus.
Voor de tweede maal dit jaar. De
kiezers, onder wie een groot aantal
jongeren, gaan hun gemeentelijke
bestuurderen kiezen, die voor een
periode van vier jaren over het wel
en wee van de plaatselijke belangen
moeten waken. Het is evenwel een
bekend feit dat de gemeenteraads
verkiezingen nauwelijks de goed-
of afkeuring van het gevoerde be
leid van de raadsleden aan het
licht brengen. Een uitzondering
daargelaten. De kiezer grijpt hier,
evenals bij de verkiezingen voor de
Provinciale Staten, zijn kans om
zijn mening te geven over het tot
dusverre gevoerde regeringsbeleid.
Dat een verrassende uitslag voor
een stormpje in het politiek apa-
tisch Nederland aanleiding kan zijn
hebben de verkiezingen van maart
bewezen.
Rel of manoeuvre
P
ipilpilp lil Wmmmmmm
Immmmmmm.
gaan verloren
behooren
s het moet,
g||||| Wm040M WÊ' 0È0
is 't good l
01e bij
WWÉm^,
voor waken,
Wil bij t
x% maken
'4?„. 'T
Denk
va» uw «tem,
Eens een oogenbHk aan Hem
Die U rekenschap «al vragen
In Uw laatste levensdagen.
F Tim a
E* I ITO»
Luchtbescherming
Vuisten en forse leuzen bij de
verkiezingen in de jaren dertig
Hm.'éK-Y-
De werkloosheid In de dertiger jaren bracht in honderdduizenden Nederland
se gezinnen doffe ellende en uitzichtloze troosteloosheid. De werkloze arbei
ders hielden massabetogingen om vooral lucht te geven aan hun ontevreden
heid over de steunverlaging. In 1934 leidde dat onder meer tot een opstand
in de Jordaan. Op bijgaande foto spreekt W. Drees werkloze arbeiders toe.
(Ui*t Da taaie rooie rakkers; uitgeverij De Fontein, Utrecht).
Hoe was het dertig, veertig jaar ge
leden? In 1929 staken de eerste symp
tomen de kop op van een catastrofale
economische crisis, welke het verloop
van de dertiger jaren zou bepalen. In
die dagen groeit het leger der werklo
zen tot een grauwe massa, die tegen
wil en dank de hand moet ophouden
voor ondersteuning door de staat. De
fiscus krijgt minder in het laatje. De
lonen zakken en ook op het salariszak-
)e van het overheidspersoneel wordt
een aanslag gedaan. De sociaal-demo
craten wensen daaraan niet mee te doen.
standers van „hun" partij in groten ge
meenteraadsleden krijgen opdracht in
geen geval mede te werken aan het
korten van de salarissen van het ge
in eente-personeel
„Bijna iedere Nederlander heeft in
zijn familie personen of gezinnen, die
hij steunen moet", zo vermeldt een
NVV-brochure uit de crisisjaren. De
werkloosheidscijfers spreken duidelijke
taal. Op 1 januari 1931 bedroeg was
hun aantal 136.000, in 1933 351.000 en
in 1936 472.000. Waar de oorzaak van
de crisis lag was voor de socialisten en
communisten geen moeilijke vraag.
Het verschijnsel lag immers bi de boe
zem van het kapitalistisch produktie-
systeem. Lenin had in 1913 geschreven:
„Het door de arbeid van de arbeider
geschapen kapitaal, drukt de arbeiders
neer, het verwoest het kleinbedrijf en
schept het leger der werklozenIn
de landbouw vertonen zich andere vor
men van het verval van het kleinbe
drijf, maar zijn verval is een onbetwist
baar feit". In 1934 hadden 4560 (klein)
bedrijven een faillissement aange
vraagd.
„Weg met het kapitalistisch produk-
tiesysteem" was derhalve één van de
leuzen die het protesterende proleta
riaat van werklozen in hun (verkie-
zings) demonstraties op spandoeken
meevoerde. Het was een periode van
verscherpte klassenstrijd. En in 1929
brak er ook nog een omvangrijk land
arbeidersconflict uit.
De toenmalige christelijke pers en
de landarbeidersbond, aldus Ger
Harmsen in „De taaie rooie rakkers",
zagen in het conflict een communis
tische rel of een verkiezingsmanoeuvre
van de SDAP. Het Tweede Kamer-lid
Zijlstra vond, dat het laatste het geval
was: de landarbeider moet maar
lijden, als de SDAP het voor zijn stem
busuitslag nodig acht, dat er een con
flict komt. Als de stembus gesproken
heeft, houdt de strijd aanstonds op",
zo zei hij.
In de dertiger jaren trekken de voor
standers van „hun" partij in grote ge
tale de straat op om te betogen voor
hun kandidaat en programma. Het is
de periode van de vuisten op de aan
plakbiljetten en van de forse leuzen.
„Opbouw in Godsvertrouwen", zo
wordt de kiezer door een pamflet van
de R.K. Staatspartij toegeroepen. Ben
vuist omklemt een kruis en daarachter
een ferm gezicht van een Hollandse
man. Een vuist omklemt ook bij de
anti-revolutionairen een stuurrad van
een schip. „Voor krachtig staatsbe
stuur", zo staat er bij de prent ge
drukt. Het Nationaal Verbond (Plicht
Orde, Recht) weet al evenzeer van
wanten. Een vuist wordt voor de poort
van de Tweede Kamer woest omhoog
gestoken. De Vrijheidsbond pleit voor
een „beter landsbestuur". Op een af
fiche van de SDAP staat een kop van
een man met twee handen aan zijn
mond» De evocatie luidtt rooden
roepen kameraad, stemt rood SDAP".
Het Verbond voor Nationaal Herstel
ziet de zon weer schijnen als hij het
voor het zeggen zou krijgen: „Achter
ons de nacht van het marxisme, partij
twisten en ontreddering! Voor ons de
zon van Nationaal Herstel!" Ook de
straat wordt gebruikt. In forse letters
worden de leuzen op het plaveisel ge
kalkt.
De elkaar bestrijdende politieke
partijen bleken zich in de woede van
de verkiezingsstrijd nog wel eens aan
eikaars propaganda-materiaal te ver
grijpen door het te besmeuren. De ene
partij was er soms van overtuigd dat
het eigen propaganda materiaal verge
leken bij dat van de tegenstander heel
wat beter was. Zo schrijft het rooms-
katholieke dagblad De Tijd in 1933 over
drie affiches van de R.K. Staatspartij,
die door drie kunstenaars waren ont
worpen: „Met dit drietal platen kunnen
wij de R.K. Staatspartij gelukwensen.
Ongetwijfeld zullen zij een gunstiger
indruk maken te midden van het heel
vaak wat minder geslaagde propagan
damateriaal der andere partijen". De
volgende dag moet het blad constate
ren, dat verschillende verkiezingsre
clames van de R.K. Staatspartij waren
bedorven en verschilderd. Het blad
wijst als schuldigen de kalkers aan
van de R.K. Arbeiderspartij en zegt,
dat „de straat groot genoeg is óók voor
de kalkers van de R.K.A.P."
De geel-witte vlaggen van de R.K.
Staatspartij blijken het uitstekend te
doen, aldus het Rijke Roomsche Le
ven. „Eén zo'n geel-witte vlag kan
een heel straatbeeld beheersen". Er is
verder fors rooms schilderwerk. Een
geweldige roomse ridder bewaakt de
Berlagebrug in Amsterdam en wijst
iedere voorbijganger op lijst 25. Des
ondanks verliest de R.K. Staatspartij
bij deze verkiezingen twee zetels.
In de dertiger jaren steekt het fascis
me de kop op. Ook in ons land ont
stonden fascistische groeperingen en
sekten. Het werd voor de politie een
drukke tijd. Na een vergadering van
de Algemeene Nederlandsche Fascis
ten Bond in Amsterdam in 1932 moest
de wapenstok er aan te pas komen.
„Het Volk schrijft op 12 november
van dat jaar: „De politie trad dade
lijk handelend op. De gummistokken
en sabels werden getrokken en de zich
aan de overkant van de gracht bevin
dende SDAP-ers en communisten wer
den met wapengeweld uit elkaar ge
jaagd. Enerzijds wordt ganse
lijk niet ingegrepen, wanneer een troep
gewapende kwajongens in optocht
formatie door de stad trekt. Anderzijds
worden rustig pratende burgers, die
niemand lets in de weg leggen, zonder
de minste reden met politiewapenen
uiteengedreven".
In 1935 weten de fascisten bij de ver
kiezingen voor de Provinciale Staten
een winst van acht percent te boeken.
Zij doen hiermee voor het eerst hun
intrede in de Staten-Generaal, en wel
de Eerste Kamer. Het opkomende
fascisme is niet alleen een zorg voor
de politici op landelijk niveau, ook in
de gemeenteraad wordt het verschijn
sel ter sprake gebracht. In 1937 praat
de heer Peper erover in de Haarlemse
gemeenteraad.
„Alle betuigingen van democratische
gezindheid en alle anti-fascistische
verklaringen treffen geen doel", zo zegt
hij, „als ze niet gevolgd worden door
de daad: de anti-fascistische aaneen
sluiting tegen de niet te omvatten ge
varen, die de wereld bedreigen. Deze
bestrijding van het fascisme, het on
dergraven van zijn voedingsbodem,
kan tot zeer grote omvang komen in
de politiek van elke dag, ook in de ge
meente Haarlem. Binnen de grenzen
van het ogenblik, maar met handha
ving van haar recht als politieke een-
mam.'. 2ïKw.-
v: •ï-x-vii:,, -zs':ï-
WMMm
M/Mmmm1
-I"'" 1 1 1 1
UImi IimiiilliliïI" 'm 1 iT1
niiiii i in ui'I 11mi—«n»i IIII mmmmmmmu
4
De R.K. Staatspartij in Limburg verleende verschillende malen op haar pam
fletten gastvrijheid aan de streekdichter ff. Tima. Hier een specimen.
(Uit: Uit het rijke Roomsche Leven; uitgeverij De Fontein, Utrecht).
Verkiezingsaffiches uit 1933: vooral vuisten, in die tijd, waarin de grote massa
machteloos was, een zeer geliefd beeld.
(Uit; Het beeld der vad'renf uitgeverij De Fontein, Utrecht),
heid, moet en kan de politiek van de
gemeente Haarlem er op gericht zijn
een anti-fascistische kracht te vormen
ten einde het veldwinnen van fascis
tische gezindheid weg te nemen het
kweken van een goede tegenkracht te
bevorderen".
Ook in de werkloosheid ziet hij een
gevaar, die het fascisme in de kaart
speelt. „Elke arbeider, die onbillijk be
handeld wordt, elke werkloze van
wiens weerloosheid gebruik wordt ge
maakt om het met zijn recht niet zo
nauw te nemen kan het fascisme aan
hang bezorgen. Het voorkomen of het
spoedig herstellen van onrecht en on
billijkheid kan een anti-fascistische
daad zijn".
In de gemeenteraad werden ook za
ken te berde gebracht, die een spreker
nog meer ergerden dan de NSB-pro-
paganda. Over de reclame van de
Nieuw-Malthusiaanse Bond (voorstan
der van geboortebeperking) stelt een
spreker, spijtig vast, dat deze bond nog
zijn vernielend werk kan doen. „Deze
volksverkrachtende, totaal onnatuurlij
ke invloed doet echter meer kwaad
dan de pamfletten van de NSB of welke
partij ook. Deze pamfletten worden
niet dadelijk in de kachel (het was
nog maart) gegooid, hoewel er infame
leugens opstaan".
Er is in de dertiger jaren politiek
gekrakeel te over; er Is voldoende stof,
waarover de politici elkaar in de ha
ren kunnen zitten. Het monetaire pro
bleem gaat een steeds belangrijkere
rol spelen. De voorstanders van een
devaluatie van de gulden vindt men in
nagenoeg alle kringen.
In 1935 daalt de Belgische frank in
waarde. De rooms-katholieke minister
van financiën, Steenberghe, acht het
noodzaak, dat ons land het voorbeeld
volgt. Hij treedt af als hij in het kabi
net voor zijn idee geen steun krijgt.
Ook het onderwijs is een gevoelig
steentje des aanstoots in het leven
van de politieke vaderen. Op het beleid
van de minister van onderwijs, de heer
Merchant, is van links vaak felle cri-
tiek geweest. Om te bezuinigen liet de
ze minister talloze openbare scholen
sluiten. Dergelijke maatregelen bleven
de bijzondere scholen bespaard. Het
openbaar onderwijs wordt achter ge
steld bij het bijzonder onderwijs, al
dus de oppositie. Ook bij zijn eigen
partij verliest de bewindsman steeds
meer goodwill. De genadeslag komt als
na enige tijd blijkt, dat de heer Mer
chant reeds geruime tijd rooms-katho-
liek is. In de toenmalige politieke con
stellatie van ons land bleef er voor de
minister niets anders meer over dan
ontetag te nemen.
De werkloosheid woekert voort-, de
financiële toestand van het land is
desolaat. Maatregelen op militair ge
bied gaan loodzwaar op de toch al
9chrale schatkist drukken. Naar aan
leiding van de gevolgen van (Luftwaf
fe) bombardementen in Spanje gaat
men aan luchtbescherming denken. In
de Haarlemse gemeenteraad wordt in
1939 opgemerkt „dat er bij vrij grote
groepen van de bevolking in deze ge-
1
m
Verkiezingsplaat van de SDAP,
waarop met het altijd wel ver
tederende beeld van een jong kind
de afgrijselijkheid van een gas-
oorlog aan de kaak wordt gesteld.
(Uit: De taaie rooie rakkers;
uitgeverij De Fontein,
Utrecht).
meente een zekere ongerustheid be
staat over de vraag of door het ge
meentebestuur van Haarlem wel vol
doende maatregelen worden genomen
ter bescherming van de burgerbevol
king tegen de gevaren voortvloeiende
uit aanvallen uit de lucht.
Over het laatste jaar van deze bewo
gen periode van politieke tegenstan
ders, die elkaar soms fel te lijf gingen,
lag de(vage) angst voor een oorlog.
Elders in Europa marcheerden de
troepen al. Men geloofde hier tegen be
ter weten in of wellicht door kortzich
tigheid nog in vrede. De periode van
economische ellende werd voor ons
land in de meidagen van 1940 definitief
afgesloten. Er brak een nieuwe tijd
aan met andere zorgen.