ruig en primitief land zich nog pionier G U mmm WOENSDAG 1 FEBRUARI 196 7 25 WEG WIJS-WEG WIJS-WEGWIJS-WEGWIJS-WEGWIJS-WEGWIJS-WEGWIJS-WEGWIJS-WEGWIJS-WEGWIJS-WEGWIJS-WEGWIJS-WEGWIJS-WEGWIJS- Stevige borrel Smeltkroes Rijk verleden Ideaal en wording c jêt? <0^ mP - 0 wmêÈM JPFSS 1 - I MBMi v, r - c 1 gen die wij over de kerk en de muur schilderingen stelden. Later bleek nog dat wat'hij erover zei, op een ander klooster sloeg. Maar een heel kleine, heel tengere kloosterzuster met zachte, droeve ogen wist in prachtig Frans de hele historie van de plaats tot leven te brengen. Zij wees ons op de schil deringen van de krijgers, die van de profeten, vertelde over de handschrif ten waarvoor eens het klooster be roemd was geweest en luidde tenslot te, samen met een andere non, de klok ken die buiten in een open klokke- stoel zijn opgehangen. WIE WIL, kan van daaruit in een driehoek met zijden van zo'n 80 kilo meter, nog zeker vijf oude kloosters bezoeken: dat van Ravanitsja uit 1381 bijvoorbeeld of Kalenitsj, of dat van Zitsja, gebouwd door koning Stephan I tussen 1208 en 1220. Van de oorspron kelijke muurschilderingen is in Zitsja niet veel over -een vroegere gene ratie monniken heeft met de beitel in de cementlaag gehakt die eroverheen was gesmeerd en dat zo onoordeel kundig gedaan, dat alle frescomuren vol zitten met leijke putten. De bisschop die bij deze kerk woont heet Vasilije Kostitsj, een indrukwek kend man in zijn zwarte pij, met een enorme grijze baard, precieus geknip te snor en met een groot medaillon aan een ketting over zijn brede borst. Hij ontvangt ons in zijn kamer, met schit terend handgesmeden meubilair met oud Servisch ceremonieel: we krijgen 'n lepel, moeten daarmee uit een schaal een zoete abrikoos scheppen, daarna een glaasje water drinken, de lepel te rug zetten in een ander glaasje water en het lege glaasje daarnaast. Terwijl hij vertelt over de verhouding van zijn kerk tot de staat en tot het regime, wordt de slivovitsj (pruimenbrande- wijn) binnengebracht in een variëteit die sterker is dan alles wat we ooit hebben geproefd in Joegoslavië of daarbuiten. En aan het slot krijgen we koffie. DE BISSCHOP, die 20 kloosters on der zich heeft, is met de manier waar op de regering van maarschalk Tito zijn bisdom behandelt, zeer tevreden. Als bewijs daarvan toont hij een foto waar hij samen met de president op staat. Ook vertelt hij van de 15 mil joen dinar die de staat heeft geschon ken voor de restauratie van een van zijn kloosters en van de 60 hectare land die het klooster bezit en waarop de veertig nonnen zelf het werk ver richten. „Meer land is immers niet nodig", zegt hij, in antwoord op een vraag, „want dat zouden we niet meer zelf kunnen bewerken"-. Hij erkent dat het aantal roepingen terugloopt en dat het, vooral onder de mannen, te klein is. Onbevredigend vindt hij het, dat er geen godsdienst onderwijs mag worden gegeven op de scholen, zelfs niet buiten de lesuren. Als we nog eens proberen hem iets meer te laten zeggen over zijn ver houding tot het regime, vertelt hij rfiet veel smaak hoe er een congres is ge weest in Athene van Grieks-orthodoxe kerkelijke leiders en hoe toen daar de geestelijken uit andere landen hem hebben gezegd dat nergens de verhou dingen tussen kerk en staat zo goed zijn als in Joegoslavië. Maarschalk Ti to, voegt hij daar nog aan toe, als doorslaggevende aanwijzing, was de eerste die na de oorlog een gift deed voor het herstel van de kerk. WIJ NEMEN afscheid van de bis schop met de gedachte dat wij niet alleen een kerkelijk hoogwaardigheids bekleder, maar ook een zeer bekwaam diplomaat hebben ontmoet. Die middag hebben wij nog een lan ge tocht gemaakt door een diep, smal dal, daarna een berg op langs een weg met tientallen ijzingwekkende haar speldbochten, naar het beroemdste van zijn kloosters, dat van Studenitsja, de zetel van de eerste middeleeuwse aartsbisschop van Servië, Sava Neman- ja. Van de drie kerken die in de rui me kloosterhof staan, is er één met prachtige frespo's uit het begin van de dertiende en uit de zestiende eeuw. En als u na een half uur van de Moe- dergodskerk, de Koningskerk en de Ni- colaaskerk al genoeg heeft, is er een prachtige omgeving, een rotsachtig en tamelijk ruig middengebergte, waar nog maar heel weinig mensen komen en waar u zelf uw wandelingen zult moeten uitzetten. MAAR ALS U natuurschoon en schil derachtige stadjes, hógere bergen en prachtige meren zoekt, is toch Mace donië meer uw vakantiegebied dan het onvruchtbare, sobere Servië met zijn kloosters en kastelen. Het meer van Ohrid, eerder al ge noemd, is hier een van de mooiste ge bieden zo mooi als het meer van Lugano, maar dan zonder al die ho tels. Natuurlijk zijn er wel logiesge- legenheden, maar het aantal is nog zo klein,.dat de toerist zich bijna inwoner kan wanen van het dorp, zeker als hij zijn vakantietijd kiest laat in het jaar. Toen wij er in oktober waren, was de temperatuur van het water nog zestien graden; niet warm, maar he le zomers komt de temperatuur van het Noordzeewater daar toch nauwe lijks bovenuit. WAT DIT gebied ook interessant maakt, is de veelheid van volken die er heeft gewoond en waarvan de nako melingen er nog leven. Veel Albanezen verder, die ook Skipetaren (rotsbewo ners) worden genoemd. Dan de eigen lijke Macedoniërs, die een Barbaarse oorsprong hebben, de Tsintsaren, die ook wel Illyriërs heten en wier komst in deze streek teruggaat tot 2500 jaar voor Christus. IN BIVOLA, 70 kilometer van Ohrid, wees onze gids op straat, op grond van zijn uiterlijk, ons een Illyriër aan: krullend haar, breed voorhoofd, smalle kin, iets gebogen, smalle Romeinse neus. En de aldus aangeduide bleek zich van die afstamming zeer wel be wust en was er kennelijk trots op. Van de 65.000 inwoners van Bitola, vertelde hij, bestaat een derde uit Illyriërs. Thuis spreekt hij Latijn want de Illyriërs stammen af van Ro meinen en Spanjaarden aldus de overlevering. Zo moeten et in Macedonië ook nog derwisjen te vinden zijn: die van Bi tola slaan zich met het hoofd tegen de vloer om de gewenste extase te berei ken, die van Ohrid prikken zich met houten pennen. VLAK BIJ Bitola liggen de bewijzen van de oude bewoning van de streek: Heraclea Lincestis. Een hele Romaan se stad wordt daar opgegraven, die daar blijkt schuil te gaan onder prach tige overblijfselen van een Byzantijnse vestiging. Die laatste bestaan uit kleur rijke mozaïeken, vooral van dieren, waarvoor gedeeltelijk de kleuren van het plaatselijk natuursteen, gedeelte lijk ook glas is gebruikt. Onder die overblijfselen van kerken uit de vijfde of zesde eeuw, drie meter dieper, schuilen oude Macedonische, naar Ro meins voorbeèld gebouwde huizen, waaruit ook fraaie, marmeren beelden en fragmenten tevoorschijn zijn geko men en waarvan een complete badka mer met verwarming is blootgelegd. Boven op de heuvel, aan de voet waarvan een enthousiaste geschiede nisleraar in de vakantie, met twintig tot dertig studenten, opgravingen ver richt, moet nog een hele acropolis, een tempelstad, liggen. Want dat weet de bevolking precies zoals die eeuwen lang heeft geweten dat er gebouwen hadden gestaan op de plaats waar nu de eerste opgravingen zijn gedaan. Het heeft alles de charme van het pas-ontdekte en van het nog niet hele maal voltooide, dat zoveel van de aan trekkelijkheid bepaalt van het toeris me in Joegoslavië. DATZELFDE geldt ook voor „het" bergdorp van het land, het plaatsje Krusevo, de „hoogste" gemeente van het land, op 1200 meter, dat als toeris tische attractie nog zo nieuw is dat de ANWB-gids het nog niet noemt. Het telt nu 5000 inwoners, maar heeft, als vluchtplaats voor de rijkere Grieken die zich willen onttrekken aan de heer schappij van de Turken, en ook als wisselplaats voor de paarden op de route naar de Oriënt, driemaal zoveel zielen geteld. Omgeven door prachtig- glooiende heuvels is dit dorp een ideaal oord voor een wintervakantie of voor een wat koeler verblijf in de hete zomermaanden. Alleen er is maar één hotel en dat is uiterst eenvoudig. De Joegoslavische verkeersautoritei- ten hopen het pensionbedrijf te ont wikkelen: juist hier zijn de huizen nogal groot, omdat ze vroeger hebben behoord aan rijkere bewoners. ER IS een kleine stuwdam aange legd door het actieve gemeentebestuur om 's zomers een zwembad en 's win ters een schaatsbaan te hebben op het stuwmeer dat in de kleine rivier zal ontstaan. Ook voor skilifts bestaan er plannen. Helemaal doodstil is het er natuurlijk niet: er komen ook nu al een 5000 tot 6000 toeristen per jaar omhoog langs de zeer steile, smalle, maar voor de verandering eens goed onderhouden weg met dertig of meer haarspeldbochten. Over tien jaar is het er misschien even druk als nu in Kitzbühel, Sankt Moritz en Chamonix. Nu komen de mensen er nog hun huizen uit om een toerist te bekijken. drs. M. L. Snijders INLICHTINGEN: Nationaal Joe- goslavisch Verkeersbureau voor de Benelux, Plaats 11a, Den Haag. Tel. «70—11 68 92. De imposante ruïnes van Smederevo v Knus haventje in Trau (Trogir), Dalmatic. Drie generaties marktkooplieden, wachtend op klanten. Weidse baaien bieden volop gelegenheid tot watersport, kamperen en sportvissery.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1967 | | pagina 25