De Jezuïeten en de moderne mens Dr. Dubbink op de Proklos-leerstoel Gesprek met generaal Arrupe De vrouw in de r.-k. kerk Missie en zending Promotie Witte harten plan ZATERDAG JULI 1966 Opleiding Moderne eisen Geweten Belemmering SB Negende toogdag van Zoeklicht Promotie Christian Science Oosters geestelijk leven Oecumenische monnik Belangrijke taken KORT NIEUWS (Door Tanneguy de Quénetain) De Jezuïeten worden vaak beschouwd als de elite van de katholieke kerk. IVIet hun opleiding is maar liefst vijftien jaar gemoeid. In de gehele wereld bevinden zich slechts 36.000 van deze „super-geestelijken''. Hun invloed is echter groot: zij geven op 3200 instellingen van onderwijs les aan achthonderdduizend leerlingen. Wat is de taak van deze eeuwenoude orde in onze moderne wereld? Aan het hoofd van deze strijdbare secte, die officieel de naam draagt van het „Genootschap van Jezus" staat pater Pedro Arrupe die vorig jaar tot „generaal" werd gekozen. In bygaand interview met een Franse journalist geeft hij antwoord op een aantal actuele vragen. Vraag: Wat is wat u betreft het be langrijkste probleem in de wereld van vandaag? Antwoord: Ons belangrijkste pro bleem is er zo effectief mogelijk naar te streven dat de principes van het ka tholicisme doordringen in de moderne wereld. Wij menen, dat de waarheid, waarop ons geloof is gebaseerd, de fun damentele oplossing biedt voor de pro blemen van de moderne wereld. Maar dit besef heeft de wereld nog niet door drongen en we moeten onze presentatie van de waarheid daar dientengevolge bij aanpassen. Wat we tot nu toe gedaan hebben is onder de maat gebleven. De wereld ont wikkelt zich snel en onze oplossingen zijn vaak al verouderd voor we ze in toepassing kunnen brengen. Onophou delijk moeten we daarom trachten so lide bruggen te slaan tussen het katho lieke denken en de verschillende we tenschappelijke, filosofische en sociale activiteiten waarin de mens zich open baart. Een van de problemen, die mij het meeste bezighouden, vormt het doelmatig gebruik van de moderne media voor de communicatie van ideeën: film en televisie. Op dit gebied valt nog veel te doen voor ons. Vraag: Op welke taak zouden de Je zuïeten zich het meest moeten concen treren? Antwoord: Op de opleiding van men sen. In onze tijd komt de nadruk steeds meer te liggen op de persoonlijkheid van het individu. Onze taak en ook ons probleem is de elite van de toe komst op te leiden volgens de princi pes van het christendom. In het ver leden werd deze elite uitsluitend gere kruteerd uit de rangen van een bepaal de klasse, die privileges genoot op ba sis van geboorte en rijkdom. Vandaag de dag komt de elite uit alle lagen van de maatschappij en we moeten in staat zijn om overal persoon lijke verdiensten te ontdekken zodat we diegenen met de begrippen van het christendom kunnen doordringen, die het lot van anderen bepalen: academi ci, vakbondsleiders, wetenschapsmen sen en de sleutelfiguren bij film en te levisie. Vraag: Van oudsher voerde het „Ge nootschap van Jezus" zijn apostolaat onder de elite uit door middel van zijn scholen. Kan het doorgaan met deze opvoedende rol of zullen de scholen ge leidelijk in het kader der jezxdetische activiteiten hun belang verliezen? Antwoord: We zijn zeker niet van plan om onze scholen op te geven want zij stellen ons in staat om één van onze wezenlijke taken uit te voeren, de op voeding van jonge christenen. Maar waar we onze gedachten over zullen moeten laten gaan is een verandering in het leerprogramma, die aansluit bij de noden van de huidige tijd. Sint Ig natius van Loyola legde de nadruk op het belang van de geesteswetenschap pen omdat zij de fundamentele bron nen van kennis vormden voor een ont wikkeld man in die dagen. Hij moedig de bij voorbeeld de beoefening van de retoriek en het toneelspel aan: tegen woordig moeten we het accent leggen op de disciplines der wetenschap. We moeten er ook voor waken dat het niet alleen de kinderen van bemid delde families zijn, die in onze scholen worden opgevoed, omdat het onze plicht is open te staan voor persoonlijke kwa liteiten in alle sociale categorieën. Ons actieveld op opvoedingsgebied moet uitgebreid worden door de vor ming yan opleidingsscholen voor beroe pen en herhalingscursussen om jonge mensen uit minder bevoorrechte cate gorieën in staat te stellen hun scholing te verbeteren. Ten slotte zijn er instel lingen die ten doel hebben de bestude ring van sociale problemen en de ver spreiding van de leer van de kerk op so ciologisch terrein. Vraag: Brengt deze aanpassing van de katholieke opvoeding aan moderne eisen ook enige verandering met zich mee in de opleiding van de Jezuïeten zelf? Antwoord: Ja, onze laatste algemene congregatie heeft over dit onderwerp een decreet uitgegeven. Hierin wordt een grotere nadruk gevraagd op gespe cialiseerde studies in het bijzonder op het terrein der wetenschappen. Dit betreft zowel de levens- als de exacte wetenschappen. Vraag: Paus Paulus VI gaf het „Ge nootschap van Jezus" onlangs een spe cifieke opdracht: Atheïsme met alle macht bestrijden". Hoe stelt u zich de vervulling van deze missie voor? Antwoord: Het is een uitgebreide missie, die al onze activiteiten om vat. Hoe moeten we de grote verwe reldlijking van het leven in de mo derne tijd opvangen? Het atheïsme dat we moeten bestrijden manifes teert zich niet alleen op filosofisch terrein maar ook op praktisch gebied: het vertoont zich in alle aspecten van het dagelijks leven en leidt tot onver schilligheid tegenover godsdienst. Hoe kunnen de relaties worden her steld tussen aan de ene kant God en het individu en aan de andere kant de familie en de maatschappij? Om te be ginnen moeten we de deelneming van de Jezuïeten aan het wetenschappelijk en filosofisch werk van onze tijd zoveel mogelijk vergroten. We dienen volledig vertrouwd te zijn met de atheïstische interpretaties van biologische, schei kundige en sociologische verschijnse len, zodat we met een christelijk ant woord kunnen komen. Dit gaat even goed op voor de filosofie, in het bijzon der waar het de marxistische dialectiek betreft. Maar bij onze strijd tegen het atheïs me moeten we ongetwijfeld een onder scheid maken tussen de verschillende vormen van atheïsme en ook tussen het atheïsme als begrip en de indivu- duele atheïst. Onze pogingen moeten altijd de atheïst als persoon eerbiedi gen, want terwijl dwaling op een theo retisch niveau een absoluut karakter kan dragen, kan dit nooit het geval zijn in een concreet geval. De mens kan nooit volledig de incarnatie zijn van de absolute dwaling. Dit betekent dat er al tijd wat geleerd kan worden van wat de atheïst ons vertelt. Vraag: Er bestaan een hele catego rie mensen die religieus besef hebben maar niet tot een van de gevestigde godsdiensten wensen te behoren. Wat is hiervan, meent u, de belangrijkste re den? Antwoord: Het gaat hier om een hou ding die gebaseerd is op de weigering zich te onderwerpen aan een hoger staande macht, die het individu ver plichtingen oplegt voor deze mensen is de enige aanvaardbare autoriteit hun geweten. Zij willen vrij blijven, zij wil len „geboden" ontvluchten en daarom juist willen zij onze theologie niet be studeren. Zij zijn bang dat zij zich dan zouden moeten onderwerpen aan een vreemde autoriteit, de kerk. De gods dienst die zij beoefenen is zuiver subjec tief. Natuurlijk moet men de waarde van de subjectieve gezichtshoek en de per soonlijke vrijheid niet onderschatten. Maar deze waarde is betrekkelijk en betreft nooit het geheel maar slechts een deel want God heeft zich zelf op objectieve wijze kenbaar gemaakt en deze objectieve openbaring vormt een deel van onze geschiedenis. Vraag: Sommige christelijke denkers menen dat het vasthouden van de kerk aan de Thomistische theologie een ern stige belemmering vormt boor een doeltreffende rol in de moderne wereld. Volgens hen spreekt de kerk een taal die de mensen niet langer begrijpen. Meent u dat één van de belangrijkste Bij koninklijk besluit van 30 mei 1958 werd de stichting „Proklos" ge machtigd aan de rijksuniversiteit te Leiden een bijzondere leerstoel te ves tigen in de faculteit der letteren met De negende zoeklicht-toogdag wordt woensdag 10 augustus in de grote Ex- pohal te Hilversum gehouden. De spre kers zijn ds. G. A. Brucks, evangelist Th. Dikkes, ds. J. Gravendeel, evange list J. Kits (leider Toogdag), evange list Jb. Klein Haneveld, ds. G. van 't Wout en ds. Sj. Zijlstra. De muzikale medewerking bestaat uit: zang van John Buurman, ds gebr. Spaargaren en mevrouw A. Vos-Spaar garen. De samenkomsten vangen aan om tien uur, half drie en half zes. Om half twee een zang- en getuigenisdienst. Speciale avondsamenkomst om acht als leeropdracht „Metafysica geest van de theosofie". in de Generaal Arrupe Drs. Harun Hadiwijono, docent aan de theologische hogeschool in Djokja karta, zal binnenkort naar Nederland komen teneinde zich onder leiding van prof. mr. D. C. Mulder aan de Vrije Universiteit voor te bereiden op een promotie. De kerken op midden-Java achten het met de generale zendings- deputaten van de gereformeerde ker ken van groot belang, dat de Indone sische docenten gedoctoreerd zijn. Vandaar dat na drs. Harun ook nog andere docenten naar Nederland zul len komen. Drs. Harun zal zich in Ëaam vestigen. Als eerste hoogleraar werd toen op 16 juni 1958 benoemd dr. J. J. Poort man te Den Haag, auteur van „twee erlei subjectiviteit", „Repertorium der Nederlandse wijsbegeerte", „Ochema: geschiedenis en zin van het hylisch plu ralisme" en van andere geschriften. Wegens het bereiken van de zeventig jarige leeftijd is hem thans eervol ont slag verleend. Van zijn hand verschenen in de laatste jaren: „De grondparadox en andere voordrachten en essays" als mede „Philosophy, theosophy, parapsy chology, some essays on diverse sub jects." Het laatste deel van „Ochema" „De zin van het hylisch pluralisme" is op het ogenblik met een subsidie van „Z.W.O." ter perse. Tot opvolger van prof. Poortman op genoemde leerstoel is nu door het be stuur van „Proklos" benoemd dr. J. H. Dubbink (geb. 1919). Deze is thans le raar in de oude talen aan de afdeling gymnasium van „De werkplaats" te Bilthoven. Eerder was hij als zodanig werkzaam te Den Haag. Hij promoveerde in 1945 bij prof. dr. F. Sassen (die inviel voor prof. H. J. Pos) aan de universiteit te Nijmegen op een proefschrift „Studia plotiniana" Dr. Dubbink is ook slavist. Hij volg de 1950-'52 colleges aan het „Institut de theologie orthodoxe" te Parijs en is sinds 1952 privaat-docent in de geschie denis van de Russische wijsbegeerte van de 19e en 20ste eeuw aan de univer siteit van Amsterdam. Van zijn hand verschenen enige kleinere geschriften en talrijke tijdschriftartikelen. Prof. Dubbink zal te Leiden in de eerste plaats college geven over „Rus sische religieuze wijsbegeerte." In het oosterse christendom heeft het neo-pla- tonisme aanzienlijk meer invloed uitge oefend dan in het westerse. Ook de Russische denkers (Solovjof, Sjestof, S. Frank, Lossky en anderen), die spe ciaal zijn aandacht hebben, zijn door het neo-platonisme beïnvloed. De neo- platonici echter kan men volgens theosofische opvatting evenals de gnostici, Jacob Böhme en andere fi guren, rekenen tot de oudere, histori sche theosofen, als hoedanig zij dan ook geregeld aangeduid worden. De witte kerk op de voorgrond wordt spoedig de kern van een grote uitbreiding, die bijna de helft van het op deze foto afgebeelde terrein in Boston (U.S.A.) zal beslaan. Christian Science zal er zijn hoofd kwartier uitbreiden, maar ook zul len er tal van nieuwe gebouwen ontstaan op dit stuk grond dat eigendom is van Christian Science. problemen waaraan de theologen onder de Jezuïeten zich zouden dienen te wij den een vernieuwing van de theologie is? Antwoord: Men kan niet zeggen dat een nieuwe theologie vereist is in die zin dat de waarheid van de kerk, zoals die uitgewerkt wordt in de geschriften van Sint Thomas (van Aquino) afge daan heeft. Maar wel zeker is dat als we succes willen hebben met ons apos tolaat we deze waarheid om moeten zetten in een taal die de moderne mens kan verstaan en die ook voor de niet- Westerse wereld begrijpelijk is. Dit is het grote probleem waarvoor ons apostolaat zich in de Oriënt ge plaatst ziet. De cultuur en de mentali teit van de oosterlingen zijn geheel ver schillend van de onze en min of meer ontoegankelijk voor de Westerse termi nologie waarin ons geloof geformuleerd is. Nu gaat het er voor ons om de oos terlingen tot het christendom te bren gen, niet om ze om te vormen tot wes terlingen. Dit betekent dat we ons ge loof moeten ontdoen van alle westerse franje en de mogelijkheden moeten be studeren hoe de christelijke waarheid over te brengen in oosterse concepties. Vraag: Wat zijn, uitgaande van uw persoonlijke kennis van Japan, de po sitieve waarden die een christen kan ontlenen aan de kennis van het ooster se, geestelijke leven? Antwoord: De vraag stelt het pro bleem aan de orde van het natuurmys- ticisme en de geestelijke disciplines van de Oriënt, als Yoga en Zen. Ik geloof wel dat deze waardevolle ele menten in zich dragen. Maar wat is het fandeel van het bovennatuurlijke en van de fysiologische fenomenen in het natuur-mysticisme? Dit probleem wordt op het ogenblik nog bestudeerd en men kan daarom nu nog geen defi nitief antwoord geven. Niettemin heb ik veel waardering voor de menselijke waarden, die ik in Japan ontdekte: zelfbeheersing, gevoeligheid, beleefd heid, liefde voor de natuur, respect voor de wet, de cultus van de familie, liefde voor de kinderen. Vraag: In hoeverre is het juist om, zoals zo vaak gebeurt, het „materialis tische westen" tegenover het „vergees telijkte oosten" te plaatsen? Antwoord: Naar mijn mening is die tegenstelling volkomen onjuist. Azië is veel minder religieus dan het westen. Hiermee bedoel ik dat het geen duide lijke conceptie heeft van een „persoon lijke" God en van de betrekkingen die ieder mens met deze „persoonlijke" God kan onderhouden. Azië is niet atheïstisch. In de meeste gevallen neemt de vergeestelijking de vorm aan van een diffuus pantheïsme, dat vol zit met tegenstellingen, die zoals in Japan kunnen leiden tot het bestaan van een grote reeks van kleine sekten (er zijn er ca. 300) wier religie door drenkt is van materialisme en wier Een monnik schrijft oude kerklie deren over. Hij is één van de be woners van het klooster Erlach in Niederwaldkirchen (Oostenrijk)een oecumenisch klooster, waar katho lieken en protestanten onder de regel van Benedictus leven. doeleinden voornamelijk te vinden zijn in het behoud van gezondheid of rijk dom. Verder bieden oosterse godsdiensten geen antwoord op de problemen, die ge steld worden door eigentijdse omwente lingen op wetenschappelijk en sociaal gebied. Dientengevolge kan het atheïs me zich veel gemakkelijker en veel ver der in Azië verspreiden dan in het wes ten. Niet alleen in communistisch-China maar ook in Formosa, Thailand en Ja pan is de jeugd tegenwoordig bijna ge heel atheïstisch. In Japan vermelden de meeste schoolboeken het geloof in God alleen als een historisch fenomeen uit het verleden en niet als een hedendaags probleem. Ik beschouw een westerse atheïst als minder atheïstisch dan een oosterse atheïst omdat het christen dom een veel sterkere afdruk achter laat dan de oosterse godsdiensten. Vraag: Wat zijn de belangrijkste ta ken van de Jezuieten bij hun missie werk in niet-westerse landen? Antwoord: In de eerste plaats is er het probleem dat ik al eerder noemde: de aanpassing van onze taal aan het denken van de oosterling of Afrikaan waardoor het christendom in hun ogen niet de betekenis houdt van een in we zen westers produkt. Deze aanpassing veronderstelt een diepgaande en grondi ge kennis van de cultuur van deze vol keren en de traditionele vormen waar in hun samenleving georganiseerd is. We hebben al instellingen in India en Japan, die de oosterse cultuur bestu deren. Het tweede probleem betreft ons ge brek aan mensen: we hebben niet ge noeg missionarissen. Vele Afrikaanse landen vragen mij om hun Jezuïeten te zenden voor scholen, opleidingsinstitu ten en ziekenhuizen maar ik kan hen niet helemaal helpen omdat ik niet ge noeg mensen heb. Dit knelt des te meer wanneer men bedenkt dat er andere landen zijn waar niemand ons iets vraagt Japan en de landen van de Islam bijvoorbeeld maar waar we toch mensen moeten sturen om onze apostolische missie na te komen. Het derde probleem betreft de ma nier waarop missionarissen moeten werken. Overal waar nog sporen van paternalisme bestaan moeten deze ver dwijnen. De mensen die wij het evan gelie brengen staan niet lager dan wij: ieder volk heeft zijn waardigheid. Daar naast is het onze hartewens om meer en meer gevallen van roeping te mo gen ontdekken in deze landen zodat het niet nodig zal zijn om hun Jezuïeten van buiten te zenden. Zowel voor de vrouw zelf als voor de gestalte van de kerk is het noodzake lijk dat de positie van de vrouw binnen de kerk evenwaardig wordt aan die De stichting Moria, die zich bezig houdt met „de verkondiging van het evangelie in woord en geschrift" en de Youth for Christ in Amsterdam zijn in de binnenstad van Amsterdam een campagne begonnen, die zij het „witte harten plan" noemen. Door middel van duizenden papieren witte hartjes, op lichtmasten geplakte strookjes en an der propagandamateriaal willen deze twee organisaties reageren op de vele andere „witte plannen" die de afgelo pen maanden zijn afgekondigd. „Met deze campagne richten wij ons in het bijzonder met het evangelie van Jezus Christus tot de jongeren in Am sterdam, die ontevreden zijn en actief protesteren tegen een gestroomlijnd en berustend bestaan", aldus de orga nisatoren van de actie, waaraan jonge ren van verscheidene kerken mee werken. Er is nauw contact met de provo's met wie de organisatoren zeg gen veel gemeen te hebben. van de man. Dit is een van de conclu sies over het probleem van de vrouw in de kerk waarover enkele werkgroe pen van de St. Adelbertafdeling in Rotterdam hebben gerapporteerd ter gelegenheid van het zesde lustrum. Het complete juli-augustusnummer van St. Adelbert is aan het resultaat van de werkgroepen gewijd. Zolang er op dit punt geen positieve stappen worden ondernomen blijft slechts het hoopvolle teken van de spontane erge- nis bestaan, terwijl het een historische en evolutieve opdracht van het gehele kerkevolk is de kerk tot voltooiing en vervolmaking te helpen voeren. Voorts zijn de Adelbert-studiegroe- pen van mening, dat de emancipatie van de vrouw in de kerk en in de maatschappij niet los van elkaar kan worden gezien. De evolutie in de maatschappij kan het emancipatiepro ces binnen de kerk gunstig beïnvloe den, maar dan zal de kerk haar pogin gen de kloof tussen kerk en wereld te willen overbruggen gestand moeten doen. Bij de oplossing van het probleem van de evenwaardigheid van man en vrouw in de kerk speelt het verplicht priesterlijk celibaat echter een vertra gende rol, zo menen de Adelbert-werk- groepen. Slechts een ontkoppeling van priesterschap en celibaat en tevens een verbreking van priesterschap en man-zijn kan op den duur bevredigend werken. Ds. G. van 't Wout te IJmuiden, se cretaris van de Zendingskommissie van de Unie van Baptisten Gemeenten in Nederland, zal in september een reis maken naar Suriname om zich er in samenwerking met de baptistenge meente te Paramaribo op de hoogte te stellen van de zendingsmogelijkheden in dit rijksdeel. Ds. Van 't Wout, die zelf enige jaren als zendeling werk zaam is geweest in Kongo, hoopt onder meer een bezoek te brengen aan zen deling J. Kool, die reeds vele jaren in het binnenland van Suriname zen- dingsarbeid verricht. Onderzocht zal worden in hoeverre het mogelijk is om in coöperatie met de Europese Baptisten-Zending de zen- dingsarbeid in Suriname te intensive ren en mogelijk uit te breiden tot an dere Zuidamerikaanse landen. Van 11-16 augustus wordt in Finland het derde internationale Luther-re- search-congres gehouden. Het eerste vond dstijds plaats in Aarhuus, Dene marken, in 1956, het tweede in 1960 in Munster. Ditmaal komt men in Helsin ki bijeen. Het Vaticaanse secretariaat voor de eenheid der christenen en de methodis tische wereldraad hebben bekend ge maakt dat er een gemengde studie groep zal worden gevormd ter verbete ring van de betrekkingen. Naar men in oud-katholieke kringen verwacht zal dit najaar een officiële contactcommissie worden gevormd uit vertegenwoordigers van de rooms- katholieke kerk en de oud-katholieke kerk. Op dit ogenblik bestaat er een niet-officiële gespreksgroep.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1966 | | pagina 12