Tsjechische elftal zvinnaar
temidden van grote chaos
GA EENS FLUITENJA, GEZELLIG
Cruyffs elleboog veel uit
to
VREUGDE
NARIGHEID
i
Pacifistische
gedachten
ver te zoeken
OOK CO PRINS
v r i nm
de elleboog
heeft zijn
werk gedaan
MAANDAG 7 NOVEMBER 196 6
9
Tegen de lat
Vernisje vriendelijheid
Knock out
Schaamrood
Wonden gelikt
Eerlijk
Debutant
PG zwak
Theo Reitsma
w',VV'
£F
Er ontstaat een jacht op spelers in een wit tenue. Het witte Tsjechen
plan is geboren. Dan drumt de politiemacht naar voren, in gesloten
rijen. Eén ding moet men hierbij vasthouden: het gaat om een sportief
treffen, een verbroedering der volkeren.
V
Voetbalinterland werd een
happening rond het lieverdje Cruyff
(Van onze sportredacteur)
Nou, dat was me het middagje passieve recreatie wel
weer in het Olympisch stadion. Je gaat naar een inter
land in de hoop goed of laten we zeggen redelijk voetbal
te zien. Na een uurtje voetbal, dat zeer rustig aan de
toeschouwer voorbijkabbelt, kom je dan ineens in een
enorme pan terecht. De saaie vertoning ontaardt dan
plotseling in een happening rond Amsterdams voetbal-
ïievertje Johan Cruyff. Er ontstaat een jacht op spelers
in een wit tenue (de Tsjechen, geen provo's). Het witte
Tsjechen-plan is dan geboren. Woedende kijkers springen
over hekken, suppoosten achteloos opzij werpend. De
Tsjechen moeten ze hebben en de zwarte paljas in hun
midden, scheidsrechter Glöckner, in hun ogen geen
Gross Glockner. Dan drumt de politiemacht naar voren,
in gesloten rijen. De oranje en witte hemden van de
spelers vormen kleine vlekjes in dit donkere gebeuren
op de grasvlakte van het Olympisch stadion. Eén ding
moet men vast houden: het gaat hier om een sportief
treffen, om een verbroedering der volken middels de
sport. Het gaat hier ook om passief recreëren. Ver
scheidene van de kijkers willen meer actief aan de slag.
Vandaar dat ze de strijd aanbinden met de politie, dat
ze achter de scheidsrechter aangaan, dat ze de Tsjechen
willen grijpen.
Want wat is er gebeurd? De Oostduitse heer Glockner heeft
het gewaagd om Johan Cruyff van het veld te sturen. En dat
gaat zo maar niet. De jongeheer Cruyff mag toch wel een trap
geven en de jongeheer Cruyff mag toch wel het internationaal
bekende gebaar van de wijsvinger naar het voorhoofd maken
en de jongeheer Cruyff mag toch de scheidsrechter wel in een
reflex tegen de kin raken? Wij zijn toch een volk van stavast?
Ten strijde. Enfin. Terwijl de politie enkele lieden uit de zon
dagse colbertjes tilt, Cruyff als een held uitgeleide wordt ge
daan en scheldwoorden en kussentjes massaal van de tribunes
afvliegen, gaan de voetballers weer aan de slag. Want dat is
waar, er werd ook nog gevoetbald en de eindstand van Neder
landTsjechoslowakije was 12.
Men begrijpt het: het is weer een wei
nig verheffende vertoning geweest in
Amsterdam. Fanatici maakten het Sta-
dionveld tot een podium, waarop de spor
tiviteit ten aanschouwe van iedereen tot
gruizels werd geslagen. Het idool, dat is
je ware. En aan het idool mag je niet
komen, wat het idool ook doet.
Herr Glöckner zal tijdens de rust van
de wedstrijd niet voorzien hebben, dat
hij na afloop als een bedreigd man het
terrein zou moeten verlaten. Het duel
was uiterst vriendelijk en vredelievend
geweest in de eerste vijfenveertig minu
ten. De Tsjechen waren met hun gedach
ten nog wat bij de match tegen Enge
land op Wembley, waar het eervol 0-0
was geworden. Ook al had Jan Popluhar,
de kalende crack van het Tsjechische
voetbal, zijn ploeggenoten gewaarschuwd,
zoals hij na afloop zei. „Pas op die Hol
landers. Die jongens hebben in zes jaar
(na de roemloze ondergang van oranje
met 0-4) heel wat bijgeleerd."
Deze Popluhar legde zijn piepjonge
tegenstander Cruyff spelenderwijs uit,
dat routine in internationale wedstrijden
een handig en groot goed is. De kleine
Amsterdammer, duidelijk de gevaarlijk
ste voorhoedespeler van dit elftal, werd
aanvankelijk steeds weer afgestopt, als
hij in het centrum kwam aangestormd.
Cruyff leerde ervan, want hij ging het
nu anders spelen. Popluhar kreeg er zijn
handen en voeten vol aan.
Debutant Suurbier, die zwak startte
en gedurende de wedstrijd aantoonde,
dat zijn grootste kracht meer schuilt in
zijn onverwachte rushes dan in het af
dekken van een tegenstander, proefde in
de 22ste minuut het zoet van de toejui
chingen. Keizer en Swart begrepen de
aanvaisdrang van hun teamgenoot, toen
deze langs de lijn naar voren stormde en
die ren besloot met een daverende knal,
die op de lat zijn einde vond. Dat was ge
luk voor doelman Viktor, die een betere
indruk maakte dan Pieters Graafland.
De keeper van Feijenoord greep bij een
voorzet van de handige rechtsbuiten
Het is zondag zonder dat het eerste
elftal in het veld kwam voor Ajax een
zeer slechte dag geworden. Want naast
het uit het veld zenden van Johan Cruyff,
hetgeen de negentienjarige mogelijk op
een schorsing komt te staan, kreeg Co
Prins, een van de mogelijken voor de be
langrijke wedstrijd zondag tegen Feije
noord, een officiële waarschuwing. Dat
gebeurde in de voor de interland gespeel
de wedstrijd Ajax 2-Volendam 2, waarin
Co Prins zich met de leiding bemoeide.
Vesely mis, liet daarna een ver schot
lopen, waardoor de Tsjechen een hoek
schop kregen te nemen. Dat was in de
zevenentwintigste minuut. De corner
werd genomen door Adamec. De bal
flitste naar Geleta, die al even laag en
hard inschoot, 0-1.
Het Nederlands team stelde daar aan
vallend weinig effectiefs tegenover. Kei-
m
zer imponeerde nog niet, Nuninga kon
zijn draai niet vinden en Swart zwierf
té veel naar binnen. Daardoor kwam de
last van het ontwrichten van de Tsjechi
sche defensie geheel op de schouders van
Cruyff terecht. Israel onderscheidde zich
in deze periode door samen met Szikora
wat te gaan liggen natrappen. Een eer
ste aanwijzing dat onder het vernisje
vriendelijkheid de harde laag van de
voetbalprofs stak. Een tweede aanwij
zing was de manier, waarop Suurbier de
linksbuiten Kabat naar de kleedkamer
trapte. Heus, de oranje-mannen waren
geen lieverdjes
Vlak na de pauze ging Schrijvers knock
out. Dat was geen gevolg van ruw spel
van de Tsjechen, maar van een misslag
van Pieters Graafland, die zijn eigen
aanvoerder even buiten westen hielp. Ge
lukkig was het geen Ajacied, die door de
Feijenoorder werd getroffen. De reacties
van het (grotendeels Amsterdams) pu
bliek zouden dan zeker minder plezierig
zijn geweest. Dat publiek het had zich
praktisch niet laten horen, zich koesterend
in de prettige temperatuur van deze mid
dag sprong overeind, toen na vijf mi
nuten de gelijkmaker werd geboren. Een
„korte" corner tussen Keizer en Swart
gaf de Ajax-rechtsbuiten de gelegenheid
voor te schieten. De bal ketste via het
been van een verbijsterde Smolik in het
Tsjechische doel, 1-1.
Het oranje voetbalvolk drong op, maar
de nuchter spelende withemden waren
vier minuten later weer zeer tevreden.
Een voorzet van Vesely maakte een hele
trits Nederlandse verdedigers tot figu
ren, wie het schaamrood naar de kaken
steeg. Israel en Suurbier misten en Pie
ters Graafland liet het schot van invaller
Hrdlicka tussen de benen glippen, 1-2.
Dullens en Muller probeerden op het
middenveld de zaak ten goede te doen
keren en Cruyff deed er aanvallend al-
les aan. Cruyff moest twee keer door de
Tsjechen afgestopt worden door unfair
ingrijpen. Toen dat weer een keer ge
beurde vergat Cruyff zich. Hij nam re
vanche. Vervolgens demonstreerde hij de
scheidsrechter, die kwam aangerend, hoe
hij was getrapt. De Amsterdammer haal
de geëmotioneerd uit met de elleboog.
„Eruit", was terecht het woord, dat over
's mans lippen kwam. Dat was het sein
voor verwarring, gepraat, getrek en ge
duw. De heer Glöckner hield zich bij zijn
beslissing, hoe er ook gebeden en ge
smeekt werd. Cruyff moest weg. Zijn
weg was „geplaveid" met eerbetoon van
het publiek: „Cruyffie, Cruyffie". Het
lieverdje verdween onder de tribune.
Er werd weer met voetballen gestart.
De sfeer was grimmig en geladen. Geen
wonder, dat even later het voetbalveld
een stuk grond werd, waarop primitieve
instincten hun kansen kregen. Veldhoen
en Vesely kregen het met elkaar aan de
stok. Er werd nagetrapt. Prompt ont
stond de chaos. Woeder.de lieden, die
kennelijk geen aanhangers zijn van de
pacifistische gedachte, lieten het passief
recreëren varen en togen aan de slag. De
slopende supporters trokken op. De slo
pers van de sportieve waarden, de vuist
gebald of de bierfles in de hand. De
Tsjechen zullen op dat moment gedacht
hebben: „nee, hier in Amsterdam zullen
wij, als wij dat zouden willen, maar geen
asiel aanvragen". Er werd weer gevoet
bald, terwijl de politie het ergste ra
paille onder handen nam. Een vreemd,
onwezenlijk gezicht eigenlijk op dat mo
ment voetballers achter een stuk leer te
zien aandraven.
De aftocht van de scheidsrechter was
weer zo'n fijn tafereeltje. Er werd met
allerlei projectielen gegooid. Leve de
sport, Leve het edele voetballen. Rinus
Israel kreeg een kussentje tegen het
hoofd. Hij wankelde even en werd opge
vangen. Later, toen de wonden in de
kleedkamers gelikt waren, zei de bonkige
Feijenoorder (die een echte Mokummer
is gebleven): „ik kopte dat kussentje te
rug naèr de tribune". Muller kon op dat
moment niet lachen om zijn maat. Hij
kreeg wat jodium op een hoofdwond ge
smeerd. Buiten bij de ingang kreeg een
supporter van een collega met een fles
een klap op zijn achterhoofd. Bloedend
lag hij op de grond. In de verbandkamer,
enkele meters daarvandaan, werd een
andere man behandeld.
Het was me 't middagje wel
Hans Rombouts
Politie op het veld, een verheffende
vertoning in het Olympisch stadion.
Eerst vreugde om het doelpunt van
Swart, dat de stand op 11 bracht.
Later louter narigheid, toen Cruyff,
hier getroost door zijn boezem
vriend Piet Keizer, door scheids
rechter Glöckner uit het veld werd
gestuurd, ondanks alle smeekbeden
en protesten.
h
(Van onze sportredactie)
„Ik deed zo, met m'n elleboog" en Cruyffie
demonstreerde na afloop. „Hij deed zo" en
scheidsrechter Glöckner voelde aan zijn kin bij
zijn demonstratie van Cruyffs handeling. Want
Cruyffs elleboog had Glöckners kin geraakt en
dat deed de maat overlopen net toen de Oost
duitse scheidsrechter „de zaak wilde sussen tus
sen Horvath en Cruyff". Met aanvoerder Daan
Schrijvers had de jonge Amsterdammer na af
loop nogmaals de verklaring over het uit het
veld sturen aangehoord. Schrijvers: „ik heb de
zaak geargumenteerd bij de scheidsrechter. Ik
heb hem gewezen op Cruyffs leeftijd en hem
gezegd dat er nu misschien een schorsing op zou
volgen".
Cruyff zelf was na afloop nerveus in zijn verkla
ringen over de momenten, dat hij geagiteerd was.
Over het trappen naar de Tsjech, eerst: „dat was een
reflex, nadat hij me vasthield", later: „ik wilde het
voordoen wat hij tegen mij had gedaan". En over de
beweging met de elleboog „ach iedereen zat aan me
te rukken, ik wilde loskomen. Nou en daar heb ik
hem (de scheidsrechter) zeker bij geraakt".
De 37-jarige Glöckner, afkomstig uit Leipzig en in
zijn woonplaats betaald secretaris van de plaatselijke
voetbalorganisatie, was bijzonder positief. „Ik heb
hem niet uit het veld gestuurd omdat hij natrapte,
wel omdat hij mij in mijn gezicht sloeg. De mening
van Glöckner, wiens vierde interland het was (de
eerste drie waren in Tokio tijdens het Olympisch
voetbaltoernooi) over de wedstrijd was: „tot de rust
was het een goede wedstrijd. Dat het daarna zo rom
melig moest worden begreep ik niet. Er stonden toch
22 zeer behoorlijke voetballers in het veld.
Cruyff verontschuldigt zich, maar
het besluit van Glöckner staat vast.
De gevolgen van het uit het veld sturen hielden
overigens niet alleen Cruyff bezig. Muller dacht ook
aan zondag (AjaxFeijenoord), toen hij zei: „in het
buitenland wachten ze wel met een schorsing, daar
spelen ze zelfs gewoon door. Maar hier zijn we altijd
zo eerlijk". Pieters Graafland verdreef als buurman
van de jonge Amsterdammer in de kleedkamer de
sombere vooruitzichten met „ach joh, zondag gaat
gewoon door". En Israel merkte op „een zeer ernstige
zaak voor de jongens van Ajax, als hij wordt ge
schorst".
Bondscoach Kessler zei van het incident met Cruyff
niets te hebben gezien. „Op dat moment keek ik naar
de verdediging, hoe ze zich organiseerde". Kessler
was niet tevreden met het resultaat, al vond hij het
wel verdiend. „Een ploeg, die zo veel kansen heeft
gehad en die niet heeft benut, behoort niet te win
nen". Hij rekende Tsjechoslowakije tot de beste drie
ploegen van Europa (met West-Duitsland en Enge
land). Tegen dat sterke land had Nederland naar
Kesslers mening gespeeld „met een elftal, waarin
zich enkele zwakke plekken manifesteerden, waaraan
we kunnen werken. Dat was het winstpunt van deze
wedstrijd".
Schrijvers oordeelde wel in de geest van zijn coach.
„Zij kunnen langzaam spel laten overgaan in snel
spel, volkomen foutloos, als een vloeiende beweging.
Dat kunnen wij nog niet. Wij spelen óf snel óf lang
zaam. Na rust hadden we wat meer succes met de
overgang van het ene naar het andere type".
Debutant Suurbier vond zijn eerste interland geen
lastige wedstrijd. „In het begin kreeg ik geen bal,
toen dacht ik wel, hoe moet dat, maar later ging het
verdedigend goed, toen kon ik ook aanvallen. Dat
was mijn opdracht, eerst verdedigend safe zijn en
dan mee in de aanval. Die linksbuiten lag overigens
wel steeds op de loer als ik naar voren ging. Dat
maakt je wel angstig natuurlijk".
Clubgenoot Nuninga, Kesslers oogappel, doordat
hij in vele wedstrijden zeer nuttig en goed speelt,
was gisteren niet zo op dreef. Nuninga: „je speelt
met een elftal en als dat dan niet redelijk draait, dan
ben je zelf ook niet zo goed". En andere doorgaans
zeer zekere, maar gisteren niet zo goede speler was
doelman Pieters Graafland. Over de goals merkte
E.P.G. op: „Bij dat eerste wist ik niet dat de bal
corner zou gaan en uit die corner, acht ineens werd er
geschoten en was het raak. Daar kan je dan niet
voor zijn". En over het tweede: „ik moest te snel van
de ene naar de andere hoek, toen dat schot kwam
kon ik niet gauw genoeg terug in de bedreigde hoek
zijn".
De Tsjechische bondscoach Marko noemde Pieters
Graafland een van de zwakste Nederlandse spelers.
Hij had respect voor de klasse van Keizer en Cruyff
en sprak waarderend: „als het Nederlands voetbal
zo doorgaat behoort het binnenkort tot de Europese
top". Overigens, Nederland had wel precies zo ge
voetbald als Marko had verwacht en dat maakte de
Tsjechische tactiek wel eenvoudiger natuurlijk. „We
hebben economisch gespeeld. We hebben gedaan wat
nodig was en dat ging goed". Marko had de wedstrijd
van het Nederlands elftal tegen Hongarije via de tele
visie gezien.
Veteraan en aanvoerder Popluhar door Go Aheads
trainer Fahdronc begeleid als tolk noemde Neder
lands spel beter dan zes jaar geleden, toen Nederland
voor het laatst tegenstander van Tsjechoslowakije
was geweest en Popluhar ook meespeelde.
Van de andere Tsjechen keek Vesely nog wat
vreemd toen hij dacht aan de dreigende blik, waar
mee Veldhoen hem had nagekeken op weg naar de
kleedkamer. „Denk erom, ik pak jou" waren de laat
ste woorden van Veldhoen alvorens hij de kleed
kamer instapte. De kleine Vesely begreep de beteke
nis van de woorden, al verstond hij het niet. Hij zag
Veldhoens woedende blik en behaaglijk voelde hij de
geruststellende arm van Marko om zijn schouder.
4