TOPTENNIS-STERRENKILOMETERVRETERS ASTRID SUURBEEK KAREL MUIJS, KANOVAREN WAAROM? Omdat het een harde sport is EN ADA BAKKER -/V Vakman TENNISCAPTAIN BREUKINK WIL SPONSORS BIJ TOPTENNIS OP HUN WACHTEN GROTE KANS Reclame samen „de jonge golf Elke dag TENNISACENDA KANOACENDA Niet overtuigd De tennismeisjes zijn weer in Nederland terug gekeerd: Betty Stöve als recordhoudster zij is zes maanden weggeweest en heeft zo ongeveer 70.000 km gereisd Tru dy Groenman (Zuid-Afri- ka en het Amerikaanse continent), Lidy Jansen Venneboer (o.a. Australië) Ëlly Krocké (al enige tijd geleden uit Zuid-Afrxka naar huis gekomen met de mededeling, dat zij met toptennis stopt) en dan het onverbrekelijke jonge tweetal Ada Bakker/As- trid Suurbeek, dat zich en kele weken in Zuid-Frank rijk met toernooi-spelen heeft bezig gehouden.' Er wordt dus wel stevig ge reisd door de Nederlandse tennistop. Er is opnieuw een schat aan ervaring op gedaan. Vooral Betty Stöve is laaiend enthou siast teruggekeerd. Zij heeft nogal wat „scalpen" veroverd, zoals die van Lesley Turner. En door de dubbels met ofwel Trudy Groenman ofwel Lidy Jan sen Venneboer werd de volgende lijst van slacht offers opgemaakt: Casals/ Richey, Durr/Terras en Krantzke/Melville. De or ganisatoren van de grote toernooicircuits in Austra lië en Amerika hebben dan ook geen spijt gehad van het feit, dat zij Stöve en Groenman (VS) hebben uitgenodigd op hun kosten te komen spelen. Al deze reizen zijn na tuurlijk voor de speelsters een grote ervaring ge weest. Er zijn veel plezie rige zaken aan verbonden, maar het is toch ook wel vermoeiend. En vooral leerzaam natuurlijk. Dat is het belangrijkste. Er is wat dat betreft sedert de eerste reis van Okker heel wat veranderd. Men kan benieuwd zijn hoe de Nederlandse resultaten in de grote Europese toer nooien van dit seizoen zul len zijn en met name dan Wimbledon, waar we de laatste jaren (met Tom Okker en Trudy Groen man) bepaald niet moch ten mopperen. Hoe dan ook, het peil van het damestennis is enorm voor uitgegaan en de lange trai ningsperioden gaan dan ook hun nut afwerpen. Astrid Suurbeek Ada Bakker Theo Reitsma Hans Rombouts Vrijdag 5, zaterdag 6 en zondag 7 mei: Eerste ronde Davis Cup tegen Zuid-Afrika. Vrijdag 19, zaterdag 20 en zondag 21 mei: Tweede ronde Davis Cup. Dinsdag 6 tot en met zondag 11 juni: Federation Cup (Ladies Cup). Maandag 26 juni tot en met zaterdag 8 juli: Wimbledon. Maandag 10 en dinsdag 11 juli: Neder landZwitserland (Dames). Woensdag 26 tot en met zondag 30 juli: Coupe de Galéa. Zaterdag 29 en zondag 30 juli: Frank rijkNederland (Dames). Maandag 7 tot en met zondag 13 augustus Nationale Kampioen schappen. Zaterdag 19 en zondag 20 augustus: in terland BelgiëNederland. Zaterdag 16 en zondag 17 september: NederlandDuitsland. „Anton Geurts heeft collega's wel horen zeggen: kijk, daar gaat hij weer lekker trainen. Dan had hij twee uur vrij gekregen met het oog op zijn voorbereiding op grote wedstrijden. Die collega's vergaten dan, dat Geurts hard naar het botenhuis fietste, bezweet aankwam en toch niet wist hoe gauw op het water te zijn. In twee uur verbruikte hij meer calorieën dan een mijnwerker in twee dagen". Dat zegt Karei Muijs, 35 jaar oud, uiter mate enthousiaste coach van de kanobond, die bij internationale kampioen schappen opvalt, omdat de topmensen royaal medailles veroveren. Het klinkt wat bitter, omdat het aangeeft, dat het Nederlandse volk graag hoera roept wanneer de medailles binnen zijn, maar de sportman verder laat zitten. Geurts is een van de tweeëntwintig senioren kanovaarders van de bond met 1.400 leden, die keihard werkt voor succes. „Onze sport is te vergelijken met de borstcrawl; roeien met de schoolslag. Bij ons een voort durende beweging; een hoog slagtempo, vijftig dubbele slagen per minuut. 40 kg is de krachtsinzet van de handen, 25 kg trekken, 15 kg duwen. Bij roeien zit er een ontspanning in de beweging, wanneer de riemen naar voren gaan. Dat mist de kanovaarder". Waarom maakt Karei Muijs zich zo druk over de kanosport. Hij besteedde op het CIOS toch hoofdzakelijk aandacht aan tennis, badminton, boksen, zwemmen en sportmassage? „Ik vind kanovaren een fijne sport. Om de mensen, die het doen. Die staan nog met beide benen op de grond. Zij zijn niet over het paard getild. Zij geven alles. Wat zie je bij tennis, voetbal. Jongens en meisjes, die misschien eens topsportmensen kunnen worden, die al faciliteiten willen, die denken dat zij er zijn. Bestuurders, die veel te vroeg knievallen maken, dat zijn de zondaars". „Maar bovendien, kanovaren is een zware sport. Dat trekt me aan. Ik ben zelf wielrenner geweest (de tijd van Daan de Groot). Het is aangetoond door dr. Bier steker, die kanovaren rangschikt onder de drie zwaarste sporten. In Oost-Europa zien ze het zelfs als de zwaarste sport. De meewerking van alle spieren wordt ver eist, ook van de benen, hetgeen de meeste mensen niet weten". Coach van de kano- bond voorts omdat „water nog een van de weinige plaatsen is waar je rust kunt vinden". „Bij kanovaren kom je weinig gemeenheden tegen. Ieder zit op zijn eigen baan, kan niet iemand een bal op zijn oog smashen, een trap nageven, ieder moet zelf maar zorgen dat hij er komt door conditie en techniek". Karei Muijs noemt met nadruk nog twee redenen, waarom de kanosport in hem een enthousiaste coach sinds 1959, de laatste drie jaar volledig in betaalde dienst heeft gevonden. „De mensen van het bestuur weten wanneer ze iets aan de vak man moeten overlaten. Dat is geweldig. Ik heb het wel anders gezien. Er zijn coaches, die een half jaar meisjes trainen, perioden dagelijks acht uur met ze bezig zijn en dan bij de wedstrijd op de tribunes worden gezet en hun taak op het speel terrein zien overgenomen door een bondsbestuurder, omdat die het zo mooi vindt". (Tennisbond met coach Joop de Mos). De andere reden met nadruk „ik kan deze hele bond opbouwen. Ik ben overal zelf bij. Toen ik in 1959 begon had ik zes senioren. Wij zijn nu een bond met 1.400 leden, waarvan 800 mensen, die aan wed strijdsport doen. De ANWB heeft kortgeleden 23.000 kanovaarders geregistreerd". Enkele maanden geleden sprak rijwielfabrikant W(illem) Breukink wel komstwoorden bij de introductie van de profrennersploeg Willem II/Gazelle in de Gazelle-fabriek in Dieren. Het was de eerste sponsorbinding tussen Gazelle en het wielrennen. Directeur Breukink moest natuurlijk afwachten, hoe het zou uitpakken, maar hij vond het toch wel plezierig, zo sprak hij, om in nog nauwere relatie te komen met de sport. Nóg nauwere relatie, want Wim Breukink was al sedert vorig jaar non playing eaptain van de Davis Cup-tennisploeg. Zijn tenniservaringen waren dusdanig, dat hij weinig mogelijkheden zag tot uitbouw van een top-tennisteam. Geen mogelijkheden onder de tot nu toe gevolgde omstandigheden. En de ervaringen met de wielerploeg sterkte hem nog meer in de gedachten, die hij met zich rond „droeg W e zouden ook voor de tennissers eens wat betere financiële armslag moeten kunnen creëren. Waarom ook hier geen sponsors, grote sponsors dan. Als je mee wilt doen in de topsport moet je je kunnen meten met buitenlandse cracks. Moet je je kunnen oriënteren over methoden van anderen. Moet je overal ervaringen kunnen opdoen. Moet je je helemaal vrij kunnen maken voor je sport, zonder dat je er financieel bij achteruit holt. VV aarom kunnen elders wel jongens hun geld verdienen en is het hier niet mogelijk? Als je tegen woordig met topsport mee wil blijven doen, moet je een goede financiële achtergrond hebben". De heer Breukink heeft in de eerste plaats het oog gericht op het sponsoren van de grote Nederlandse toernooien (Het Melkhuisje o.a.) die nu door ge brek aan geld niet kunnen worden gehouden. „Zo ga je het contact met het buitenland verliezen". En wat de topspelers betreft: „waarom zouden onze spelers niet dezelfde faciliteiten kunnen hebben als een Hewitt (niet voor niets naar Zuid-Afrika vertrokken), een Mulligan (niet voor niets naar Ita lië), een Emerson („sigarettenvertegenwoordiger"). Voor de ouderen in de bond is het even wennen aan dit idee natuurlijk". 27 - 28 mei Hoorn: Nederlandse jeugd kampioenschappen. 3 en 4 juni Leeuwarden: Nederlandse langebaankampioenschappen. 3 en 4 juni Monschau: Ned. Kamp. wild-water. 10 en 11 juni Zaandam: Zaanregatta. 15 en 16 juli: Polen - West-Duitsland - Nederland. 29 en 30 juli Amsterdam: N.K. korte- baan en jeugd. 18 - 20 augustus Duisburg: E.K. 16 en 17 september: Deventer club- wedstrijden. 23 en 24 september Amsterdam: Ned. clubkampioenschappen. lachend. Want dat is een opmerkelijke zaak. Astrid lacht altijd. Je zou haar het zonnetje van de tennisbond kunnen noe men. Dat geeft wel eens moeilijkheden, hoe vreemd het ook klinkt. De beide vriendinnen dubbelen altijd samen. Nu gebeurt het nog al eens, dat zij tijdens de partijen moeten lachen, gewoon van plezier. „De tegenpartij denkt dan wel eens dat wij ze uitlachen, maar dat is he lemaal niet zo". Met dat zonnige humeur brengt Astrid Suurbeek 's morgens drie keer per week de bejaarden van een Hervormd tehuis in een wat vrolijker stemming. Ze zit al een paar jaar in de bejaardenzorg „je moet toch ook iets anders doen dan tennis, waar of niet?". Haagse Ada Bak ker heeft de studie in Leiden ter hand ge nomen, ook al om het intensief bezig zijn met tennis wat te compenseren. De wintertraining is, dat geven de twee meis jes graag toe, wel wat saai geweest. El ke dag moesten ze bij gebrek aan an dere sparring partners, omdat de andere meisjes in het buitenland speelden te gen elkaar tennissen. Verder stonden er strand - en duinlopen op het programma. Ze waren dan ook blij dat ze op kosten van de KNLTB naar een toernooienreeks (Beaulieu sur Mer, Cannes, Nice en Mon te Carlo) in Zuid-Frankrijk konden gaan om wat wedstrijdervaring op te doen. Speelsters als Winny Shaw en Sheriff (die ze wel eens in het dubbel hadden versla gen) versperden hun echter de weg naar de eerste plaatsen. De beide meisjes (en voor twee van de toernooien ook de zes tienjarige Fred Hemmes en de zeventien jarige Jan Hordijk) waren daar aan de Rivièra zonder coach van de bond, zonder begeleider. Dat was natuurlijk wel eens vervelend. In feite waren Astrid en Ada de oppasters van de twee jongens. Ze moesten dus naast het tennis zorgen voor de financiën, hotels en het eten („we za ten op een keer op uitnodiging van de tennisclub van Nice in een geweldig duur en groot hotel. Dat was wel een belevenis hoor"). Wanneer Ada Bakker even de mo gelijkheid heeft, gaat ze vissen. Dat is niets voor ranke Astrid, die alleen al bij het horen van het woord vissen een afschuwe lijk gezicht trekt. „Die haak door de kop van die arme beesten. Zielig hoor". Ada lacht. Het is zowat het enige punt, waar op beide meisjes van ideeën verschillen. Voor de rest zijn de Smurfjes niet bij elkaar weg te slaan. Samen hopen zij een grote tennistoekomst tegemoet te gaan. Ze zijn nog wat verlegen, nog niet overtuigd van hun eigen kwaliteiten. Maar dat was tot vlak voor haar grote toernee naar het buitenland Betty Stöve ook niet. Totdat ze ineens brutaal werd en Lesly Turner versloeg. Daarna wist Betty dat ze het kon. Astrid Suurbeek en Ada Bakker zitten in feite ook te wachten op de keer, dat ze een bekende rivale kunnen ver slaan. Ze gaan in mei naar Engeland, naar toernooien in Surbiton, Cheltenham, Beckenham en dan naar het kwalificatie- Kan men Groenman/Stöve de eerste „golf" bij het damestennis noemen en Spruyt/Jansen Venneboer de tweede, dan is daar als derde „jonge golf" het jeugdige tweetal Bakker/Suurbeek. tot voor kort betiteld als „de kleintjes", maar nu (toegenomen in jaren, aantrek kelijkheid en tenniskracht) de bijnaam „de Smurfjes" dragend, een naam ont leend aan een stripfiguur. Astrid Suur beek draagt in haar tasje dan ook als mascotte een mini-Smurf bij zich. Dat deze meisjes Ada Bakker is ne gentien en Astrid Suurbeek twintig ook door de eerste „golven" gevreesd worden moge blijken uit de partij tussen Betty Stöve en Ada Bakker bij de Nederlandse kampioenschappen van vorig jaar. Betty had toen de grootste moeite met Ada. In Leiden pedagogie studerende Ada Bakker zegt er van: „ik zeur niet graag door over verloren wedstrijden, maar over die par tij tegen Betty Stöve zit ik toch nog steeds in. Ik snap niet dat ik die partij zo heb laten glippen. Dat kostte me mijn halve finaleplaats, die ik in 1965 wel bereikte, ook in een poule met Betty Stöve". En Astrid en Ada herinneren zich ook nog heel goed hoe ze tegen het dubbel Groen- man-Spruyt met 5-3 vóór kwamen te staan en met 5-7 verloren en in de tweede set met 4-1 de leiding hadden en toch nog met 5-7 verslagen werden. De twee meisjes, om hun vrolijkheid en opgewektheid graag geziene gasten in Zuid-Frankrijk vroegen de organisato ren van de toernooien in Nice, Cannes en Monte Carlo of ze asjeblieft volgend jaar toch maar weer terugkwamen", „ze wa ren zulke vriendelijke charmante Neder landse tennismeisjes" komen nog wat ervaring en routine tekort tegen de oude re zusjes van 23 jaar, Groertman, Stöve, Jansen Venneboer. Over gebrek aan enthousiasme hoeft men bij Suurbeek en Bakker niet te kla gen. De hele winter zijn ze elke dag op de baan te vinden geweest. Vorig jaar trainden ze onder leiding van De Mos, nu bij Buytelaar. „Die omschakeling moeten we wel even verwerken. De Mos had een methode van werken, die mij wel be viel", aldus Ada Bakker, die dit jaar voor het eerst in het grote toernooi van Wim bledon hoopt uit te komen (vorig jaar nam ze aan het jeugd toernooi deel). As trid Suurbeek heeft een jaar langer erva ring. Zij werkte zich met gemak door de drie rondes heen van het Wimbledon-se- lectietoernooi, maar nerveus in deze geweldige sfeer sneuvelde ze al in de eerste ronde van het grote toernooi. „Dat wordt dit jaar beter", verzekerde ze al De animo voor het kanovaren groeit. Vooral, meent Karei Muijs, vanwege de successen. „Je kan een pers- en propagandacommissie hebben, die vreselijk actief is, de topsporter blijft de reclameman. Als hij maar thuis komt met een wereld kampioenschap of een Olympische medaille is het goed". De kanobond heeft wat dat betreft weinig klagen. Tokio bijvoorbeeld leverde acht plakken op. Voor Mexico wordt nu al geruime tijd hard gewerkt. Muijs die als coach van de kanobond kon worden aangesteld, vanwege een subsidie van NOC en NSF was als eerste met zijn selectiegroep „op niveau" om te wennen aan sportbeoefening op grote hoogte. Muijs haalde het befaamde duo Geurts/Hoekstra uit elkaar om niet alleen in de K 2 klasse een sterke troef te hebben, maar ook in K 4 en K 1. In belangrijke mate zijn dat oorzaken, waardoor de kanosport interesse wekt. „Toen ik op het CIOS was, wist ik niet eens, dat er aan wedstrijdkano werd gedaan". Topprestaties, waaraan hij later zelf meewerkte zorgden voor publiciteit, die aanlokte. „In het begin is er bij ons een sterke selectie. In het begin val je uit de boot. Je blijft niet zitten. En aangezien je in het voorjaar begint knappen daar lui van af. Het water is ijskoud. Vooral meisjes hebben het dan moeilijk. Ze komen thuis met een verkoudheid en dan wordt er meteen gezegd: stop daar maar mee". Om dergelijke problemen te voorkomen hoopt het bestuur van de kanobond op een eigen trainingscentrum. „Aan het NSF-centrum hebben wij straks niet veel. De roeiers hebben hun Bosbaan. Nu wij.We zijn al bezig met NSF en NOC. In zo'n trainingscentrum is ruimte voor een trainingsbassin. Daar heeft de beginneling geen kans om in het water te vallen, want scharnieren houden de boot in even wicht". toernooi voor Wimbledon en tenslotte Wim bledon zelf. „Dat was vorig jaar mijn grootste ervaring: spelen op Wimbledon", zegt Astrid. Ada Bakker hoopt die erva ring dit jaar op te doen. Muijs betreurt niet, dat hij indertijd bij de keuze tussen tennis (districtstraining in Zeeland) en kanovaren (begonnen met alleen conditietraining) voor de water sport heeft gekozen. „De hardheid waarmee de jongens bezig zijn, dat is voor beeldig". Illustratie hiervan door middel van het huidige trainingsschema: vier maal twee uur in de week na de werktaak en in het weekeinde twee maal vier uur. Daarbij een zwaar conditioneel schema. Langzaam aan vloeit dit schema over naar de bootconditie, vanwege de overgangstijd, die april en mei is, naar het wedstrijd seizoen /juni tot eind september) nadat in begin november de training is begonnen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1967 | | pagina 23