- 'aftffliSISfi Het circus 0 De gouden suikerpot ZOEK DE ACHT VERSCHILLEN Dammen Bridge 17 ZATERDAG 8 JULI 196 7 Erbij B. Dukel z Filarski '4Mb 'tmt' 8 T -ék. 'tam. m Él Él Mr. Ed. Spanjaard 3«a '9 s? vs 3ija '9 st vs 'oi si Jan mocht van vader met de bus naar het circus. „Dag moeder, dag vader", had Jan gezegd. En daar ging hij dan. Boemm! Wat reed die bus hard! Al gauw waren ze bij het circus. Wat stapten er veel mensen uit de bus! Jan liep naar het circus toe. Wat was het druk! Jan had het nog nooit zoooo vol gezien. Nu begon het ballet, met een da verend applaus! Jan klapte hard mee, zodat zijn handen er pijn van gingen doen. Na het ballet kwa men de clowns, ook weer met een applausje. Nu was het pauze. Een kwartiertje later begon het De zieke koning De koning van Luilekkerland is ziek. Hij heeft al een poosje last van reumatiek. En de hoffelijke lakeien Zijn warme sokken aan 't breien. Maar de koning zegt bars: „Ach wat, het helpt geen snars". En de dokter van het paleis Gaf hem gloeiend hete anijs, Maar de koning zegt eigenwijs „Ik houd niet van anijs". En zo heeft deze majesteit Reumatiek tot in alle eeuwigheid. ANNEKE SCHOLTENS, elf jaar. Haarlem. weer. Eerst kwamen de olifanten, die op een tonnetje gingen staan, en door de zaal rolden. En toen kwamen de goochelaars. Eén haal de allemaal kistjes sigaren uit z'n broekzak. Geweldig, vond Jan! En het allerlaatste nummer: zingen! Er kwam een man met een accor deon. Hij speelde en speelde maar! En er kwamen ook dansers! Even later, toen het circus uit was, ging Jan naar huis. „En", vroeg zijn moeder, „heb je het leuk gehad?" „Heel leuk", zei Jan. En dit is het einde. RICHARD SCHMIDT, negen jaar, Haarlem Dat alle kleine vogeltjes vliegen moesten leren wist je natuurlijk wel. Maar dat ze van hun moeder een valschermpje meekrijgen om te voorkomen dat ze onzacht op de grond terecht zouden komen is een grapje van de tekenaar. Hij heeft overigens nog meer grapjes uitgehaald. Als je goed kijkt kun je acht verschillen tussen beide te keningen ontdekken- •JOpUIUI U0a;s uaa puojgjooA ap do '8 uapuTiu guiiaAjaMupnf uaa sjagnapv ufiz ;aui ^bhui ^si;nqDBJBd aQ 'i •uaAajpaggaM j^om uaa st J3 9 •U3J0J.I3A uaaapBjq pui SfiAv; uaa tjaaq si{uii uiooq aQ -g uiiaqasiBA ;aq uba njdBJBd 3q -f '7JOJ{a; uiajBq uaa ijaaq daajjs uaa ijoo si af;saaq ;ajj •jous ufiz uba JBEq ap pxui afsBBq pjj 'Z doif ufiz do japuiui ajqiaaA uaa tjaaq sj[uq jagoA aQ :DNISSOTdO Er was eens een roestige suiker pot die zo graag van goud wilde zijn. En hij verlangde zo om van goud te zijn dat hij dacht: Ik ben maar een roestige suikerpot, en daarom ga ik op pad om te kijken of ik een fee of een elfje vind die me omtoveren kan in goud. Zo gezegd, zo gedaan. Hij wacht te tot het twaalf uur middernacht was. Maar hoe moest hij nu uit de kast? Hij wist niet hoe hij uit de kast kon komen. Hij dacht diep na. Plotseling wist hij het. In de kast woonde, een vriend van hem een oude muis. Misschien zou die hem kunnen helpen. De suikerpot riep hem, en daar kwam de muis al aan gelopen. De suikerpot vroeg hem of hij in de kast een gaatje wilde maken. De muis vond het goed, begon meteen. Toen het klaar was, vertrok de suikerpot uit de kast. Hij bedankte de muis, betaalde met een stukje suiker, en liep naar het raam. Dat stond open, maar hij kon er niet bij. Dat was naar! Toen zag hij de brandweerwagen van het jongetje. Hij vroeg of de brandweerwagen zijn ladder tegen het raam wou zetten- De brandweerwagen vond het goed. Hij zette zijn ladder te gen het raam. De suikerpot klom op de ladder en hij bedankte de brandweerwagen hartelijk. De brandweerwagen zei: Je kunt mij betalen met een beetje suikerwater. Dat vond de suikerpot goed, hij gaf de suiker aan de brandweer wagen, die er zelf suikerwater van maakte. De suikerpot liep over het grintpad, het hekje door, op weg naar zijn avontuur! De suikerpot had al een eind ge lopen toen hij een reuze slaap kreeg. Hij zocht een goed plaatsje om te slapen, maar hij was zo moe. Dat kwam door de suiker. Toen toen zag hij een klein, miezerig klein huisje. Daar woonde een vlieg en die vlieg had zo'n honger. Hij kwam aanlopen en vroeg: Mogen wij wat van je suiker snoepen?" Natuurlijk mocht dat! De vlieg riep zijn vrouw en kinderen er ook bij en toen ze genoeg hadden gegeten vroeg de suikerpot of ze een goed plekje wisten waar hij zou kunnen slapen. De vlieg wees hem een goed plekje. De suikerpot sliep al gauw in. Plotseling zag hij een elfje. De suikerpot vroeg meteen of het elfje hem in een gouden suikerpot wilde veranderen. Maar het elfje kon niet toveren, dat was verdrietig voor hem- Toen zag hij een pot goudverf! De suikerpot begon zich te verven en even later was hij van goud. Hij wilde iedereen z'n gouden jasje laten zien, maar iedereen ssliep. Toen ging hij ook maar sla pen De volgende dag liet hij zijn gouden jasje zien aan alle dieren. Maar niemand herkende hem. Toen werd hij verdrietig. Daar kwam het elfje. Je moet niet zo ijdel zijn, zei ze. Hier heb je een pot bruine verf. De suikerpot ging aan het werk, al gauw was hij helemaal bruin. Daar kwam de brandweerwagen, de muis bestuur de hem. We komen je zoeken zei de muis. Ik ben nog nat van de verf, zei de suikerpot. Hier heb je goudpapier, zei het elfje. Wikkel je daar maar in. De muis hielp de suikerpot. Klaar is hij, zei de muis- En nu naar huis! Daar startte de motor. Eén, twee, drie, falderie!, zei de brandweerwagen. Daar gaan we, hoera! En zo gingen ze naar huis. SIMONE DE GROOT, IJmuiden. Acht jaar. In de Velser Sportweek komen de dam mers op een clubavond van DCIJ bijeen cm snel te dammen in kwartetverband. De geoefende clubspeler mag dan uit de straat, werkkring of andere sportbeoefe ning drie dammers mee brengen om snel te dammen. Dit jaar werd de J. P. Coen- straat onder leiding van de familie Pippel winnaar van het toernooi en won het Hoogovenkwartet de tweede prijs. Door dat er om de tien seconden door gongslag moet worden gespeeld, ontgaan de dam mers veel mooie afwikkelingen. In de wedstrijd tussen de vishandel Sterk kwartet- en oud-DCIJ'er ontstond het volgend fragment. EVERT SCHADE Yv-- oooooooöcx yxtoooocy <ry-o^oooooooooooc Zwart: 6, 8, 10, 13, 17, 25, 36, 40. Wit: 16, 27, 28, 30, 31, 37, 38, 50. Voor beide vraagstukken geldt „wit speelt en wint". Oplossingen en correspondentie te zen den aan het adres van de damredacteur, Wijk aan Zeeërweg 125, IJmuiden. FRANS BASSTRA Zwart: tien stukken op 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19, 23, 24. Wit: 25, 27, 30, 32, 33, 34, 35, 37, 38, 42. Zwart aan zet moet als sterkste zet 17-22 spelen. Toen zwart met 17-21 ver volgde verzuimde wit winst door 1) 27-22 18x27. 2) 33-29 24x33. 3) 38x20 27x47. 4) 20-14 19x10. 5) 30-24 47x20. 6) 25x5. Merkwaardig was de stand welke ont stond tussen de vislossers en de Homburg- straat. Het was als volgt. P. BAKKER Bridge leent zich véél minder voor fraaie combinatieve wendingen dan bijvoorbeeld het schaakspel. Een gedegen spelletje vol gens gezonde principes leidt in bridge meestal tot uitstekende resultaten. Het is maar héél weinig mogelijk iets „briljants" te doen en zelfs wanneer dat geschiedt kan het nog best zo zijn dat het hele maal geen resultaat oplevert. Het bridge waarmee de Italiaanse grootmeesters het wereldkampioenschap winnen kan men feitelijk niet eens „bril jant" noemen. Hun spel is „voortdurend foutloos" en dat is meer dan voldoende, daar elk ander bridgeteam in de wereld die fouten in mindere of meerdere mate wel maakt. Het tegenspel dat Jean-Michel Boulen- ger in onderstaand partijtje tijdens de wedstrijd Frankrijk-Noord Amerika aan de tafel wist te vinden, zou men inderdaad „briljant" mogen noemen. Maar hoe mooi het ook was, het hielp hem toch niet #92 A 9 O V 7 3 A B 6 5 4 2 H 7 4 4 O A H 10 9 4 2 4» H 8 7 N W O V 10 8 3 B 10 6 3 <0 B 8 6 93 X'/TW/ W/A' '/7?777 V/////// Y//////; ■DOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOCX H. WINTER Zwart: 12, 13, 15, 21, 28, 35. Wit: 31, 34, 37, 38, 41, 46, 48. Wit aan zet moet als sterkte 31-26 spe len waarna 12-17 is gedwongen. Daarna 38-32 en wit wint. Er ontstond een problematische winst op de wijze van heer Scheyen toen wit vervolgde met 1) 34-29 28-33? waarna wit de moeilijke winst verzuimde na 2) 29-24 33x42. 3) 24-20 15x24. 4) 31-26 42x31. 5) 26x30 35x24. En nu het eindspel. 6) 41-36 24-30? A 7) 36x27 30-34. 8) 48-43 34-40. 91 43-39 40-45. 10) 46-41 45-50. 11) 41-36 50x31 wint. Op A 31-37 volgt het offer 36-31 en ineens 48-43 wint. Wij brengen de Velser Sportstichting hartelijk dank dat de huis-, tuin- en ge legenheiddammers één keer per jaar ge legenheid krijgen, eens heerlijk snel te dammen met allerlei standen en capriolen op het bord, welke anders bij het wed strijdspel niet voorkomen. Van de heer D. Kleen uit Heemstede bieden wij twee problemen ter oplossing aan. En van deze „vakman" is het een lust om de oplossing te vinden. D. KLEEN, Heemstede. OOOOOOXiOOOTK A B 6 5 O H V 8 7 5 2 O 5 V 10 Noord gever, niemand kwetsbaar. De Amerikanen Kehela-Murray speelden NZ, de Fransen Svarc-Boulenger als OW. Het biedverloop was: noord een klaver-oost pas- zuid een harten- west twee ruiten noord pas- oost pas- zuid twee schoppen west pas- noord twee SA- oost pas- zuid drie harten- door noord verhoogd tot vier harten. In slag 1 kwam Boulenger (west) uit met ruitenaas (de Fransen spelen het aas van Aas-Heer), waarop iedereen bekende. Hierna dacht west geruime tijd na welke kaart hij het beste zou kunnen naspelen elke kleur die hij zou aanbreken kon verkeerd zijn. Wat had u in zijn plaats gespeeld? Bekijk het eens, alvorens ver der te lezen. De vele toeschouwers die het spel op bridgerama zagen, waren tot de konklu- sie gekomen dat met dichte kaarten wests beste tegenspel zou bestaan uit het spelen van een klavertje. Was dat gebeurd, dan had zuid klavervrouw ge maakt, waarna NZ vier malen troef had den kunnen spelen en later zouden zuids verliezende schoppens weggaan op noords vrije klaveren. Boulenger vond een bete re kaart, hij speelde de klaverheer na. Dit voortreffelijke tegenspel blokkeerde de klaverkleur bij NZ: klaveraas werd in noord genomen en zuid speelde de vrouw bij. Murray (zuid) onderkende de gevaren en vervolgde van tafel (noord) met schoppen, voor zuids boer en de heer van west. West speelde weer klaver, zuid maakte klaver tien. Nu volgden schop penaas en een schoppen aftroever, daar na hartenaas. Op de klaverboer die nu uit noord werd gespeeld, troefde oost met hartenboer in en zuid ruimde zijn vierde schoppen op. Oost vervolgde met zijn vierde schoppen en zuid moest uit kienen, of hij met hartenheer (vrouw) moest troeven, dan wel een lage troef kon gebruiken. Terecht taxeerde zuid de westspeler op zes ruitens, drie schoppen en drie klaveren dus één harten. Zuid troefde dus laag en won toch nog zijn contract. Bridgevraag dezer week: Zuid gever. NZ kwetsbaar, parenwedstrijd. Zuid heeft: AHV96 H 10 9 OVB86 *H Zuid opent één schoppen OW passen noord twee klaver wat moet zuid bie den? Antwoord elders op deze bladzijde. daarginds het meest imponeert is de waaghalzerij, die men zich permitteert. Men zou precies het tegenovergestelde verwachten. Immers, alle achttien com battanten zijn wandelende schaakgeieer- den met bibliotheken vol technische ken nis in hun bol. Maar vooral: op een der gelijk niveau zijn de verschillen zó ge ring dat een enkele verliespartij vele plaatsen op de ranglijst kan schelen. En tóch zien wij bijvoorbeeld Spasski reeds in de opening brutaalweg twee pionnen offeren tegen schaakprofessor Pachman (Tsjechoslowakije), wiens ope ningshoeken door ontelbare schakers over de gehele aardbol met grote eerbied wor den geconsulteerd. Niettemin wordt de professor in even twintig zetten volstrekt uit zijn cadans gebracht en vervolgens van het bord geofferd. Dat ging zó: Wit: Spasski. Zwart: Pachman. Anti-Meraner-gambiet. 1) d2-d4 d7-d5. 2) c2-c4 c7-c6. 3) Pgl-f3 Pg8-f6. 4) Pbl-c3 e7-e6. 5) Rcl-g5 h7-h6. 6) Rg5-h4 d5xc4. 7) e2-e4 g7-g5. 8) Rh4- g3 b7-b5. 9) Ddl-c2 Impliceert net prijsgeven, na pion c4, van ook nog pion d4. 9) g5-g4. 10) Pf3-e5 Dd8xd4. Deze wilde stelling kwam reeds in 1958 te Por- toroz op het bord tussen Petrosian en Neikirch. Daar offerde wit met 11) Re2 Rb4 12) 0-0 Rc3:. 13) bc3: De4: ook nog zijn e-pion. Spasski doet het hier anders. 11) Tal-dl Dd4-b6. 12) Rfl-e2 Pb$-d7. 13) 0-0 Rf8-e7. 14) Pe5xg4 Pf6xg4. 15) Re2xg4 Rc8-b7. Beter 15) h5, dat na wits volgende zet niet meer mogelijk is. 16) e4-e5 Maakt veld e4 vrij voor het paard en de weg van de witte dame naar g6. Er dreigt reeds gevaarlijk Re6: Dg6f en de witte aanval zal wel door slaan. 16) Pd7-c5. 17) Rg4-h5! Veld f7 is zwarts Achilleshiel. Wit trekt zich niets aan van de zwarte overmacht op de damevleugel en de bezetting van d3 door een paard. 17) Ta8-d8. 18) Dc2-e2! Pc5-d3. 19) De2-f3 0-0. Het is niet anders; de zwarte koning begeeft zich noodgedwongen naar een wankele veste. 20) Pe3-e4 Db6-d4. Misschien was c6-c5 beter geweest. Wie de onderhavige constellatie kan doorzien mag het zeggen! 21) Tfl-el Kg8-h8. 21) Pel:? zou wegens het tussenschaak 22) Dg4t de zwarte dame kosten. Maar na de tekstzet dreigt Pel: eventueel wel. 22) Pe4-d6 Wit gooit er ook nog een kwaliteit tegenaan. Objectief terecht? Dat moet Spasski zelf maar eens vertellen. 22) - Pd3xel. 23) Tdlxel Td8xd6. In aanmer king kwam misschien 23) Rd6:. 24) ed6: f6 (tegen de dreiging Re5f) bijvoor beeld 25) Te6: Dd3 en wit moet in ver band met de mogelijkheid Dblf dameruil toelaten. Kennelijk achtte Pachman zijn koningsloper belangrijker voor de ver dediging dan zijn Td8. Maar de witte vrijpion wordt na de tekstzet een gewel dig wapen. 24) e5xd6 Re7-f6. 25) Ii2-h4 Maakt een vlüchtveld voor de ko ning. 25) Dd4xb2. PACHMAN 5000000000000000000(V rv \XXXXF^YbTVXX»000000000 ©OOOOOOOOOOOOOOOCOOOCXXJOOOOOOOOOOOOOO ."V OOOOO 1OOOO00000CX Zwart: 10, 13, 15, 17, 22, 27, 40. Wit: 20, 24, 28, 29, 33, 34, 43, 45. D. KLEEN, Heemstede. '15999900000 VAN ZIERIKZEE TOT MOSKOU In Zierikzee woedt thans de twaalf kamp om de Nederlandse schaaktitel. De man in de (schaak-)straat kijkt hemel hoog op tegen de twaalf uitverkorenen daarginds, die stuk voor stuk dozijnen huis- en onderbondsschakers tegelijk in simultaanseances kunnen vloeren. Maar er is niets zo wreed als objectief meet bare prestaties. We zien dit zodra onze be wonderde vaderlandse coryfeeën te doen krijgen met de werkelijk groten der aar de. Denk aan de Nederlandse tennismeis- jes en -jongens op Wimbledon, onze be wierookte voetbalelftallen bij internatio nale ontmoetingen en wat dies meer zij. Wilt u een voorbeeld op schaakgebied? In mei-juni vond er te Moskou een toer nooi plaats, waaraan onder meer deel namen de wereldkampioen Petrosian, de ex-idems Tal en Smyslov, de veelvoudige U.S.S.R.-kampoen Stein, geweldenaren als Spasski, Najdorf, Gjeller, Bronstein en ga maar zo voort. De zwakste van de acht tien deelnemers daar in Moskou zou te leurgesteld zijn als hij in Zierikzee niet no 1 zou worden; en de komende winnaar in Zeeland zou tevreden mogen zijn als hij in Rusland de rode lantaarn aan een ander kon overlaten. Wat bij het naspelen van de partijen W Ww WëHt 'fistö. 8 Cxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxioocooooooooocoooooooooooo SPASSKI (aan zet) 26) Rh5xf7ü Een verrassend offer, gebaseerd op onder andere de kracht van pion d6, alsmede penningen langs de f- lijn en de lange zwarte diagonaal. 26) Tf8xf7. 27) Rg3-e5! Profi teert van de penning langs de f-lijn. Na 27) Re5:. 28) Df7: Rd6: verovert de witte dame met enige schaaks Rd6, waar na zwart kan opgeven. 27) Db2-c2. 28) d6-d7 Dreigt plompweg een dame te halen, daar Rf6 gepend staat. 28) Kh8-g8. 29) Df3xf6! Sterker dan 29) Rf6: Td7:. 29) Tf7xd7. Of 29) Tf6:. 30) Rf6: benevens d8D. 30) Tel-e3! en zwart gaf het op; tegen Tg3| is geen ver dediging. Een fraai slot. Met de moderne verkeersmiddelen geldt: van Zierikzee naar Moskou il n'y a qu'un pas. Laten we hopen dat hetzelfde geldt voor de komende schaakoogst van Zierikzee in vergelijk met die uit Moskou! ■f st uaddoqas uajmj aup jo (gupaoj spui) uapru aaAv; :3uuapjeeM ufij^ uaop jeeui apjaa ap jooa }Rp pinz jaoui uaqiaiaq a; jep uio jbbui 'pBjpioa apaog jaq st uapnj uaAag £S 01 A V ZSHVÓ 9 V 6 L :uaAag ladsproou jaq Cia\ sjb Pifqq uaddoqos aup ua vs aup ua aaAV) uba papeu pjj -uaizag uapiojw laouiaga; ua« -nojpaA pui jsuioqaoj-sueg ap ueq ua uapisq ui sjai proou tjaaq uep 'uagjoAiaA VS 3HP p-ioou noz 'st poq paog uaa uaqnji aup jepoz 'isqaz ;uao.iad ooi 8lP -ubui ap tqCq uapaiq uauunq jjaaq laABpj p.ioou .iee/^ 'uapajiaA aiinqujstp -pBBq ap pia-puio giuiaM. jbbui 'uaAaguBB uapind ja/A aip „uagutpaiq siaqqeqjnoq" jaaui jo uiui ufiz VS 3PP ua aaAvj, 'qaads „gup-ioj" sjb pq uaui spui poq paog uaa si uaqm aamj, qnojesueg aup uaddoqos aup uaqm aup vs mak) uapru aaMx 'uaguipaiq apuauioq guppauiUBe ui apA ufiz Jg :SBBJAa.gpuq do piooMpv 100 ufxz

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1967 | | pagina 17