en
IDEAAL VAN „DR. GREET"
GING IN VERVULLING
I
POLLE, PELLI EN PINGO
DAVY JONES
BRAMMETJE FOK
Rik Kortus geniet weer solo van
het blauwe bloot uit Bussum
Heer in zijn
nopjes
PANDA EN DE MEESTER
tlkiV
visnet', weó metal
DIE vissen
MAANDAG 2 2 AUGUSTUS 1966
7
Ons vervolgverhaal
Een oorspronkelijke
Nederlandse roman
door Willy Corsarl
(Van onze correspondent)
TERSCHUUR. Rik Kortus uit
het dorpje Terschuur, een pluisje
dat gemeentelijk toebehoort aan
het kippendorp Barneveld, is erg
teleurgesteld in zijn medemensen.
Avond aan avond nam hij stilzwij
gend vele ongenode gasten in zijn
huis op en stelde hen in de gelegen
heid, ongestoord naar de televisie
te kijken. In het streng-gelovige
Gelderse dorp wordt het kijkkastje
door velen nog steeds als een uit
vinding des duivels beschouwd,
maar zo kreeg ieder zijn deel tot
dat diefstal een einde maakte aan
Riks gezelligheidsservice.
Gezien op Fifth Avenue, New
York, promenade der miljonairs en
playboys en een van 's werelds ex
clusiefste winkelcentra: een keuri
ge jongeman in nopjes-onderbroek
(nieuwste dessin). Gevraagd naar
het waaromverklaarde hij in on
berispelijk Boston-Engels: ,.Waar
bemoeit u zich mee heb ik soms
iets van u aan? Is het ooit tot u
doorgedrongen dat waarschijnlijk
honderden mensen er net zo zou
den willen bijlopen speciaal op
warme dagen maar er domweg
de moed voor missen? Nee, ik
maak geen reclame, noch voor me
zelf, noch voor onderbroeken, sok
ken, sokophouders of Chinese eet
huisjes. Ik doe alleen maar waar
ik zin in heb en daarmee basta. Of
hebt u misschien bezwaren?"
Die hadden wij niet. Zomin als
trouwens, blijkens de foto, de ove
rige passanten die de broekloze fi
guur hoogstens een vluchtige blik
waardig keurden, maar stellig niet
naar hem omkeken. Want dat hoort
nu eenmaal niet, op Fifth Avemie.
It simply isn't done
Plannen voor een tweede
vluchtelingendorp
in India
Verleiding
Spiegelbeeld
Bloot
92)
„Ja, doe dat", zei hij „etaleer wat
van die jongen, hij heeft talent en
zo iets moderns tussen al het antiek
vind ik juist aardig staan. Vrienden
moeten elkaar helpen. Ik heb altijd
gezegd: als de ene hand de andere
wast. Die vrouw werkt als een
paard, Frans, en ze heeft hersens en
ze weet veel, maar ze moest meer
vrienden maken. Als ik een vrouw
was zoals jij, hemeltje nog toe, ik
zou bij dozijnen de mannen achter
me aan laten rennen met hun tong
uit de mond, en de één zou stukjes
over me schrijven en de ander geld
in mijn zaak steken en de derde zou
me weer op een andere manier hel
pen. Zó moet je het aanpakken. Ik
ben maar een man, een doodgewoon,
dik mannetje, dat niet eens veel pres
teert en kijk, wat ik voor elkaar heb
gekregen, omdat ik me laat helpen.
Zij laat zich niet helpen". Hij wees
beschuldigend naar haar met een
van zijn dikke handjes. „Amper nam
ze een stuk koek aan, als ik haar
wel 'es iets bracht. Trots als Luci
fer. Helemaal verkeerd".
Frans zei:
„Ik heb massa's vrienden, maar
ik verkoop er geen stuk méér door".
„Omdat jij een kunstenaar bent en
werkelijk talent hebt. Dat is iets an
ders. Dan zijn ze jaloers op je. Als
Charlie nog 'es een grote zaak krijgt,
zullen de andere kunsthandelaars en
antiquairs ook jaloers zijn. Van col
lega's kun je niets anders verwach
ten. Jij hebt ook geen flair voor za
kendoen, Frans, omdat je een kun
stenaar bent. Zij wél. Zij heeft wél
die flair. Je zou zien, hoever je het
kon brengen, Charlie, als je meer
lachte zoals nu en meer kéék, zo
alsnu".
Charlotte kleurde.
„Dat is je goede wijn", zei ze, „zo
iets ben ik niet meer gewend. Ik
moet nu gaan, ik sta altijd erg vroeg
op".
„Daar heb je het", zei Kees.
„Frans zit je aan te staren met ogen
als soepborden, als je morgen aan
de dag iemand nodig hebt om een
mooi uithangbord voor je te schilde
ren, dan hoef je hem maar te wen
ken, maar jij Uithangborden, dig
moesten er weer veel meer worden
gebruikt. Zoals in Denemarken. Daar
heb ik er veel gezien vorige zomer,
toen ik er was. Zo van die leuke,
ouderwetse dingen. Laten we maar
terugkeren naar de oude tijd. Het is
toch allemaal niets meer tegenwoor
dig, lawaai en jazz, en onbegrijpelij
ke schilderijen". Hij gaf Frans een
vriendelijke klap op de schouder.
„Neen, kijk ze verheerlijkt zitten in
mijn oude herberg, bij kaarslicht en
muziek uit een speeldoos! Ik zeg je:
ze zullen hoe langer hoe meer gaan
terugverlangen naar vroeger, en ge
lijk hebben ze. Er is geen romantiek
meer en geen poëzie in het leven".
Frans bracht haar thuis. Bij de
winkeldeur hield hij haar hand vast
en zij keken elkaar aan. Zij wist, dat
hij haar gra?g wilde kussen en mis
schien wist hij, dat zij het graag
wilde, maar ze zei:
„Goedenavond, breng me uw schil-
Charles
Charlotte
derijen", en hij zei: „Ja, graag".
De spiegel die in het donkere ach
terkamertje boven haar divanbed
hing, weerkaatste haar een gezicht,
dat zij nauwelijks herkende. Voor het
eerst sinds bijna drie jaren dacht
zij: ik moet eens een nieuwe blouse
kopen. en me wat opmaken. Zij
had altijd weinig poeder en geen rou
ge gebruikt en nooit meer een lippen
stift sinds haar jammerlijke pogin
gen om haar man te bekoren met
roodgeverfde lippen. De volgende
morgen, heel vroeg ging zij een blou
se kopen en een lippenstift.
Zij had zich gehaast, ademloos
kwam zij terug in de zaak en ver
wachtte half, hem daar al te zullen
vinden. Maar hij kwam niet die dag
en ook niet de dag daarna. Zij er
gerde zich, omdat haar hart bonsde
ieder maal als iemand binnen kwam'
omdat zij 's avonds in de kleine ach
terkamer zat en wachtte. De derde
dag had zij hoofdpijn en voelde zich
zo vermoeid, dat het haar grote in
spanning kostte, de dag door te ko
men.
Ik heb kou gevat, dacht zij, daar
om ben ik zo ellendig en nerveus.
Zij nam haar temperatuur op en
constateerde met voldoening dat die
te hoog was. Er was alle reden om
zich ellendig te voelen met griep.
Zij had juist de winkel gesloten en
wilde naar bed gaan, toen er gebeld
werd. Het was Frans. Hij had onder
iedere arm een schilderij en zei vro
lijk: „Daar ben ik met mijn mees
terwerken". Ze wilde een onvriende
lijk antwoord geven, hem wegstu
ren, hij moest maar komen als de
zaak open was, maar hij keek haar
oplettend aan en zei: „U bent niet
goed". „Wat verkouden". „Geen
wonder, met dat weer. Ik drijf".
Het was waar, zijn regenjas was
doorweekt. Het water droop van zijn
oude hoed. Hij zette de schilderijen
neer, trok zijn jas uit en zei: „Dit
is het ogenblik voor alcohol. Warme
groc". „Ik heb nooit alcohol in huis".
„Ik had daar zo'n flauw idee van".
Hij haalde een flesje cognac uit de
zak van zijn jas: „Voila, madame!"
Zij stond te kijken naar de schil
derijen, een stilleven en een naakt.
„Is eigenlijk mijn genre niet", zei
hij, „ik ben portretschilder. Maür
wie laat nog portretten maken, en
dan door onbekende schilders? Ik
dacht zo, die appeltjes en wijnglazen
zouden het wel aardig doen tussen
antiek en naakt trekt altijd".
„Ik zal ze in de etalage zetten
morgen".
„Ja, en nu ga je liggen en ik maak
cognac-groc".
Ze glimlachte flauwtjes om zijn be
drijvigheid. Het was wonderlijk, hier
zo te liggen met een man bij je, die
voor je zorgt. Als een echte vrouw.
Hij drong haar twee glazen hete groc
op en zei: „Nu kruip je in bed en
morgen vroeg kom ik kijken en je
gaat er niet uit, zaak of geen zaak,
ik zal de klanten wel bedienen". Zij
glimlachte flauwtjes. „Er is een
meisje". Ze richtte zich op en keek
snel in de spiegel boven de divan.
(Wordt vervolgd.)
WWWWVVVVVV\AAWWVVVWWWWWWWWVWWWVWWVWWWWWVWVWVVWVVWVVVWWWVIIVVWWVVWWWIIWVWWWV«*'
RIK KORTUS is een meestal in olie-
vette overall gehulde fietsenmaker, die
naast rijwielen, bromfietsen, petrole
um en benzine ook nog rookartikelen,
dropveters, stophoest, ballpoints en
briefpapier aan de man weet te bren
gen. Rik is een kleine zelfstandige in
optima forma.
In een van de krotjes in de Dorps
straat levert hij, hijgend van de ene
dag naar de andere, een verwoede
INCASSO WEEKABONNEMENTEN
De incasso van het abonnementsgeld
iedare week kost veel tijd en moeite,
aan u en aan onze bezorgers.
Er zijn twee mogelijkheden om het
ongemak in dit opzicht te vermijden
a. Overgang op een kwartaalabonne
ment.
b. Betaling aan de bezorger voor een
periode van 4-5 weken. U krijgt
dan een door de bezorger onder
tekend ontvangstbewijs. Misver
stand over de betaling is daardoor
uitgesloten.
Het resultaat voor u Minder geloop
naar en gebel aan de deur; in uw wijk
daardoor een vlottere bezorging. Voor
de bezorger minder last. Probeert u
het eens.
DE ADMINISTRATIE.
(Van een medewerker)
VAUDUNE (Zuid-Frankrijk). Greet van der Kreek uit Bussum sinds haar
huwelijk zes jaar geleden madame Barthelémy-Van der Kreek heeft haar ideaal:
een dorp voor vluchtelingen en andere ankerlozen, in het Franse Dordogne-gebied,
Inagzaam werkelijkheid zien worden. Heel moeizaam en bescheiden begonnen in
1961, groeide haar dorp „Vaudune" (gemeente Paunat)uit tot een levende ge
meenschap, welke nu regelmatig 80 tot 90 leden telt. Een steeds wisselende bevol
king weliswaar, want gelukkig kunnen er steeds weer mensen naar de ge
wone maatschappij terugkeren, maar het is toch echt een dorp geworden, waarvan
Greet en haar Franse echtgenoot Guy Barthelémy de leiding vast in handen hebben.
Bijgestaan door een staf van getrouwen, die door hetzelfde ideaal gegrepen zijn.
DEZER DAGEN bezochten wij Greet en
Guy, die ons vertelden, dat ze deze win
ter in elk geval een oriënteringsreis naar
India willen maken, een land, dat hun om
zijn harmonie en zijn schoonheid altijd
sterk getrokken heeft.
„TOEN IK destijds bij Albert Schweitzer
in Lambarene werkte" Greet van der
Kreek is als jonge chirurge 5VS jaar lang
Schweitzers eerste medische medewerk
ster („dokter Greet") geweest „heb ik
een droom gehad: een vluchtelingendorp
in India stichten. Guy heeft mij ervan
overtuigd, dat dit een te moeilijk begin
zou zijn. Eerst proberen in een land, dat
we kenden Zo zijn we samen aan ons
dorp in Frankrijk begonnen. Nu dat goed
is gaan draaien, willen we bekijken of In
dia ook mogelijk is
„VAUDLTNE" is een echt dorpje van on
geveer tachtig inwoners geworden, staf
en ontheemden tezamen. Zeven van de
oude, bouwvallige huizen van het land
goed zijn intussen gerestaureerd, terwijl
Franse padvinders deze zomer aan het
herstel van het achtste werkten. In het
zevende huisje woont nu een jong Neder
lands echtpaar, waarvan hij Theo Kal-
mij technisch medewerker is geworden
en zij Josje de secretaresse van
mevrouw Barthelémy. Een min of meer
luxueus bestaan in Zwitserland, hebben ze
in de steek gelaten, maar in hun keurig
opgeknapte huisje op „Vaudune" zijn ze
gelukkig.
„VAUDUNE" telt nu ook zestien prach
tige prefab-bungalows, die in deze mooie
streek 's zomers als vakantiehuisjes ver
huurd worden, ook aan Nederlandse fami
lies: een bron van inkomsten voor het
„dorp". Er is een klein restaurant in het
oude „grote huis", een klasje onder lei
ding van een Zwitserse voor de jongste
kinderen, een veestapel, die uit vijf (Hol
landse) koeien bestaat, een moestuin en
wat in cultuur gebracht land.
Greet Barthelémy-van der Kreek is bij
zonder dankbaar voor de hulp en de be
langstelling welke zij uit de gehele we
reld hebben gekregen. Uit Frankrijk voor
al na enkele gesprekken voor de televisie
door t.v.-ster Clara.Candiani de Fran
se Mies Bouwman maar óók uit Ne
derland, dat al die jaren een sterk
stimulerende krachtbron voor „Vau
dune" is gebleven. Nu de zaak materieel
en moreel „op poten" staat, menen Greet
en Guy de leiding met een gerust hart
aan anderen te kunnen overlaten om el
ders opnieuw te beginnen. In de geest van
Schweitzer, die in het oerwoud van Cen-
traal-Afrika ook met heel weinig begon,
maar ten slotte een stuk arbeid tot stand
bracht, dat als een monument van mens
lievendheid overal bewondering heeft af
gedwongen.
Het echtpaar Barthelémy-Van der
Kreek komt dit najaar naar Nederland om
over zijn werk te vertellen en er in een
kleine expositie iets van te laten zien. On
getwijfeld zal dit de Nederlandse kracht
bron voor „Vaudune" en straks ook
voor het dorp in India opnieuw stimu
leren.
strijd om het bestaan. Jaren geleden
dreef hij een zaak met zijn broer Tij-
men, doch toen deze ging trouwen
trok Rik zich terug in een rommelpand-
je om daar voor zichzelf te beginnen.
Als verstokt vrijgezel kon hij niet lan
ger toezien, dat zijn broer zich zo liet
inpalmen door een wezen van andere
sekse. Rik, een zestiger die al wat
slecht ter been wordt heeft toen in een
gesprek met een van zijn zakenrelaties
verklaard: „Ach man, zo heeft ieder
een wat. Ik zit al een tijd met m'n pij -
ne poot en m'n broer met z'n vrouw.
DE TERSCHUURSE fietsenmaker is
ondanks zakelijke tegenslagen en men
selijke teleurstellingen optimistisch van
aard gebleven. In het ordeloze rijwiel
zaakje waar de klanten met het ene
been in een pot olie staan en met het
andere wegglijden over fietsenkogel-
tjes, vormt hij iedere avond het mid
delpunt van een schare Terschuurse
schooljongens.
Ondanks zijn afzondering van alle
„wereldse" verleidingen wordt Rik van
dag tot dag op de hoogte gehouden met
alle goeds en kwaads door zijn on
langs aangeschafte televisie. Hij steekt
zijn commentaar op het wereld(s) ge
beuren beslist niet onder stoelen en
banken. Hij praat graag over alles
wat hij vanuit Bussum voorgeschoteld
krijgt.
Rik, wij zeiden het al, is een klein»
zelfstandige. Vanwege de vele klandi
zie en zijn middeleeuws werktempo
verricht hij, om zijn klanten op tijd
te kunnen helpen, ook 's avonds ar
beid.
DE LAATSTE weken echter moet
Rik z'n klanten regelmatig teleurstel
len. Zodra hij 's avonds de knop van
de beeldbuis omdraaide ging de grote
houten deur van de werkplaats onop
houdelijk open en verzamelden zich
tientallen ouderen en jongeren uit het
dorp rond de kijkkast van Rik. Ge
taande landslieden begaven zich van
de gierkar rechtstreeks naar de fiet
senmakerij en schooljongens hurkten
neer tussen de tandwielen en spatbor
den.
Rik wilde er niks van zeggen; hij
vond het wel gezellig, zo'n beetje aan
spraak. Maar zijn werk bleef erbij lig
gen, omdat er voor hem geen plaats
meer was in het duistere reparatielo
kaal annex kijkgelegenheid.
Goedlustig trok Rik, zich daarom
's avonds terug in zijn woonkamer.
Daar had hij een grote spiegel neerge
hangen, zodat hij, als de deur tussen
de werkplaats en woonverblijf open
staat, de gebeurtenissen op het scherm
zij het in spiegelbeeld toch kon vol
gen.
IN DE LOOP van de tijd was het
reparatiecentrum van Terschuur uit
gegroeid tot een vermaakscentrum
van de eerste orde. Het ontstaan daar
van is wellicht toe te schrijven aan
het feit dat er bij de streng-geloviga
boeren die het dorp in hoofdzaak be
volken, weinig kijkkastjes te vinden
zijn en dat er. op het cafe van Tante
Toos na, verder geen uitspattingsmo
gelijkheden bestaan.
Rik is in zijn dienstbetoon en gezel
ligheidsservice misschien wat te ver
gegaan. Dezer dagen werden er tijdens
de voorstelling enkele pakjes sigaret
ten, een paar rijwielonderdelen en een
doos ballpoints ontvreemd.
Rik is nu opnieuw diep teleurgesteld
in zijn medemensen. Hij zegt: „ze krij
gen hier alle bloots voor niks te zien
en nóg zijn ze niet tevreden.
Met bijbelse gelatenheid voegt hij
daaraan toe: tja, ondanks is 's werelds
loon.
Voortaan zal hij weer alleen zitten
in de blauwe gloed van zijn kijkkastje,
benijd door vele dorpelingen.
I j C Of MA
25. De eigenaar van de oudroesthandel maakte zich
steeds meer zorgen over het telefoongesprekje dat hij
met Joris had gevoerd. „Die helderziende waarschuw
de me!" mompelde hij. „IJzeren staaf. ongeluk
br.Hij was dan ook blij toen hij Panda zag aan
komen.
„Neem hem mee, vlug!" riep de ijzerhandelaar, een
grote staaf overhandigend. „Pak aan! Ik wil geen to
verij in de buurt". „Tjonge!" mompelde Panda ver
baasd. „Wat doet die man raar! Maar Joris had gelijk
hij wil graag van dat stuk ijzer af!" Hij tilde het
voorwerp op de schouder en keerde zich om, teneinde
heen te gaan. Maar helaas keek hij daarbij niet goed
uit, en zo gebeurde het dat de heer Plempjes de
staaf tegen het hoofd gezwaaid kreeg. „Dawazzeboom!"
sprak de getroffene, terwijl hij duizelig tussen zijn oude
roest ging zitten. „Dadee pijn! Au! Net wat die tove
naar zei! Ik ben blij dat ik van dat ding af ben!"
OH, DAT IS EEN MOOI
hopla! HIJ IS POOR
DE MAZEN HEEN6E-
VALLEN! r"'
OH,HIJ WILONSNET
ALS HAN6MATG6-
BRUIKEN!
2186-L.
COFMMAJEJE
pan Hteeen tee oew tmet eerns,
MARCO. ..IK6A Mtt NAAR S'NNfN
MET DlT EXEMPLAAR
~V4
MAR KOMT WEER
een Heet, veaAie
BESTÉ UfAJê 1
SamLbff
moNDCRsret,
DAT PIT it IAAT-
s rei$,DAvy?
dlllr/lLVAIUS
C/PIB
605. Doodonschuldig kwam het goede
schip Kokanje aanvaren.
Niemand zou vermoeden, dat on
der het dekzeil van het vlot, dat achter
de Kokanje hing, iets anders verborgen
ging dan kisten en kratten. Maar toch
woonde er thans de familie Formidablo.
en Bram verbeeldde zich af en toe, dat
hij het angstige rillen van de familie kon
voelen.
Aan de kade wemelde het van politie
mannen, die nog steeds naar de verdwe
nen familie op zoek waren. Natuurlijk
ondervroegen ze Bram naar zijn lading,
maar erg wantrouwend waren ze niet. Zij
meenden, dat Formidablo nooit zo dom
zou zijn zich te verstoppen aan boord van
een schip, dat de bedreigde haven binnen
voer.
Om geen argwaan te wekken, infor
meerde Bram uitvoerig naar de gebeur
tenissen, welke zich hier hadden afge
speeld. De dochter van de commissaris
bleek nog steeds zoek.maar dat was
het enige niet. Eerst nu hoorde Bram
dat andere goochelaars in andere lan
den met eenzelfde verdwijnkist hadden
gewerkt.en dat ook in dat geval de
kinderen niet meer waren teruggekomen.
Meer dan ooit was Bram thans van
plan dat raadsel op te lossen.