Uitgeroeid analfabetisme is het paradepaardje van de Cubanen Scholieren lezen Castro in plaats van Jules Verne Politie-actie tegen „Der Spiegel" goedgekeurd Chinees geduid heeft zijn grenzen Vandaag trouwt Luci Johnson Van dag tot dag Poolse diplomaat in Bangkok doodgeschoten Uitspraak Westduits Hoog gerechtshof telegrammen ZATERDAG 6 AUGUSTUS 1966 3 Ss Hoop en trots Brandmerk Critiseren Radicalisering «liSl Indrukwekkend IS, V 0 01 3 0 8 2 1 5 7 12 21 5 2 2 01 1 6 1 0.J O 0 O O 0.4 23 2 O O 8 14 O O O 0.1 O O O 't Is weer zo ver. Er ligt bij onze oos terburen weer een ferme beschuldiging aan het adres van ons vakantie vierende Nederlanders. Tn de Nieuwsbrief van de Vrije Democratische Partij in de West- duitse deelstaat Hessen wordt ernstig ge waarschuwd om toch maar vooral heel voorzichtig te zijn met de invasie van automobilisten uit Nederland op de auto wegen in West-Duitsland. De Nederlan ders hebben volgens het bericht onvol doende discipline, blijven koppig links houden enzovoort. En daar kunnen we het dan weer eens mee doen. De waar schuwing maakt weliswaar ook nog mel ding van het feit dat de Nederlanders - ook als doortrekkende toeristen wel kom zijn, maar men zou het in het ons in het oosten aangrenzende buurland toch wel fijn vinden als wij „van dezelfde discipline en netheid blijk wilden geven die de Nederlanders van oudsher hebben gekenmerkt en nog kenmerken". En dat weten we dan weer. In Oosten rijk mogen Nederlandse vakantiegangers niet meer zo luidruchtig zijn, In Italië moeten ze minder krenterig zijn, in Span je wat langer blijven en in Frankrijk minder stug zijn. Er komt nog eens een tijd dat wij Nederlanders nergens meer onze vakantie mogen doorbrengen. Dat overdenkend mag het een geruststelling betekenen dat ook onverstoorbaarheid een Nederlandse karaktertrek is als het gaat om gezeur en gezemel van mensen die dom generaliseren of last hebben van ste kende broodkruimels. 'WWVtAAAA/WWWWWWWWWWWWWWVWWl BANGKOK (Reuter) Het hoofd van de Poolse handelsvertegenwoordiging in Bangkok (de hoofdstad van Thailand) it vandaag voor zijn woning door twee mannen neergeschoten. Hoewel wij gewend zijn aan verrassen de wijzigingen in de internationale poli tiek wekt de Spaanse dictator Francisco Franco nu toch verbazing. Hij zoekt toe nadering tot communistische landen. Zijn stafchef en plaatsvervanger Munoz Grandes was eens leider van de „blauwe divisie", die met Hitler in de Sovjet-Unie vocht. En zijn minister van buitenlandse zaken Castiella was in deze divisie officier. Maar er wordt nu gesproken van onderhandelingen tussen Madrid en Moskou om de officiële betrekkingen te herstellen. Dit zal nog wel lang duren, maar het ijs is gebroken. De Sovjet-Unie kocht kort geleden 25.000 ton Spaanse sinaasappelen, zij had een stand op de jaarbeurs van Barcelona, een Spaanse balletgroep reisde door de Sovjet-Unie en in Spanje werd een Rus sische film vertoond over Don Quichot. De Polen kochten in het rijk van Franco 300 vrachtauto's en lieten er een groot schip bouwen. Andere Oosteuropese lan den bleven niet achter, al heeft nog geen van hen een diplomatieke vertegenwoordi ging in Madrid. Ontstemd zijn de Verenigde Staten ech ter over het feit, dat Spanje de diploma tieke relaties met Cuba nooit heeft ver broken. Wel zit er in Havana slechts een Spaanse zaakgelastigde de laatste ambassadeur van Franco had er ruzie gekregen maar nu heeft een hoge Spaanse diplomaat een lang onderhoud gehad met Fidel Castro. Deze zal vracht auto's ontvangen uit het Iberisch schier eiland in ruil voor Cubaanse produkten. Er wonen op Cuba 50.000 Spanjaarden en er bestaat een geregelde luchtverbinding tussen Madrid en Havana. Men denkt dat de twee landen weldra weer door ambassadeurs vertegenwoordigd zullen worden. Men schrijft het „neutralisme" van Franco toe aan de wil, zijn onafhanke lijkheid te demonstreren, maar ook aan ergernis over het Westen. De Verenigde Staten hebben militaire bases in Spanje gepacht, maar betalen daarvoor niet ge noeg. De zes landen van de Euromarkt weigeren Spanje op te nemen in de EEG door gebrek aan eenstemmigheid. Enge land wil Gibraltar niet afstaan. En zo is de Caudillo, die weinig vrienden heeft, althans op zoek naar andere kennissen. Dertig jaar geleden begon Franco met zijn opstand tegen de toenmalige Spaanse republiek, hij overwon en regeert nog steeds. Zijn dictatoriaal regime wordt vrij wel nergens verdedigd en nauwelijks in Spanje zelf. Het is betreurenswaardig en pijnlijk, dat het nog bestaat. Maar in de ze omstandigheden is het voor het Spaan se volk nog het beste, dat de spanningen met de buitenwereld verminderen en dat de vriendschap tussen Spanje en de com munistische wereld afneemt. Er zijn al Russische toeristen in Barcelona geweest en het zal voor de Spanjaarden een voor uitgang zijn, als zij een kijkje mogen gaan nemen in de Sovjet-Unie. Een te genovergestelde ontwikkeling zou nadeli ger voor hen zijn. (Van onze reisredacteur mr. H. L. Leffelaar) HAVANA. In een van de zestien regeringscadillacs I960 die Cuba nog rijk is, rijden de Cubaanse tolk (en propagandist) van het ministerie van Buitenlandse Zaken en ik naar Mira- mar, de vroegere dure villawijk van Havana die men zonder veel succes heeft omgedoopt met de naam „Si- boney" de stamnaam van Indianen die het eiland eeuwen geleden be volkten. Zonder succes, want de be volking heeft het nog steeds over Miramar. Roberto Llanes, de tolk, vraagt half-schertsend en half-serieus: „En, wat zijn je indrukken nu van Cuba?" In de afgelopen dagen die wij, van af spraak naar afspraak rijdend, hebben doorgebracht is de gebruikelijke formali teit tussen tolk-regeringsvertegenwoordi- ger en gast wat gesleten. Ik antwoord: „goed en slecht". Robert houdt vol: „Wat is er veranderd sinds 1955, toen je voor het laatst hier was?" „De Cubaan is zich meer bewust ge worden van zichzelf", zeg ik. „Hij heeft een sterker gevoel van identiteit gekre gen". Roberto, die er met zijn kort geknipte haar Amerikaanser uitziet dan Cubaans (later blijkt dat zijn moeder Amerikaans staatsburger is en in Miami woont), ver schuift van houding achter in de auto. „Dat is heel interessant", zegt hij. „Meer bewust van zichzelf". Ik weet zeker dat, zoals bij alles wat hij hoort, mijn opmer king straks op het ministerie gedeponeerd zal worden. Dagen later, in het gezelschap van anderen, laat hij mij dit gezegde trou wens herhalen, als een spreekvogel, die hij zelf gedresseerd heeft. „Wat er in de toekomst ook mag gebeu ren", zegt Roberto, „Cuba zal nooit meer worden wat het geweest is". Wanneer ik later op de riante, maar wat verslonsde Hilton-hotelkamer over deze opmerking nadenk, komt het mij voor dat er zowel hoop op een verandering, als trots om het bereikte in opgesloten ligt. Er spreekt in ieder geval geen zekerheid uit omtreent de stabiliteit van Castro's revolutie. Maar vanmorgen zijn wij op weg naar het ministerie van Onderwijs. Het massale onderwijs-programma dat, blijkens een UNESCO-rapport, het analfabetisme in Cuba in enkele jaren terugbracht van 23 tot 3,9 percent van de bevolking, is terecht een van de paradepaarden van de revo lutie. Het ministerie, onderdeel van wat nu „Ciudad Escolar Libertad" heet (vrijheids- school-stad), is gevestigd in de gebouwen en barakken waar ex-dictator Batista zijn troepenmacht had geconcentreerd. Roberto verzuimt (uiteraard) niet op de symboliek ervan.te wijzen, noch de aandacht te ves tigen op de bij de ingang hangende foto's van door Batista's mannen gemartelde Cubanen, van Fidel bij zijn arrest na de mislukte overval op het Moncada fort, op 26 juli 1953, nog steeds gevierd als dè nationale feestdag. In het kantoor waar een charmante Cubaanse de gewenste in lichtingen verstrekt, hangen portret- reprodukties van Cuba's 19de-eeuwse vrij heidsstrijder José Marti, Marx, Engels, Lenin en Abraham Lincoln. De villa's van Miramir-Siboney ver tonen het brandmerk van eens luxueuze woningen in alle recent-onafhankelijke landen: ze zijn haveloos, verwaarloosd en aangepast aan de levenswijze van de grootste gemene deler van de bevolking. In Havana worden ze bewoond door de becados, lagere en middelbare scholieren uit het binnenland die er met een staats- beurs onderricht krijgen. Klassen zijn ondergebracht in garages, in voormalige eet-, zit-, of slaapkamers, soms met grote wandspiegels nog aan de muur. Van het oorspronkelijke meubilair zijn misschien nog een tafel of een paar stoelen over, alle voorzien van het inven tarisatie-etiketje van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Voor de klassen staan 15- tot 17-jarige leerlingen bij gebrek aan onderwijzers les te geven. Opvallend is de discipline, maar even opvallend is ook een gebrek aan normale kinderlijke levendig heid. De kind-onderwijzers staan onder toe zicht van ouderen, en gaan zelf 's mid dags of 's avonds naar school. Cijfers geven doen zij niet. De leerlingen wonen in villa's groepsgewijs bij elkaar. In ieder blok zijn huizen gereserveerd voor schoolruimte, gaarkeukens en administra tie. Overal hangt een onwezenlijke sfeer, die zich het best laat omschrijven met vreugdeloosheid. Wat is er leuk aan, om als tienjarige, in plaats van Jules Verne of Karl May, Fidel Castro en Karl Marx te lezen? Öp de schoolbanken in een derde klas lag „De geschiedenis zal mij verschonen", het betoog dat Castro bij zijn proces in 1953 voor zijn rechters hield. In voormalige strand-bungalows buiten Havana zijn de Macarenko's onderge bracht, oudere beursstudenten die voor het onderwijs worden opgeleid. Onderweg lepelt Roberto weer feiten op: een en een kwart miljoen kinderen gaan nu naar school, het nationale gemiddelde is veer tig leerlingen per leerkracht, twaalf per cent van het nationale budget wordt aan onderwijs besteed, 800.000 volwassenen zijn betrokken in vervolg-cursussen, 3000 Cubanen studeren in het buitenland (de meesten in Oosteuropese landen) en als de Verenigde Staten ooit beurzen mochten uitdelen zou Cuba ze graag aannemen, de Macarenko's (genoemd naar een Russi sche pedagoog) worden opgeleid om in het onderwijzerstekort te voorzien In een van de buitenverblijven aan het strand worden de zes Macarenko-bewoon- sters opgetrommeld voor een interview met de journalist uit Holland. Ja, ze vin den het wel fijn, maar soms hebben ze heimwee. Hun ouders blijken tot de lagere middenstand te behoren. Een hun ner is getrouwd en de journalist vraagt maar niet waar de echtgenoot zich be vindt. Het zijn aardige meisjes. En toch, en toch. Waar wringt de schoen? Er is iets onnatuurlijks in hun gedwee ant woorden, in hun onrijpe volwassenheid, in deze on-Cubaanse sfeer van plicht en discipline. „Wij hebben regelmatige bijeenkom sten", vertelt de Macarenko, belast met het toezicht in de voormalige strand- bungalow. „Waar wij elkaar becritiseren, eikaars fouten in denken en gedrag ana lyseren". Een van de problemen, legt zij uit, is om af te leren dat ook je beste vriendin er niet bij gebaat is wanneer je haar feilen verzwijgt, want dan kunnen ze niet gecorrigeerd worden. Is het daar waar de schoen hem wringt? ■Staatsbelang boven vriendschap, plicht boven vreugde, conformiteit boven indi vidualiteit, Castro en geen Jules Verne? „Je moet toegeven dat er op onderwijs gebied hier wat gepresteerd is", zegt Roberto wanneer wij in de snikhitte van de middag terug rijden. KARLSRUHE (Reuter) - Het Westduitse Hoog gerechtshof heeft gisteren de justitiële actie tegen het Hamhurgse blad „Der Spiegel" in ok tober 1962 goedgekeurd. Maar deze beslissing was slechts mogelijk op grond van de juridische procedure die voor dit soort processen geldt: vier van de acht rechters spraken zich namelijk uit voor het verzoek van „Der Spiegel" om de actie strijdig met de grondwet te verklaren. De andere vier gaven hun fiat aan de actie. Er is echter een meerderheid van stem men nodig om te bepalen dat de actie in strijd met de grondwet zou zijn geweest. De uitgever, tevens hoofdredacteur van „Der Spiegel", Rudolf Augstein, had bij het hof een aanklacht ingediend tegen de politie, die op 26 augustus 1962 Aug stein en enkele employés van het week blad arresteerde op verdenking van het schenden van staatsgeheimen. Volgens Augstein waren deze arresta ties in strijd met de grondwet. De actie van de politie kwam drie weken na pu- blikatie in het blad van bijzonderheden over een oefening in NAVO-verband. Met het bewuste artikel althans zo werd ge steld had het blad militaire geheimen van grote importantie verraden. Zo was onder meer aan het licht gekomen dat er (Van onze redactie buitenland) „China heeft besloten zich voor te bereiden op een oorlog tegen de Verenigde Staten, zonder dat het land de bedoeling heeft deze oorlog zelf te beginnen. China probeert met een enorm geduld de groei naar die oorlog te vertragen, want het zal een oorlog worden, waarin China in de verdediging zal worden gedrongen. Maar voor China is de oorlog onver mijdelijk en als het uiteindelijk Amerikaanse bommen zal ontvangen, zoals nu Noord-Vietnam, dan zal dat het offer zijn, waartoe thans is besloten het te aanvaarden". Tot deze weinig hoopgevende conclusie kwam deze week de Franse journalist Robert Guillain van het Parijse dagblad „Le Monde", na een uitgebreide analyse van de oorlog in Viet nam, getiteld: „Naar een Chinees-Amerikaanse oorlog?" Guillain, die dit jaar Saigon heeft bezocht, vraagt zich af waar de gren zen van het Chinese geduld liggen. Hij noteerde Amerikaanse uitlatingen in Washinton en Saigon, die van de specu latie uitgaan dat dit Chinese geduld on eindig is: „China is bang voor onze kernbommen. Peking is bevreesd, dat de nieuwe fabrieken, waar de Chinezen hun kernbom ontwikkelen, zullen worden gebombardeerd" en: „De Chinezen zullen vechten tot de laat ste Noord Vietnamees." President John son van de Verenigde Staten zou daartoe aangespoord door zijn advi seurs van plan zijn Noord-Vietnam desnoods plat te bombarderen totdat de Noordvietnamese president Ho Tsji- Minh bereid zou zijn over de vrede te onderhandelen. Guillain is ervan over tuigd dat de Amerikanen daarbij te veel veronderstellen dat China alleen een oorlog zal beginnen als de VS de Chinese grens zouden schenden. Hij wijst er in zijn analyse op dat vanaf maart 1965 na de eerste Ameri kaanse luchtaanvallen op Noord-Viet nam, steeds één vertegenwoordiger van de Chinese regering veelal mi nister van Buitenlandse Zaken, Tsien- Ji een verklaring aflegde. Sinds 3 juli 1966 was het de Chinese regering, die zich in een verklaring richtte tot de Verenigde Staten. Ook werd de toon voortdurend scherper. Mant/oer je HARBIN rsJANOTGJOCN RU..! TE J.Ii.M.O N COJLj EROEMTl Jl Sink Ja ng ft TAOOFAN Tsjmg Hat UMSJOO: r, bét TSJtNOTOt Tijamdo JongUt TSJOE NKMtf f HANTS JANG TSMNOSJA KWWANG I cf FOÊTSJOU f-chine se Zeet r.jMiNO I I 0 I A NGKONG (GE; i R M A tV;jjSü-T v JK Nt I /f-'jOlFVAN BSNÖAÏEN-\ f^HAlljJili; Het is zeker dat in de afgelopen weken dramatische ontwikkelingen in Chi na aan de gang zijn. Daar is aller eerst de nieuwe radicalisering een striktere toepassing van Mao Tse- Toengs leer. Deze houdt onder meer in, dat soldaten een deel van hun tijd op het land of in fabrieken moeten wer ken, boeren moeten naast hun gewone werk in de industrie werkzaam zijn en industrie-arbeiders moeten kleine stuk jes grond leren bewerken. Het doel daarvan is het scheppen van een nieuw soort Chinees: een politiek bewust .mi litair bewust, militair getraind en veel zijdig mens. Oppositie tegen deze plan nen heeft vermoedelijk geleid tot de ernstigste crisis in de zeventienjarige geschiedenis van de Chinese Commu nistische Partij. Van enkele weggezuiverde figuren zijn de namen bekend gemaakt: Peng Chen, de burgemeester van Peking en zeer opzienbarend Li-Ta, één van de drie nog levende oprichters van de Chinese partij. Dan zijn er de geruchten over een mogelijke strijd om de opvolging van Mao. De „grote leider" heeft zelf eens gezegd dat hij zijn einde voelde nade ren. Maar na zijn opzienbarende en voor een 72-jarige man wel zeer vitale duik in het koele water van de Jang- tse, lijkt het erop dat de oude revo lutionair nu met zijn laatste energie aan het werk gaat om zijn radicale ideeën te verwezenlijken. Veel westelijke waarnemers zien maarschalk Lin Piao, de minister van defensie, nu als dè aangewezen op volger. De Chinese pers noemt hem de „nooit falende interpertator" van de leer van Mao Tse-Toeng. Boven dien is hij pas 59 jaar oud. Maar hij zou een slechte gezondheid genieten en al jarenlang ziek zijn. In de laatste weken zijn er aanwijzingen dat de eigenlijke machtsstrijd zich af speelt binnen de partij. Sleutelfiguur is daar de secretaris-generaal Teng Hsiao-Ping. Een andere persoonlijkheid, premier Tsjoe En-Lai mag volgens sinologen, niet over het hoofd worden gezien. Hij blijft hoog aanzien genieten binnen de partij. Zijn relaties met andere buiten landse communistische partijen zijn belangrijk. Zijn functie bij het door voeren van de „proletarische culture le revolutie" bleek duidelijk tijdens zijn jongste bezoek aan Roemenië en zijn rol wordt wel vergeleken met die van Mikojan in de Sovjet-Unie. De eerste fase van de strijd om de macht lijkt nu afgesloten. Het „Volks dagblad" noemde ter gelegenheid van de 54-ste verjaardag van de partij vier mannen als „oprechte uitvoer ders van Mao's ideeën": President Lioe Sjao-Tsji, premier Tsjoe En-Lai, minister Lin Piao en partij-secretaris Teng Hsiao-Ping. Maar de strijd om de opvolging is met het noemen van deze namen, in deze volgorde nog geenszins beslist, zo wordt algemeen verondersteld. De nieuwe radicalisering zou voor Chi na grote gevolgen kunnen hebben. Veel groter dan in 1958, tijdens de „grote sprong vooruit". In het bijzon der zal de belangstelling bij dit alles uitgaan naar de buitenlands-politieke aspecten. „De Chinese buitenlandse politiek is in hoge mate afhankelijk van de bin nenlandse", zo schreef het Duitse blad de „Frankfurter Allgemeine Zeitung", enkele weken geleden. „Een gematig de buitenlandse politiek is bij een bin nenlandse radicalisering ondenkbaar, omdat dat zou worden opgevat als een toegeven aan het heftig bestreden „Russisch revisionisme". Het regime doet een appèl op de nationale gevoe lens, door de strijd tegen de revisio nisten in eigen land voor te stellen als een afwending van de dreigende terugkeer der imperialisten. Dit alles wijst op een onverzoenlijkheid in de buitenlandse politiek ook als Mao deze niet meer zou leiden, mag men voorlopig geen andere situatie ver wachten". Bijzonder belangwekkend is in dit ver band het geheel aan China gewijde „Bulletin of the Atomic Scientists" van juni 1966. De Chinese prestaties op het gebied van onderwijs en we tenschappen j k-technische ontwikkeling worden in dit nummer indrukwekkend genoemd. Volgens de laatste bekende statistieken besteedde China meer dan 441 miljoen dollar aan de wetenschap- oelijke ontwikkeling, oftewel meer dan anderhalf percent van de totale na tionale uitgaven. De auteur van het artikel, C. H. G. Oldman meent op grond van deze cijfers dat China in twintig jaren tijds de bestaande weten schappelijke achterstand zal weten in te halen. WASHINGTON (Reuter) President Johnson begeleidt vandaag zijn 19-jarig? dochter Luci naar het altaar voor haar huwelijk met de 23-jarige Patrick J. Nu gent. Aan het huwelijk van de zwart harige Luci, die episcopaals gedoopt is maar een jaar geleden tot de r.-k. kerk overging, waartoe ook haar bruidegom behoort, is in heel Amerika een enorme publiciteit voorafgegaan. Luci heeft van haar vader een spaar- obligatie van „aanzienlijke" waarde ge kregen. Het jonge paar krijgt voorts een boerderij ter waarde van 185.000 gulden met 345 hectare grond. Het huwelijk wordt gesloten in de kerk van de „onbevlekte ontvangenis", de grootste r.-k. kerk in de Verenigde Staten. Tijdens de plechtigheid in de kerk zingt een koor van honderd stemmen. Op de receptie in het Witte Huis wordt een ze venhonderdtal genodigden verwacht. Daar spelen een marinekorps en twee dans- orkesten. De bruidstaart, 136 kilo zwaar, heeft zeven verdiepingen en is versierd met suikeren zwanen, rozen en lelietjes van dalen. nogal wat mankeerde aan de militaire paraatheid van de Westduitse strijdkrach ten. De zaak leidde tot een regeringscrisis en het ontslag van minister van Defensie, Franz-Josef Strauss, die een beslissende rol zou hebben gespeeld bij de voorberei ding van de politiële actie. Het Westduitse constitutionele gerechts hof gaf gisteren in zijn uitspraak de raad grote zelfbeheersing te betrachten bij toe komstige politiële acties tegen uitgevers maatschappijen „om het vertrouwen tus sen de pers en degene, die inlichtingen verstrekt, niet te schaden". De uitspraak aldus onze correspondent in Bonn waarvan de mondelinge behan deling eind januari in Karlsruhe had plaatsgevonden, werd met grote spanning tegemoet gezien en van principiële bete kenis voor de persvrijheid in de Bondsre publiek geacht. Het is wel zeker dat het oordeel van het gerecht tot een zee van critiek zal leiden. 3 Hyena's. Hyena's hebben in Kenia drie kinderen uit een dorp in de geïsoleer de woestijngebieden bij Garissa ge sleurd en hen gedood. Apartheidswetten. In Zuid-Afrika zijn wetten gepubliceerd die bedoeld zijn om de minister van Onderwijs, Johannes de Klerk „volledige zeggenschap te geven over het studentenleven aan de Zuid- afrikaanse universiteiten". De Klerk zou „vergaande volmachten krijgen om tegen te gaan dat blanke en niet-blan- ke studenten op universiteitsterreinen met elkaar omgaan". Psychologencongres. Vierduizend psy chologen uit oostelijke- en westelijke landen zijn in Moskou een congres be gonnen, dat een week zal duren. Er zullen gegevens worden uitgewisseld over het jongste onderzoek naar de di verse aspecten van de menselijke geest. Verzet. Boeren uit de omgeving van de Belgische plaats Chièvres hebben ge protesteerd tegen een eventuele vesti ging van het militaire hoofdkwartier van de NAVO (Shape) in hun gebied. Er is een verzetscomité opgericht on der voorzitterschap van de burgemees ter van Chièvres. Contact. Twintig vertegenwoordigers van de joodse gemeenschap in de Verenig de Staten zullen op 11 augustus een reis van drie weken beginnen door zes landen van het oostelijke blok. Overstromingen. Overstromingen hebben in het zuidwesten van Polen voor ruim dertig miljoen gulden schade aange richt. Meer dan tweehonderd dorpen staan onder water. Verdeeld. De vierde Arabische topconfe rentie die op 5 september in Algiers zou beginnen, is voor onbepaalde tijd uit gesteld. Acht lid-staten hebben hun in stemming betuigd met het Egyptische voorstel tot uitstel. Alleen Saoedi-Ara- bië en Jordanië hadden zich hiertegen verklaard. Uitgesteld. De raad van de twintig leden tellende Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) heeft besloten, de derde inter-Amerikaanse conferentie van mi nisters van Buitenlandse Zaken, die op 29 augustus in Buenos Aires zou be ginnen, voor onbepaalde tijd uit te stellen. Vandalisme. Bij het Hongaarse Balaton- meer, een plaats waar veel toeristen komen, hebben jongelui op grpte schaal vandalisme bedreven. Vooral auto's van buitenlanders moesten het ontgelden. Schipbreuk. In de golf van Tomini, bij Noord-Celebes, is een motorschip van 50 ton in een storm vergaan. Tweeën veertig van de 44 opvarenden zijn ver dronken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1966 | | pagina 3