Genève 1966: begin van een nieuw tijdperk
Een gestaagd waagstuk
n
Moria's ome Joop van Baaren wist
dat gesprek happening zou worden
MORIA-PROVO
KORT NIEUWS
mmuu
ZATERDAG 6 AUGUSTUS 1966
Erbij
(Door ds. G. P. Klijn)
n
VS.H'.l i
Meer vrijwilligers
naar Rwanda
GENèVE. Achter de vierhonderd deelnemers uit
zeventig landen, die aan de wereldconferentie „Kerk
en samenleving in Genève hebben bijgedragen, is
met de sluiting van deze veertien dagen studie en be
raad een slagboom gevallen. Het is de slagboom voor
een kerk als getto, als ommuurde tuin, waarin men
terzijde van s werelds gewoel over de toekomstige
zaligheid kon mediteren. Niemand, die zich met de
Wereldraad van Kerken aan de confrontatie van de
kerk met de huidige samenleving heeft gewaagd, kan
meer met goed fatsoen of dito geweten onder die slag
boom door terugkruipen naar de zonnige tijd, waarin
de ziel nog aan haar stille trekken kwam. Het zal mis
schien pas later goed duidelijk worden, wat dit
Genève-1966 betekent heeft: het einde van de kerk
vóór zichzelf en in zichzelf verzonken.
De wereldraad heeft zijn 217 leden-
kerken een enorme dienst bewezen met
dit waagstuk, letterlijk een stuk waag
halzerij, gestoken in de uitnodiging: la-
(Van onze redacteur geestelijk leven,
Kees Maas)
De samenkomst van Moria en Pro
vo, waarover Ome Joop van Baaren
op deze pagina vertelt, is in Brand
punt van zondagavond te zien geweest.
Het was een botsing, waarbij een ver
wijzing naar Jezus onmiddellijk werd
gevolgd door spreekkoren „Waar is
Jezus?", waar elk evangelisatiecli
ché vragen opriep als „Hoe komt het
dat er in Vietnam zoveel doden val
len?", en waar een getuigenis van een
meisje, dat de noodzaak van een wit
hart wilde beklemtonen uitliep in een
„happening", waarbij een provo met
een lillend hart kwam aandragen, dat
klaarblijkelijk voor menselijke con
sumptie ter plaatse bestemd was.
Niets was te dol op deze bijeenkomst:
een duivelsmasker, uitgestoken tongen,
polonaises en zegenende gebaren boven
het hoofd van de spreker. De weer
slag trof men in de dagbladcommen
taren aan. Het Algemeen Handelsblad
noemde de samenkomst „wreedzaam"
en constateerde dat het stoere rots
Ome Joop op het laatst toch teveel
werd. „Een wreed en tegelijk komisch
treffen, waar we flink van hebben ge
noten". De Telegraaf zei dat zelfs het
laatste sprankje latente sympathie,
dat iemand voor de provo's mocht
hebben overgehouden, nu wel in een
onoverkomelijke afschuw en minach
ting zal zijn veranderd. „Een vunzi
ge Walpurgisnacht", aldus dit blad.
Het Parool vond het opmerkelijk dat
de ene groep zich met evenveel gezag
en overtuiging van God bediende als
de andere van Vietnam. Een geeste
lijke kortsluiting, waarbij de een zich
als martelaar en de tweede als kwel
ler gedroeg. De Volkskrant vond het
tragisch dat twee groepen, die elkaar
hadden moeten vinden, volkomen langs
elkaar heengingen. De Waarheid vond
het gedrag van de provo's banaal. In
Trouw legde Hans Wierenga er de na
druk op, dat in dit gesprek de machte
loosheid van mensen elkaar te bena
deren duidelijk en schrijnend is ge
weest.
Inderdaad is zelden het probleem van
de benadering van de medemens di
recter naar voren gebracht. Maar toch
leek ons de situatie niet zo wanhopig
als dat bijvoorbeeld in stukken van Bec-
ket het geval kan zijn. Hier was toch
in feite geen sprake van de kortslui
ting, die ontstaat als iedereen met
zijn eigen gedachten bezig is, alles op
zichzelf betrekt en daardoor niet wer
kelijk luisteren kan. Hoe stuitend het
gedrag van de provo's soms ook was,
men beluisterde toch steeds de bewo
genheid met deze wereld.
Men kon dan ook niet aan de indruk
ontkomen dat de fout van de zijde van
Moria werd gemaakt. In de televisie
uitzending althans lag de nadruk steeds
weer bij de bekende kreet, „Jezus
kan je leven veranderen". De oproep
tot bekering alleen doet het echter
niet meer. Er wordt nu gevraagd
naar: „Wat maken de christenen
van deze wereld?" Vandaar de vraag
naar Vietnam. Vandaar de vraag
naar de doden in de concentratie
kampen, die steeds weer na de oor
log heeft geklonken.
Men ontsnapt niet aan deze vraag
met vrome frases. Men zal moeten
stellen, dat God de mensen een taak
heeft gegeven, dat zij het aanschijn
van de aarde zullen vernieuwen, of
dat streven dan ook uiteindelijk met
succes zal worden bekroond, of dat
het zal eindigen in een nederlaag.
Deze antwoorden heeft men in Ge
nève kunnen horen, zoals ds. Klijn
dat op deze pagina uiteenzet. De on
kerkelijke mensen vragen niet naar
woorden, zij willen zien dat christenen
solidair zijn met de verworpenen de
zer aarde. En dan zullen zij vragen:
„Wat drijft jullie?".
Niet voor niets zijn er priesterar
beiders geweest, niet. voor niets wordt
steeds weer de nadruk gelegd op de
taak van de leek. De kerk wordt fel
becritiseerd, omdat zij naast de heer
sers pleegt te staan. Het zal niet mee
vallen van dit odium af te komen.
Gesprekken als die tussen de Moria-
mensen en de provo's kunnen daartoe
bijdragen, al vallen er nog zulke
■paanders. s.
ten we samen de huidige wereldsa
menleving met al haar spanningen, ge
varen en beloften bekijken en daarin
onze plaats en taak bepalen. Niemand,
zei dr. Visser 't Hooft in de sluitings-
dienst, kan na deze conferentie de
krant op dezelfde manier lezen als
daarvoor. Wij hebben de wereld gezien
en in die wereld de mensen, de lijden
de, de ontrechte, de verdrukte mede
mens.
De moderne samenleving heeft iets
magnetisch. Wie er zijn aandacht op
richt wordt er door geboeid en komt
er niet meer van los. Er is een veel
heid van nieuwe mogelijkheden die voor
de mensen opengaan, naast dreigingen
die het bestaan van de mensheid zelf
raken. Beide, de kansen en .de gevaren,
nopen christenen tot serieuze studie
en tot krachtig handelen.
Techniek scheppingswerk
De boodschap," door de conferentie
opgesteld en aangenomen, noemt drie
terreinen, waarop de kerken actief moe
ten zijn of meer moeten worden. Al
lereerst de moderne techniek. Laten de
kerken afleren, zegt het desbetreffende
rapport, daar huiverig of met argwaan
tegenover te staan. Wetenschap en tech
niek zijn vormen van Gods scheppend
werk en moeten bijdragen tot mens
waardig leven en bevrijding van onno
dige arbeid en materiële onzekerheid.
Diepgaand heeft de conferentie zich
bezig gehouden met de verhouding tus
sen de ontwikkelingslanden in Azië,
Afrika en Latijns-Amerika en de rijke
landen der overige werelddelen. Inter
nationale studie, zo mogelijk samen
met de r.k-kerk, coördinatie van hulp
verlening, overheveling van steun in
wapentuig naar ontwikkelingshulp, een
internationale heffing ten dienste van
de economische ontwikkeling in arme
landen, een beroep op eigen regerin
gen en landgenoten minstens één per
cent van het inkomen af te staan
het zijn aanbevelingen, die elke kerk
zich dringend ziet voorgelegd.
Vijf voor twaalf
De conferentie heeft zich veel
moeite gegeven aan de kerken dui
delijk te maken dat het vijf voor
twaalf is in tal van sociale toestan
den in de wereld. Het is geen tijd
meer voor rustige overwegingen en
plannen op lange termijn.
De wereld wordt door sociale en eco
nomische wantoestanden geteisterd en
de kerken moeten snel nieuwe vormen
van christelijk handelen vinden. Niet al
leen maar tot leniging van menselijke
nood, maar daarnaast in een agressie
ve activiteit, die de oorzaken van de
sociale ongerechtigheid opspoort en te
lijf gaat, en in een bereidheid tot sa
menwerking met niet-christenen, die
hetzelfde doel voor ogen hebben.
Opmars van ongeduld
Agressie, revolutie, ongeduld, daad
werkelijke, zo nodig ondergrondse actie
om a-sociale machten terzijde te stel
len nieuwe, voordien op oecumeni
sche conferenties nauwelijks gehoorde
woorden en begrippen, waren hier aan
de orde van de dag. Het tekent de ver
ontrusting, de ontwaking en de evan
gelische solidariteit met de lijdende en
achtergestelde medemens, die de con
ferentie een nieuw geslagen stempel op
drukte.
Te verwachten als men een meer
derheid van deelnemers roept uit lan
den van Azië, Afrika en Latijns-Ameri
ka, die zich in snelle sociale omwen
telingen bevinden en dagelijks minder
bereid zijn met hun achterstand genoe
gen te nemen.
De „agressie", het revolutionaire
élan en de radicale uitspraken en ver
langens kwamen dan ook doorgaans uit
deze hoek en het pleit voor de confe
rentie als geheel, dat er zoveel van
overgekomen is in de boodschap en al
gemeen aanvaard in de rapporten van
de secties.
De aanvankelijke schrik en later taai
volgehouden weerstand van conserva
tieve groepen leidden halverwege het
beraad tot ernstige spanningen, maar
de oecumenische verbondenheid bleek
voldoende elasticiteit te bezitten om
die te verdragen en het niet tot een
breuk te laten komen. Het was een ver
rassing hoeveel oudere deelnemers zich
aansloten bij een mars van de jonge
ren der conferentie naar de Verenigde
Naties om tegen oorlog, honger en ras
sendiscriminatie te demonstreren.
Vietnam
Een uitspraak, dat de oorlog in Viet
nam veroordeeld moest worden,
werd afgezwakt tot: kan niet gerecht
vaardigd worden en verkreeg op die
wijze een veel grotere meerderheid.
In Genève kwamen niet alleen de
theologen aan het woord. Dit is
miss Barbara Ward uit Engeland
econome en schrijfster.
i i r 1jij
Alles moet gedaan worden om er een
eind aan te maken, zegt de boodschap,
die ook nog na een stemming Zuid-Afri-
ka bij name vermeldt als een van de
meest explosieve situaties, waarvoor
een oplossing gevonden moet worden.
Zowel vroeger geweld als alle nieuwe
vormen van oorlogvoering behoren een
afschuw in elk christelijk geweten te
wekken, stelde de conferentie.
Geboorteregeling
Nieuw en verrassend is ook wat de
kerken uitspraken over ouderschap en
geboorteregeling. Ieder echtpaar is be
voegd hier zijn eigen verantwoordelij
ke beslissingen te nemen. Begroet wordt
de voortgang van de wetenschap op
het gebied van voorkoming van zwan
gerschap en de kerken worden opgeroe
pen actief deel te nemen aan studies
en campagnes, die „goedkope, doeltref
fende en medisch zedelijk en religieus
aanvaardbare middelen" onder de men
sen brengen.
Nieuw sociaal denken
Er zijn weinig of geen knelpunten of
spanningen, die de conferentie in haar
beraad over het hoofd gezien heeft. De
lezing van de rapporten en referaten,
Jongeren en ouderen van de wereld
conferentie voor kerk en samen
leving te Genève begeven zich naar
de Verenigde Naties. Hun leuzen
onder andere: de kerk moet daar
zijn, waar actie is. Bewapenings
wedloop heeft geen winnaar. Per
dag 10.000 doden door honger.
■3 mtM
t TH'< pi
t.
waarvan de vertaling en distributie
over de hele wereld reeds begonnen is,
toont dat duidelijk aan. De wereld
conferentie van Genève 1966 heeft een
begin gemaakt met een nieuwe vorm
van oecumenisch sociaal denken, waar
in de deskundigen, grotendeels niet-
theologen, helder gesproken hebben.
Hun beste bijdragen uit de veelheid,
die de conferentie opleverde, zullen
dienen ter voorbereiding van de vier
de algemene vergadering van de we
reldraad van kerken, die in 1968 in Upp
sala in Zweden gehouden wordt.
Maar reeds in de twee jaar daarvoor
zal menige kerk en menig christen zich
gesteund en gestimuleerd voelen door
de even zakelijke als bewogen stem,
die uit Genève zowel ten bate van de
kerk als van de samenleving heeft ge
klonken.
Half september worden door het
gereformeerde zendingscentrum drie
vrijwilligers uitgezonden naar Rwanda.
Ze zullen worden ingeschakeld bij de
verschillende bouwprojecten, die kerk
en zending daar onder handen hebben.
Intussen is de Rwanda-commissie van
de gereformeerde zending erin ge
slaagd om ook een aannemer, de heer
E. A. Rings uit Rotterdam, aan te
trekken, die de leiding zal krijgen van
de drie vrijwilligers. Dit team gaat as
sistentie verlenen aan de huidige bou
wers Jan Hylkema en Johan de Sma
len.
Zij geven vooral hun aandacht aan
de grote projecten van de middelbare
meisjesschool in Remera welk pro
ject wordt gesteund door de Neder
landse ontwikkelingsfondsen en het
kerkelijk centrum in Kigalië, waarvan
de bouw wordt gefinancierd door de
zending van de gereformeerde kerken,
en wat de jeugdsector betreft, door het
centrum voor gereformeerd jeugd
werk.
Behalve de vier bouwers gaat binnen
kort ook mejuffrouw E. A. Smaal uit
Katwijk aan de Rijn naar Rwanda. Zij
zal zich in het bijzonder bezighouden
met het onderwijs aan de kinderen.
Tenslotte is de zending nog in onder
handeling met een administratieve
kracht, die opdracht zal krijgen om de
administratie van de presbyteriaanse
kerk in Rwanda en van het lectuur
centrum in Kigali op te zetten.
De Rwanda-commissie van de gere
formeerde kerken heeft voorts besloten
om in het lectuurwerk een derde man
in te schakelen, die zal fungeren als
directeur van het lectuurcentrum in
Kigali. Deze directeur zal samen met
de herah Fokkens en Van der Neut en
met de Rwanda-werkers het lectuur
werk ter hand nemen. Er is voor deze
functie nog niemand gevonden.
-
Tijdens de jaarlijkse algemene ver
gadering van de Unie van Baptisten
Gemeenten in Groot-Brittannië en Ier
land (300.000 leden) is verklaard, dat
de Britse baptisten geen bezwaar heb
ben tegen de vaststelling van een vaste
paasdatum. De voorkeur werd uitge
sproken voor de zondag volgende op de
tweede zaterdag in april.
Op het vliegveld London Airport
wordt een ondergrondse kapel ge
bouwd, waarvan alle geloofsrichtingen
gebruik zullen kunnen maken. De kerk
van Engeland en de rooms-katholieke
kerk hebben elk 22J500 pond sterling
(ca. 225.000 gulden) bijgedragen in de
totale bouwsom van 90.000 pond ster
ling (900.000 gulden).
Daar maakten de kerken zich in
Genève bezorgd om: kinderen
schreien naast hun dode moeder in
Vietnam.
Binnenkort hoopt de baptisten-stich.
ting Tabitha, gevestigd te Scheveningei
een begin te maken met de verplegim
van geestelijk gestoorde bejaarden ti
Amsterdam. In samenwerking met at
deling Geriatrie van de hoofdstedelijk!
G.G. en G.D. heeft men de beschikkinj
gekregen over het pand Amstelveense.
weg 591 waar in de toekomst 45 pa
tiënten verzorgd kunnen worden. Dt
dienst voor publieke werken heeft dl
verbouwing van het pand reeds aanbt
steed.
Eind augustus zal een delegatie ui
de kerken op midden-Java een b*
zoek aan Nederland brengen. De dele
gatie bestaat uit_ drs. Soetjipto, ds
Soesilo en ds. Tan Ik Hay, die de Ja
vaanse en Indonesische christelijk!
kerken van midden-Java vertegeit
woordigen.
r-n-innnnnnnnniinnniuinni
(Van onze correspondent)
AMSTERDAM. Krasnapolsky.
Door de grote zaal deint een grote
menigte. Er loopt er een bij met
een duivelsmasker voor zijn ge
zicht. Anderen hebben zich uitge
dost in merkwaardige doeken. Het
schalt door de zaal: „We shall
overcome". Het is een herrie van
jewelste.
Op het podium blijft één man onver
stoorbaar: J. I. van Baaren, ome
Joop voor wie hem van nabij kent.
Een wat gedrongen figuur met een
opvallend gezicht. Later, als de beel
den van Kras op het televisiescherm
te zien zijn, verwijten duizenden de
provo's en hun aanhang onfatsoen.
Johannes van Baaren zal het bestrij
den. „Ik wist wat er zou komen. Als
je de provo's kent weet je van te vo
ren dat ze van zo iets een happening
maken".
Het werd vrijdagavond echter ook
niet wat ome Joop van Baaren er
zich van had voorgesteld. De avond te
voren had hij de provo's uitgedaagd.
Hij had met Rob Stolk in de provo
kelder aan de Oude Zijds Achterburg
wal gesproken en hem gezegd: „Ik
geef je de ruimte". Hij wilde de pro
vo's een kans geven hun streven open
lijk naar voren te brengen en te ver
dedigen, althans het positieve daarin
„want het negatieve kennen we nu"
uit te dragen.
„Ik wist precies waar we aan toe
waren. Ik ken ze immers allemaal, de
provo's. Het verbaasde mij helemaal
niet dat ze er een happening van
maakten. Ze hebben er zelfs ontzet
tend veel werk van gemaakt. Ik ben
er alleen bedroefd om, dat ze het po
sitieve element in hun bedoelingen niet
naar voren hebben willen brengen.
Provo is daardoor eigenlijk in het ne
gatieve ondergegaan. Het is jammer
dat zij de uitdaging niet hebben dur
ven aannemen.
Wat men van de kant van de „uit
dager" had willen zeggen, is gezegd
geworden. De provo's lieten daarna ver
stek gaan. We zullen het daarom een
volgende keer anders doen. Dan zullen
we eerst provo aan het woord laten.
Maar het zal nog wel even duren voor
het zover zal zijn. We laten dit eerst
even bezinken".
Diep gelovig
De 51-jarige J. I. van Baaren wil de
jeugd bereiken en in het bijzondere de
opstandigen, provo's, en de mensen
van de zelfkant van het leven. Hij wil
hun boodschap van Bijbel en evan
gelie brengen. Hij is een diep gelovig
mens, in het dagelijks leven een
transporteur, maar in de vrije tijd
die zijn beroepsbezigheden hem laten
een ijverig pleiter voor de zaak Gods.
Onverstoorbaar, zoals in Kras, maar
vurig, sinds hij vier jaar geleden, zo
als hij zegt, voelde dat God voor hem
in zijn levensplan een bijzondere taak
had voorzien. „Voor iedereen heeft
God een levensplan, dat is het doel
van je bestaan".
Om hem heen heeft zich een groep
van tachtig jongelui gevormd van ver
schillende kerken hervormden, lu-
thersen, evangelischen die samen
de Moria (hetgeen wil zeggen: „de
Heer zal het voorzien")-groep vormen.
Hun doel en dat van de stichting Mo
ria is het verspreiden van het evange
lie door woord en geschrift. Daarom
trekken de jongelui er telkens op uit
om het evangelie onder de mensen te
brengen in persoonlijke ontmoetingen.
Zij besteden er nu hun vakantie aan
in een zesweekse campagne. Dezer
dagen vertrok nog een groep van hen
naar Friesland.
Aan Amsterdam werden twee weken
besteed. Na bijbelstudie in de ochtend
uren trok men 's middags naar buiten
voor straat-evangelisatie. In het ka
der van deze campagne voor God pas
te ook het witte harten-plan. Het plan
dat „Het verlossend antwoord voor
een nieuw en zinvol leven" wil geven,
en dat geïnspireerd is op de vele wit
te plannen, die door de provo's worden
gepropageerd.
Randfiguren
Johannes van Baaren richt zich dan
weer in het bijzonder op de opstandi
ge jeugd en op de randfiguren als ver
slaafden, bij wie gevoelens van onbe
hagen of vrees voor de werkelijkheid
vaak overheersen reden waarom zij
middelen zijn gaan gebruiken. Hij wil
hen leiden naar positiever levensinstel
lingen. Dat is een van de taken die
Van Baaren voelt van God opgedra
gen te hebben gekregen.
Zo zijn de punten uit het witte-har-
ten-plan: onderlinge communicatie;
opstand tegen verslavingsdictatuur;
openbaarwording van Gods plan en
confrontatie met vrede en harmonie;
bewapeningswedloop in naastenliefde;
het „ban de bom" in eigen leven;
perspectief voor iedereen; het doel
van het bestaan; reiniging van het
zwarte hart; een vrijmakende revolu
tie (de bekering)ontsnapping aan uit
zichtloosheid; spectaculaire ontmoe
ting met Jezus. Op veel plaatsen in de
stad leest men het: zwarte harten
moeten wit.
Graag thuis
Hij zoekt ze op, de provo's, op
straat, in hun kelders. Hij weet dat
het hen goed gaat, materieel ii
ieder geval. „Wij geloven in de pro
vo's, maar hun doelstellingen kun
nen worden gestroomlijnd. Ze zijn in
alles zo negatief".
Daarom ziet hij ze ook graag bi)
hem thuis komen, in zijn ruime klas
siek ingerichte kamer, waar zij pra
ten over de zin van het bestaan, de zin
van het leven en over wat de provo)
tegenover het evangelie te stellen heb
ben. Op die avonden, het zijn meestal
de zondagen, wordt er koffie gedron
ken of wordt er een lied gezongen en
wordt er gepraat in een positief ge
richt gesprek.
Zo heeft Moria de provo's door ei
door leren kennen, en daardoor was
het Johannes van Baaren helemaal
geen verrassing dat zich in Kras tafe
relen afspeelden die buitenstaander!
gemakkelijk de indruk gaven dat de
manifestatie voor het witte-harten-
plan volledig uit de hand was gelopen
en een grandioze aanfluiting was ge
worden. De leider van de avond had
het van te voren geweten. Wat hem
alleen was tegengevallen was, da!
provo in het gesprek dat die avond
had moeten opleveren verstek had la
ten gaan.
Maar toch zaten ze zondagavond
weer bij oom Van Baaren aan d«
koffie. Ook de jongen, wiens getoeter
vrijdagavond hoogst irriterend op Van
Baaren had gewerkt. Een enkele zat
er in hoogst excentrieke kledij. „Maar
wij zijn geen vijanden", zegt Van
Baaren vol overtuiging. „En wie er
afgaande op de vrijdagavond anders
over mocht denken, heeft er helemaal
niets van begrepen". Zondagavond wa
ren de toen aanwezige negen provo'i
in Van Baarens kamer weer de ge
waardeerde gesprekspartners.
Die gesprekken, of het met provo's
is of met de jongelui van de groep
zelf, worden bij Moria niet vanuit eni
ge kerkelijke achtergrond gevoerd.
Want Moria heeft niets te maken met
welke kerk ook. De groep is volledig
onafhankelijk. Men kan er ook niet
lid van worden. Men heeft zelfs geer.
administratie van hen die zich bij de
groep hebben aangesloten. „Maar een
eis is natuurlijk wel, dat je je vrijwil
lig moet willen inzetten voor de Heer".
Pas dan zal men deel van de groep
kunnen uitmaken.