w w w w Woningen in Velsen-Noord krijgen beter aanzien Gans Verhoging grondbelasting in Noord-Holland akkoord VELO EEN BELANGWEKKENDE EXPOSITIE Schilderijen van Hugo Landheer in Bloemendaals gemeentehuis PA PA PA PA Kort IJmondnieuws LANGS SLUIZEN EN HAVENS Trawlers in marine dienst Krebbers solist in 5e vrijdagconcert van het N.Ph.O. Prot. Chr.-fractie gaf de doorslag Noteringen groenteveiling 7 electronenflitser foto film DONDERDAG 19 JANUARI 196 7 FOTO GANS HEEFT Wl KenoemeHaanS (bij de brug) Telefoon 5705 Arie van der Veer Moeilijkheden Ommezwaai v VELO DE VRIND DIE DB WAS DOET NRT met „Wie kan er twee heren dienen?" in Haarlem EEN EIGEN WEG HUMOR IN KERAMIEK Hein Steehouwer 'OX- -S?" -y 'S- Het hoekperceel Meerweidelaan- Ladderbeekstraat te Velsen-Noord werd gisteren als eerste van de 185 woningen onder handen ge nomen. Uiteraard werden bij dit rigoureuze werk ramen en deuren geblindeerd. ADVERTENTIE Ruime sortering verlovingsringen Desirée Constant in alle modellen OUWELIER HORLOGE R. langenieuwstraat 4-33 vlak b»j het markt plet n IJmuiden PA In Velsen-Noord is woensdag een be gin gemaakt met het behandelen van 185 woningen, eigendom van de woningstich ting Velsen, die tot voor kort een grauwe witte kleur hadden, doch wier aanblik steeds naarder werd. Het betreft hier wo ningen, die indertijd van een witte keim- laag zijn voorzien, welke laag als gevolg van industriegassen en zeedamp werd K.V.G. Heemskerk. In zaal Nijman te Heemskerk heeft het Katholiek Vrou wen Gilde woensdagavond een druk be zochte bijeenkomst gehouden. Presidente mevrouw Heesterbeek spoorde de aanwe zige dames aan hun schouders onder het missiewerk te zetten voor wat de naai- actie betreft. Zuster Faustina uit Amster dam sprak over haar sociaal werk in de Jordaan. Met haar causerie „Springen over de rommel" maakte zij diepe indruk op haar gehoor. Haar relaas over de schrij nende woningtoestanden in dit typisch Amsterdamse stadsdeel was bijzonder triest .Het laatste deel van deze bijeen komst werd aandacht besteed aan het kie- aangetast. Een tweede keimbehandeling had evenmin resultaat, zodat besloten werd de muren van de woningen schoon te stralen met een mengsel van koperslak en water, waardoor de stenen hun na tuurlijke kleur herkrijgen zullen. De slechte plekken in het voegwerk worden daarna overgevoegd, terwijl tevens aller lei reparaties aan deuren, kozijnen en ramen zullen plaatshebben. Tegen het einde van het voorjaar hoopt de Woningstichting Velsen de huizen weer geheel gered te hebben. Het was in het jaar 1914 dat de mijnendienst van de Koninklijke Ma rine overging tot het aanschaffen van een Nederlandse stoomtrawler. Ge noemde dienst beschikte toen over negen mijnenleggers, die voorheen als stoomkanonneerboot werkzaam wa ren geweest. De eerste was Hr. Ms. Hadda, die op 7 juni 1906 bij wijze van proef als mij- nenlegger in bedrijf kwam, en de volgen de acht die daarna aan de vloot werden toegevoegd waren de Braga, Balder, Vi- dar, Das, Havik, Thor en Bulgia, alle oorspronkelijk stoomkanonneerboten met een capaciteit van 24 mijnen. Het negende schip van de mijnendienst ADVERTENTIE [watit U ziet een uniek moment van Uw kinderen. U grijpt Uw camera en drukt nog net op tijd af... Geen lichtflits: lampje los. Leu ke foto foetsie. Nu moet het uitwezen, zegt U. Nu gaat U een electronenflitser kopen. Maar dan meteen een goeie. De beste die met Uw portemonnee te koop is. Welke Is dat? De beste electronenflitser geeft het meeste en mooiste licht (lichtspreiding en lichtkleur). Bo- vendien doet hij het op momen- I ten dat hij het persé doen moet I WIJ hebben zo onze methoden om flitsers die dat niet halen, door da mand te laten vallen. Dat ia ons vak. Een fijn vak overigens, i Wij zullen U graag laten zien wat de beste electronenflitser voor U is. En vertellen waaróm. Kómt U éven langs, of belt U vandaag nog op vóór een af spraak. was de Triton, een in 1906 te North Shield door Sith's Dock Co. Ltd. gebouwde stoom trawler. Dit schip, 227 ton groot, 36,72 m lang, 6,55 m. breed en 3.53 m, diep, be hoorde oorspronkelijk toe aan de in Car diff gevestigde visserijrederij Neale West en de naam luidde Hirose CF. 20. Het schip kwam in 1913 naar ons land na te zijn aangekocht door een nieuwe vis serijrederij, de N.V. Maatschappij „Onze Trawler", directeur de heer K. van Ze venter, te Vlaardingen. Onder de naam Onze Trawler VL. 61 ging het schip ter visserij met schipper Engelbertus Krab. Deze trawler heeft echter zeer kort on der die naam ter visserij gevaren want in 1914 was het schip overgegaan naar de Koninklijke Marine en het vaartuig werd op 6 september als Hr. Ms. Triton in dienst gesteld. Na in 1933 duikvaar- tuig zie 'foto te zijn geworden, werd de gewezen trawler in 1940 van de sterk te der vloot afgevoerd. Gedurende de eerste wereldoorlog werd het aantal schepen van de mijnendienst uitgebreid met een aantal loodsboten en transportvaartuigen, onder andere de Schelde, Zeemeeuw, Hellevoetsluis, Frans Naerebout en Insp. Gen. Twent kwamen er bij, die elk zes mijnen aan boord konden nemen. In 1918 werd de tweede stoomtrawler aangeschaft. Dit schip had van 1902 af in IJmuiden thuisbehoord, heette Azalea IJM. 13 en behoorde toe aan de Maat schappij Tot Beheer van Steamtrawler en andere Visschersvaartuigen. Na te zijn gebouwd door de werf van Schofield, Meeuwenoord Co te Grimsby werd de ze stoomtrawler in 1902 nieuw uitgehaald door schipper P. Zwaan, die in 1907 werd opgevolgd door schipper B. van der Plas In 1912 werd A. de Graaf schipper op de Azalea en sedert 1913 voer J. Schol er mee. De Azalea was een trawler van 225 bru to ton, 34,64 m lang en met een machi nevermogen van 350 pk. Zusterschepen waren de Camelia, Dahlia en Erica, die de visserij trouw zijn gebleven; laatstge noemde twee zelfs tot na de tweede we reldoorlog. De Azalea kreeg bij de Koninklijke Marine de naam Hr. Ms. Vulcanus maar is als zodanig slechts kor te tijd in dienst geweest, in tegenstelling met Hr. Ms. Triton. De Vulcanus werd namelijk in 1922 van de vlootsterkte af gevoerd en gesloopt Het grootste aantal trawlers kwam in marinedienst gedurende de mobilisatie tijd van september 1939 tot de meidagen in 1940. In die tijd werden 16 IJmuiden- se stoom- en 3 Rotterdamse motortraw lers gevorderd, die werden gebruikt als hulpmijnenveger, boeienschip of bewa kingsvaartuig. Van dit aantal weken er zeven op 14 mei 1940 uit naar Engeland Van de trawlers, die van de visserij naar een Britse haven waren opgestoomd kwa men er ook enkele in dienst van de Ko ninklijke Marine of bij de Royal Navy Toen de oorlog ten einde was, zijn de stoomtrawlers Erin IJM. 12, Bergen IJM. 16, Caroline IJM.26 en Eveline IJM.115 niet teruggekeerd. Op vrijdag 20 januari heeft het vijfde concert in de vrijdagserie van het Noord- hollands Phiiharmonisch Orkest plaats in het Concertgebouw te Haarlem. Aan dit concert, dat onder leiding staat van Henri Arends, zal solistische mede werking worden verleend door de Neder landse violist Heiman Krebbers. Het zal worden geopend met Psyché van César Franck. waarna Herman Krebbers de Tzigane van Ravel zal vertolken. Ver volgens zal het orkest een uitvoering ge ven van de Serenade van de Tsjechische componist Krejci. Na de pauze zal Her man Krebbers voor de tweede maal op treden, nu met de Havanaise van Saint- Saëns. Het concert wordt besloten met de polka en fuga uit „Shvanda" van Wein berger. Herman Krebbers werd geboren in 1923. Op negenjarige leeftijd trad hij voor de eerste maal in het openbaar als solist op. Drie jaar later (in 1935), trad hij als solist op bij het Concertgebouworkest onder leiding van Eduard van Beinum. Inmid dels zette hij zijn studie voort onder lei ding van Oskar Back aan het Muziekly- ceum te Amsterdam. Deze instelling ver liet hij in 1940 met de hoogste onderschei ding. Herman Krebbers behoort tot de prijswinnaars van verschillende interna tionale violistenconcoursen. Na de tweede wereldoorlog maakte hij succesvolle concertreizen door een groot aantal Europese landen. Hiermede beves tigde hij zijn reputatie van een der grote vertegenwoordigers van de nieuwe violis tengeneratie. Van 1949-1962 was hij eerste concert meester van het Residentie-Orkest. In 1962 werd Herman Krebbers benoemd tot eerste concertmeester van het Concertge bouworkest te Amsterdam. Naast zijn werkzaamheden in deze functie treedt hij zes maanden per jaar als solist op. Vele van zijn vertolkingen zijn op de grammofoonplaat vastgelegd, waarvoor hij eenmaal de Grand Prix du Disque ver wierf. Grondbezitters in Noord-Holland moe ten binnenkort meer belasting over hun bezit betalen. Alhoewel Provinciale Sta ten een voorstel tot het verhogen van de opcenten op de grondbelasting van 50 tot 60 formeel nog wel niet hebben aangeno men, staat het thans al vast. dat dit ge beurt. Gisteren hebben Provinciale Sta ten een motie van de C.P.N. en de Boe renpartij om de grondbelasting op het huidige peil te laten staan met 24 stem men voor en 43 tegen verworpen. Er zijn heel wat besprekingen aan deze beslissing voorafgegaan. Bij het sluiten van de ochtendzitting omstreeks één uur deelde de commissaris van de koningin aan de Statenleden mee, dat hij nu wel eens een formele vorm wilde zien ten aanzien van de plannen om de opcenten op de grondbelasting niet te verhogen. Uit verscheidene fracties was namelijk tijdens de algemene beschouwingen kritiek uitgeoefend op dit plan. De commissaris drong er bij de Staten leden op aan een eventueel in te dienen amendement tegen de verhoging verge zeld te laten gaan van een suggestie om de begroting sluitend te maken. Met het verhogen van de opcenten willen Gedepu teerde Staten namelijk het tekort van bij na anderhalf miljoen gulden met 937.000 verminderen. Het resterende bedrag Beverwijk 18 jan. Andijvie 93-98; was- peen 12-41; witlof 82-117; spruiten 35-140; prei 15-57; sla 20-30; knollen 8-52; boe renkool 6-22; rodekool 7-14; groenekool 20-32; gelekool 8-12; uien 28-41; peen 8-19. hoopt men uit de algemene reserve te halen. Bij het begin van de middagzitting bleek dat zowel de C.P.N. als de Boeren partij een amendement op de tafel van de voorzitter had gelegd. De strekking van beide voorstellen was precies gelijk, namelijk het handhaven van de opcenten op het huidige niveau. De C.P.N. had een alternatieve oplossing in een tweede mo tie bijgevoegd, namelijk om het bedrag van bijna een miljoen gulden extra uit de reserves te halen. De Boerenpartij had het gevraagde dekkingsplan achterwege gelaten. Toen de amendementen eenmaal waren ingediend begonnen de moeilijkheden pas goed. Commissaris Kranenburg wilde ze namelijk direct in stemming brengen, maar hiertegen verzetten zich allereerst de heer Wensing (Prot.Chr.) en ook me vrouw FortanierDe Wit (V.V.D.). De eerste voerde aan dat deze gang van za ken tegen de volgorde van de agenda inging en dat men over het eerste kon stemmen, terwijl men over het dekkings plan een geheel andere mening kon laten blijken. Hij stelde voor de stemmingen aan het eind van de begrotingsdebatten te houden. De commissaris wilde toen alle stem mingen verschuiven naar het slot van de laatste zittingsdag, maar dat was weer niet de bedoeling van de heer Wensing. Hij meende dat elke fractie bij het vast stellen van de hoofdstukken, maar reke ning moest houden met zijn eigen verant woordelijkheid Mevrouw Fortanier—De Wit (V.V.D.) bracht naar voren dat het in eerste in stantie niet de taak van de Staten was om met een alternatieve oplossing te ko men om de begroting sluitend te maken. Zij meende dat Gedeputeerde Staten maar eerst een nieuwe beleidslijn moes ten uitzetten en dat best over de amen dementen los van elkaar gestemd kon worden. De heer Korte (K.V.P.) vreesde dat de hele zaak in een impasse zou raken wan neer men het plan van de heer Wensing zou volgen. Hij kreeg in feite steun van alle andere fracties, die alle op direct stemmen aandrongen. De fractievoorzit ter van de P.v.d.A., de heer Harmsen, zei dat het direct stemmen de zaak het meest duidelijk zou maken. Inmiddels had de P.S.P. al rekening gehouden met de mogelijkheid dat het door deze partij welwillend bejegende amendement van de C.P.N. verworpen zou kuhnen worden en een ander amen dement, dat minder ver zou gaan op ta fel gelegd. Het voorzag in het schrappen of bekorten van een aantal uitgaven, on dermeer voor de Bescherming Bevolking voor bepaalde werken aan de Amsterdam se Haven en voor subsidies aan het Vreemdelingenverkeer. Ook de V.V.D. had een alternatief voor de dekking naar voren gebracht. Behalve het ook door de C.P.N. gesuggereerde teruggrijpen op de algemene reserve stelden de liberalen een temporising van de afschrijvingen voor. Voordat deze zaken echter actueel wer den, moest eerst beslist worden over het al of niet verhogen van de grondbelasting. De heer Wensing vroeg de kans om zijn stem te motiveren, waarbij hij naar vo ren bracht dat zijn fractie toch principieel tegen de verhoging bleef, maar geen passend alternatief zag en daarom de amendementen niet zou steunen. Bij stemming bleek dat de gehele frac ties van C.P.N., P.S.P. en Boerenpartij voor de amendementen stemden. Ze kre gen de steun van de V.V.D.-fractie op twee leden na en van één lid van de K.V.P Optellende kwam men tot 24 voor stemmers. Dit waren er echter niet ge noeg want 43 Statenleden hadden tegen het amendement gestemd, zodat het werd verworpen. Het aan de orde stellen van de alternatieve voorstellen ter dek king van het tekort was toen niet meer nodig. Begraafplaatsvan Hugo Land heer. Deze reproduktie brengt nog wel over, dat de vormgeving sterk ritmisch is. Lichte en donkere par tijen beklemtonen dat ritme en staan los van werkelijke licht- en scha- duwverhoudingen. Dit maakt, mét de kleuren, het onderwerp los van de werkelijkheid die het onderwerp voor de schilder is geweest. Het is een eigen wereld geworden, in dit geval een, waarin de grafkruisen en andere attributen op een kerkhof eerder een gebied van de geest dan van de ons omringende wereld suggereren. ADVERTENTIE WASMACHINES KOELKASTEN s ELECTR ARTIKELEN TROMPSTRAAT 66-68 IJMUIDEN-O. - TEL. 5198 Het Nieuw Rotterdams Toneel zal op zaterdag 21 en zondag 22 januari in de Haarlemse Stadsschouwburg de eerste voorstellingen voor Haarlem geven van „Wie kan er twee heren dienen?" (II Servitore di due Padroni) van Carlo Gol doni in een voorstelling van Ton Lutz en Nicolaas Wijnberg. De medewerkenden zijn: Luc Lutz, An- net Nieuwenhuyzén, Eric Schneider, Ge rard Hartkamp, Martine Crefcoeur. Si mone Rooskens, Wim Hoddes, Eli Blom, Edmond Classen, Jan Kruyk. Frans Zui- dinga, Fred Vaassen, Pim Oskam. Ver taling: Erik Vos; bewerking: Ton Lutz. In het dikke boek der Nederlandse schilderkunst is Hugo Landheer een bladzijde apart. De tentoonstelling (tot 6 februari) in Bloemendaals raadhuis getuigt daarvan. Dat ge tuigen is nuttig ook, want deze op merkelijke expositie is belangrijk om dat ze terugwijst naar een voorgoed voorbije periode, maar evenzeer ten densen toont naar ontwikkelingen, die de laatste jaren opnieuw worden geformuleerd binnen het realisme, dat weer meer en meer de aandacht is gaan vragen: een herstel van de herkenbare vorm, evenwel niet ten faveure van wat men „de werkelijk heid" pleegt te noemen, maar om de daarachter liggende innerlijke werke lijkheid aan te duiden. Het is een eretentoonstelling, omdat Hugo Landheer op 9 december vorig jaar 70 jaar is geworden. Hij woont in Aer- denhout, sinds een drietal jaren, na ja renlang in Epe te hebben gewoond. Voor de oorlog was hij leraar aan de Haagse Academie. Kort na de eerste wereldoor log begon hij zelfstandig te schilderen. Hij vond een eigen stijl, waarbinnen hij zich vrij statisch heeft ontwikkeld. Na tuurlijk is hij beïnvloed geweest en nog altijd zijn die invloeden merkbaar, maar in een bepaalde groep laat hij zich moei lijk inpassen. Dat is zijn verdienste. Moet de aard van dit werk worden aangeduid, dan denkt men aan het cubis- me, waarvan hij sommige vormgegeven heden overnam, aan het neo-realisme, waarvan een vleug bespeurbaar is. Die twee aanduidingen zijn niet belangrijk, maar de lezer kan eruit opmaken dat Landheer in een weloverwogen en be schouwelijke trant schildert. Vorm, ritme en kleur, compositie, vlakverdeling en andere schilderkunstige middelen wor den weloverwogen toegepast. Dat blijkt vooral uit de aanwezigheid van geschil derde voorstudies op deze expositie, die laten zien hoe uit een abstracte kleuren- opzet het uiteindelijke schilderij bijna academisch wordt opgebouwd. Scans wordt dat saai, ook al omdat er teveel schilderijen van dezelfde onder werpen hangen. Dan gaat men twijfelen aan de inspiratieve kracht. In andere ge vallen gelukkig niet. Sommige werken zijn bovendien uitstekend. In die laatste werken blijkt bij Land heer de natuur sterker dan de leer. On danks het weloverwogene, het beschou welijke, heeft Landheer een aantal eigen schappen die aan zijn werk inhoud geven boven de vorm uit. Of liever, dan wordt de vorm ondergeschikt aan zijn neiging tot een gematigde romantiek, soms een visionaire instelling. Dan maakt het decor-matige (niet te verwarren met het decoratieve) plaats voor iets anders. In doeken waarvan de kleuren heel knap zijn afgestemd schept hij dan een vreem de wereld. Zijn „Stadje met grachtje" en zijn „De molens" zijn visionair en dan maakt het decor plaats voor een droom. Dat treft ook in „Rode balken" en andere werken, vooral die, waarin hij zijn meest al nogal bleke palet (met veel wit en bruin) heeft verwisseld voor een rijker koloriet, dat hij dan vaak meesterlijk weet te hanteren. De Landheer van die schilderijen is een van onze heel goede schilders, die vandaag nog veel te zeggen heeft en waarbij ik de wat zoetelijke schilderijen van paarden en andere die ren, die ik wel knap maar al te acade misch vind, vergeet. De tentoonstelling wordt „begeleid" door keramiek van Etie van Rees, in een tweetal vitrines bijeengebracht. Haar prijzen is eigenlijk een overbodige zaak. Op haar speciale terrein (door nog een enkeling als Kamerligh Onnes geëxplo reerd) is ze een onomstreden meesteres. Helaas is ze reeds op vrij hoge leeftijd en even jammer is het, dat ze weinig school heeft gemaakt. Voor wie dit werk niet kennen: Etie van Rees maakt plas- tiekjes van gebakken en geglazuurd aar dewerk. Ze creëert vaak onbestaanbare wezens, zoals de „Vliegende tapir", „De tovertaddel", „Het louche maliepaard" dan wel een kamperende muis, een eski mo-mannequin of een opschikuil. Al die vreemde wezentjes krijgen in haar han den een heel eigen bizar leven. Het is een spoorkjeswereld in steen, heel geestig op een absurde manier. Het is een bijzon der fijne humor met soms romantische en dan weer satyrische inslag waarvan de ene keer de eenvoud bewondering af dwingt en in andere gevallen het raffine ment. Zo'n klein plastiekje als bij voor- beel „Cleopatra, de sfinx" is een monu ment in brons waard.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1967 | | pagina 7