„De Rode Mieren" Ir. Maliepaard: Mijn werk was vervulling van liefhebberij Geen tegenstelling wildbeschermer en tussen jager PANDA EN DE MEESTER-ETER AVONTUREN VAN DONALD DUCK versterkers bandrecorders STEREO HIGH FIDELITY SHOW RECHTER TIE KRAMMETJE FOK J, 'ÈÉêmË Ons vervolgverhaal Een actuele Amerikaanse roman Directeur Faunabeheer gaat heen Sartre keert zich tegen de apartheid Japans vliegtuig in zee gestort ï'M Te veel gegapt awr ■Éi, r MAANDAG 14 NOVEMBER 1966 14 door William Lederer en Eugene Burdick Wildtoren Vijftig mensen omgekomen Hedenavond en dinsdagavond Floris Flaneur President Johnson wordt woensdag geopereerd IfWWWWWI/WWWIlWWIlWk 6) Een andere krantenjongen, met een latere editie van de krant, kwam aanrennen en schreeuwde: „De Ame rikaanse bommen hebben drieënvijf tig priesters van het heilige klooster gedood." Een nieuwe spanning scheen de groep studenten dichter op elkaar te dringen. De ambassadeur glimlachte. Zijn vingers plukten zenuwachtig aan de zoom van zijn jasje. Zijn koele hou ding van Engels-Amerikaan begon te verdwijnen. „De arme kerel is in het nauw ge bracht" zei McCauley. Ambassadeur Brown zei: „Heren, mijn gesprek met u moet u beschou wen als een vriendschapsgebaar van mijn kant, als gevolg van uw ver zoek „De waarheid! Wat is de waar heid?" schreeuwde een student in de achterhoede. Ambassadeur Brown zei: „Ik ver zeker u dat geen enkele Amerikaan se bom de grond van Sarkhan hee'ft geraakt." „Hoe wilt u dat bewijzen? Geef ons bewijzen!" „Heren, ik heb zo juist gesproken met generaal Hajn, uw minister van Defensie. Hij zal een commissie van onderzoek naar het klooster zenden om op de hoogte te komen van de feiten. Ik heb van mijn regering al de verzekering ontvangen dat er zelfs geen enkel vliegtuig van onze lucht macht in de lucht was toen het bom bardement plaatsvond." „Uw regering heeft ook de vluch ten van de U-2 ontkend! Uw rege ring heeft ook de aanwezigheid van troepen van Tsjang Kai-sjek in Bir ma ontkend. Wij willen bewijzen." Ambassadeur Brown zei: „Heren, uw eigen regering zal later op de dag een verklaring uitgeven en u elk bewijs leveren dat u wenst. Ik dank u voor uw komst. U bent hier altijd welkom." Hij wuifde hen toe, boog en ver dween in de ambassade. „Het was een waardige terugtocht, dat moet ik zeggen," zei Cold- strea. De krantenjonges begonnen weer te schreeuwen, maar nu: „De Ame rikanen hebben Sarkhanezen gedood!" De leiders van de studenten en de dragers van de spandoeken namen de kreet over. „De Amerikanen hebben Sarkhanezen gedood!" Ze gil den het uit, bewogen hun spandoe ken op en neer en stampten met hun voeten. Binnen enkele minuten schreeuw den alle studenten: „De Amerikanen hebben Sarkhanezen gedood!" en ze stampten met hun voeten in een donderend ritme. Ze lieten de spandoeken vallen, legden hun handen op de heupen van hun voorman en begonnen de slange- dans uit te voeren. De overigen volg den stampend en krijsend in een lange, wilde rij. Voor Coldstream was dit een ver trouwd beeld. Hij herinnerde zich de slangedans van de studenten, die er uiteindelijk toe geleid had dat men Eisenhower in 1957 de toegang tot Japan had ontzegd, de bezeten stu denten van Saigon, die de politiek van de Verenigde Staten hadden doen mislukken, de hartstochtelijke en vastberaden jongeren die elke Zuid- koreaanse regering deden wankelen. Hij voelde zich voor het eerst die dag verre van op zijn gemak. Naast hem keken de toeschouwers in de ambassade toe in een stemming die varieerde van geamuseerdheid tot ongerustheid. De studenten vormden al dansend een kring rond de vlaggemast. De leiders braken plotseling uit de rij, grepen de vlaggelijn en lieten de Amerikaanse vlag zakken. Het per soneel van de ambassade hield de adem in. Er heerste even stilte toen de studenten de vlag probeerden los te knopen. Toen kwam 'n groep gehelmde Amerikaanse mariniers in looppas de hoek van het gebouw om, gewapend met pistoolmitrailleurs. Hun officier, een kapitein, schreeuwde een bevel en ze liepen op de vlaggemast toe. De ambassadeur schreeuwde: „Wat zijn jullie van plan?" „Een eind maken aan dat op stootje, mijnheer." „Hier blijven, verdomme. Wilt u een internationaal conflict uitlok ken?" „Mijnheer," zei de kapitein, „als we twee salvo's over hun hoofden lossen, is de herrie voorbij." Hij sprak met overwicht. „Ze zullen dan wel dekking zoeken, mijnheer de ambassadeur." „Terug! Terug naar dw kazerne!" „Mijnheer, die schoften vertrappen onze vlag „Mijnheer de ambassadeur, ik zou u willen aanraden de vlag door de ma riniers te laten terughalen. Ambassdaeur Brown zei woedend: „Kapitein, breng uw mariniers terug naar de achterkant van de ambasa- de. En wilt u," zei hij, zich tot Coldstream en McCauley wendend, „zo vriendelijk zijn eraan te denken dat ik hier de ambassadeur ben." Intussen trokken de studenten, al slangedansend, de ambassade uit; de vlag van de Verenigde Staten sleep te achter hen aan door het stof. Op de trap van de ambassade kromp ambassadeur Browns magere gestalte opeens in elkaar alsof hij bescherming zocht, als een groot dier dat in een hoek gedreven is en om zich heen ziet om hulp. Hij wend de zich tot zijn eerste attaché. „Soms moet men een hoge prijs be talen om mensenlevens te redden en de gebeurtenissen in juiste banen te leiden." In zijn stem lag een smeekbede om instemming. HOOFDSTUK III Het huis bij de rivier De regentijd was weer aangebro ken. Coldstream en McCauley reden zwijgend het ambassadeterrein uit. Beiden hadden al eerder opstootjes meegemaakt. McCauley had de In donesiërs de Amerikaanse vlag zien neerhalen van de ambassade der Verenigde Staten in Djakarta. (Wordt vervolgd.) (Van onze correspondent) „Ik neem niet verheugd afscheid. Ik doe dit werk zo graag dat het meer een vervulling van een liefhebberij is dan arbeid". Dit zegt ir. C. H. J. Ma liepaard, directeur Faunabeheer van het ministerie van Landbouw en Visserij, die op 1 december de dienst met pensioen gaat verlaten. In zijn kamer getuigen aquarellen en teke ningen van zijn hand van zijn liefde voor het in het wild levende dier. Ook hangen er de koppen van door hem in Oostenrijk geschoten wild: een gems en een hert. Want ir. Malie paard is óók jager. Dit is niet in tegenspraak met zijn die renliefde en zijn functie als faunabeheer der. „Het is absoluut nodig," zegt ir, Maliepaard, „dat op gezette tijden bepaal de exemplaren uit de wildstand worden afgeschoten, juist om de kwaliteit op peil te houden. Het weidelijke jagen is óók een vorm van dierenbescherming en zeker geen martelen, want een goede jager laat het wild een pijnloze dood sterven." Ir. Maliepaard heeft sinds 1961 de func tie van directeur Faunabeheer bekleed, een instelling, die zich voornamelijk be zighoudt met de uitvoering van de in 1954 vernieuwde Jachtwet, die als novum een beschermend element voor het wild bevat. Eén van de werkzaamheden van Fauna beheer is het reguleren van de wildstand. In Nederland zijn het korhoen, de zee hond, de martersoorten en de das zó zeld zaam geworden, dat zij beschermd zijn. Alleen met vergunning mogen jagers nog bepaalde exemplaren van deze dierenras- sen schieten. Zo wordt de wildstand in toom gehouden. De Nederlandse Jacht- raad, waar ir. Maliepaard lid van is brengt vaak advies uit over te nemen maatregelen met betrekking tot het wild. Een tweede belangrijke functie van Fau nabeheer is de behartiging van de belan gen van de landbouw. De schade, door dieren aan gewassen toegebracht, wordt in het oog gehouden en uit het Jacht- fonds, waarvan ir. Maliepaard voorzitter is, worden schaden betaald, bijna 260.000 per jaar, bijeengebracht door de bezit- (Van onze correspondent) PARIJS De Franse filosoof en dra maturg, Jean-Paul Sartre, heeft bekend gemaakt dat hij in het voorjaar van 1967 in Parijs een internationale conferentie over de Zuidafrikaanse apartheidspolitiek zal organiseren. Een dertigtal organisa ties op politieke, sociale en religieuze en syndicale grondslag, heeft zich al ach ter Sartre's initiatief geplaatst. Ook de Afrikaanse Nationale Congres partij, die in Zuid-Afrika verboden is, zal op de conferentie vertegenwoordigd zijn. Volgens Sartre heeft men niet het recht het principe van de noninterventie in de binnenlandse aangelegenheden van een vreemde mogenheid op de rassenkwesties toe te passen, zoals die Zuid-Afrika be roeren. 30. Joris Goedbloed verliet gejaagd de zelfbedie ningswinkel, en veegde buiten gekomen enige zweet druppels af. „Ge bracht me daar toch even in last, manneke!" sprak hij afkeurend. „Het komt niet te pas om ongevraagd blikjes kleutervoedsel te versnaperen! Men kan daar de grootste misverstanden door krijgen. Ge had toch in ieder geval de lege verpakking kunnen laten staan. Overigens blijkt me hieruit dat uw honger buitengewone vormen heeft. Ik wil dat eens op mijn gemak onderzoeken men weet nooit of men hier niet een nuttig gebruik van kan maken!" Maar veel gemak zou hij niet krijgen. Jollipop was nog steeds op zoek naar Hapwap en diens ontvoerder, en toen de bedien de beiden in de gaten kreeg, raakte hij in grote opwin ding. „Daar is de schurk!" riep hij nader snellend. „Met de kleine! Kijk nu toch eens die hongerige oog jes aan! Het is al lang tijd voor zijn zuigflesje met melk!" „Oei!" prevelde Joris verschrikt. „Daar is die hinderlijke valet weer! Ik ben bang dat ik mij even zal moeten reppen, voordat hij mij dit peutertje afhan dig maakt!" En met die woorden zette hij er de pas in. KLOPT VERTEL MAAR EENS... HOE IS HET GE- IK REED TB HARD EN KEEK. NIET GOED UIT, AGENT/ Ditiuv Production» World Diltnbuteil by King Fciturci Syndicate. ters van jachtakten en subsidies van de regering. Faunabeheer geeft ook bijdragen aan het wild-biologisch onderzoek, subsidies aan verenigingen die tot doel hebben het wild in stand te houden zoals het Wild Life Fund, aan de valkeniersorganisatie e.d. Dan heeft Faunabeheer ook de taak de belangen van de recreatie in verband met het wild te stimuleren en het publiek met wild in aanraking te brengen. Daartoe is in het 3200 hectaren grote staatswildreservaat op de Veluwe een „wildtoren" gebouwd, waar 90 personen tegelijk 's avonds het wild kunnen gade slaan. Faunabeheer doet ook alles wat moge lijk is om de steeds zeldzamer wordende roofvogels te beschermen. Pogingen wor den in het werk gesteld om de uitgestor ven raven weer in Nederland terug te brengen. Vier exemplaren uit Duitsland huizen in een kooi in het reservaat. Als deze vogels jongen krijgen, hoopt men dat zij in Nederland zullen blijven. Dit zijn enige facetten van het boeiende werk, dat Faunabeheer onder leiding van ir. Maliepaard verricht. Daarvan gaat hij nu afscheid nemen, na jaren van dienst ten behoeve van het dier. „Met de be scherming ervan zal ik doorgaan zolang ik nog schrijven kan," zegt ir. Maliepaard die samen met prof. dr. A. de Vos een boek schreef, getiteld „Dieren sterven uit, de fossielen van morgen in vijf wereldde len." Een van zijn zoons, die in Canada woont, zet daar het werk van zijn vader voort. Hij beschermt daar het wild in dienst van Wild Life Management. TOKIO (Reuter) Een Japans vlieg tuig met 50 mensen aan boord is zondag ten westen van Matsoejama op het ei land Sjikokoe in zee gestort. Alle inzitten den zijn om het leven gekomen. Het toestel, een YS-11 van de Nippon Airways, daalde op het vliegveld van Matsoejama, sprong bij het neerkomen echter weer omhoog en stortte daarna in zee. De YS-11 een toestel met schroef- turbine-aandrijving, is na de wereldoor log in Japan gebouwd. Vele lijken zijn geborgen. ADVERTENTIE vanaf half acht doorlopend demonstraties BRINKMANN - Grote Markt - Haarlem - Kroonzaal KRUISWEG 47-49 HAARLEM TEL, (02500)-11532 'r A T Oyi4 *t t.-i EEN VAN de mistroostigste hedendaag se modieuze woorden is „planning", hol en zonder wezenlijke betekenig. We wor den er dag na dag, dagblad na dagblad, redevoering na redevoering, mee om de oren geslagen. Een woord, dat bij uitstek, zich leent tot dom denken. Ik heb een grondige hekel aan dit woord juist omdat het niet, zoals zovele andere, in de mond van taainozems bestorven ligt, doch, omdat het misbruikt wordt door praters en schrijvers, die beter moesten weten. Natuurlijk ben ik voor planning. Ieder redelijk mens doet er aan; ten opzichte van zijn eigen individuele leven, zijn fa milie, zijn vrienden, zijn land, de we reld en de mensheid. Doch waar ik mij tegen verzet is de wijdverspreide gedachte, het taaie mis verstand, dat, zodra iemand komt aanzet ten met planning, hij een constructieve bijdrage heeft geleverd tot de oplossing van een probleem. Om het anders te zeg gen: er zijn zo veel kwakzalvers onder de planners en zo weinig stralende ster ren tussen de plannen; zoveel fraai-klin- kend hol geplan en zo weinig uitvoer baars. Als er gepland wordt, dient dit te geschieden in de sfeer der realiteit en niet in die van het sprookje. Ik wil niet eens zeggen dat de meeste planners onbetrouwbaar zijn; wellicht be staat hun meerderheid uit brave bedoe- lers. Des te gevaarlijker omdat de stem-des- harten zo vriendelijk en welluidend is, dat zij het hooggeacht auditorium verleidt tot instemming met de voorgeschotelde plannerij en aldus het evenwicht ver breekt tussen emotie en redelijkheid, tus sen sentiment en zakelijkheid. Veel geschreeuw en weinig wol. Praat jes vullen geen gaatjes. Wonderlijke we reld, goede vrienden. De theoretici, de aanpakkers, de plan ners, de woordenkramers, de kwakzalvers, de kwaaie rakkers en de goedbedoelers zijn koortsachtig in de weer. En slag woorden, kreten, leuzen vallen dag en nacht op ons neer. De wereld van de fabel. Nooit hebben de sprookjesvertellers zo veel te vertellen gehad. Over soep en margarine, politiek en tandpasta, economie, planning, zeep en letterkunde. Van diepvriesboontjes tot Neeltje Maria Min. En wij, het heilig volk, zijn het slacht offer van kreten, formules, raadgevingen en receptuur. Des te gemakkelijker en welwillender slachtoffer naarmate onze samenleving gecompliceerder wordt en wij op eigen kracht en inzicht niet meer in staat zijn uit de doolhof te geraken. FREDERICKSBURG, (Reuter) Pre sident Johnson heeft bekend gemaakt dat hij woensdagmorgen in het marinehospi taal te Betheesda bij Washington geope reerd zal worden. De 53-jarige Engelse Florence Jones had in de loop der jaren zoveel uit winkels gestolen dat plaatsgebrek haar noopte nu en dan heimelijk wat terug te brengen. Daarbij is zij betrapt. Een bestelwagen van de politie heeft zeven maal moeten rijden om alle gestolen uit de woning van juffrouw Jones te halen. Er waren 1.500 blikjes dieren- voeding bij. Juffrouw Jones heeft geen huisdier. 56. Als de apotheker Yuan Kai de werk kamer van Rechter Tie binnenkomt, kan hij zijn woede en verontwaardiging niet meer verbergen. „Wat betekent dit nu eigenlijk, edelachtbare!" zegt hij verhit. „Vanochtend nog heb ik u meegenomen op de jacht. Daarna ben ik opgepakt als de eerste de beste struikrover! Waar wordt ik eigenlijk van beschuldigd?" „Rustig, meneer Yuan Kai", zegt Rechter Tie. „In de eerste plaats moet u me eens vertellen waarom u de bedelaar wilde uit horen. Of nee, ik zal zelf het antwoord geven. V wilde weten of ik aanwijzingen tegen u verzameld had." De rechter zwijgt even en vervolgt dan met dramatische stem: „Yuan Kai, ge hebt de dichter Meng Lan vermoord, en ook de broer van me vrouw Meng, Shih Ming, uw handlanger bij de goudroof. Beken uw misdaden, Yuan Kai!" De apotheker staat als aan de grond genageld. Dan barst hij los in een stroom van woorden: „Een net van leugens! Omdat u niet in staat bent de ware dader te vinden, wilt u een onschul dige laten opdraaien voor de misdaden. Zonder een schijn van bewijs! „Zwijg, Yuan Kai", buldert de Rechter, „Ik heb bewijzen in overvloed, zoals u zult be merken Allereerst gaan we nu naar me vrouw Meng. Haar getuigenis zal u zeker op het schavot brengen!" i;u 677. Vlakbij de struiken was Karo blij ven staan, opgetogen door het onverwach te gemiauw, dat hij had gehoord. Ei- was dus nog een poes op het eiland en dat kon hem alleen maar welkom zijn. „Miauw", zei hij zacht terug..en met een weken de struiken uiteen. Grijnzend omringden de Eiermannetjes de vermom de scheepskat, die nu pas begreep, hoe gemakkelijk hij in de val was gelopen. Aan vluchten viel voorlopig niet te denken. Schijnbaar verslagen liet Karo zich dus terugvoeren naar het kamp, waar Bram nog steeds druk aan het metselen was. „Ik heb de Kokanje verborgen", zei Karo. „Waar?" vroeg Bram, maar dat zei Karo niet. Wat Bram niet wist, konden zijn gedachten ook niet verraden. „Als de Eiermannetjes je gedachten lezen, zouden ze dadelijk weten waar zt zoeken moesten", zei hij. Bram haalde de schouders op. Het leek hem allemaal hopeloos, want er was geen plan te be denken, waar de Eiermannen door hun vreemde gave niet meteen achter zouden komen. Een oplossing leek onmogelijk.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1966 | | pagina 14