Uitgeroeid analfabetisme is het
paradepaardje van de Cubanen
Scholieren lezen Castro
in plaats van Jules Verne
Politie-actie tegen „Der
Spiegel" goedgekeurd
Chinees geduid heeft zijn grenzen
Vandaag trouwt
Luci Johnson
Van dag tot dag
Poolse diplomaat
in Bangkok
doodgeschoten
Uitspraak Westduits Hoog gerechtshof
telegrammen
ZATERDAG 6 AUGUSTUS 1966
3
Ss
Hoop en trots
Brandmerk
Critiseren
Radicalisering
«liSl
Indrukwekkend
IS,
V 0
01
3
0
8
2
1
5
7
12
21
5
2
2
01
1
6
1
0.J
O
0
O
O
0.4
23
2
O
O
8
14
O
O
O
0.1
O
O
O
't Is weer zo ver. Er ligt bij onze oos
terburen weer een ferme beschuldiging
aan het adres van ons vakantie vierende
Nederlanders. Tn de Nieuwsbrief van de
Vrije Democratische Partij in de West-
duitse deelstaat Hessen wordt ernstig ge
waarschuwd om toch maar vooral heel
voorzichtig te zijn met de invasie van
automobilisten uit Nederland op de auto
wegen in West-Duitsland. De Nederlan
ders hebben volgens het bericht onvol
doende discipline, blijven koppig links
houden enzovoort. En daar kunnen we
het dan weer eens mee doen. De waar
schuwing maakt weliswaar ook nog mel
ding van het feit dat de Nederlanders -
ook als doortrekkende toeristen wel
kom zijn, maar men zou het in het ons
in het oosten aangrenzende buurland toch
wel fijn vinden als wij „van dezelfde
discipline en netheid blijk wilden geven
die de Nederlanders van oudsher hebben
gekenmerkt en nog kenmerken".
En dat weten we dan weer. In Oosten
rijk mogen Nederlandse vakantiegangers
niet meer zo luidruchtig zijn, In Italië
moeten ze minder krenterig zijn, in Span
je wat langer blijven en in Frankrijk
minder stug zijn. Er komt nog eens een
tijd dat wij Nederlanders nergens meer
onze vakantie mogen doorbrengen. Dat
overdenkend mag het een geruststelling
betekenen dat ook onverstoorbaarheid een
Nederlandse karaktertrek is als het gaat
om gezeur en gezemel van mensen die
dom generaliseren of last hebben van ste
kende broodkruimels.
'WWVtAAAA/WWWWWWWWWWWWWWVWWl
BANGKOK (Reuter) Het hoofd van
de Poolse handelsvertegenwoordiging in
Bangkok (de hoofdstad van Thailand)
it vandaag voor zijn woning door twee
mannen neergeschoten.
Hoewel wij gewend zijn aan verrassen
de wijzigingen in de internationale poli
tiek wekt de Spaanse dictator Francisco
Franco nu toch verbazing. Hij zoekt toe
nadering tot communistische landen.
Zijn stafchef en plaatsvervanger Munoz
Grandes was eens leider van de „blauwe
divisie", die met Hitler in de Sovjet-Unie
vocht. En zijn minister van buitenlandse
zaken Castiella was in deze divisie
officier. Maar er wordt nu gesproken
van onderhandelingen tussen Madrid
en Moskou om de officiële betrekkingen
te herstellen. Dit zal nog wel lang duren,
maar het ijs is gebroken.
De Sovjet-Unie kocht kort geleden
25.000 ton Spaanse sinaasappelen, zij had
een stand op de jaarbeurs van Barcelona,
een Spaanse balletgroep reisde door de
Sovjet-Unie en in Spanje werd een Rus
sische film vertoond over Don Quichot.
De Polen kochten in het rijk van Franco
300 vrachtauto's en lieten er een groot
schip bouwen. Andere Oosteuropese lan
den bleven niet achter, al heeft nog geen
van hen een diplomatieke vertegenwoordi
ging in Madrid.
Ontstemd zijn de Verenigde Staten ech
ter over het feit, dat Spanje de diploma
tieke relaties met Cuba nooit heeft ver
broken. Wel zit er in Havana slechts
een Spaanse zaakgelastigde de laatste
ambassadeur van Franco had er ruzie
gekregen maar nu heeft een hoge
Spaanse diplomaat een lang onderhoud
gehad met Fidel Castro. Deze zal vracht
auto's ontvangen uit het Iberisch schier
eiland in ruil voor Cubaanse produkten.
Er wonen op Cuba 50.000 Spanjaarden en
er bestaat een geregelde luchtverbinding
tussen Madrid en Havana. Men denkt
dat de twee landen weldra weer door
ambassadeurs vertegenwoordigd zullen
worden.
Men schrijft het „neutralisme" van
Franco toe aan de wil, zijn onafhanke
lijkheid te demonstreren, maar ook aan
ergernis over het Westen. De Verenigde
Staten hebben militaire bases in Spanje
gepacht, maar betalen daarvoor niet ge
noeg. De zes landen van de Euromarkt
weigeren Spanje op te nemen in de EEG
door gebrek aan eenstemmigheid. Enge
land wil Gibraltar niet afstaan. En zo is
de Caudillo, die weinig vrienden heeft,
althans op zoek naar andere kennissen.
Dertig jaar geleden begon Franco met
zijn opstand tegen de toenmalige Spaanse
republiek, hij overwon en regeert nog
steeds. Zijn dictatoriaal regime wordt vrij
wel nergens verdedigd en nauwelijks in
Spanje zelf. Het is betreurenswaardig en
pijnlijk, dat het nog bestaat. Maar in de
ze omstandigheden is het voor het Spaan
se volk nog het beste, dat de spanningen
met de buitenwereld verminderen en dat
de vriendschap tussen Spanje en de com
munistische wereld afneemt. Er zijn al
Russische toeristen in Barcelona geweest
en het zal voor de Spanjaarden een voor
uitgang zijn, als zij een kijkje mogen
gaan nemen in de Sovjet-Unie. Een te
genovergestelde ontwikkeling zou nadeli
ger voor hen zijn.
(Van onze reisredacteur
mr. H. L. Leffelaar)
HAVANA. In een van de zestien
regeringscadillacs I960 die Cuba nog
rijk is, rijden de Cubaanse tolk (en
propagandist) van het ministerie van
Buitenlandse Zaken en ik naar Mira-
mar, de vroegere dure villawijk van
Havana die men zonder veel succes
heeft omgedoopt met de naam „Si-
boney" de stamnaam van Indianen
die het eiland eeuwen geleden be
volkten. Zonder succes, want de be
volking heeft het nog steeds over
Miramar. Roberto Llanes, de tolk,
vraagt half-schertsend en half-serieus:
„En, wat zijn je indrukken nu van
Cuba?"
In de afgelopen dagen die wij, van af
spraak naar afspraak rijdend, hebben
doorgebracht is de gebruikelijke formali
teit tussen tolk-regeringsvertegenwoordi-
ger en gast wat gesleten.
Ik antwoord: „goed en slecht".
Robert houdt vol: „Wat is er veranderd
sinds 1955, toen je voor het laatst hier
was?"
„De Cubaan is zich meer bewust ge
worden van zichzelf", zeg ik. „Hij heeft
een sterker gevoel van identiteit gekre
gen".
Roberto, die er met zijn kort geknipte
haar Amerikaanser uitziet dan Cubaans
(later blijkt dat zijn moeder Amerikaans
staatsburger is en in Miami woont), ver
schuift van houding achter in de auto.
„Dat is heel interessant", zegt hij. „Meer
bewust van zichzelf". Ik weet zeker dat,
zoals bij alles wat hij hoort, mijn opmer
king straks op het ministerie gedeponeerd
zal worden. Dagen later, in het gezelschap
van anderen, laat hij mij dit gezegde trou
wens herhalen, als een spreekvogel, die
hij zelf gedresseerd heeft.
„Wat er in de toekomst ook mag gebeu
ren", zegt Roberto, „Cuba zal nooit meer
worden wat het geweest is". Wanneer ik
later op de riante, maar wat verslonsde
Hilton-hotelkamer over deze opmerking
nadenk, komt het mij voor dat er zowel
hoop op een verandering, als trots om het
bereikte in opgesloten ligt. Er spreekt in
ieder geval geen zekerheid uit omtreent
de stabiliteit van Castro's revolutie.
Maar vanmorgen zijn wij op weg naar
het ministerie van Onderwijs. Het massale
onderwijs-programma dat, blijkens een
UNESCO-rapport, het analfabetisme in
Cuba in enkele jaren terugbracht van 23
tot 3,9 percent van de bevolking, is terecht
een van de paradepaarden van de revo
lutie.
Het ministerie, onderdeel van wat nu
„Ciudad Escolar Libertad" heet (vrijheids-
school-stad), is gevestigd in de gebouwen
en barakken waar ex-dictator Batista zijn
troepenmacht had geconcentreerd. Roberto
verzuimt (uiteraard) niet op de symboliek
ervan.te wijzen, noch de aandacht te ves
tigen op de bij de ingang hangende foto's
van door Batista's mannen gemartelde
Cubanen, van Fidel bij zijn arrest na de
mislukte overval op het Moncada fort, op
26 juli 1953, nog steeds gevierd als dè
nationale feestdag. In het kantoor waar
een charmante Cubaanse de gewenste in
lichtingen verstrekt, hangen portret-
reprodukties van Cuba's 19de-eeuwse vrij
heidsstrijder José Marti, Marx, Engels,
Lenin en Abraham Lincoln.
De villa's van Miramir-Siboney ver
tonen het brandmerk van eens luxueuze
woningen in alle recent-onafhankelijke
landen: ze zijn haveloos, verwaarloosd en
aangepast aan de levenswijze van de
grootste gemene deler van de bevolking.
In Havana worden ze bewoond door de
becados, lagere en middelbare scholieren
uit het binnenland die er met een staats-
beurs onderricht krijgen.
Klassen zijn ondergebracht in garages,
in voormalige eet-, zit-, of slaapkamers,
soms met grote wandspiegels nog aan de
muur. Van het oorspronkelijke meubilair
zijn misschien nog een tafel of een paar
stoelen over, alle voorzien van het inven
tarisatie-etiketje van het ministerie van
Binnenlandse Zaken. Voor de klassen staan
15- tot 17-jarige leerlingen bij gebrek aan
onderwijzers les te geven. Opvallend is de
discipline, maar even opvallend is ook een
gebrek aan normale kinderlijke levendig
heid.
De kind-onderwijzers staan onder toe
zicht van ouderen, en gaan zelf 's mid
dags of 's avonds naar school. Cijfers
geven doen zij niet. De leerlingen wonen
in villa's groepsgewijs bij elkaar. In ieder
blok zijn huizen gereserveerd voor
schoolruimte, gaarkeukens en administra
tie. Overal hangt een onwezenlijke sfeer,
die zich het best laat omschrijven met
vreugdeloosheid.
Wat is er leuk aan, om als tienjarige,
in plaats van Jules Verne of Karl May,
Fidel Castro en Karl Marx te lezen? Öp
de schoolbanken in een derde klas lag
„De geschiedenis zal mij verschonen", het
betoog dat Castro bij zijn proces in 1953
voor zijn rechters hield.
In voormalige strand-bungalows buiten
Havana zijn de Macarenko's onderge
bracht, oudere beursstudenten die voor het
onderwijs worden opgeleid. Onderweg
lepelt Roberto weer feiten op: een en een
kwart miljoen kinderen gaan nu naar
school, het nationale gemiddelde is veer
tig leerlingen per leerkracht, twaalf per
cent van het nationale budget wordt aan
onderwijs besteed, 800.000 volwassenen
zijn betrokken in vervolg-cursussen, 3000
Cubanen studeren in het buitenland (de
meesten in Oosteuropese landen) en als
de Verenigde Staten ooit beurzen mochten
uitdelen zou Cuba ze graag aannemen, de
Macarenko's (genoemd naar een Russi
sche pedagoog) worden opgeleid om in
het onderwijzerstekort te voorzien
In een van de buitenverblijven aan het
strand worden de zes Macarenko-bewoon-
sters opgetrommeld voor een interview
met de journalist uit Holland. Ja, ze vin
den het wel fijn, maar soms hebben ze
heimwee. Hun ouders blijken tot de
lagere middenstand te behoren. Een hun
ner is getrouwd en de journalist vraagt
maar niet waar de echtgenoot zich be
vindt. Het zijn aardige meisjes. En toch,
en toch. Waar wringt de schoen? Er is
iets onnatuurlijks in hun gedwee ant
woorden, in hun onrijpe volwassenheid,
in deze on-Cubaanse sfeer van plicht en
discipline.
„Wij hebben regelmatige bijeenkom
sten", vertelt de Macarenko, belast met
het toezicht in de voormalige strand-
bungalow. „Waar wij elkaar becritiseren,
eikaars fouten in denken en gedrag ana
lyseren". Een van de problemen, legt zij
uit, is om af te leren dat ook je beste
vriendin er niet bij gebaat is wanneer je
haar feilen verzwijgt, want dan kunnen
ze niet gecorrigeerd worden.
Is het daar waar de schoen hem wringt?
■Staatsbelang boven vriendschap, plicht
boven vreugde, conformiteit boven indi
vidualiteit, Castro en geen Jules Verne?
„Je moet toegeven dat er op onderwijs
gebied hier wat gepresteerd is", zegt
Roberto wanneer wij in de snikhitte van
de middag terug rijden.
KARLSRUHE (Reuter) - Het
Westduitse Hoog gerechtshof heeft
gisteren de justitiële actie tegen het
Hamhurgse blad „Der Spiegel" in ok
tober 1962 goedgekeurd. Maar deze
beslissing was slechts mogelijk op
grond van de juridische procedure
die voor dit soort processen geldt:
vier van de acht rechters spraken zich
namelijk uit voor het verzoek van
„Der Spiegel" om de actie strijdig met
de grondwet te verklaren. De andere
vier gaven hun fiat aan de actie. Er
is echter een meerderheid van stem
men nodig om te bepalen dat de actie
in strijd met de grondwet zou zijn
geweest.
De uitgever, tevens hoofdredacteur van
„Der Spiegel", Rudolf Augstein, had bij
het hof een aanklacht ingediend tegen
de politie, die op 26 augustus 1962 Aug
stein en enkele employés van het week
blad arresteerde op verdenking van het
schenden van staatsgeheimen.
Volgens Augstein waren deze arresta
ties in strijd met de grondwet. De actie
van de politie kwam drie weken na pu-
blikatie in het blad van bijzonderheden
over een oefening in NAVO-verband. Met
het bewuste artikel althans zo werd ge
steld had het blad militaire geheimen
van grote importantie verraden. Zo was
onder meer aan het licht gekomen dat er
(Van onze redactie buitenland)
„China heeft besloten zich voor te bereiden op een oorlog tegen de
Verenigde Staten, zonder dat het land de bedoeling heeft deze oorlog
zelf te beginnen. China probeert met een enorm geduld de groei naar die
oorlog te vertragen, want het zal een oorlog worden, waarin China in de
verdediging zal worden gedrongen. Maar voor China is de oorlog onver
mijdelijk en als het uiteindelijk Amerikaanse bommen zal ontvangen,
zoals nu Noord-Vietnam, dan zal dat het offer zijn, waartoe thans is
besloten het te aanvaarden". Tot deze weinig hoopgevende conclusie
kwam deze week de Franse journalist Robert Guillain van het Parijse
dagblad „Le Monde", na een uitgebreide analyse van de oorlog in Viet
nam, getiteld: „Naar een Chinees-Amerikaanse oorlog?"
Guillain, die dit jaar Saigon heeft
bezocht, vraagt zich af waar de gren
zen van het Chinese geduld liggen. Hij
noteerde Amerikaanse uitlatingen in
Washinton en Saigon, die van de specu
latie uitgaan dat dit Chinese geduld on
eindig is: „China is bang voor onze
kernbommen. Peking is bevreesd, dat
de nieuwe fabrieken, waar de Chinezen
hun kernbom ontwikkelen, zullen
worden gebombardeerd" en: „De
Chinezen zullen vechten tot de laat
ste Noord Vietnamees." President John
son van de Verenigde Staten zou
daartoe aangespoord door zijn advi
seurs van plan zijn Noord-Vietnam
desnoods plat te bombarderen totdat de
Noordvietnamese president Ho Tsji-
Minh bereid zou zijn over de vrede te
onderhandelen. Guillain is ervan over
tuigd dat de Amerikanen daarbij te
veel veronderstellen dat China alleen
een oorlog zal beginnen als de VS de
Chinese grens zouden schenden.
Hij wijst er in zijn analyse op dat
vanaf maart 1965 na de eerste Ameri
kaanse luchtaanvallen op Noord-Viet
nam, steeds één vertegenwoordiger
van de Chinese regering veelal mi
nister van Buitenlandse Zaken, Tsien-
Ji een verklaring aflegde. Sinds 3
juli 1966 was het de Chinese regering,
die zich in een verklaring richtte tot de
Verenigde Staten. Ook werd de toon
voortdurend scherper.
Mant/oer je
HARBIN
rsJANOTGJOCN
RU..! TE J.Ii.M.O N COJLj
EROEMTl Jl
Sink Ja ng
ft TAOOFAN
Tsjmg Hat
UMSJOO:
r, bét
TSJtNOTOt
Tijamdo
JongUt
TSJOE NKMtf f HANTS JANG
TSMNOSJA
KWWANG I cf FOÊTSJOU
f-chine se Zeet
r.jMiNO
I I 0 I A
NGKONG (GE;
i R M A tV;jjSü-T
v JK Nt
I /f-'jOlFVAN BSNÖAÏEN-\
f^HAlljJili;
Het is zeker dat in de afgelopen weken
dramatische ontwikkelingen in Chi
na aan de gang zijn. Daar is aller
eerst de nieuwe radicalisering een
striktere toepassing van Mao Tse-
Toengs leer. Deze houdt onder meer in,
dat soldaten een deel van hun tijd op
het land of in fabrieken moeten wer
ken, boeren moeten naast hun gewone
werk in de industrie werkzaam zijn en
industrie-arbeiders moeten kleine stuk
jes grond leren bewerken. Het doel
daarvan is het scheppen van een nieuw
soort Chinees: een politiek bewust .mi
litair bewust, militair getraind en veel
zijdig mens. Oppositie tegen deze plan
nen heeft vermoedelijk geleid tot de
ernstigste crisis in de zeventienjarige
geschiedenis van de Chinese Commu
nistische Partij.
Van enkele weggezuiverde figuren
zijn de namen bekend gemaakt: Peng
Chen, de burgemeester van Peking en
zeer opzienbarend Li-Ta, één van
de drie nog levende oprichters van de
Chinese partij.
Dan zijn er de geruchten over een
mogelijke strijd om de opvolging van
Mao. De „grote leider" heeft zelf eens
gezegd dat hij zijn einde voelde nade
ren. Maar na zijn opzienbarende en
voor een 72-jarige man wel zeer vitale
duik in het koele water van de Jang-
tse, lijkt het erop dat de oude revo
lutionair nu met zijn laatste energie
aan het werk gaat om zijn radicale
ideeën te verwezenlijken.
Veel westelijke waarnemers zien
maarschalk Lin Piao, de minister van
defensie, nu als dè aangewezen op
volger. De Chinese pers noemt hem
de „nooit falende interpertator" van
de leer van Mao Tse-Toeng. Boven
dien is hij pas 59 jaar oud. Maar hij
zou een slechte gezondheid genieten
en al jarenlang ziek zijn. In de
laatste weken zijn er aanwijzingen dat
de eigenlijke machtsstrijd zich af
speelt binnen de partij. Sleutelfiguur
is daar de secretaris-generaal Teng
Hsiao-Ping.
Een andere persoonlijkheid, premier
Tsjoe En-Lai mag volgens sinologen,
niet over het hoofd worden gezien. Hij
blijft hoog aanzien genieten binnen de
partij. Zijn relaties met andere buiten
landse communistische partijen zijn
belangrijk. Zijn functie bij het door
voeren van de „proletarische culture
le revolutie" bleek duidelijk tijdens
zijn jongste bezoek aan Roemenië en
zijn rol wordt wel vergeleken met die
van Mikojan in de Sovjet-Unie.
De eerste fase van de strijd om de
macht lijkt nu afgesloten. Het „Volks
dagblad" noemde ter gelegenheid van
de 54-ste verjaardag van de partij
vier mannen als „oprechte uitvoer
ders van Mao's ideeën": President
Lioe Sjao-Tsji, premier Tsjoe En-Lai,
minister Lin Piao en partij-secretaris
Teng Hsiao-Ping. Maar de strijd om
de opvolging is met het noemen van
deze namen, in deze volgorde nog
geenszins beslist, zo wordt algemeen
verondersteld.
De nieuwe radicalisering zou voor Chi
na grote gevolgen kunnen hebben.
Veel groter dan in 1958, tijdens de
„grote sprong vooruit". In het bijzon
der zal de belangstelling bij dit alles
uitgaan naar de buitenlands-politieke
aspecten.
„De Chinese buitenlandse politiek is
in hoge mate afhankelijk van de bin
nenlandse", zo schreef het Duitse blad
de „Frankfurter Allgemeine Zeitung",
enkele weken geleden. „Een gematig
de buitenlandse politiek is bij een bin
nenlandse radicalisering ondenkbaar,
omdat dat zou worden opgevat als een
toegeven aan het heftig bestreden
„Russisch revisionisme". Het regime
doet een appèl op de nationale gevoe
lens, door de strijd tegen de revisio
nisten in eigen land voor te stellen
als een afwending van de dreigende
terugkeer der imperialisten. Dit alles
wijst op een onverzoenlijkheid in de
buitenlandse politiek ook als Mao
deze niet meer zou leiden, mag men
voorlopig geen andere situatie ver
wachten".
Bijzonder belangwekkend is in dit ver
band het geheel aan China gewijde
„Bulletin of the Atomic Scientists"
van juni 1966. De Chinese prestaties
op het gebied van onderwijs en we
tenschappen j k-technische ontwikkeling
worden in dit nummer indrukwekkend
genoemd. Volgens de laatste bekende
statistieken besteedde China meer dan
441 miljoen dollar aan de wetenschap-
oelijke ontwikkeling, oftewel meer dan
anderhalf percent van de totale na
tionale uitgaven. De auteur van het
artikel, C. H. G. Oldman meent op
grond van deze cijfers dat China in
twintig jaren tijds de bestaande weten
schappelijke achterstand zal weten in
te halen.
WASHINGTON (Reuter) President
Johnson begeleidt vandaag zijn 19-jarig?
dochter Luci naar het altaar voor haar
huwelijk met de 23-jarige Patrick J. Nu
gent. Aan het huwelijk van de zwart
harige Luci, die episcopaals gedoopt is
maar een jaar geleden tot de r.-k. kerk
overging, waartoe ook haar bruidegom
behoort, is in heel Amerika een enorme
publiciteit voorafgegaan.
Luci heeft van haar vader een spaar-
obligatie van „aanzienlijke" waarde ge
kregen. Het jonge paar krijgt voorts een
boerderij ter waarde van 185.000 gulden
met 345 hectare grond.
Het huwelijk wordt gesloten in de kerk
van de „onbevlekte ontvangenis", de
grootste r.-k. kerk in de Verenigde Staten.
Tijdens de plechtigheid in de kerk zingt
een koor van honderd stemmen. Op de
receptie in het Witte Huis wordt een ze
venhonderdtal genodigden verwacht. Daar
spelen een marinekorps en twee dans-
orkesten. De bruidstaart, 136 kilo zwaar,
heeft zeven verdiepingen en is versierd
met suikeren zwanen, rozen en lelietjes
van dalen.
nogal wat mankeerde aan de militaire
paraatheid van de Westduitse strijdkrach
ten.
De zaak leidde tot een regeringscrisis
en het ontslag van minister van Defensie,
Franz-Josef Strauss, die een beslissende
rol zou hebben gespeeld bij de voorberei
ding van de politiële actie.
Het Westduitse constitutionele gerechts
hof gaf gisteren in zijn uitspraak de raad
grote zelfbeheersing te betrachten bij toe
komstige politiële acties tegen uitgevers
maatschappijen „om het vertrouwen tus
sen de pers en degene, die inlichtingen
verstrekt, niet te schaden".
De uitspraak aldus onze correspondent
in Bonn waarvan de mondelinge behan
deling eind januari in Karlsruhe had
plaatsgevonden, werd met grote spanning
tegemoet gezien en van principiële bete
kenis voor de persvrijheid in de Bondsre
publiek geacht. Het is wel zeker dat het
oordeel van het gerecht tot een zee van
critiek zal leiden.
3
Hyena's. Hyena's hebben in Kenia drie
kinderen uit een dorp in de geïsoleer
de woestijngebieden bij Garissa ge
sleurd en hen gedood.
Apartheidswetten. In Zuid-Afrika zijn
wetten gepubliceerd die bedoeld zijn om
de minister van Onderwijs, Johannes de
Klerk „volledige zeggenschap te geven
over het studentenleven aan de Zuid-
afrikaanse universiteiten". De Klerk
zou „vergaande volmachten krijgen om
tegen te gaan dat blanke en niet-blan-
ke studenten op universiteitsterreinen
met elkaar omgaan".
Psychologencongres. Vierduizend psy
chologen uit oostelijke- en westelijke
landen zijn in Moskou een congres be
gonnen, dat een week zal duren. Er
zullen gegevens worden uitgewisseld
over het jongste onderzoek naar de di
verse aspecten van de menselijke geest.
Verzet. Boeren uit de omgeving van de
Belgische plaats Chièvres hebben ge
protesteerd tegen een eventuele vesti
ging van het militaire hoofdkwartier
van de NAVO (Shape) in hun gebied.
Er is een verzetscomité opgericht on
der voorzitterschap van de burgemees
ter van Chièvres.
Contact. Twintig vertegenwoordigers van
de joodse gemeenschap in de Verenig
de Staten zullen op 11 augustus een reis
van drie weken beginnen door zes
landen van het oostelijke blok.
Overstromingen. Overstromingen hebben
in het zuidwesten van Polen voor ruim
dertig miljoen gulden schade aange
richt. Meer dan tweehonderd dorpen
staan onder water.
Verdeeld. De vierde Arabische topconfe
rentie die op 5 september in Algiers zou
beginnen, is voor onbepaalde tijd uit
gesteld. Acht lid-staten hebben hun in
stemming betuigd met het Egyptische
voorstel tot uitstel. Alleen Saoedi-Ara-
bië en Jordanië hadden zich hiertegen
verklaard.
Uitgesteld. De raad van de twintig leden
tellende Organisatie van Amerikaanse
Staten (OAS) heeft besloten, de derde
inter-Amerikaanse conferentie van mi
nisters van Buitenlandse Zaken, die op
29 augustus in Buenos Aires zou be
ginnen, voor onbepaalde tijd uit te
stellen.
Vandalisme. Bij het Hongaarse Balaton-
meer, een plaats waar veel toeristen
komen, hebben jongelui op grpte schaal
vandalisme bedreven. Vooral auto's van
buitenlanders moesten het ontgelden.
Schipbreuk. In de golf van Tomini, bij
Noord-Celebes, is een motorschip van
50 ton in een storm vergaan. Tweeën
veertig van de 44 opvarenden zijn ver
dronken.