0
m
m
Vrucht van een stiekum uitstapje
naar het boeddhistisch Bethlehem
F
KUNST UIT HET KONINKRIJK
NEPAL IN DEN HAAG
PÉ
Wekelijks toegevoegd aan alle edities van
IJmuider Courant en Beverwijkse Courant
y*»
WmÊmr1'
■zm,
L
AAVTA/mA
ms fe s
Primeur
Speurwerk
AAMU
Dienaar van Yaraa, de god van
de dood, die de rechterhand heft
als voor een dodelijke slag. Let
op het loodrecht in het voor
hoofd geplaatste derde oog, de
scheurkiezen en de opgerolde
slangen als oorsieraad. (Zestien
de eeuw).
De god Mara en zijn dochter
met de latere Boeddha, die om
genade smeekt. Reliëf uit de
zesde eeuw.
N HET JAAR dat Hitier aan de
macht kwam met steun van de
Duitse industrieën, waaronder
het Krupp-concern een vooraan
staande plaats innam, stond een
jonge Duitse geleerde aan de grens
van het verboden land Nepal. Hij
had het in zijn hoofd gezet een be
zoek te brengen aan het Bethlehem
van het Boeddhisme, waar een an
dere Duitse geleerde, de archeoloog
dr. Führer, in 1896 een zuil had
blootgelegd met de inscriptie „Hier
is de Boeddha Sakayamuni gebo
ren".
De jonge geleerde, Ernst Waid-
schmidt geheten, hoorde in India
dat de Nepalese grens in het Tarai-
gebied nauwelijks bewaakt werd. Hij
kwam in contact met boeddhisten die
hem een weg wezen langs smalle
bergpaden door een vrijwel onbegaan
bare grensstreek. Hij slaagde erin on
opgemerkt tien kilometer op Nepalees
gebied door te dringen, maar nabij
het Lumbini-woud werd hij aangehou
den. Op hoffelijke wijze werd hem te
verstaan gegeven dat hij zich op ver
boden terrein bevond en dat hij de
terugweg moest aanvaarden. Wel werd
hem toegestaan het voor de wereld
verborgen gebleven monument dat aan
Boeddha's geboorte herinnert te be
zichtigen. Hij kwam bij de zuil waar
van hij de inscriptie fotografeerde en
zag in de nabijheid enige halfvervallen
opgravingen. Het waren de overblijf
selen van archeologische onderzoekin
gen die in het begin van deze eeuw
door een Nepalese generaal waren
verricht. Daarachter lag, ten dele be
groeid en door oude bomen overscha
duwd, een klein heiligdom, ruwweg
van ruïneresten opgebouwd, maar be
hoorlijk afgepleisterd en in goede
staat. Door een kleine deur kwam men,
na enkele treden te zijn afgedaald, in
een kelder gewelf: een nietige venster
loze ruimte, die slechts van de toe
gang enig licht ontving. Na aan het
schemerige licht enigszins gewend te
zijn geraakt, kon men een reliëf uit
rode zandsteen onderscheiden, waarop
een voorstelling van de geboorte van
de Boeddha.
DIT VERHAAL vertelt professor dr.
Ernst Waldschmidt in de catalogus
voor de tentoonstelling Nepal, Kunst
schatten uit het koninkrijk in de Hi-
malaja, die onder de hoge bescher
ming van koningin Juliana tot 25 juni
in het Gemeentemuseum te Den Haag
wordt gehouden. Dat zijn voorganger
uit de vorige eeuw dr. Führer heette,
dat de jonge Waldschmidt in het
Führerjaar 1933 zijn stiekeme opwach
ting in Nepal maakte en dat dr. Alfried
Krupp von Bohlen und Halbach tij
dens een reis door Nepal drie jaar
geleden de kleurenfoto's nam voor de
vergrotingen die in de tentoonstelling
staan opgesteld, is natuurlijk allemaal
toeval. Maar het is wel aardig om er
melding van te maken.
De catalogus is samengesteld door
het echtpaar Waldschmidt en ze is ook
gebruikt Voor dezelfde tentoonstelling
in Villa Hügel in Essen, woonhuis van
Alfried Krupp enzovoort, enzovoort. De
tentoonstelling is ook al getoond in het
Parijse museum voor oosterse kunst
Guimet en zal ook nog te zien zijn in
Mechelen en Kopenhagen. De musea
Sommige tempels, zoalsdeze
Carumati-Stupa in Chabahil,
zijn aan alle zijden met afbeel
dingen van ogen beschilderd, om
de gelovigen eraan te herinne
ren dat de godheid alles ziet.
afzondering een eigen vorm van het
boeddhisme beleeft en dat bovendien
beperkt is in de keuze van het mate
riaal om kunstvoorwerpen te vervaar
digen.
DE CATALOGUS is in feite een
handboek voor de Nepalese kunst en
cultuur en de prijs 12.50) is daar
voor beslist niet te hoog.
ER ZIJN een paar opvallende ken
merken aan deze kunst. In de eerste
plaats het gebruik van een bijzonder
felle kleur rood voor „rolschilderin-
gen". Dat zijn schilderingen aange
bracht op doek dat onder en bovenaan
een ronde stok is bevestigd, waardoor
men het schilderij naar believen kan
oprollen en ophangen.
Verder: de geboorte van Boeddha
wordt verbeeld op de wijze zoals in de
middeleeuwen de schepping van Eva
uit Adam werd voorgesteld: kant en
klaar uit de zijde. Opmerkelijk is ook
het derde oog in het midden van het
voorhoofd dat aan vele goden wordt
gegeven. Niet alleen in de vorm van
een juweel, maar ook gewoon getekend
als een oog, dat in enkele gevallen
niet de gebruikelijke horizontale, maar
een verticale stand heeft.
NOG EEN universele versiering is
er te noteren: een gebeeldhouwd uit
einde van een waterleiding in de vorm
van de kop van een zeemonster. De
drang om van „spuwers" een orna
ment te maken is klaarblijkelijk bij
alle volken in alle landen onweer
staanbaar geweest. Merkwaardig zijn
ook de manuscripten van boeddhisti
sche teksten in het sanskriet, op pa
pier of op palmbladeren, al of niet
met goud geschilderd, gevat in houten
doorboorde omslagen die door middel
van veters bij elkaar worden gehou
den.
De geboorte van Boeddha, prins
Siddharta, in het woud van
Lumbini, omgeven door een
ovale nimbus, op een lotus
bloem. Zijn moeder, koningin
Maya, is afgebeeld in een dans-
houding met de handen opge
heven en een tak omvattend
van een Asokaboom. Twee god
heden gieten badwater over het
kind uit.
gebruiken alle dezelfde catalogus, al
leen de tekst wordt uit het Duits ver
taald.
VOOR HET Haagse Gemeentemu
seum was de tentoonstelling in zoverre
een primeur dat het de eerste exposi
tie daar was die door een koning werd
geopend. Koning Mahendra Bir Bi
kram Shah Deva verrichtte die han
deling op 27 april.
De tentoonstelling geeft met het
gave beeld van de ontwikkeling van
een cultuur. Men moet zich een beeld
vormen van de Nepalese cultuur uit
een betrekkelijk klein aantal losse
fragmenten uit zeer uiteenlopende tijd
perken, waarbij sommige stukken da
teren van opgravingen uit het laatste
vijftal jaren en stukken uit de eerste
eeuwen uitermate schaars zijn. Er is
op de tentoonstelling maar één voor
werp te zien uit de derde eeuw voor
Christus, dat stamt uit de omgeving
van Boeddha's geboorteplaats. Het is
daarom zo belangrijk dat dr. Wald
schmidt zijn verhaal over de aard
rijkskunde, de geschiedenis, de kunst
en cultuur van Nepal heeft voorzien
van vele foto's, zowel van zijn eerste
bezoek in 1933 als van het latere in
1958. De lezer krijgt daardoor een
goed inzicht in de achtergrond van de
kunstuitingen van dit bergvolk, dat in
Een sterk staaltje van speurwerk
kan men aan de hand van de catalogus
en van de uitgestalde voorwerpen na
gaan. De voorwerpen die het museum
voor Land en Volkenkunde te Leiden
voor de expositie heeft afgestaan zijn
niet in de catalogus opgenomen. Van
daar dat men de dienaar van Yama,
de god van de dood, in de catalogus
alleen als beschilderd houten beeldje
vindt. Hij komt in zijn karakteristieke
houding evenwel ook voor op een rol-
schildering, die in hetzelfde vertrek
tegen de muur hangt. Men heeft het
beeldje met behulp' van een inscriptie
op deze rolschildering kunnen dateren
in het jaar 1539. Een laatste opmer
kelijk feit is dat de pagodevorm voor
tempelbouw niet zijn oorsprong in Ja
pan of China heeft gehad, maar dat
deze bouwwijze in Nepal is ontstaan
en via Tibet en China haar weg heeft
gevonden naar Japan.
Het Gemeentemuseum is te be
reiken met tramlijn 10. De halte
die het dichtst bij het station Hol
landse Spoor ligt, vindt men bij het
viaduct over de Rijswijkseweg.
De „Geefster van overvloed", de zesarmige gemalin van de god van de
rijkdom, die met de voet op een lotusbloem steunt. (Dertiende-veertien
de eeuw).
„-x -
I
Plattelands cultusbeeld van Siva's zoon Ganesa met de olifantskop en
vier armen. (Achttiende eeuw).
,Jk
Het Darbarplein in Patan.