VAKANTIEKINDERKRANT
AVONTUREN
VAN DONALD DUCK
POULE, PELLI EN PINGO
DAVY JONES
KRAMMETJE FOK
Robby
v
Madurodam nr .2
&r
PANDA EN DE
6
Ons vervolgverhaal
DONDERDAG 28 JULI 1966
7
Een oorspronkelijke
Nederlandse roman
door Willy Corsarl
het tekkeltje
Vakantie
4
oM>,.
caten we no6 ee*is
Charles
73),
„Een huis is niet hetzelfde als een
man", zei Charlotte kortaf.
„Het komt toch op hetzelfde neer.
Voor ons vrouwen is de man het
veilige tehuis, de haven voor ons
scheepje. Daarom is het dwaas,
meteen weg te gaan uit een huis of
van een man, als er dingen tegenval
len. Ideale huizen, ideale liefde, alles
onzin. Je moet geen schaap met vijf
poten verlangen. Dat is een monster".
„Je spreekt er zo licht over" zei
Charlotte, wat geërgerd.
Kitty zong zachtjes: „Leicht muss
man sein, mit leichtem Herz und
leichten Handen; fassen und halten
und lassen.Rosenkavalier. Heel
waar, liefje. Wees verstandig, zoals
ik".
„Zoals jij?"
Charlotte hoorde zelf de scherpe
wat spottende klank in haar stem en
voegde er aan toe, wat verlegen:
„Ik ben nu eenmaal anders".
Na een ogenblik vroeg ze lang
zaam:
„Ben jij dan zo gelukkig, Kitty?"
„Ik ben héél tevreden. Ik zou on
dankbaar zijn, als ik het niet was. Bij
ons thuis was het vergulde armoede,
darling. Naar buiten de voorname
familie, naar binnen toe.
Charlotte sloeg de ogen neer. Zij
dacht aan haar moeders krampachti
ge pogingen om de schijn op te hou
den.
„Ik was het zo beu" zei Kitty.
„Logeren bij rijke bloedverwanten in
Engeland, in zelfgemaakte jurkjes
ik was gelukkig handig en ik had er
de slag van ze te dragen alsof ze uit
Parijs kwamen. Maar het was een
uitkomst, toen ik Jack ontmoette".
Er kwam een gevoel van kilte in
Charlotte. Om geld, alleen om géld
had zij.
„We werden dadelijk grote vrien
den. Jack en ik zijn altijd eerlijk te
genover elkaar geweest. Ik nam hem,
for better and for worse.je denkt
misschien.Opeens waren de groe
ne ogen scherp. „Je denkt dat ik hem
niet goed behandel? Dan vergis je je.
Ik ben -jjijn beste vriendin, geloof me.
En hij is mijn beste vriend en al
les bij elkaar is ons huwelijk zo
kwaad niet. Misschien wat vreemd,
maar we verstaan beiden de kunst
ons het leven gemakkelijk te maken".
„Gemakkelijk? Maar ik wil Tom
gelukkig maken".
„Niemand kan een ander geluk
kig maken, darling. Er zijn alleen
mensen, die het talent hebben geluk
kig te zijn. Jij.Zij wees opeens
naar Charlotte met een spitse wijs
vinger. „Pas jij maar op! Jij bent
een van die mensen, die de sterren
van de hemel willen plukken voor
iemand, waar ze van houden, maar
jammer genoeg willen de meeste
mensen geen sterren. Ze willen heel
andere dingen: succes, geld, macht.
Laat ze, zoals ze zijn. Niemand kan
anderen veranderen, zelfs al zouden
ze dat willen".
Tom zou willen veranderen, dacht
Charlotte. Zij dacht aan zijn stralen
de ogen toen hij had gezegd: nu zijn
Charlotte
we doodgewoon twee jonge, verlief
de mensen, nu passen we bij de an
deren.
Ze stond op en zei op matte toon:
„Ik moet naar huis. Tom komt
eten en ik heb mijn moeder beloofd,
dat ik zou helpen met koken. Ik stu
deer nu voor huisvrouw".
Ja, ik studeer vlijtig, dacht zij. Mu
ziek en litteratuur en koken en En
gels, maar wat geeft het, als Tom
niet gelukkig is? Nu al niet meer?
Kitty stond ook op. Zij was kleiner
dan Charlotte en toen ze een hand
op haar schouder legde, leek zij op
eens weer een poesje, dat lief een
pootje uitstrekt.
„Geloof me, darling, mensen die
sterren van de hemel willen halen
voor iemand, worden ongelukkig en
de ander maken ze toch ook niet ge
lukkig. Want zulke mensen geven
niet alleen alles, ze willen ook alles
krijgen. En wie gééft ooit alles? Kom
zondag bij me eten met Tom, dat zou
ik leuk vinden. Jack gaat het week
einde naar een vriend. Doe je het?"
„Als Tom niets anders heeft afge
sproken.
„Eén week kan hij toch wel eens
niet naar zijn moeder gaan?"
„Zijn vader is niet goed, moet je
denken.
„O, maar hij gaat voor zijn moe
der. Vind je haar aardig?"
„Heel aardig". Charlottes stem
was opeens warm. „Ik houd veel van
haar. Als het aan haar lag, zou ze
ons gauw laten trouwen".
„Zo? Dat is dan een bijzondere
schoonmoeder. Dag Charlie. Je bent
niet boos over mijn raadgevingen7"
„O neen, natuurlijk niet.
„Je zult ze toch niet opvolgen", zei
Kitty en streelde even langs haar
wang, „je zult niet kunnen. Maar
probeer het toch een beetje. Verlang
niet zoveel".
„Verlang ik zoveel? dacht Charlotte
in de tram naar huis. Verlang ik te
veel van Tom?"
Zij vroeg hem die avond of hij
lust had zondag met haar te eten bij
Kitty. Ze voegde er aan toe:
„Jack is er niet, ze is alleen".
Hij stemde toe.
Het dinertje bij Kitty verliep opge
wekt. Kitty had er plezier in, bijzon
dere gerechten te bereiden. Thomas
prees haar uitbundig, hij had prach
tige anjers voor haar meegebracht en
en was heel opgewekt. Charlotte voel
de alle angst en onzekerheid verva
gen als dwaze droombeelden. Maar
toen zij na het diner hun koffie en
pousse bij de haard in het boudoir
dronken, werd de aangename stem
ming opeens gebroken, doordat Jack
onverwacht thuis kwam.
„Ik verveelde me en heb een ex
cuus verzonnen om weg te gaan" zei
hij.
„Heb je gegeten?" vroeg Kitty.
„Neen. Maar ik heb geen honger.
Geef me maar een whisky. Ik heb
jullie toch niet gestoord?"
„Natuurlijk niet" zei Charlotte,
maar zij voelde, hoe de stemming op
eens was verkoeld. Thomas zat zwij
gend te turen in de rook van zijn si
garet. (Wordt vervolgd.)
IMMIMMMMMMMIIMAMIWMMMMilMMMmMMIUWMMJMMMMWMWMMMAMrtAAMAIWMMMMW
l/mnnnfmnnnnnminfVWVW
Hier komt het verhaal van Rob
by, de tekkel.
„Als ik het niet zelf had meege
maakt, zou ik het misschien niet
eens geloven!" Dat zei moeder,
toen ze de dag tevoren uit het zie
kenhuis was gekomen.
En omdat ze allemaal zo onder
de indruk waren van wat er die
nacht gebeurd was, werd het een
verhaal, dat de hele familie telkens
weer vertelde. Aan iedereen, die
het maar horen wilde.
De hoofdpersoon in het verhaal
speelde Robby, de langharige tek
kel van tante Mary.
Ze waren allemaal dol op de vro
lijke tante Mary en even dol op
haar tekkel, die altijd kwam mee-
logeren.
En reken maar, dat tante Mary
ook dol was op hen allemaal. Om
van de tekkel Robby maar te zwij
gen.
Alleen had Robby voorkeuren.
Daar viel niet aan te twijfelen.
De grootste plaats in zijn ruime
hondehart was voor tante Mary
zelf. Nogal wiedes, ze was zijn ba
zin en ze had hem gekregen toen
hij nog maar een klein tekkeltje
was.
l '-y
v - -
Madurodam! zeggen jullie als je deze foto bekijkt. Mis hoor. De grote
jongens zijn de huisjes aan 't schilderen en schoonmaken. Dat kan niet in
Madurodam zijn, want daar is alles in het voorjaar al klaargemaakt voor
de bezoekers. Maar wat is dit dan? Zijn de huisjes gekrompen of de jon
gens tot reuzen gegroeid? Misschien heeft de fotograaf ons wel voor de
gek gehouden!
Tóch is het allemaal echt. Deze twee jongens zijn broers en wonen in
Nootdorp. Dat is een plaatsje in de provincie Zuid-Holland ten oosten van
Den Haag. Zij hebben dit miniatuur-stadje zelf gebouwd met steentjes, die
ze zelf gemaakt en gemetseld hebben. Ze zullen er wel veel tijd voor nodig
gehad hebben, want alleen voor de kerk hadden ze al meer dan twaalf
duizend steentjes nodig! Voor de raampjes van de huisjes staan echte
kamerplantjes en er hangen overal gordijntjes. Op sommige daken staan
echte televisie-antennes. Behalve de kerk is er ook een molen en een
vijvertje. En dat allemaal in je achtertuin!
Alles bij elkaar lijkt het wel een beetje op Madurodam in Den Haag
en daarom noemden we het Madurodam nummer 2.
Wij zijn aan zee
en nemen van alles mee;
zoals een fles melk,
want melk is goed voor elk.
Ik loop nu wat in mijn zwempak
rond
en laat mij vallen op de grond.
Moeder roept mij voor een
boterham,
dat is iets wat er heus wel in kan.
We gingen bij zessen naar huis
en kwamen veilig thuis.
Annelies Huurman (11 jaar),
Wouwermanstraat 95,
Haarlem.
rende hij altijd het eerst naar moe
der, om zich eens lekker aan te la
ten halen en om luid-blaffend te
vertellen hoe blij hij was haar weer
te zien en hoeveel hij van haar
hield.
Terwijl hij de raarste bokke-
sprongen om moeder heen maakte,
gilde hij het nu en dan uit van ra
zende vreugde. Dat duurde wel vijf
minuten.
Pas daarna kwamen de anderen
aan de beurt. Altijd in dezelfde
volgorde: eerst Jan, dan Nico en
het laatst vader Als vader de
laatste hartelijke lik had gekregen,
kwam de prullenmand aan bod.
Die werd ondersteboven gegooid
en elk stuk papier werd door Rob
by grondig aan stukken gereten
Dan sprong Robby op de bank,
strekte zich hijgend in zijn eigen
hoekje uit en ging een stevige dut
doen.
(Wordt vervolgd.)
SP-JT ME MENEER
IK VERSTA
SEEN WOORD
VAN U
WAT ZEST U
IK KAN U
NIET... VER
STAAN
Distributed I»;.- King Features
Walt Disney Pmductiunx
World Right* Deserved
IV alt Dlincy Productioni
worM^Ri|ht*_R«i«£2g
4. De bloempot die op het hoofd van de portier was
neergekomen, had niet nagelaten om diepe indruk te
maken. „Eén.twee.drie.vier", prevelde de ge
troffene, terwijl hij met zijn vinger de sterretjes pro
beerde te volgen die voor zijn ogen dreven. „Ik zie
het heelalNet zoals die meneer met zijn bol voor
spelde! Hij had gelijk! Tjonge! Wat een waarzegger!"
De besprokene had intussen het kantoortje van de
hoofdredacteur gevonden en stapte daar nu naar bin
nen. „Goed!", riep de kranteman op dat moment door
een van zijn telefoons. „Ik zal de persen stoppen! Maar
zorg dat je over vijf minuten met dat artikeltje op de
proppen komt! Ik geef je geen seconde langer!" Hij ver
brak de verbinding en wierp een blik op Joris. „En wie
ben jij!?", vroeg hij kort. „Heb je nieuws? Een relletje?
Laatste allerlaatste nieuws? Vooruit!" „Vergun me dat
ik me voorstel!", zei de aangesprokene met een kleine
buiging. „Ik ben de Ster van Puthra Puthra vroe
ger wel bekend onder de naam Joris Goedbloed! U mag
mij Swano-Biblonandra noemen als ge dat verkiest!
En mijn boodschap is inderdaad belangrijk!"
PASOP, AIS te NO6 ££NS MIJN
PIJP WEfeNÊÊMT!
HU KAN PI6TERTJE GANS J
NIET VINDEN j
0 6etUKKl6! HU HEEFT HEM GE-
i VONDEN
IK MAAK Mi BEZORGD OVER
^ZEEROB - HU IS 20 ONGELUKKIG
DAN IS HET WEER
IN ORDE
OH, WAT VOfcl»
IK ME ZIEK
MAK IS HST JAiMM-BNKIJti
ween.., Aieens wat daar aan
komt 1
SOVEN WAT EK
HOOR Je HET Nier.
OP VISI/AN6ST
MET HET HARPOEN
6EWEER, WORDEN DA
VY EN MARCO OP6B-
SCHRIKT EEN SCHRIL,
OORVERSCHEU-
REND 6 EFIUIT,
DAT ITRAA6T
ON ONDERZOEK.
DUIKEN I
1ew
■llMlLLMK
PIB
'33
584. Als goedgezouten zeeman was
Brammetje Fok traan gewend om te
klimmen en te klauteren. Toen was het
zelfs voor hem een hele kluif om langs
het touw de toren te beklimmen.
Driemaal spuwde Bram zich in de han
den, alvorens de lange tocht te aanvaar
den. Hand over hand werkte hij zich naar
boven en met regelmatige slag trokken
zijn benen zich op.
Dichter en dichter naderde hij het to
renvenster, waarachter hij het geheim van
het kasteel vermoedde. Maar in dat ven
ster wachtte de zwarte raaf.
Rustig hield het dier zich in de duistere
hoeken schuil, totdat hij aan de hijgen
de ademhaling van Bram kon horen, dat
deze vlakbij was.
Toen kwam zijn scherpe snavel naar vo
ren en als een schaar knipte hij door
het dikke touw heen.
„He.riep Bram, „niet doen. dat
wordt vallen".
Maar het was al gedaan.en snel
ler dan hij omhoog was gekomen, dui
kelde Bram weer omlaag.
Tutu schreeuwde het uit.