Hoe de goede stad Baarn honderd jaar
geleden de Sint uit haar wapen wipte
TENERIFE: het Hawaii van Europa
Huidige raad
wil Sinter
klaas terug
ZATERDAG 4 MAART 1967
Erbij
19
BAAfcjN
I
ALS MEN DE REGISTERS van de Hoge Raad van
Adel in Den Haag opslaat, vindt men als oudste ge
meentewapen van Baarn een joyeus getekende bis
schop met mijter en staf, geheel „gehoogd in goud",
zoals de heraldische term voor dit verguldpartijtje
luidt. De gouden bisschop prijkt op een blauw schild
waaraan echter noch kroon, noch schildhouders toe
gevoegd zijn. Hoewel van de geschiedenis van dit
wapen nimmer een uitputtende studie gemaakt werd,
neemt men aan dat hier de bisschop van Myra was
uitgebeeld, alias de goedheilige Sint Nicolaas.
MEN NEEMT voorts aan, dat het
wapen reeds van zeer oude datum is.
In 1350 werd Baarn namelijk tot stad
verheven, wat doorgaans ook beteken
de, dat de aldus onderscheiden ge
meente een eigen vlag en een idem
wapen mocht gaan voeren. In die ver
re tijden prijkte er op de stadswapens
meestal een kerkpatroon of schutshei
lige zodat de kerk van het toenma
lige Baarn wel aan Sinterklaas toege
wijd moest zijn.
Toen de Staten van Utrecht in 1674
Baarn tot een „vrije heerlijkheid" ver
hieven en deze aan Prins Willem III
van Oranje opdroegen, werd het oude
wapen heerlijkheidsembleem. Toen
waren de kleuren echter wit op een
rood veld, dezelfde als die van het
Sticht.
Ook de „Ambachtsheerlijkheid" De
Vuursche eigenlijk Hooge en Lage
Vuursche had een wapen met een
geestelijk karakter. Het stelde Sint Jan
voor, met een staf in de rechterhand,
waaraan een kruisvaan wapperde, ge
flankeerd door het Lam Gods. Ook dit
wapen werd in de registers van de Ho
ge Raad van Adel opgenomen.
IN 1857 werden de gemeenten Baarn
en De Vuursche samengevoegd en
daarmee begonnen de heraldi
sche moeilijkheden. Welk wapen zou
nu het officiële moeten worden? Er
werd veel over geredetwist, maar toch
duurde het tot 1866 voordat de toen
malige burgemeester, mr. J. C. G. C.
Laan, de kwestie in de raad aan de
orde stelde. Tot dan toe had de nieuwe
gemeente de Baarnse Sint Nicolaas als
wapen behouden en dat, aldus de
burgervader, kon zo niet langer.
Op de gemeenteraadszitting in kwes
tie het was op 28 februari 1866
produceerde hij als surprise een teke
ning van ene vrouwe Huift, baronesse
Taets van Amernngen, voorstellende
een Romeinse slaaf die een steigerend
paard in toom hield. Vrouwe Huift, die
een vaardig tekenares was, had een en
ander gekopieerd naar een indrukwek
kende beeldengroep in de Duitse stad
Stuttgart en burgemeester Laan van
Baarn was er helemaal weg van. Dit
en niets anders, zo betoogde hij voor
zijn verraste vroedschap, moet ons
nieuwe gemeentewapen worden en
de brave raadsleden pleegden geen
verzet. Eenstemmig werd besloten tot
een rekwest aan de Koning om deze
Fraaije Figuur als stadswapen te mo
gen adopteren, nog opgesierd met een
paar staande leeuwen als schildhou
ders, het geheel gedekt door een gou
den fleuronskroon.
HOEWEL de Hoge Raad van Adel
wel enige bedenkingen koesterde tegen
deze volstrekt onhistorische „wapen
handel", mag men aannemen dat de
Koning (Willem III 1, wetende wie de
geestelijke „moeder"van de slavente-
kening was, de zaak snel afdeed. Zo
kreeg, op 5 maart 1867 dus nu pre
cies een eeuw geleden Baarn bij
Koninklijk Besluit zijn vurig-begeerde
nieuwe wapenschild. Waarbij Sint Ni
colaas in de mist verdween.
Over het kleurengamma werd men
het snel eens. Het schild bleef blauw,
de slaaf werd goud, het paard zilver.
De leeuwen ter weerszijden behielden
hun natuurlijke kleur, de wapenspreuk
werd in zwart op een rood lint geschil
derd. Het was een fraai, zij het uit de
Is
Het volledige, historisch-absurde wapen van Baarn naar C. Druif: Neder
landse Gemeentewapens (Leeuwarden, 1965).
lucht gegrepen stukje heraldiek.
Ruim zeventig jaar prijkten leeuwen,
slaaf en paard op alle officiële gemeen
testukken. Totdat, in 1939, B en W. een
voorstel in de raad brachten om de
Koningin te vragen het oude wapen
(met Sinterklaas erop), in ere te mo
gen herstellen. Dat zou er dan als volgt
moeten uitzien:
„Een blauw schild, beladen met
een bisschop, gezeten in middeleeuw
se armzetel, de linkerhand een krom-
staaf dragend, de rechter opheffend
met de binnenzijde naar voren ge
keerd, alles van goud".
TOCH WILDE men iets van de glo
rie van 1867 behouden. Daarom werd
voorgesteld, de leeuwen maar nu
van goud te continueren, en de
kroon van drie bladeren en twee parels
te handhaven.
De oorlogsdreiging was er de oor
zaak van dat dit ambitieuze plan van
B. en W. anno 1939 geen doorgang
vond. Men had, zelfs in Baarn, wel
dringender zaken aan het hoofd.
Maar ziet: op 23 oktober 1961 bracht
het K.V.P.-gemeenteraadslid Peters
de* zaak weer aan het rollen. Hij
vroeg opname in de notulen van
zijn opmerking dat er wel iets te zeg
gen zou zijn voor de gedachte, „het
huiSige wapen geen eeuwgeest te la
ten beleven en meteen een historisch
vergrijpje goed te maken".
In bewogen taal betoogde dit raads
lid dat het voorstel van B. en W. an
no 1866 „erdoorgejaagd" zou zijn door
de toenmalige burgervader nadat
het deze door „een zeer achtenswaardi
ge dame" was „aangepraat". Overigens
vond het raadslid, dat de „mansfiguur
in zwembroek" op het wapenschild
niet thuishoorde, ergo dat men tot
Schels, naar de registers van de Hoge Raad van Adel, van het oude Baarn
se gemeentewapen zoals dat in 1815 werd bevestigd.
Sinterklaas terug diende te keren.
Van andere zijde in de Baarnse
raad werd opgemerkt dat de bisschops
figuur in het oude wapen „wel erg
Rooms aan zou doen", maar dat er
wellicht toch een uitwijkmogelijkheid
zou zijn. Men heeft er namelijk ook
wel eens een monnik in gezien, aldus
deze sprekers, en zo'n monnikenfiguur
is, „gelet op de moderne protestant
se kloosters o.m. in Frankrijk, al heel
wat aanvaardbaarder voor anders
denkenden en niet -katholieken".
In het verslag van de raadszitting
wordt dan voorts nog gememoreerd dat
volgens velen „Sint Nicolaas reeds lang
volledig genationaliseerd is", zodat
zijn oorspronkelijke religie nauwelijks
meer als een bezwaar aangevoeld zou
kunnen worden
BAARN wilde dus blijkbaar de Sint
wel terug maar dat is voorshands
een „vrome wens" gebleven. Vijf jaar
later stelde de raadscommissie van
onderzoek voor de begroting 1966 aan
B. en W. de vraag, hoe het nu toch
staat met de voornemens tot herziening
van het gemeentewapen. Maar het
antwoord van het college geeft geen
uitsluitsel: „Het wachten is op het ad
vies van de Hoge Raad van Adel"
(dat nog steeds óp zich wachten laat).
En zo zal het merkwaardige, histo-
risch-onjuiste wapen van Baarn mor
gen dan toch zijn eeuwfeest gaan be
leven. De vlag zou er voor uit kunnen,
als Baafn slechts een gemeentevlag
bezat. Maar die is in de loop der tijden
voorgoed in de mist verdwenen, al
zijn er waarschijnlijk in Baarn ook
wel figuren die gaarne weer een eigen
dundoek zouden kunnen uitsteken
Het zijn twee illustraties van de
ontwikkeling tot een van Europa's
belangrijkste toeristenoorden, die
de Canarische eilanden op he^
ogenblik doormaken.
TOT VOOR KORT waren vrijwel de
enige buitenlanders, die men op de
eilanden zag Engelsen, die er na ge
pensioneerd te zijn hun laatste levens
dagen kwamen slijten. Nu charter
vluchten de kosten van een reis erheen
drastisch hebben beperkt, komen de
eilanden echter meer en meer in trek
bij zonzoekende noorderlingen.
Vooral 's winters vormen zij een
aantrekkelijk en veel gekozen reis
doel. In de koudste maand, die men
er kent, februari, komt op Tenerife
de gemiddelde temperatuur niet be
neden de 17 gratiën Celsius. Ook de
temperatuur van het zeewater blijft
zo aangenaam, dat men er in deze tijd
graag een duik in neemt.
In de zomermaanden blijft de tem
peratuur op de eilanden ondanks de
ligging dicht bij de evenaar altijd
draaglijk. Op Tenerife bedraagt de ge
middelde temperatuur in de warmste
maand, augustus, 24.3 graden Celsius.
Regenen doet het er zelden. Dat kan
ook nauwelijks bij 3000 uren zon per
jaar.
NIET ALLEEN de gunstige klimato
logische omstandigheden maken de
Canarische eilanden tot een geliefd
vakantie-oord, ook de grote en sterk
gevarieerde schoonheid van landschap.
Op Tenerife vindt men in de vallei
La Oratava uitgebreide plantages met
bananebomen. Enkele duizenden me
ters hoger, bij de berg de Teide, die
hoog boven het eiland uittorent, kan
men zich in een sinds het begin van
deze eeuw slapende krater met een
doorsnee van 15 kilometer, op de maan
wanen. Een andere attractie van het
eiland is, dat het een vrijhaven is, zo
dat er nauwelijks belastingen worden
geheven.
OP HET OGENBLIK heeft Tenerife
een capaciteit van ongeveer 10.000
hotel- en pensionbedden en een naar
schatting even grote capaciteit aan
bedden in bungalows en appartemen
ten. Deze capaciteit wordt stiel uitge
breid. In Puerto de la Cruz schieten
hotels en flatgebouwen met de allures
van wolkenkrabbers uit de grond.
Ook bungalows en dergelijke worden
in snel tempo bijgebouwd. Niet min
der dan vijftig internationale beleg-
(Van onze correspondent)
DE CANARISCHE EILANDEN
liggen voor de kust van Afrika in
Grillige monolieten in een sla
pende krater.
Enkele van de bungalows die de
n.v. Ten Bel by Las Galetas
bouwt.
de Atlantische Oceaan, 1.000 kilo
meter van Gibraltar, even boven
de Kreeftskeerkring. Homerus
situeerde er de Elyseïsehe velden,
het verblijf van de gelukzaligen.
In het begin van deze eeuw kon
de filosoof Miguel de Unamuno
van één ervan nog zeggen
een oase in de woestijn van
de beschaving
WIE NU op het grootste van de
dertien eilanden, Tenerife, van het
vliegveld Los Rodeos naar Puerto
de la Cruz rijdt, wordt kort voor
dit plaatsje geconfronteerd met
een uithangbord van een restau
rant, dat vermeldt: Bei Klaus.
In Las Galletas, een vissers
dorpje met ongeveer achthonderd
inwoners aan de op de zuidpunt
van het eiland Costa del SHencio,
nodigt een dergelijk bord aan een
woning in keurig Nederlands uit:
„Koop hier uw Canarisch hand
werk".
gingsmaatschappijen zijn op het eiland
reeds aan het bouwen of hebben plan
nen in deze richting. Ze hebben hier
bij de volledige steun van de autori
teiten. Deze willen de mogelijkheden
voor het toerisme zo snel mogelijk ver
groten. Er zijn in dit verband plannen
voor de aanleg van een nieuw en gro
ter, vliegveld. Ook zijn autowegen in
voorbereiding.
EEN VAN DE beleggingsmaatschap
pijen die op het eiland activiteiten ont
plooit, is de Belgisch-Nederlands-
Spaanse N.V. Ten Bel. Bij Los Galetas
is deze op een terrein van vijfhonderd
hectare bezig een luxueux vakantie
oord te bouwen met bungalows, flats,
hotels, een restaurant, een zwembad en
een supermarkt.
RUIM een jaar geleden is men met
de bouw begonnen en nu is men zo
ver, dat 48 bungalows en 157 apparte
menten met een totale capaciteit van
ongeveer vijfhonderd bedden, gereed
zijn. Hierbij is een zwembad met een
oppervlakte van 3600 vierkante meter
aangelegd, waarnaast een hypermo
dern restaurant is opgetrokken.
De N.V. Ten Bel werkt met een ka
pitaal van 50 miljoen peseta's. Van de
aandelen is zestien percent in Spaanse
handen. Dit om het werken op Spaans
grondgebied te verg«oULkkelij ken. De
In Puerto de la Cruz schieten de
hotelflats als paddestoelen uit
de grond.
directie wordt gevormd door de Bel
gen M. Huygen en T. van den Dries-
sche en de Rotterdamse zakenman A.
G. van Baardwijk.
Op Tenerife vervangt de kameel
nog vaak het landbouwpaard als
trekdier.
BUNGALOWS en appartementen, die
de N.V. Ten Bel bouwt, worden ver
kocht, tot nu toe hoofdzakelijk aan
Belgen. De eigenaars kunnen vervol
gens met de n.v. een contract sluiten,
waarbij deze de zorg voor de verhuur
voor haar rekening neemt en de eige
naar een netto-opbrengst van zes per
cent per jaar garandeert. In Nederland
geschiedt de verhuur via de Neder
landse Reisvereniging.
Met driehonderd arbeiders werkt de
N.V. Ten Bel op het ogenblik aan uit
breiding van het aantal bungalows en
appartementen. De heer Van Baard
wijk: „Over twee, drie jaar willen wij
de capaciteit hebben uitgebreid tot
2500 bedden. Daarbij komt dan nog
een hotel met vijfhonderd bedden".
HIERMEE is het eind van de activi
teiten van de n.v. Ten Bel op Tenerife
niet in zicht. Zij ziet op het eiland mo
gelijkheden te over en heeft optie ge
nomen op een aantal andere bouw
terreinen. De heer Huygen: „Tenerife
wordt het Hawaii van Europa".
<4
J