Roger Pingeon kreeg gelegenheid om 20 seconden uit te ir lopen Reybroeck was slimmer dan Gerben Karstens AB GELDERMANS DE GROTE STEUN EN TOEVERLAAT VOOR JAN JANSSEN Jan Bastiaans was tevreden na zege 7 Tour in cijfers MERKWAARDIGE GELE-TRUIDRAGER MOTORRACES IN ZANDVOORT ONTSIERD DOOR VALPARTIJEN Beverwijker geeft advies over tactische zetten MAANDAG 10 JULI 1967 Belgische zege in wielerronde Ierseke Uitslagen Zandvoort IK HAD HET WEER BEWAKER m ÊF WWUWUMtfyyMUUUUUMAilWMW»»»» (Van onze speciale verslaggever) Was Roger Pingeon op de thuisreis? Of was het de wanhoop die hem dreef? Op weg naar zijn geboortegrond, naar het dal tussen de bergreuzen van Alpen en Jura. gaf hij de Tour de France een zeldzaam beeld mee: de renner in de gele trui, die met superieure vlijt sleurt aan een kopgroep, volgepakt met onbelangrijke renners. Eigenlijk, denk je dan, zou zo'n renner zich moeten schamen, een beetje maar, om zó hard te rijden in een trui, die het waard is om veeleer verdedigd te worden. Maar dan dringt het besef door, dat Roger Pingeon daar vooraan rijdt met de moed der wanhoop. Want hoe lang nog is hem dat leidersgewaad beschoren? „Afstand nemen van de favorieten, hoe dan ook" moet hem op de hellingen van de Jura door het hoofd hebben gehamerd. „Mijn vrouw, mijn vader, mijn moeder, ze moeten mijn trui nog zien". En daarom reed Pingeon zo hard naar het dal, waar voor één nacht zijn huis hem wachtte. Het peloton, de favorieten lieten hem glimlachend gaan. En de koele Aimar stelde vast: „wat die man keerde weet ik niet. Het leek wel of hij door een nijdig insect werd achter volgd". Enfin, Roger Pingeon won 20 seconden op zijn belagers, in Divonne-les-Bains waar Jan Janssen uiterst gemakkelijk en zonder de geringste ademnood kwam ver klaren: „We hebben er nog maar een rustdag van gemaakt". Begrijpelijk: de maandag is een echte werkdag voor de coureurs, als de Col du Galibier wacht het dak van de Tour. De berg die niet meer zo verschrikkelijk is als in de dagen, dat er heldendichten over werden ge schreven. Maar toch. Wie in Briancjon niet verrast wilde worden, prepareerde zich alvast door rust te nemen in de zon dagse rit. Het peloton werkte via een paar jachten in de uitlopers van de Voge zen de benen wat los, omdat men in Bel forth niet al te best had gerust: regen verhinderde training. Toen dat werk een maal was gedaan, werd er verder gewan deld. Tot de 200ste kilometer toe. Men besliste toen dat de puntenrijders maar aan de slag moesten gaan: zij, die in het bergklassement nog wat bijeen wilden garen op een col van de derde categorie, en zij die de groene trui zien als object van hun jacht tot in het Pare des Princes toe. Allee, het peloton keek eerst wat vreemd en later schamper lachend op, toen Roger Pingeon zich ijve rig met die strijd ging bemoeien en aller lei vluchtersgroepjes terughaalde. „Hij staat doodsangsten uit om die trui", zei men in het peloton. „Zo iemand kun je toch geen favoriet meer noemen? Hij doet net zo dwaas als een paar dagen ge leden, toen hij die trui óók had. Niemand mag er weg alsof we morgen al in Parijs zijn". Woorden, die men tót zelfs in de gelederen van de Franse nationalen kon beluisteren. Woorden, die daags tevoren in een enigszins andere vorm al waren gebezigd: niemand, een Gimondi, een Janssen, een Aimar, of zelfs maar een Jimenez, had enige angst getoond voor Roger Pingeon. „Die stort wel in", wist men in de hoogste regionen van de regering, die het peloton bestuurt. Nee, de gele trui is niet zo'n geweldig begerenswaardig bezit als in de dagen van de laatste landentour vóór 1967. Van daar, dat men die Roger Pingeon maar liet begaan, toen zich vooraan dan einde lijk een team had gevormd, dat wat ruim te kon nemen. De Belgische prijsrijders waren er uiteraard bij: Van Neste, Brands Huysmans. Waar de franken liggen, zijn ze te vinden. Wat Italianen, wat Span jaarden marcheerden mee, en ook Tom Simpson, zodat het groepje nog wat in houd kreeg. Jos van der Vleuten ging mee om de zaak wat af te remmen en tot op dat moment was iedereen tevreden met de 15 op kop. Behalve één man: Guido Reybroeck. De Belgische kampioen aast op de groene trui, even hard als Gerben Karstens. En daarom was het zo merkwaardig, dat Reybroeck wél en alleen nog uit het peloton weg kwam en Karstens niet. „Ik zag hem gaan, maar ik kon er niet meer bij komen", zei de man uit Leiden later. Met het gevolg dat tenslotte Reybroek de rit won en flink afstand nam van de Nederlander. Karstens had kunnen weten, dat Reybroek tenminste iets zou doen in deze rit. Tenslotte had de directeur van de Potato-chipsfabriek waarvoor Reybroek rijdt, diezelfde mor gen in Belforth de renners uitgewuifd. Maar ach, men moet op zoveel letten in deze Tour. Alleen, schijnt, niet op Roger daag als de hoogste bergen moeten wor- Pingeon. Wat daarvan waar is, blijkt van- den genomen. Guido Reybroeck is onweerstaan baar in de sprint. Dat moesten zijn collega's weer eens ervaren in de Tour. De Belg veroverde de groene trui. De uitslag van de negende etappe: 1. Rey broeck (Rode Duivels, Belg.) 238,5 km 'in 6.26.22 (met bon. 6.26.02); 2. Lopez-Rodriguez (Sp.) z.t. (met bon. 6.26.12); 3. Huysmans (Belg.) z.t. (met bon. 6.26.17); 4. Simpson (GB); 5. Brands (Belg.); 6. Schleek (Lux- Zwits.); 7. Gines-Garcia (Sp.); 8. Van Neste (Belg.); 9. Pingeon (Fr.); 10. Mugnaini (It.); 11. Letort (Fr.); 12. Van der Vleuten (Ned.); 13. Blanc (Lux-Zwits.); 14. Lebaube (Fr.i; 15. V. Diaz (Sp.); 16. v. Schil (Rode Duivels Belg.) allen z.t. als Reybroeck 6.26.22; 17. Karstens (Ned.) op 22 seconden; 19 Janssen (Ned.); 24.De Roo (Ned.); 34. Darings; 35. Maliepaard; 49. Haast; 51. Schepers; 57 Zil verberg allen in de z.t. als Karstens (6.26.44). Het algemeen klassement: 1. Pingeon (Fr.) 49 uur 5 minuten 37 seconden; 2. Polidori (Primavera, It.) op 2.06; 3. Letort (Fr.) op 2.43; 4. Van Neste (Belg.) op 4.43; 5. Van Springel (Belg.) op 5.13; 6. Simpson (GB): 7. Schleek (Lux.-Zwits.op 5.26; 8 Jan Janssen (Ned.) op 5.34; 9. Aimar (Fr.) op 5.43; 10. Balmanion (Primavera, It.) op 5.48; 11. Brands (Belg.) op 5.57; 12. Van Clooster (Ro de Duivels, Belg.) op 6.29; 13. Cees Haast Ned.) op 6.33; 14. Chappe (Bleuets, Fr.) op 7.02; 15. Junkermann (W.-Dld.) op 7.28; 17. Jimenez (Sp.) op 7.49; 26. Karstens (Ned.) op 8.25; 31. Gimondi (It.) op 9.09; 43. o.a. Sche pers (Néa.) op 11.14; 59. Van der Vleuten (Ned.) op 14.25; 61. Zilverberg (Ned.) op 15.15; 63. Poulidor (Fr.) op 16.37; 84. Ilarings (Ned.) op 22.49; 96. De Roo (Ned.) 28.31; 97. Maliepaard (Ned.) op 28.52. Het ploegenklassement van de negende etappe: 1. België (Huysmans, Brands en Van Neste) 19.19.06; 2. Ex Aequo: Zwitserland- Luxemburg 19.19.28, Rode Duivels, België z.t.; 4. Spanje z.t.: 5. Frankrijk z.t.: 7. Nederland (Van der Vleuten, Karstens, Janssen) 19.19.50. Het algemeen ploegenklassement: 1. Pri mavera, Italië 149.12.42; 2. België 149.13.31; 3. Nederland 149.14.58; 4. Rode Duivels, België 149.16.07; 5. Frankrijk 149.16.18. Het puntenklassement: 1. Reybroeck (Rode Duivels, Belg.) 76 pnt.; 2. Riotte (Fr.) 56 pnt.; 3. Lopez-Rodriquez (Sp.) 51 pnt.; 4. Van Neste (Belg.) 50 pnt.; 5. Janssen (Ned.) 48 pnt.; 6. Karstens (Ned.) 44 pnt. Het bergklassement: 1. Tosello (Primavera, It.) 24 pnt.; 2. Jacquemin (Rode Duivels, Belg.) 18 pnt.; 3. Aranzabel Esperanza, Sp.) 15 pnt.; 4. Bodrero (Primavera. It.) 14 pnt.; 5. Jiminez (Sp.) 11 pnt.; 8. o.a. Haast (Ned.) 8 pnt. VWWWWVWWWWWWW\/WWWWVWW«#WWlt^WWWW^WVW^W%A/WVWWWVM#WWWWWWW* De Belg Julien Stevens heeft zaterdag in Ierseke een wielerwedstrijd voor profes sionals gewonnen. Hij ontsnapte reeds na 15 km met Gerard Vianen, die echter la ter het hoge tempo niet meer kon volhou den en moest lossen. Vianen bleef wel buiten bereik van de grote groep, zodat hij op de tweede plaats eindigde. De uitslag luidt verder: 3. Merckx (Belg) op 1.28, 4. Post, 5. Steevens, 6 Cees Lute, 7. Zoet, 8. Schroder, 9. Harings 10. Schuuring allen de zelfde tijd all Merckx. 50-cc klasse (8 ronden, 33.544 km): 1. Luc Foe- kema (Den Haag) Kreidler 18 min 15.6 sec 110.221 km/u 2. Roelof Post (Enschede) He- meila. Snelste ronde: Foekema 2.14.5 gemiddeld 112.228 km/u. 125-cc klasse (12 ronden, 50.316 km): 1. Jan Bastiaans (Haarlem) Bultaco 25.23.0, 118.934. km/u.; 2. Ton van den Goorbergh (Breda) Tohatsu. Snelste ronde Van den Goorbergh 2.03.7 gemiddeld 122.027 km/u. 250-cc klasse (12 ronden, 50.316 km.) 1. Jan Dekker (Castricum) Kawasaki 23.51.8 126.510 km/u.; 2. Jan Rotting (Koog a/d Zaan) Duca- ti. Snelste ronde Dekker 1.55.6 gemiddeld 130.577 km/u. 350-cc klasse (12 ronden, 50.316 km): 1. Arie Versteeg (Rotterdam) Honda 24.005 125.748 km/u.; 2. Wim Dolfing (Beilen) Honda. Snel ste ronde Versteeg 1.57.5 gemiddeld 128.466 km/u. 500-cc klasse (12 ronden, 50.316 km): 1. Jan Keessen (Woubrugge) BMW 23.20.8 129.313 km/u.; 2. Rob Noorlander (Gouda) BMW. Snelste ronde Keessen 1.54.3 gemiddeld 132.062 km/u. Zijspanklasse (8 ronden, 23.544 km) 1. Take Pauwels-Dini Coeleman (Olst) BMW 18.39.5 107.868 km/u.; 2 Freek Steiginga-Jan Kort (Me- dijemblik) Norton. Snelste ronde Pauwels- Coeleman 2.16.2 gemiddeld 110.828 km/u. (Van unze sportredactie) Jan Bastiaans had weer reden tot lachen. Na de nationale motorraces op het Zandvoortse circuit kon hij eindelek bloe men mee naar huis nemen. Met zijn 125 cc Bultaco had de forsgebouwde Haarlem mer dit seizoen nog maar weinig succes sen geboekt. Alleen in Tubbergen reikte Bastiaans naar een tweede plaats, maar in de twee volgende races in Rockanje en Etten liet zijn machine hem in de steek Gisteren in Zandvoort zat Bastiaans er echter weer helemaal bij. De 26-jarige monteur liep wel direct na i WWWWWWWWWWWWWVWW^^ (Van onze speciale verslaggever) Rustdag in de Tour. Jan Janssen ligt in een lichte hotelkamer, maar achter het venster is de wereld grijs: Belforth in de regen. De coureur heeft een licht blauw trainingspak aangetrokken, met het merk Pelforth-Sauvage-Lejeune in bescheiden, maar niet temin zeer duidelijke letters. Géén oranje die lijd is lang voorbij. Janssen zegt: „Ik heb een hekel aan een rustdag. Het haalt je uit je ritme. Je zit in zo'n stad, er komen allerlei mensen, journalisten willen met je praten, je moet overal naar toe". Maar hij geeft toe, dat een rustdag nodig is, voor véél cou reurs. Niet voor hem. Telefoon. Een gesprek in rap Frans. Aan de andere kant: Maurice de Muer, ploegbaas van Janssen, óók in deze Landentour. Het gaat- over versnellingen. „Gisteren", verduidelijkt Janssen later, „gisteren nad ik eigenlijk een te licht verzet. Ik zat te veel in net wilde weg te draaien. Ik had best een tandje hoger kunnen steken". Tijdens het gesprek heeft hij aan De Muer gevraagd: „welke versnelling zal ik morgen monteren?" Op het nachtkastje kijken vrouw Cora en dochter Karin toe, een grote foto, die elke dag weer uit de koffer komt. Stille getuigen bij een pie kerende renner, die staat voor de grootste opgave uit zijn loopbaan, een Tour de France winnen. „Ik rijd per ronde zeker twee dagen slecht. Dat is nou eenmaal zo, dat heeft geloof ik elke renner. Juist nu, nu de Tour in het begin zo moeilijk was, had ik het weer. Die twee ritten, van Amiens naar Roubaix en toen naar Jambes, juist tóen zeg. Ik had Parijs Roubaix gewonnen. Ik dacht: naar Roubaix rijd ik ze wéér op minuten. En toen ging het niet. Ik was moreel kapot. Ik riep: ik heb de Tour verloren, toen ik in Roubaix over de streep kwam. Zoiets zeg je dan. En toen de andere dag. Weer zo'n zwaar parcours. En Pingeon, die ging lopen. Ik dacht: het is gebeurd. Maar nu ben ik er doorheen, na gisteren. Ook dank zij Ab". De naam van Ab Geldermans is gevallen. Bescheiden winkelier Geldermans, die in Beverwijk sportartikelen verkoopt, maar die nu chauffeur is van de ploegleiderswagen. En óók: die vorig jaar nog koerste, die jarenlang tussen de vedetten zat, het spel kende en begreep. Die zélf een vedette had kun nen worden, maar die het meester-knechtschap koos. Om die winkel in sportartikelen, in Beverwijk. Ab Geldermans, de stille, die altijd zegt: „de stemming in de ploeg is goed". Meer niet. Maar 's avonds, aan tafel, is dat anders. En 's morgens, in dat uurtje voor dat de renners naar de start rijden. Dan zegt ^b Geldermans bijvoorbeeld tegen Jan Janssen: „die Pingeon, die is niet gevaarlijk. Daar heb ik vorig jaar nog mee in ParijsNice gereden, en in de Dauphiné Libéré. Hij stond er goed voor, alle twee de keren. Maar hij ging naar huis. Roger Pingeon heeft geen moreel. Hij kan op een dag vreselijk in el kaar klappen. En dan geeft hij op. Of hijbungelt achteraan en je hoort niet meer van hem. Nee, die Pingeon is niet gevaarlijk". Bij die gesprekken knikt Jan Janssen instemmend. Hij luistert, hij groeit, naar een sterk moreel. Hij zegt: „die Pingeon, die vrees ik niet. Ab Geldermans kent hem. Die heeft het ge zegd". En Ab Geldermans zegt méér, want hij ként de course, die niet meer zo is als in de jaren vijftig, toen Woutje nog reed, Woutje Wagtmans, de clown, die nu o zo serieus is geworden. Die ook al niet méér zegt dan: de stemming in de ploeg is goed. Maar het is Ab Geldermans, die, aan het stuur, Wout Wagt mans de strijd van jaren her weer laat beleven. Janssen weer: „gisteren zette Ab bij Gimondi een bewaker neer, Kees Haast. En Van der Vleuten en Schepers moesten bij Poulidor blijven. Als rem. Gi mondi reed slecht. Het viel me tegen. Het viel Haast ook tegen, die is nog van hem vandaan gereden, in de laatste klim. Het kon makkelijk". Niettemin blijft Gimondi een kwade tegenstander. „Voor hem ben ik het meest bang. En daarnaast natuurlijk Lucien Aimar. Die moet ik constant in de gaten houden, ik kan natuurlijk niet óók nog naar al die anderen gaan kijken. Naar een Van Springel, de Belg. Of Van Clooster, of Godefroot. Natuurlijk, ze kunnen ver rassen. Dat heeft Aimar vorig jaar ook gedaan". Jan Janssen, op de rustdag op bed, met een sigaret (filter): „zó ver is het nu. Poulidor kan nog iéts doen. In de bergen. Maar hij wint de Tour niet meer. Of hij gaat naar huis, dat kan ook. Gimondi en Aimar, dat zijn de grootste tègenstanders. De klap valt tussen de Alpen en de Pyreneeën in. Het is daar warm, heet. Daar gaan ze naar huis, bij bosjes". Geen woord over Julio Jimenez. Wél over een ander, een Italiaan: Bal manion. „Kan ook gevaarlijk zijn, dat heb ik gisteren gezien". Ab Geldermans komt binnen. Brengt wat gevraagde boodschappen: kaarten, postzegels, een sportblad. Jan Janssen gaat schrijven. Daar is een rustdag voor. Later, beneden in de hal van het hotel, wacht een keurig heer. De directeur van een bier- fabriek, genaamd Pelforth. Hij zegt: „mijn naam is Bonduel, Jean Bonduel. Is Jan Janssen in de buurt? Slaapt hij? Dan wacht ik wel even". Janssen komt, want Bonduel wacht. Een Frans journalist zegt mij even later: „u weet toch, dat alle renners van Pel forth, die in de Tour rijden, een grote premie van hun fabriek krijgen als Jan Janssen deze Tour wint?" de start al tegen een fikse achterstand op „Ik draaide mijn benzinekraan tijdens het warmdraaien te laat dicht. Bij het startsein was mijn machine verzopen" maar had daarna slechts drie ronden no dig om zich aan de kop te nestelen. Met indrukwekkend gemak liep de als favoriet gestarte Bastiaans hij draaide in de training maar liefst drie seconden sneller dan de rest van het veld van zijn naaste concurrent weg. Een hoopgevende zege van de Haarlem se coureur. Hoopgevend vooral, omdat hij juist op Zandvoort zo uitstekend voor de dag kwam. Want woensdag waagt Bas tiaans samen met Corst den Boer uit Cal- lantsoog en Jan Dekker uit Castricum een poging het 24-uursrecord van Zandvoort voor 350 cc standaard motoren te vestigen. Zo tevreden was Bastiaans met zijn overwinning dat hij in de finale van de 250 cc er al spoedig de brui aan gaf. „Zandvoort" had hem voor het moment genoeg opgeleverd. Van dit drietal leverde ook Jan Dekker een uitstekende „generale' In de finale van de 250 cc klasse leverde hij een fascinerend gevecht met Jan Rot ting. Pas na acht van de twaalf ronden snorde de Kawasaki van Dekker voorbij Roittings Ducati, die ook in de eerste manche al vlak achter de Castricummer als tweede over de finish was gegaan. De recordpoging van Bastiaans, Dekker en Den Boer hing in de eerste de beste race al aan een zijden draadje. De Am sterdammer De Haas kwam in de tweede ronde in volle snelheid ten val, bij het pas seren van Den Boer. Ook deze smakte te- De Haarlemse coureur Charles v. d. Wal kwam te vallen (gelukkig m het stro). Hij moest naar een zieken huis worden overgebracht voor een onderzoek. gen het asfalt .Zijn kansen op een in het oog lopende prestatie waren dus verke ken. Hij had echter toch geen reden tot klagen, want het lot van De Haas bleef hem bespaard. De Amsterdammer moest met ernstige verwondingen aan het hoofd en schouder naar het ziekenhuis worden vervoerd. Corst den Boer kwam er heel huids af. Het was de eerste van een groot aan tal valpartijen. De Utrechtenaar Van Kui lenburg trof het wel bijzonder ongelukkig. In de race van de 350 cc ontging hem een zekere overwinning, doordat hij in de voorlaatste ronde tegen de vlakte ging. Hij werd met een heupfractuur ook naar het ziekenhuis overgebracht. Het tiental cou reurs dat later „slechts" met kneuzingen en schaafwonden bij de rode kruis post werd afgeleverd mocht zich dus nog ge lukkig prijzen. De Haarlemmer Charles van der Wal die ook in de 350 cc klasse onderuit ging was een van hen. Het grote aantal ongevallen wierp duidelijk een scha duw over de wedstrijden, die sportief ge zien een duidelijk succes waren. Van der Wal en Van Kuilenburg konden het ziekenhuis vanmorgen weer verlaten. Het was daarom op zijn minst irritant te merken hoe de organisatie zijn best deed de reeks incidenten weg te praten of zelfs te verzwijgen. Alleen bij de val van Van Kuilenburg begreep de speaker dat hij de 5000 toeschouwers wel een verklaring schuldig was, voor het feit dat de koplo per plotseling niet meer door kwam. Een spectaculaire race van de zijspan nen besloot het motorfestijn van Zand voort. Take Pauwels en Dini Coeleman uit Olst waren hun vier concurrenten ruim de baas. Daarvoor was de overmacht van de jonge Hagenaar Luc Foekema al duidelijk gebleken. Hij bleef het ruim veertig man sterke veld met bijna een halve baan voor in de 50 cc klasse. Èmmmémm 4 'r' W.'*CsW:;j

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1967 | | pagina 9