De Rode Mieren" Roofovervallers in Maastricht schieten boekhouder dood Twee andere slachtoffers levensgevaarlijk gewond Nog 10 weken ent is lente f RECHTER TIE Rath Doodeheetver PANDA EN DE MEESTER«-LQODGIE1 ER BRAMMETJE FOK f. POLLE, PELLI EN PINGO Ègf?1 ms§ Bi Een actuele Amerikaanse roman door William Lederer en Eugene Burdick Overtreding in tienvoud Proces-verbaal voor sportvlieger na noodlanding Zeven personen in café bedwelmd I ÉUÊsm 11 Ons vcfvotgverhatii advertentie Uitspraak in het kort geding universele christengemeenschap Dan vraagt iedereen om het nieuwste r&d-behang (want voorjaar is tijd van vernieuwing). Maar... de complete collectie 1967 is nü al uit. Vraag erom bij de vakman; die heeft nu (nog) alle tijd voor u! Minister over ongeval met Vietnam- demonstratie L. 'L UiËsST nemen mue Mn Nier kwaujk MUM HOED VtOOS we6, HARTEU1K DANK, DAT jUtt/ie HEM 0P6EH0U DEM HEB BEN. •4 >;.A AMIJIAIWWWVI 54) „Misschien zul je in dat vliegtuig zitten, Tad, maar dat zal niet zijn omdat er niets gebeurd is," zei Cold stream glimlachend. „Dan zal het zijn omdat je de stad uitgeschopt bent wegens onbekwaamheid. Heb je daar wel eens over nagedacht?" „In Sarkhan heb ik tenminste een gevoel alsof ik iets bereik; ik weet wat ik doe Maar hier tussen al die bureaucraten zeg ik bij mezelf: „Mijn God, waar dient het voor?" De mach- tigste natie ter wereld wordt er daar uitgeschopt, omdat we elkaar hier dood praten, vergaderen en elkaar briefjes sturen." „Bewaar je welsprekendheid maar voor morgen, professor. Ik heb zo'n gevoel dat je die nodig zult hebben. HOOFDSTUK XV Voor het forum „Cogswell woont hier al veertig jaar," ze Coldstream toen hun taxi voorreed bij het oude bakstenen huis in Georgetown. „In de achtertuin heeft hij een tennisbaan. Tien jaar ge leden is hij met dat spel opgehouden. Nu wandelt hij vijf kilometer per dag." Nog voor ze gebeld hadden, werd de deur geopend door» een man die ken nelijk niet de butler was. Hij was wel uiterst beleefd, maar zijn ogen na men hen te grondig op, hij droeg een gewoon donker kostuum. Coldstream en McCauley voor me neer Cogswell", zei Coldstream. „Mijnheer Cogswell komt zo, heren. Zoüdt u in de zitkamer wllen wach ten?" De kamer was ingericht op een manier die McCauley goed deed. Het meubilair was hoofdzakelijk van leer en al lang in gebruik- In een hoek van de kamer stond een geweldig ci- linderbureau met tientallen laatjes en vakjes. Twee muren waren met boekenkasten bedekt. McCauley stond de boeken te bekijken toen Cogswell de kamer binnenkwam. Hij had hetzelfde kostuum, dezelfde das en dezelfde schoenen aan die hij de vorige middag gedragen had. Maar Cogswell was niet zo vief als toen. Zijn ogen waren met bloed door lopen en de wallen er onder waren donker en groter Hij zag eruit als een man die de hele nacht op ge weest was. „Heren, de zaak is sinds gister avond wat ingewikkelder geworden," zei Cogswell. „Er is inmiddels^ heel wat gebeurd. Iedereen is hier." „Iedereen? Wie is iedereen?" brom de McCauley. „De gehele presidentiële commissie voor Sarkhan." zei Cogswell. „Een crisis?" vroeg McCauley- „Zo zou men het kunnen noemen. Weer zo'n verdomde crisis." Cogswell bracht hen door een lange gang in een grote kamer die zich uit strekte over de gehele diepte van het huis. In het midden stond een grote eiken tafel. Om de tafel heen zaten negen mannen, waarvan drie in uni form. McCauley merkte op dat de meesten vol aandacht waren. Ze stonden op toen Cogswell hun na men noemde. Het waren: senator Do- nat van de commissie voor buiten landse betrekkingen, Abbott, de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, Hiller, van de veiligheids dienst met zijn assistent, staatssecre taris Dobey, twee generaals en een admiraal. Het waren sombere, stevi ge mannen, vol verantwoordelijk heidsgevoel en overwicht. Cogswell knikte in de richting van het buffet waarop een zilveren koffie- servies stond. Coldstream en McCau ley bedienden zich. De koppen waren groot en zwaar. Op elk ervan was een slag uit de Amerikaanse geschiedenis afgebeeld. Die van McCayley droeg een afbeelding van de Monitor en de Merrimac (De twee eerste volledig gepantserde oorlogsschepen (1861) veft.) die lustig op elkaar los vuur den. De gehele conferentietafel was bedekt met ringen van de koffiekop pen en de drinkglazen van vorige ver gaderingen. McCaulev herinnerde zich een uitspraak: „De geschiedenis wordt vermeld op prachtig perkament vol glorierijke beschrijvingen van ede le daden. Maar het zaad van de ge schiedenis wordt vrijwel altijd eerst gezaaid in een mest van haat, heb zucht, sterke drank, eerzucht en vrees." Had Tolstoi, die huichelaar met die baard, dat niet gezegd? „Heren, we kunnen beginnen," zei Cogswell en hij ging aan het hoofd van de tafel zitten. Hij was veran derd. Zijn vermoeide glimlach was verdwenen en hij handelde nu wel overwogen. Hij was nu een man met koel overwicht. „U weet allemaal waarom we hier zijn, behalve misschien overste Cold stream en professor McCauley. Laat ik het in het kort uitleggen." Hij zweeg, krabde even in zijn hals en strekte zijn hand uit naar de kist met lange donkere sigaren. „Profes sor McCauley en overste Coldstream, de heren om de tafel heen vormen de speciale presidentiële commissie voor Sarkhan. Zij brengen de presi dent advies uit over Sarkhan. Op het ogenblik schijnt in dat landje een cri sis te heersen. Om eerlijk te zijn, het is niet dezelfde dringende noodkreet die u me gisteren hebt voorgelegd." „Ik wist niets van het bestaan van uw commissie af," zei Coldstream. „Als u het wel geweten had, zou ik me teleurgesteld gevoeld hebben," zei Cogswell. „De commissie is iets dat we geheim proberen te houden. En mag ik u erop wijzen dat alles wat hier besproken wordt uiterst vertrou welijk is. Wilt u alsublieft het papier voor u tekenen waarin u medegedeeld wordt dat alles zeer geheim is?" Coldstream las het papier lang zaam door en tekende daarna. Mc Cauley tekende onmiddellijk en keek daarna de overigen aan. Hobson, de leider van de federale veiligheids dienst stak een sigaret in een kort pijpje met een filter. Hij haalde een aansteker uit zijn zak en legde die voor zich op tafel. Het was een mas sief gouden aansteker. Aan de ene kant was een Amerikaanse vlag aan gebracht van diamantjes, robijnen en saffieren. (Van een correspondent) MAASTRICHT Een gewapende roof overval door twee jongemannen waarschijnlijk rond de twintig jaar oud in het kantoor van de glas-, porcelein- en aardewerkgroothandcl Jos Stegen in de Sint Maartenslaan in Maastricht heeft aan de 31-jarige boekhouder Willy Th. Peters (gehuwd en vader van een kind) het leven gekost. Hij werd gedood door een van de vijf schoten, die in de dra matische ogenblikken even na half zes maandagavond in het kantoortje kraak ten. Twee andere schoten troffen Jos Ste gen (61 jaar) en Matthieu Stegen (55 jaar) levensgevaarlijk. Voor het leven van de beide broers werd vanmorgen gevreesd. Kantoorbediende Mia JReepmakers twintig jaar wist aan het vuursalvo te ontkomen door ijlings dekking te zoeken De Amersfoortse politie heeft een woon wagenbewoner uit Arnhem aangehouden, die zijn auto midden op de weg onver licht had neergezet. De man, die dron ken was, had geen rijbewijs. Dat was hem bij een vorig geval van dronken schap ontnomen. Evenmin kon hij een kentekenbewijs en een wegenbelasting- kaart laten zien. De auto was ook niet verzekerd. De wagen had tal van gebre ken en werd door de politie dan ook in beslag genomen. Tenslotte gaf de man ook nog een valse naam op. in een achter het kantoor gelegen ver- Niemand van het personeel in het magazijn waren nog vijf mannen aan net werk. heeft de bandieten door de grote dubbele inrijpoort binnen zien of horen komen. Een deur onmiddellijk links van die poort geeft toegang tot het kantoor. De drie mannen en het meisje werden door de snelle en geruisloze verschijning van de twee rovers verrast. Een van die twee had een rode doek voor het gezicht en een geweer schietklaar in de hand Hun sommatie de handen omhoog te ste ken moet nauwelijks hoorbaar zijn ge weest. Boekhouder Willy Peters gooide een stoel naar de twee mannen. Ook een tel machine wilde hij naar de mannen gooien, maar zijn verzet, dat de overvallers in paniek bracht, moest hij met de dood bekopen. Een eerste schot uit het ge weer (long rifle, kaliber 5.6 mm.) trof hem dodelijk in de hartstreek. De twee oudere kooplieden draaiden zich pas naar het roversduo om, toen het eerste schot was gevallen en Mia Reep- makkers gillend van angst en ontzetting wegvluchtte. De kogels, die voor haar waren bedoeld, drongen in een muur. Jos en Matthieu Stegen werden wel ge (Wordt vervolgd.) I troffen, de oudste door een schot in de buik, Matthieu door een kogel in de borst. Een team van artsen vocht maan dagavond urenlang voor beider leven in het Maastrichtse ziekenhuis Sint Anna- dal. Een poging de kogels te verwijderen lukte niet. Tegen middernacht vererger de hun toestand en werden de beide I broers bediend. Ontsnapte gedetineerden? In hetzelfde ziekenhuis was Mia Reep- makers met een ernstige shock in bed gestopt. Zij kon maandagavond de politie van Maastricht nog maar enkele verwar-1 de details vertellen van wat zich in het kantoor heeft afgespeeld. Met die wei- nige gegevens begon de politie een groot scheepse opsporingsactie. Een huis aan huis onderzoek in de Sint Maartenlaan leverde alleen maar verwarring ten aan zien van het signalement op. De dienst luchtvaart van het korps I rijkspolitie heeft de 32-jarige piloot Jan Veenstra uit Soest, die vorige week in een hevige sneeuwbui bijna ten einde raad met zijn kleine één motorige super Piper Cub neerstreek op een weiland achter I het kasteel Loenersloot, een proces-ver baal uitgereikt en wel wegens onvoldoen- I de vluchtvoorbereiding. Intussen staat het kleine vliegtuigje nog steeds in het besneeuwde weiland. Het gaat er naar uit zien, dat men het zal moeten demonteren voor het vervoerd kan worden. De rijksluchtvaartdienst heeft Veenstra wegens de drassigheid van het weiland een verbod opgelegd om op te stijgen. WEER-I STAND DAGRAVIT »p$ TOTAAL Griep en verkoudheid liggen op de loer. Zorg er voor dat ze niet bij ii binnenkomen. Wapen uw gezin met Dagravit Totaal 15. Elke dag 1 dragee is genoeg. Daar zitten alle broodnodige vitaminen en minera len in; 15 stufc. Vandaar de naam; ADVERTENTIE De president van de rechtbank in Den Haag. jhr. mr. G. Witzen Elias, heeft uit spraak gedaan in een kort geding, waar bij zowel de brandstichting in de Starlift- fabriek te Voorburg, waarbij voor plus mi nus twee miljoen gulden schade werd aan- I gericht, alsmede de „Universele Christen gemeenschap" waren betrokken. De heer R. Hartsuiker te Voorburg had in diverse gesprekken met journalisten verband gelegd tussen de gevallen van brandstichting die er in Voorburg zijn geweest en de Christengemeenschap, waar bij hij suggereerde, dat de brandstichting in die kringen moet worden gezocht. De héér F. Waldeck, directeur van de in „Huize Waldeck" gevestigde wasserij waarin ook de bijeenkomsten van ge noemde gemeenschap worden gehouden, achtte zich door de publikaties beledigd. De president van de rechtbank was het blijkens zijn vonnis hier niet mee eens en wees de eis van de heer W. tot verbod van verdere publikaties af. De zich noemende magnetiseur-genezer; J. J. Smit voelde zich aangetast in eeV en goede naam, omdat de heer H. had beweerd dat de pyromaan onder dwang van de heer S. zou hebben gehandeld, zijn auto door de heer S. zou zijn be schadigd en deze in het huwelijk van de heer H. zou hebben gestookt. Deze drie feiten achtte de president inderdaad bele digend en hij beval de heer H. op dwang som van duizend gulden per geval zich te onthouden van enige verdere publikaties. Minister Struycken (Justitie) heeft me de namens minister Verdam (Binnenland se Zaken) geantwoord op schriftelijke vragen van het Tweede-Kamerlid Van Wijk (PSP) over het feit dat na een Vietnamdemonstratie op 20 november in Amsterdam een meisje aan het oog is gewond. Een stukje glas van de bril van het meisje kwam in haar oog terecht. Het moest operatief worden verwijderd. Minister Struycken deelt in zijn ant woord mede, dat nog wordt onderzocht, hoe het meisje het letsel heeft opgelopen. Teneinde in deze zaak meer zekerheid te verkrijgen heeft de'officier van justitie in Amsterdam een gerechtelijk vooronder zoek uitgelokt tegen een onbekende getui ge, aldus minister Struycken. Pop-art. Schilderijen, gouaches en teke ningen van Hans Spesshardt worden tot 17 januari geëxposeerd in de inter nationale galerij „Orez" in Den Haag. Spesshardt, een vertegenwoordiger van de nieuwe figuratie, wordt ook wel een specifiek Berlijnse post pop-art schilder genoemd. Vier personen liggen sinds zaterdagmid dag in het ziekenhuis Zuidwal in Den Haag met verschijnselen van koolmono- xydevergiftiging. Zaterdagmiddag raakten de caféhoudster en zes bezoekers van een café aan de Herenstraat in Rijswijk plotseling be dwelmd. Zij werden naar het gemeentelijk ziekenhuis aan de Zuidwal in Den Haag gebracht. Drie van hen konden dezelfde dag nog naar huis terugkeren, maar vier personen, onder wie de cafe- houdster, moesten in het ziekenhuis blij ven. Hun toestand is intussen redelijk. Uit een voorlopig onderzoek van de po litie is gebleken dat in het café olie kachels niet goed brandden. De kachels mogen voorlopig niet meer gebruikt wor den. ontwerpers en fabrikanten van behang COP 'OONOSP awe 3. Panda's auto had het dammetje ernstig bescha digd. Eens was het daar aangelegd om het water uit een meertje tegen te houden. Maar nu was er zo n groot gat ontstaan dat al het vocht gorgelend wegliep en een langzaam droogvallende vlakte achterliet. „Dat kan nooit goed zijn voor m'n auto!" mompelde Pan da zorgelijk. „De bekleding is nat geworden en ik heb gehoord dat de motor niet tegen vocht kan! Misschien is hij wel helemaal niets meer waard' Hij klom moeizaam op het dak en staarde bekom merd naar zijn langzaam wegzakkende voertuig. Daar door had hij niet in de gaten dat er iets vreemds gebeurde met de laatste resten water uit het meertje. Langzaam vormden zich twee vreemde figuurtjes, die riepen, tot de geschrokken Panda. „Meer is leeggelo pen! Mooiste meer, waar druppel-drip-druppels geluk kig waren! Willen meer terug! Geef terug! Anders wraak, wraak, wraak, wraak!" 5. Wanneer de oude schrijver ver trokken is, valt Tsjiao Tai's oog op een klein doosje ebbenhout dat op Rechter Tie's schrijftafel staat. „Hé", zegt hij, „dit doosje heb ik hier nog nooit ge zien, edelachtbare. Waarvoor dient dat? „O", zegt de rechter, „dat heb ik daar even op mijn ochtendwandeling gezien. bij de antiquair op de hoek. Ik heb het dadelijk gekocht, want het is net wat ik zocht als cadeautje voor mijn Eerste Dame. Die viert vandaag namelijk haar verjaardag. Je ziet dat het precies groot genoeg is om haar visitekaartjes in te bewaren." Gefeliciteerdedelachtbare! Ik heb vanochtend vroeg de kok met een geroosterd speenvarken van de slager zien komen en tegen mezelf gezegd: er moet wel feest zijn vanavond!" „Je theo rie is juist, Tsjiao Tai!" zegt Rechter Tie met een glimlach. „Vanochtend heb ik voor dag en dauw met een penseel zo dik als mijn pols het letterteken voor lang leven geschreven op een vel papier van wel twee meter lang. Dat hangen wt vanavond in de eetzaal op, als mijn per soonlijke heilwens! En zie je wel de vorm van het ronde stuk groene jade dat als versiersel op het deksel van dit doosje is aangebracht?" „Ja, waarachtig, dat is een siervorm van dat zelfde let terteken voor lang leven!" >5V tlEVE HttP, WAT IS VIK HOOP MAAR PAT HET VtU6 DONKER WE DE WEG TE -» geworpen! A rogvinden. NEE, WE KUNNEN BETER TERU6KEREN, VOORPAT HET DONKER WORDT1. VANDAAG KRI1GEN WE GEEN BEET l rS~ - P1B WtMRM» 1W A. - - v, v. - -V - 7 -V >v; 5r- 7*7' 725. Op de tenen naderde Bram de loopplank. Karo hield de nagels in om geen enkel geluid te maken. De span ning klopte de onverschrokken vrienden in de keel. „We moeten ons zo gauw mogelijk ver- stoppen", fluisterde Bram. Eenmaal aan boord zullen we wel zien, hoe we uiat meer over die dief van de lantaren- I palen te weten kunnen komen". „Het is zo stil... het lijkt wel of alles slaapt", vond Karo. „Best mogelijk, maar daar moeten we maar niet al te vast op rekenen", meen de Bram. Achter elkaar slopen zij de loopplank op. En doodvoorzichtig liepen zij voort over het verlaten dek. Nu wilde het geval, dat die avond de zeeman Leonard Golvenduiker de slaap niet kon vatten. Een hevige kiespijn hield hem wakker. En het was dus geen wonder, dat juist hij het was, die de muts van Brammetje Fok voor bij een patrijspoort zag glijden. „Hé, dat is geen petje van ons", zei de zeeman. „Zou hij soms een indringer zijn?" Hij gleed uit zijn kooi en vergat zijn kiespijn.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1967 | | pagina 11