De wind kan niet lezen
Touwtrekken om Brits
Noordzeegas gaat door
PANDA EN DE MEESTER*DRINKER
POLLE, PELLI EN PINGO
Soemerische muziek op klei
X
Spoedig Brits „jawoord" over
toetreding tot EEG verwacht
RECHTER TIE
0
A
KRAMMETJE FOK
m
I
Nieuwe dochter bij
Selo-groep
fa*
MAANDAG 24 APRIL 1967
Qns vervolgverhaal
Een romantisch verhaal door Richard Mason
Prijzenslag
Goudvoorraad westerse
landen verminderd
rrescHo/vuweiT hede/waal ver-
voeu, dat hij me
Loononderhandelingen
met classificeerders
zijn hervat
AUG ISO
PAK.
VERPAKKINGSBEURS
VAKBEURS
INTERN TRANSPORT
Nog 2 beursdagen
9
'WVWUWVWWVWWt
!Sii^lrif!F¥g'iffiaTi?T;
25)
„Nou, hoor eens, wil jij de oorlog
tegen de Jappen winnen of niet?"
„We móeten 'm winnen."
„Maar we winnen de oorlog niet
door te zeggen, dat het aardige men
sen zijn. Stel je voor, dat je zegt:
„Spijt me, ouwe jongen, enzovoorts,
maar ik zal je moeten doodschieten."
Nee, je moet fanatiek zijn."
„Ik had graag willen zeggen: ,,'t
Moet wel erg raar zijn, als je je fan-
natiek voelt met een polood in je
hand en je wou maar steeds, dat het
een bajonet was." Maar dit sarcasme
was te goedkoop en bovendien: had
ik recht van spreken, ik, die een vei
lig en kalm baantje had en alleen
maar de vleugels op mijn tuniek, die
aan het verleden herinnerden?
„Ik ben bang, dat ik niet erg fa
natiek ben" zei ik. „Ik vind deze
oorlog een vervloekt onplezierige
plicht, net zo iets als het schieten op
dolle honden. Ik haat de oorlog",
voegde ik eraan toe.
„Ja, dat blijkt", zei hij.
„Maar het meest haat ik, wat het
de mensen aandoet en dat blijkt niet
zo gauw."
„Nou laten we in ieder geval wat
muziek aanzetten", zei hij. Hij draai
de aan de knop van de radio en een
heksenketel van geluid vulde de
ganse zaal. Ik bleef liggen en pro
beerde te denken en wijs te worden
uit de geluidsgolven, die mijn trom
melvliezen rammelden. Toen de zus
ter met de thermometer verscheen,
kookte mijn bloed nog steeds en het
bezorgde me een temperatuur van
39 graden en 96 polsslag.
„Voelt u zich niet goed?" vroeg ze.
„Ik voel me best."
„U ziet er koortsig uit", zei ze, mijn
kaart invullend.
't Heeft niets te betekenen."
En toch kwamen als een soort van
koorts mijn gedachten aan miss Wei
terug. Het was om haar, dat ik de
woorden van de kapitein zo diep had
verafschuwd; Ik had al mijn denk
beelden gewijzigd, om haar erin op
te kunnen nemen. Ik had gezegd:
„Ik haat ze niet allemaal maar ik
dacht er alleen maar aan, dat miss
Wei mooi was en mooie handjes haÖ'
en diepbruine ogen met een blik erin,
die sabishii was. Ik herinnerde me
nu al haar uitdrukkingen, in de klas
en in de bazaar en toen we in haar
kamer thee gedronken hadden; en al
les wat haar betrof, leek aardiger en
liever dan wat ik ooit had meege
maakt. „Maar dat is te vlug", hield ik
mezelf voor. „Je weet niets van haar,
helemaal niets! Je verbeelding schept
haar voor je in een speciale gestalte."
Maar mijn verbeelding stond in
brand en alle protesten van mijn
verstand verbrandden als knisteren-
de, droge bladeren, en hun as woei
weg en ging verloren in de lucht.
De volgende morgen was mijn tem
peratuur normaal en mijn pols tikte
gestadig en was teruggevallen op 65.
De dokter kwam zijn ronde doen en
zijn uitspraak luidde: „bacillaire dy-
sentrie. Maak je niet bezorgd in
tien dagen knappen we je weer op".
De zuster hield me vier tabletjes
op een lepel voor. Ik kauwde ze fijn
en slikte ze in met een teug water.
Ze waren zo smakeloos als kalk.
Ik voelde me prettig. Ik stond op
en ging de hospitaalboeken op de
plank eens bekijken: maar de ban
den waren gescheurd en triestig en
de inhoud leek nog triester. Ik slen
terde naar het balkon en ging even
buiten de zon in een leunstoel zit
ten, kijkend naar het trage bouwen
van een bungalow aan de overkant
van de weg. Vrouwen bewogen zich
met een slakkegang voort: ze droe
gen manden met bakstenen of stuk
ken van de dakbedekking op hun
hoofd. Ze waren gehuld in zware,
rode gewaden en hadden een trotse,
kaarsrechte houding. Na een poosje
kwam er een auto aanrijden en de
sikh, (aannemer) een man met een
prachtige baard, een witte tulband
en een puntbuikje, stapte uit en liep
met zwaaiende gang naar het huis in
aanbouw.
Maar niemand schonk enige aan
dacht aan hem; de Indiërs werkten
loom voort in de ochtendhitte. Een
ossekar kwam langs. Het dier leek
dromerig-onbewust van het juk, dat
over zijn zware, beenderige uitsteek
sels was vastgemaakt; al voortsjok
kend staarde het van de ene kant van
de weg naar de andere, zonder iets
te zien, terwijl de dikke, losse plooien
van zijn huid zwabberig meedein
den. De kar zelf rees en daalde met
veel gekraak bij iedere wenteling
van het ruwgesneden wiel. Toen joeg
een taxi voorbij en even ving ik
achter het portierraam een glimp op
van twee roze gezichten en de glin
stering van uniformknopen. Daarna
verdween de wagen, een dunne stof
wolk achter zich latend; en terwijl
die nog in de lucht hing, traden er
twee figuren uit tevoorschijn: een
lange, magere ,man met een modde
rig kleed (een dhoi) en blote, stof
fige voeten, en een paar meter ach
ter hem zijn vrouw, die al hun huis
houdelijke bezittingen op het hoofd
droeg. Zwijgend liepen ze langs me
heen. Weer spurtte er een wagen
voorbij, zodat de lichtbruine stoflaag,
die ternauwernood tijd had gehad
zich weer over het wegoppervlak te
leggen, omhoog woei. Daarna, even
statig-langzaam en laatdunkend als
een oude heïtogm, kwam ér een ka
meel aangeschreden, geluidloos op de
zachte vleeskussens onder zijn poten.
Ik bleef daar zitten, genietend van
dit echt Indische tafereel met zijn
intermezzo's van Westerse gejaagd
heid. De zon kwam om de hoek van
het huis tevoorschijn, maar dit was
voor mij geen aaneiding om me te
verplaatsen. Ik sloot mijn ogen en
de hitte drukte zwaar op mijn oog
leden. Ik begon in te dommelen.
Ik werd gewekt door Bahadur. Het
deed me plezier, dat hij me kwam
opzoeken. Hij had alle mogelijke din
gen ontdekt, die hij meende dat ik
in het ziekenhuis nodig kon hebben.
Hij zette zijn tas op de grond en
haalde ze een voor een tevoorschijn
en bij ieder stuk gaf hij een ver
klaring, waarom hij het had meege
bracht.
(Wordt vervolgd.)
nnnnniMinnniMiiwinnniVMinnnnnfyviniinnnnnnnfinTinnnnnnnnnnnriivinnnnnnfinnAnnniwiiwinnniiniirtnriniiAiuiw.
(Van onze correspondent)
LONDEN. In Groot-Britannië woedt
tussen regering en oliemaatschappijen
een verwoede strijd over de prijs voor
het Noordzeegas. Wanneer de oliemaat
schappijen de prijs welke zij verlangen
niet kunnen krijgen, bestaat het gevaar
dat zij de tegenwoordige operaties, die
zoveel succes hebben opgeleverd, zullen
staken en hun verdere opsporingswerk in
de Noordzee opgeven.
Dit laatste is een dreigement dat na
tuurlijk met een korreltje zout dient te
worden genomen. Het vormt een onder
deel van het gevecht waarin de oliereu
zen met de Britse autoriteiten zijn ge
wikkeld. Zij staan daarbij tegenover een
andere reus: de door de Britse regering
gesteunde, genationaliseerde gasindustrie
welke een monopoliepositie inneemt.
Bovendien ijvert een studiegroep van
Labour-Lagerhuisafgevaardigden achter
de schermen voor een beperkte vorm van
nationalisatie van het Noordzeegas zelf.
De mogelijkheid daartoe bestaat doordat
overeenkomstig de internationale praktijk
inzake olie en gasexploratie de oliemaat
schappijen na een aantal jaren, in dit ge
val 1970, vijftig percent van de opper
vlakte van de Noordzeebodem waar op
het ogenblik boringen worden verricht aan
de staat zullen moeten teruggeven. Toen
deze bepaling door de conservatieve re
gering in 1964 bij de verstrekking van
boorvergunningen werd gemaakt was het
natuurlijk nooit de bedoeling door deze
clausule staatsondernemingen ten koste
van de internationale oliemaatschappijen
te bevoordelen.
Het touwtrekken gaat om een een de
zer dagen informeel door de regering
genoemde prijs van twee pence tot twee
eneenhalf per therm, dat is de Britse
warmte-eenheid. Deze prijs kwam als een
teleurstelling voor de oliemaatschappijen
die op een prijs van drieëneenkwart
pence hadden gerekend en die nog door
vechten om minstens tweedriekwart
pence in de wacht te slepen. Maar de
In haar jaarverslag over 1966 komt de
Westduitse Bundesbank tot de conclusie
dat de werelddeviezenreserves na 1965
kennelijk in een nieuw stadium zijn geko
men.
Voor het eerst sedert enige jaren is de
monetaire goudvoorraad van de westerse
landen in 1966 verminderd. Het aanbod
van goud was belangrijk kleiner dan in
het voorgaande jaar, onder meer door
het uitblijven van goudverkopen van de
Sovjet-Unie. Bovendien is het aanbod van
Amerikaanse dollars verminderd.
De toeneming van de wereldreserves,
die in 1965 slechts twee percent en in 1966
1.8 percent bedroeg tegen gemiddeld 3.1
percent in de zeven jaar tot 1966, is dan
ook geheel het gevolg van de bijzondere
kredietvoorzieningen voor de overbrugging
van betalingsbalanstekorten, zo meent de
Bundesbank. Het belangrijkste facet hier
van was de financiering van het Britse
betalingstekort via het internationale mo
netaire fonds en door andere centrale
banken.
De Bundesbank is van mening dat de
ontwikkeling van de wereldreserves in de
afgelopen twee jaar zeker niet mag wor
den beschouwd als een aanwijzing voor
het bestaan van een tekort aan liquide
middelen dat een bedreiging voor de we
reldeconomie vormt. De ontwikkeling on
derstreept wel de noodzaak van een gron
dige herziening van het huidige systeem
in de vorm van een „plan voor onvoor
ziene omstandigheden".
30. De bankklert was in zijn loopbaan gewend
geraakt aan de meest uiteenlopende klanten. Daarom
was hij dan ook niet buitengewoon geschokt, dat hij
deze keer met een onzichtbaar iemand te maken had.
„U kunt uw geld hier veilig beleggen!" verklaarde hij.
„Onze reserves bedragen tachtig-miljoen en in deze
zakken bevinden zich zeventien-duizend florijnen. Maar
ehHela! U kunt ze niet zomaar meenemen!" Hij
leunde over de toonbank heen en greep de geldbui
dels, die langzaam weg zweefden. „U moet eerst geld
storten, voor u iets mag opnemen!" legde hij uit.
„Juist!" prevelde de onzichtbare bezoeker. „Dan is
alles nu dus keurig geregeld! U hebt daar geld van
mij aangenomen, nietwaar? Welnu dan neem ik
dat geld nu weer op!" En met die woorden werden
de zakken opnieuw in de lucht geheven en verdwenen
daarop naar de deur. „Eh.mompelde de klerk.
„U hebt gelijk, eh.Dat is te zeggenNee, u bent
fout! Stop! Kom terug!" Maar de drie geldzakken
verdwenen door de deur uit het gezicht
- PAN ZAP IK 46 PAT6N ZIEN H06
46 H6T DOEN MOET
IK H6B HET 66-^
TE 6RA26M HEEFT
GENOMEN
EEN ZETJE
regering heeft zich vooral wegens de
kwetsbare betalingsbalans vastgelegd op
een goedkope brandstoffenpolitiek.
De oliemaatschappijen voeren aan dat
zij hierdoor niet aan hun trekken ko
men. Het laatste woord is over dit alles
nog niet gezegd. Maar er is haast bij een
eindbeslissing omdat het leggen van bui
zen in de Noordzee deze zomer zal moe
ten geschieden.
Volgens de oliemaatschappijen zou de
door hen gevraagde prijs nog beneden
die van de goedkoopste brandstofolie lig
gen, zodat hierdoor de olie-invoer ter
besparing van buitenlandse deviezen
reeds aanzienlijk kan worden verminderd
zonder dat het nodig is de lagere door
de gasraad aangeboden gasprijs te beta
len. De oliemaatschappijen moeten zich
dekken tegen de enorme kosten van de
zeebodemboringen en het daaraan ver
bonden financiële risico.
Shell bij voorbeeld heeft tot nu 25 mil
joen pond (250 miljoen gulden) in dit
avontuur gestoken. Wanneer de oliemaat
schappijen een te lage prijs voor het gas
ontvangen bestaat op zijn minst het risico
dat zoeken naar nieuwe velden, zoniet
wordt opgegeven, dan toch aanmerkelijk
vertraagd.
V(an onze correspondent)
LONDEN De officiële beslissing van
Londen over Engelands toetreden tot de
Europese gemeenschap zal niet worden
aangekondigd vóer het einde van de nu
aan de gang zijnde tariefsbesprekingen
van de Kennedy-ronde, om Frankrijk niet
het excuus te geven dat de Britten de
tariefsonderhandelingen in de war drei
gen te schoppen.
Oorspronkelijk zou de Kennedy-rond
uiterlijk eind april eindigen. Nu is de
kans groot dat dit niet het geval zal
zijn voor middenmei. Het Britse parle
ment is dan op reces en het wordt niet aan
genomen dat de aankondiging van een
officiële lidmaatschapsaanvrage geduren
de de afwezigheid van het parlement zal
worden ingediend.
Het is hoogstwaarschijnlijk dat de re
gering inmiddels op 9 mei in het Lager
huis een verklaring zal afleggen dat het
besluit ten gunste van aansluiting van de
EEG in feite is genomen, ter inleiding van
een tweedaags debat hierover. De rege
ring vertrouwt op een ruime meerder
heid.
Het debat dient, evenals de uitvoerige
debatten welke op het ogenblik in het ka
binet zelf en in Labours Lagerhuisfractie
worden gehouden want de tegenstand
in de eigen partij is Wilsons grootste zorg
als basis voor de latere gedetailleerde
onderhandelingen met de EEG. De rege
ring is blijkbaar na de pelgrimstocht van
Wilson en Brown langs de hoofdsteden
van de Zes tot de slotsom gekomen dat er
wat Engeland betreft geen onoverkome
lijke hindernissen meer bestaan. Alles
hangt af van de Fransen, van wie echter
geen reactie kan worden verwacht, voor
dat Engelands lidmaatschapsaanvrage
op tafel ligt.
Wat Groot-Brittannië betreft gaat alles
echter niet van een leien dakje. In La-
bourkringen zijn een flink aantal tegen
standers en twijfelaars. Ook het kabinet
is verdeeld. Beweerd wordt dat er van
de 21 leden van het zogenaamde kern
kabinet, acht definitief tegen de toetre
ding zouden zijn.
De groep Seffelaar en Looyen N.V., ge
specialiseerd op de fabricage van machi
nes voor verwerking van vlees- en vlees-
produkten, heeft haar mogelijkheden uit
gebreid met de stichting van Selo-Bol-
lans ltd. te Birkenhead bij Liverpool.
Door deze overeenkomst is Seffelaar en
Looyen beter in staat om te voldoen aan
de stijgende vraag in het verenigd ko
ninkrijk naar moderne machines en syste
men voor de vleesindustrie en aerosol-
afvulbedrijven.
Langer dan zeventig jaar lag een
Soemerische kleitajel ergens in het
museum van Philadelphia. Toen zag
mevrouw dr. Duchesne-Guillemin,
docente aan de universiteit van Luik
de kleitafel. Ze keek goed en ont
dekte dat er muzieknoten opstonden.
Daarmee was de ontdekking van
's werelds oudste genoteerde muziek
een feit. (Telefoto).
De werkgevers, aangesloten bij de ver
eniging van werkgevers in het scheeps-
onderhoudbedrijf-zuid, de Nederlandse
bond van vervoerspersoneel en de ka
tholieke bond van vervoerspersoneel te
Rotterdam, hebben na een bemiddeling de
onderhandelingen heropend. Van beide
zijden is kennis genomen van de verschil
lende standpunten. Na intern beraad van
de zijde van de werkgevers en de werk
nemers zullen de onderhandelingen in de
komende weken worden voortgezet.
Zoals gemeld is hebben woensdag vijf
honderd en donderdag achthonderd clas
sificeerders uit het Rotterdamse haven
gebied het werk neergelegd in verband
met het niet inwilligen van hun eis van
vier percent loonsverhoging met ingang
van 1 maart, de datum waarop de CAO
voor deze werknemers afliep.
Deze CAO is tot dusver nog niet ver
nieuwd.
Het passagiersvervoer via de luchthaven Rot
terdam was in het eerste kwartaaal van dit
jaar aanzienlijk groter dan in de overeenkom
stige periode van 1966. Het vertoonde een stij-
giii'g vim 32.5117 op 48.705, dit is 49,8 pércent.
Het goederenvervoer nam 18,1 percent af, m
1.597.082 kg op 1.308.647 kg.
ADVERTENTIE
CROESELAAN - UTRECHT
Geopend van 9 30-17.30 uur.
Voordelige reis-/entreebiljetten op de
N.S. stations verkrijgbaar.
WOENSDAG
DINSDAG
APRIL
APRIL
93. „Heeft de Prinses u geholpen, edel
achtbare?" Rechter Tie wijst op het ebbe-
houten doosje dat op tafel staat, naast de
plattegrond van de tempel. „Haar nauw
keurige tekening, Tsjao Tai, deed mij
ontdekken dat het teken „lang leven" van
groene jade op het deksel van dit doosje,
op zijn kant gezien, de essentiële punten
van de plattegrond weergeeft: de grote
hal in het midden, de gangen met de cel
len van de nonnen en de torens aan
weerskanten.het klopt allemaal. In
haar laatste uren in de crypt vond Jade
dit doosje tussen de rommel op tafel en
de overeenkomst van het teken op het
deksel met de plattegrond van de tem
pel trof haar. Ze kraste met haar haar
speld het woord „ingang" bij de voordeur
van de hand en het woord „beneden" bij
het altaar. Toen schreef ze met haar bloed
haar laatste boodschap". „Waarom die be
dekte aanwijzing, edelachtbare? Waarom
schreef ze niet precies waar t", „Omdat
ze niet zeker wist wie het doosje in han
den zou krijgen, Tsjiao Tai. Zij hoopte dat
ook haar naam „Jade" de- aandacht van de
vinder op het jade letterteken op het dek
sel zou vestigen. Zij was een zeer intelli
gente jonge vrouw. Maar ik heb dit alles
eerst begrepen, toen jouw Prinses mi] de
juiste interpretatie aan de hand deed. De
wegen des Hemels zijn onnaspeurlijk,
Tsjiao Tai."
813. Op de grens van licht en duisternis
maakten zich lange lijnen los. Het was
of er langzamerhand een kasteel in de
lucht werd getekend.
Wat gek", zei Karo, „het lijkt wel of het
kasteel op een wolk is gebouwd".
Sprrrrookjesachtig"kraste Tutu. Hij zei
nooit veel, maar als hij wat zei, was
het ter zake.
„Tjonge", zei Bram, „een sprookjeskas
teel en een vliegende heks en.
Een hevig geruis deed hem opschrikken.
Vlak boven zich zag hij, joelend en gie
chelend een aantal heksen voorbijkomen,
die zich met grote vaart voortbewogen op
gloednieuwe bezems.
„Heb jij je huiswerk geleerd?" riep er
één. Als ik het niet kan, moet je me voor
zeggen, hoor".
„Als ik maar geen beurt krijg voor tover
formules", riep een andere heks. Bram
was stomverbaasd.
„Horen jullie dat?" stootte hij eindelijk
uit, terwijl hij Tutu een teken gaf om
hem achter de heksen te laten zweven.
„Ik geloof ik geloof, dat we in een
heksenschooltje terecht zijn gekomen!"