en
„The lonely Magdalen" van Wade:
drieluik van mystery-genres
CKefarine 4'
TL
PANDA EN DE MEESTER*ETER
ie
AVONTUREN VAN DONALD DUCK
RECHTER TIE
uil L
KRAMMETJE FOK
(V
Optimist
Belangrijke vooruitgang
bij bestrijding van pijn
en griep!
Treinen sneller
door automatische
deuren en omroep
i
WOENSDAG 26 OKTOBER 1966
24
Ons vervolgverhaal
Een oorspronkelijke
Nederlandse roman
door Willy Corsari
MODERNE MISDAADROMANS en
vooral de moderne misdaadfilm, to
nen het onweerlegbaar: de particulie
re detective begint in ongenade te ra
ken als oplosser van moord- en ande
re mysteries. Of dit nu een spontane
voorkeur van het publiek is, dan wel
een door de misdaadauteurs gedecre
teerd dieet: het feit ligt er dat ons
meer en meer misdaadfilms en
-romans worden gepresenteerd die
zich in hoofdzaak afspelen in de amb
telijke sfeer van het politiebureau. De
term „politieverhaal" is een mode
term geworden, maar meer dan dat
het politieverhaal is bezig een genre
te worden in de misdaadlitteratuur,
naast het klassieke deductie-verhaal
de hardboiled story, de psychologi
sche en suspense-thriller, enzovoort.
Realiteitszin van het publiek, dat zich
onder meer door de vele journalis
tieke misdaadverslagen in dagblad en
periodiek te zeer ervan bewust is
dat niet de een of andere „particuliere
ondernemer" maar de politie de mis
dadiger pleegt te ontmaskeren? Of
uiting van een tijd waarin de vrijbui
ter het allerwegen moet afleggen te
gen een alomtegenwoordige over-
heidsapparatuur?
Vier middelen ht één tablet helpen
snel en doen wonderen!
De kennis van pijnbestrijding is in
de loop der jaren groter geworden.
Er is vastgesteld waar en hoe pijn
ontstaat en men heeft geleerd pijn
te meten. Men heeft kans gezien de
werking van een der oudste pijnbe-
strijders door toevoeging van daar
na ontdekte middelen belangrijk te
versterken. Eén der bestanddelen is
het betrouwbare maagmiddel Che-
farox, dat een teveel aan maagzuur
neutraliseert. De combinatie is ide
aal om pijn of griep snel en doel
treffend te bestrijden.
Bk
V.
Bert Japin
Kinderzegels Suriname
Floris Flaneur
"■III
>w
(148)
Met niemand had zij hierover ge
sproken, zelfs niet met Alex. Waar
toe? Omdat zij nu elke dag moest
rusten, vertelde zij hem, dat ze een
maagaandoening had, ongevaarlijk,
maar lastig. Ze maakte zich meer op
dan tevoren. Het was beter, dat nie
mand iets vermoedde. Want lang
zaam was het plan in haar gerijpt en
zij werkte het zorgvuldig uit, tot in
alle finesses, raadpleegde advocaten
en haar notaris, dacht aan niets an
ders. Alex zou zij de zaak verkopen,
tegen een jaargeld, dat zij hoog stel
de, om elke schijn te vermijden, dat
zij alleen een voorwendsel gebruikte
om hem alles te geven. Ook tegen
over de notaris sprak zij koel en za
kelijk: ze wilde nu rust nemen,
maar ze wilde niet de zaak verkopen
aan een vreemde. Aan de andere
kant had Van Rheel geen kapitaal.
Deze regeling leek haar uitstekend.
Zij dacht er ook over na, of ze een
huis zou kopen, hier of elders. Het
was altijd haar onvervulde wens ge
weest: een huis met een tuin. Maar
een huis is bezit. Ik zou er hoge hy
potheken op kunnen nemen, dacht
zij. Misschien is het ook niet uitge
sloten, dat ik een huis kan huren.
Niet hier, maar in Spanje, of Portu
gal. Iemand had haar verteld over
Estoril.
Toen zij de eerste maal met Alex
sprak over haar plan, had hij ge
lachen.
„Je wou alles uit handen geven?
Kom nou! Dat kun je niet. Al wordt
je honderd, dan zul je nog zelf je
zaak willen leiden".
Zij had alleen geglimlacht. Hon
derd! Neen, zij werd geen honderd en
zelfs geen zestig. Maar hij had ge
lijk, dat het haar moeite zou kosten,
alles los te laten, niets meer te doen,
dan wachten op het einde. Maar dat
wachten zou tenminste vredig zijn.
Alex had gemeend, wat hij zei.
Maar na een tijd begon hij te twij
felen en langzaamaan te hopen.
Misschien zou haar haat werkelijk
sterk genoeg zijn, om haar hiertoe te
drijven. Hij durfde zich geen illusies
maken. Hij durfde het niet te gelo
ven. Maar als het eens gebeurde.
Eindelijk zou hij zijn eigen baas zijn,
eindelijk alleen de zaak drijven. O,
hij wist wat iedereen weer zou den
ken. Het deed er niet toe. Hij moest
niet zo dwaas gevoelig zijn voor wat
anderen over hem dachten. Hij vond
het zelf kinderachtig, dat hij zich zo
had opgewonden, toen hij bij toeval
een gesprek hoorde tussen Mademoi
selle en Annie. Mademoiselle had
gezegd: „Ja, hoe ouder hoe gekker,
maar of je haar waarschuwt, dat
helpt niet. Nooit heeft ze naar iemand
geluisterd. Misschien verbeeldt ze
zich wel, dat hij werkelijk verliefd
op haar is". Annie had daarop ho
nend gelachen. „Die! Een handige
jongen, dat is hij. Zo eentje, die met
ouwe dames danst, u weet wel".
Hij had niet kunnen laten het
Charlie te vertellen en was woedend
geworden, omdat zij lachte.
„Je bent te knap" had zij gezegd,
„dat is het".
Ze hield hem voor de gek. Haar
kon dat alles niet schelen. Hem wel.
Charles
Charlotte
Hij had daarna Mademoiselle zoveel
mogelijk vermeden, ging zaterdags
ir de stad eten. Maar zij was niet te
ontlopen. Ze kwam altijd heel vroeg,
snuffelde in de zaak rond, stelde al
lerlei vragen, kwam eens zelfs in het
kantoor. Hij verloor zijn geduld,
pakte haar bij een arm en zette
haar letterlijk het kantoor uit.
Zeker had ze zich beklaagd bij
Charlie. De volgende dag had hij een
reprimande moeten slikken. Het was
een arme, oude ziel, hij moest niet
zo kinderachtig doen, het kwam niet
te pas, dat oude mens te beledigen.
„Omdat ze oud is, mag ze mij ze
ker wèl beledigen!"
Het was bijna een scène geworden.
Charlotte had tenslotte koel gezegd:
„Tenslotte is ze mijn gast, Alex".
„O ja, ik weet wel dat dit jouw huis
is en jouw zaak en dat ik je bedien
de ben".
Ze had de schouders opgehaald. Na
een tijdje was ze over iets anders
gaan praten, alsof er niets was ge
beurd. Verduveld gemakkelijk, dacht
hij woedend, geeft je een klap in je
gezicht en doet dan, of ze je geaaid
heeft.
Maar na een tijdje begon hij het
zelf wel wat overdreven te vinden.
Op een dag in juli vertelde Char
lotte hem, dat zij de volgende mor
gen vroeg naar Brussel ging. Ze zei:
„Misschien kan ik die stiefvader
van Marjolein alleen te spreken krij
gen".
Hij vroeg verbaasd:
„Waarom? Wat heb je daaraan?"
Ze keek langs hem heen, met de
vreemde, als blinde uitdrukking in
haar ogen, die hij er nu dikwijls in
zag.
„Hij heeft Erik tot het laatst bij
zich gehad- Hij zou me veel kunnen
vertellen".
Alex haalde even de schouders op.
Hij dacht: ik geef het op. Je werd
niet wijs uit die vrouw. Hij dacht aan
de bloemen bij Eriks portretten aan
de cadeautjes in de koffer op zol
der. sentimenteel gedoe, zoals dit
nu. En op andere ogenblikken zo hard
en koud als een kei.
„Het is morgen zaterdag" zëi hij,
„dan mis je het bezoek van je trou
we, oude ziel".
Zij glimlachte.
„Ik zal waarschijnlijk tegen het
eten terug zijn. Met deze wagen kan
ik vlug heen en weer".
Alex was verliefd op de nieuwe
auto. Hij vond, dat zij zo'n prachtige
wagen niet waard was. Eerst had hij
zich verbaasd, dat zij zo'n peperdure
auto kocht. Ze had zich altijd tevre
den gesteld met kleine auto's, ze was
over het geheel erg sober, had bijna
geen sieraden, ging goed gekleed,
maar nooit overmatig luxueus. Toen
begreep hij, wat er verborgen was
achter deze aankoop, omdat ze met
een boosaardig glimlachje zei:
„Het is óók een manier om je geld
op te maken, aangezien je het nu
eenmaal niet in je graf kunt meene
men".
Wordt vervolgd.)
HOE DIT ZIJ: een uitgever van mis-
daadlitteratuur die met zijn tijd wil mee
gaan zal de vraag naar „politieverhalen
dienen te honoreren. Jammer alleen dat
er in dit genre zo weinig bruikbaars valt
te ontdekken.' Dat moet worden toege
schreven aan dp aard ervan: een goed
geolied overheidsapparaat werkt overwe
gend geruisloos, ambtelijk en zonder de
avontuurlijke actiemomenten waarmee
de schrijver van een misdaadverhaal zijn
„story" doorgaans weet „op te peppen".
Zonder het intelligente combinatie- en
deductiewerk ook, dat het klassieke speur-
dersverhaal op weer andere wijze inte
ressant kan maken en levendig kan hou
den de officiële politie immers werkt
met laboratorium en kaartsysteem, niet
met intuïtie of bovenmenselijk deduceer
ADVERTENTIE
MIDDELEN IN 1 TABLET HELPEN
SNEL EN DOEN WONDEREN!
14. Het ivas wel even een schok voor Panda en Jolli-
pop om Hapwap zo luid 'Mama' te horen roepen. „Hij
kan echt praten!" zei Panda verrast. „Is dat niet
knap?" „Inderdaad" gaf de bediende toe. „Hoewel het
passender was geweest als hij mij oom noemde
of, nog beter oom Jollipop! Eventueel zou ik onder
de omstandigheden al genoegen nemen met 'oom Jol-
li'!" Maar Hapwap trok zich daar niets van aan. Hij
bleef 'Mama' roepen ondanks alle andere suggesties
van de knecht. „Vreemdmompelde Panda
peinzend. Hapwap zegt 'Mama' op precies dezelfde
manier als dat speelgoedbeertje dat hij heeft gekre
gen." Als ik het goed naga zijn er eigenlijk heel veel
dingen zoek geraakt. Het lijkt wel of er een dief in
huis is!" Dat was echter niet zo. Hobbeldonk stond
rustig in de middagzon en zelfs Joris Goedbloed zat
ver vandaar in zorgelijke omstandigheden op een hek.
„Foei" sprak hij tot zichzelf. „Het komt niet te pas
dat ik mij in deze rafels en zonder een bete broods be
vind! Ik vrees, dat ik iemand de eer moet gunnen, om
mij een weinig te helpen!"
JAN, DIT IS COIri
DONALD'S MEI60E
<3eiET3E
Distributed by King failure* Syndicate.
IS "ZD HET. DIE ZULKE
HEERLIJKE CAKE
KAN BAKKEN?
IK ZEI TOCH DAT ZE
DAAR ZO OVER
OPSCHEPT....
OH.. NEE
V ZO... DAT HEEPT
ONS FUNK WAT
OPG E LEVERT
vermogen; het routineverhoor treedt er
in de plaats van de avontuurlijke ontdek
kingstocht, het dorre register vervangt
het contact met intrigerende, levende ka
rakters.
DE MEESTE politieverhalen zijn dan
ook al bij hun opzet tot mislukken ge
doemd: óf ze worden te dor, óf de auteur
haalt er zoveel aan het officiële politie
werk vreemde elementen in binnen, dat
het politieverhaal geen politieverhaal
meer is. De papier geworden verveling of
een verhaal dat vis noch vlees geeft: op
een van deze klippen strandt het gemid
delde politieverhaal.
Er zijn slechts enkelen die zich met
succes aan dit genre wagen, en onder
dat handjevol staat Michael Gilbert wel
aan de top. Met hem als redacteur van
Hodder Stoughtons reeks „Classics of
Detection and Adventure", kon men niet
anders verwachten dan het verschijnen in
deze serie van een voortreffelijk politie
verhaal, dat én een objectieve „reporta
ge" geeft van politieel speurwerk, én
een verhaal is dat zich afspeelt in een
intrigerende sfeer (hier de echt Engelse
sfeer van het klassieke deductieverhaal),
die de lezer ook geboeid houdt omwille
van personen, milieu en goed verwikkel
de intrige.
Zo'n verhaal is The lonely Magdalen
van Henry Wade, geraffineerd gecompo
neerd in een'eerste deel, waarin de poli
tie de identiteit van een gevonden vrou-
wenhjk tracht te achterhalen, een twee
de deel dat jaren eerder speelt en waarin
de tragische jeugdgeschiedenis van de ge
ïdentificeerde in een „straight story"
(een uitstekend stuk vertelkunst) wordt
weergegeven, en tenslotte het derde deel
waarin, uitgaande van de gevonden iden-
titeits en back-ground information, het
misdrijf wordt ontrafeld politieel, maar
boeiend door de personen die erin mee
spelen en de sfeer waarin zij zich bewe
gen.
In het eerste gedeelte zien we zo de
identiteit van een lijk onthuld als dat van
een vrouw die heeft geleefd onder een
andere naam; hetzelfde onderzoek maakt
duidelijk dat zich achter deze naam de
aan lager wal geraakte dochter van een
edelman, ex-officiersvrouw, verborg.
Het tweede deel verhaalt de liefdesge
schiedenis in de jaren 1914-1918 van
de officier en zijn jonge vrouw, dochter
van een drankzuchtige moeder en daar
door gepredisponeerd om, eenzaam als
haar man zich aan het Franse front be
vindt, zich in dwaze avonturen te storten
en te gronde te gaan. Het huwelijk loopt
stuk en de vrouw verlaat haar man; haar
halfzuster, die aanvankelijk had gehoopt
een huwelijk met de man die nu echt
genoot van haar zuster is geworden, slaat
diens voorstel alsnog iets voor elkaar
te gaan betekenen, voorlopig af.
In het derde deel vinden we dan half
zuster en echtgenoot op rijpere leeftijd
terug als eikaars minnaars; een door de
oorlog halfverlamde broervan de gezus
ters is hoofd van de familie geworden.
In deze sfeer speelt zich nu hoofdzake
lijk het onderzoek van inspecteur Poole
af: klassiek deductieverhaal, na de „po-
licestory" in het eerste en de „straight
story" in het tweede deel. Uit dit laatste
onderzoek, tijdens hetwelk er onder ande
re even aanleiding lijkt te bestaan om de
twee gelieven te verdenken, blijkt uitein
delijk het hoe en waarom van de moord
op de aan lager wal geraakte vrouw, en
"het is boeiend deductiewerk dat tot deze
oplossing leidt. Een goed boek, dat geen
verdere krans behoeft.
Op 25 november 1966 zal de Surinaam
se postadministratie een serie van vijf
kinderzegels met toeslag uitgeven. De se
rie is ontworpen door de Surinaamse kun
stenaar R. Flu uit Paramaribo. De fran-
keerwaarden, toeslagen en voorstellingen
zijn: 10 5 cent „Oud jaar", jongens
met bamboesi kanon, 15 8 cent „Phag-
wa" kinderen die elkaar met paarse vloei
stof besprenkelen, 20 10 cent „Dag der
vrijheden" jubelende kinderen, 25 12
cent „Konfrijarie" kinderen op de kermis,
30 15 cent „Kerstmis" kinderen met
kerstster.
De verkoopprijs per serie bedraagt in
Nederlandse munt 3. Bovendien zal er
een strookje worden uitgegeven met drie
zegels: 10 5 cent, 20 10 cent en
10 5 cent. De prijs hiervan bedraagt
in Nederlandse munt 1,20. De zegels
zullen verkrijgbaar zijn tot en met 31 ja
nuari 1967; de geldigheidstermijn eindigt
op 30 juni 1967.
De omroepinstallaties en de automa
tisch sluitende deuren in het nieuwste
elektrische materieel van de Nederlandse
Spoorwegen hebben een gunstig effect ge
had op het gedrag van de treinreizigers.
De reisduur van de treinen op de Zaanse
lijn (Amsterdam-Alkmaar), waar voor het
eerst van dit materieel gebruik werd ge
maakt, kon daardoor zelfs worden ver
kort. De tijdwinst werd verkregen door
het sneller in- en uitstappen van de reizi
gers.
Uit een door de Nederlandse Spoorwe
gen gehouden enquête is gebleken dat de
treinreizigers over het algemeen gunstig
denken over de nieuwste technische
treinsnufjes. Dat men in de trein bij de
nadering van een station via de omroep
installatie wordt geattendeerd, heeft ertoe
geleid dat de reizigers zich vlotter gereed
maken voor uitstappen. De automatisch
sluitende deuren hebben bovendien het ef-
fekt, dat de reizigers sneller instappen,
omdat men vreest dat de deur te snel
dichtgaat of dat men tussen de deur be
kneld raakt.
Door het sneller optrekken van de nieu
we treinen had men reeds een tijdwinst
bereikt van negen minuten. De kortere
stop tijdleverden voorts een tijdwinst op
de Zaanse lijn van enkele minuten. In
1963 bedroeg de reisduur Amsterdam-Alk
maar nog 51 minuten en terug 48 minu
ten. Met het nieuwe materieel werd de
reisduur in 1964 reeds teruggebracht tot
42 minuten en in de tegenwoordige dienst
regeling is de reisduur 41 minuten naar
Alkmaar en 40 minuten terug. Het nieuw
ste materieel doet ook dienst op de lijn
Amsterdam-Rotterdam. Of hier ook tijd
winst kan worden genoteerd, zal nog moe
ten blijken.
De heer Arthur Haulot, De Belgische
commissaris-generaal voor het toerisme
is een optimist.
„Het lijdt geen twijfel", zo heeft hij ge
schreven in de „Revue de l' Académie
Internationale du Tourisme" dat het fun
damentele belang van het toerisme ge
legen is in de culturele ontplooiing van de
mens, in de verrijking en verruiming van
zijn geest, in een betere en diepere ken
nis van de wereld rondom ons en, daar
door, in een daadwerkelijke toenadering
tussen de volkeren". Maar, zegt hij, als
zij die voor het toeristisch beleid verant
woordelijk zijn, nalaten deze doeleinden
na te streven, dan zal het toerisme ver
worden tot een karikatuur. Het zal dan
een industrie worden zoals alle andere,
met dit verschil dat ze zal gebaseerd
zijn op een welbewust verwaarlozen van
de grootste kans van de moderne mens,
uitsluitend ten voordele van de handels
balans.
Ik herhaal: deze meneer Haulot is een
optimist, want wat hij in de toekomst
voorziet is reeds lang zichtbare werke
lijkheid; wat hij blijkbaar nog te voorko
men acht, is reeds een op grote schaal
waarneembaar feit.
Het toerisme is al lang verworden tot
de karikatuur, die de heer Haulot nog
slechts in de verte ziet opdoemen.
„Het zal dan een industrie worden"?
Ach, beste Arthur, weet u nu werkelijk
niet dat het dit reeds zeer geruime tijd
is? Een miljardenindustrie? Een van de
grootste industrieën ter wereld? En koes
tert u nu werkelijk enige hoop dat de he
ren die deze industrie in handen hebben,
bereid zouden zijn, ook maar een duim
breed van hun wereldwijd fabrieksterrein
af te staan?
Brave, goedgelovige, al te idealisti
sche Arthur
Met dat overbekende praatje van de
„toenadering tussen de volkeren".
Een mooie kreet, dat wel, maar even
vals als zij goed bedoeld is.
Toenadering tussen de volkeren
Dat wil dus, volgens u, zeggen: hoe
meer toerisme des te minder kans op
oorlog.
Kom nou.
Toe nou.
Gelooft u dit werkelijk?
Gelooft u inderdaad, dat als alle men
sen door alle landen ter wereld zouden
autobussen om overal de mooie plekjes,
de musea, de oude paleizen en de oude
ruines te gaan bewonderen, er een atoom
bom minder gefabriceerd zou worden en
er een leger zou worden afgeschaft?
Geloof mij, hoogvereerde, want idea
listische en optimistische, Haulot uw
kreethoe goed bedoeld ook, heeft geen
gewicht; zij is hol; zij komt enige tien
tallen jaren te laat en zij slaat op niets.
Het toerisme neemt reeds geruime
tijd een hoge plaats in op vrijwel alle
handelsbalansen van alle landen ter we
reld.
Het is reeds zeer geruime tijd een ka
rikatuur van wat de idealisten zich er
van hebben voorgesteld.
En de toenadering van de volken.
niet één generaal die om deze reden op
pensioen zal worden gezet.
■'''Iplllil I
40. Rechter Tie is zeer tevreden over
het nieuws van dokter Wang, de lijk
schouwer, dat er sporen van een verdo
vend middel zijn gevonden in de maag
van de vermoorden. „We weten nu zeker
dat er verband bestaat tussen de beide
misdaden", zegt hij. „Ik bedoel de moord
op dichter Meng Lan en de moord op
de handlanger van de man in het zwart,
die de goudroof heeft georganiseerd. De
vraag is nu of de vermoorde handlanger
niet één en dezelfde persoon kan zijn als
de verdwenen Shih Ming, de broer van
mevrouw Meng? Dat zou kloppen met
wat jij vertelde, Tsjiao Tai, namelijk
dat Shih Ming eerst erg berooid was,
maar drie dagen geleden plotseling weer
over geld beschikte en gezien werd met
een vermombe onbekende. Het zou me
niet verbazen als Shih Ming van die on
bekende de opdracht heeft gekregen om
een troep rovers te huren, die de Bode
van de Schatkist moesten overvallen. Ge
zien de moeilijkheid om gestolen goud
aan de man te brengen en de zware straf
fen die er op goudroof staan, lieten de ro
vers zich betalen in zilver en verdwenen
over de districtgrens. De grote onbekende
achter de schermen verdoofde en ver
moordde toen zijn handlanger, zoals hij
al eerder Meng Lan had vermoord". Na
deze scherpzinnige woorden vraagt Rech
ter Tie zijn dienaar om een onopvallend
gewaad'en bindt zijn baard op. „Nu is
het moment gekomen dat ik zelf op on
derzoek uit zal gaan!"
661. Aan het verhaal had de zeerob
verder weinig toe te voegen.
,Ik bouwde een vlotjezwierf da
genlang stuurloos op het wateren
toen tk tenslotte gered werd was ik ziek
en koortsig. Iedereen dacht, dat ik in
mijn koortsdromen die vreemde manne
tjes had gzien en dat zou ik niet zo erg
vinden, als ik maar niet het gevoel had
dat er op dat eiland vrienden van mij
in gevaar verkeren."
Bevend dronk hij zijn koffiekop leeg.
„Nou?" wilde hij weten. „Denk ie ook,
dat ik maar wat verzonnen heb?"
Langzaam schudde Bram het hoofd.
„Nee. en ik ben bereid je te hel
pen. Wijs op de kaart maar aan, waar
ik wezen moet, dan ga ik er een kijkje
nemen."
Geroerd greep de zeerob Bram bij de
handen.
„Dat vind ik gewoondat vind ik
nou helemaal.dat vind ik geweldig",
stamelde hij.
Bram liet geen tijd verloren gaan. Eer
de zeerob goed en wel van de emotie be
komen was, zat onze vriend al met Karo
en Tutu aan boord van het goede schip
Kokanje, op weg naar het land van de
Eiermannen.