MET KERSTMIS KAN ELKE Goklust bereikt climax STRAATARME SPANJAARD MULTIMILJONAIR WORDEN Spaanse kerststalletjes zijn formele Madurodam-complexen Maar de kerstcadeautjes voor de jeugd komen pas in januari Kerst - Erbij (Van onze correspondent) HET FEESTMAAL en de kerst stal vormen twee zeer belangrijke elementen in de Spaanse kerstvie ring. Maar beide zijn geheel ver schillend van de festiviteiten zoals wij die kennen. Zij zijn gekleurd met een rijke traditie, van een po ëtisch karakter en getuigen van zeer sterke familiebanden. Hoewel de wereld meent dat het eten van kalkoen en gans op Kerstmis een Amerikaanse gewoonte is, zullen waarschijnlijk de Spanjaarden die gewoonte op hun zestiende-eeuw se ontdekkingsreizen naar de nieuwe wereld hebben gebracht, want op het Iberisch schiereiland wordt de kerstdis al eeuwen lang door een „pavo", een kalkoen of een „anso" versierd. Zelfs de armste familie heeft in haar achtertuin zo'n mon sterlijk opgeblazen beest lopen, om de rode nek tegen Kerstmis om te draaien. I ceremonie, geladen met bijge loof. Wie een speciaal nummer wil hebben, zal dat schriftelijk bestellen. Wie echter niet gelooft in de geheime kracht van drieën en zevens, slentert eerst een tijd schijnbaar doelloos door de stra ten. alvorens naar een van de loterij kantoortjes te gaan. Hij schijnt niet te kunnen besluiten welk kantoor hij zal nemen. Hij gaat daarom een drankje kopen om er nog eens goed over na te denken. Hij wil niet doelbewust naar een bepaald kantoor gaan, maar er min of meer bij toeval belanden. Hij hoopt dat hij door „de hemel" geleid zal worden. Wanneer hij eindelijk in een kantoor is aangeland, vraagt hij nonchalant een lot en zegt dat het hem beslist niet kan schelen welk nummer hij krijgt. De ver koper scheurt een lot af en over handigt dat dubbelgevouwen aan zijn klant. Die betaalt en gaat weg zonder naar het lot te kijken. Dat zal hij thuisgekomen ook nog niet doen. Hij bergt zijn lot op onder een heiligenbeeld, dat erover moet waken en het met hemelse gunsten moet ver rijken. De bezitter zal pas naar het nummer kijken als de uit slagen bekend worden gemaakt. VOORDIEN heeft hij een kaars in de kerk opgestoken en de dure eed gezworen dat hij van zijn toekomstige rijkdom waar hij zeker in gelooft minstens één tiende zal afdragen aan de kerk, de rest deels aan duizen den goede werken. Hij zal echter ook een huis kopen en een auto en een ijs kast en tien nieuwe pakken, overhemden en vooral kleurrijke stropdassen. Hij zal alles voor zijn kinderen kopen en een paar warme sloffen voor zijn vrouw. En hij zal tenminste één avond alleen uitgaan om naar de meis jes te kijken. Dat laatste ver telt hij niet aan de heiligen in de kerk. Maar hij rekent er vast op dat hij de volgende dag rijk zal zijn. HELAAS, hij rekent er te stel lig op en zal Je volgende dag niet alleen armer zijn dan ooit, maar ook teleurgestelder. Want de grote Spaanse kerstloterij is grillig als het lot zelf. De geschiedenis van de prijs winnaars heeft daar genoeg voorbeelden van. In Sevilla weet men daarvan mee te praten. Dat jaar viel de hoofdprijs op lot 0 2703. De bezitters daarvan to gen onmiddellijk na het bekend worden van hun geluk naar de kerk om de hemel te danken. Maar toen zij de volgende mor gén aan het loterijkantoor kwa men om hun geld te innen, ble ken er honderden bezitters van lot 0 2703 te zijn. Een handige knaap had bij toeval dit lot nummer uitgekozen om het te vervalsen en er honderden „tientjes" van op straat ver kocht. Hij zit nog in de ge vangenis. EN JOSÉ BLANCO DIAZ, journalist in La Coruna. Die kreeg in 1952 opdracht van zijn redactie, een „lekker stukkie" te schrijven op de vooravond van de trekking. Hij piekerde zich suf en besloot toen maar een verhaal te schrijven over wat hij zou doen als op het lot dat hij bezat de hoofdprijs zou vallen. Hij belde alle mensen op, van wie hij wist dat ze een deel van hetzelfde lot bezaten om te vra gen wat zij zouden doen. Zij heb ben alles kunnen doen wat ze gewenst hadden, want de hoofd prijs viel op het lot van, José Blanco. Hij schreef de b'dst „be taalde" reportage uit de geschie denis van de journalistiek: Zijn aandeel in de hoofdprijs beliep ruim tweehonderd mille. VELE GROTE bedrijven, vooral in Catalonië voegen bij de kerstgratifica tie voor hun arbeiders een levende kalkoen. Hij kan zelfs overtuigd zijn van enige liefkozingen en van goed verzorgde maaltijden, alvorens hij zijn levensdoel boven het vuur zal berei ken. HET VLEES van de kalkoen wordt gegetv-n met brood en noten en over spoeld met champagne, die in Spanje ruim een gulden per fles kost. Vervol gens wordt de „Turrón" gegeten, een soort marsepein in vele smaken. Daarna grijpen de mannen naar de gitaar en wekken op dat „orgel van de arme" de prachtige Spaanse kerst- muziek tot leven, de duizend jaar oude „villancios", die elders helaas vrijwel onbekend zijn gebleven. Hoewel verschillende publicisten zich uitvoerig met dit fenomeen heb ben beziggehouden, bestaan de mees te „villancios" niet op papier. Zij le ven voort in de harten van de Span jaarden die ze doorgeven aan hun kin deren en geesteskinderen. Zo zijn er prachtige kerstliederen uit de negende eeuw bewaard gebleven, toen de kerk het kerstfeest nog niet officieel vierde. Het zijn heerlijke liederen, uitermate poëtisch in hun eenvoudige uitdruk kingswijze. De ouderen spelen gitaar en de kinderen zingen. Vaders neuriën mee weemoedig afdalend in hun jeugd herinneringen. Elke landstreek heeft zijn eigen liederen, meestal in het ei gen dialect: Och Jozef, Je zoon ontroert me. Hij is zo klein, Klein en huilt niet eens De spelers en zangers trekken de straat op. En op weg naar de nacht mis staan ze vele malen stil onder flauwe straatlantarens om het lied van Lope de Vega te zingen: Huil niet, mijn ogen, Godskind, schrei niet meer, Want als de hemel huilt, Wie zal er dan nog zingen Ziet, van de bergen Dalen de herders Zingend af, Om je blij te maken. Kindje van mijn ogen, Eia, schrei niet meer, Want als de hemel huilt, Wie zal er dan nog zingen EN ZIJ GAAN verder, spelend en zingend jaren geleden wist de Spanjaard nog niet wat een kerstboom was Thans worden er steeds meer gekocht. Die sparren zullen een onderdeel vormen van de kerststal, maar de bonte, ir reële versieringen vormen daar een trieste tegenstelling mee. Sedert vele Amerikanen in Spanje zijn gestatio neerd ter bezetting van de uitgebreide Amerikaanse bases, rijden op de voor avond van dit christelijk feest kerst mannen door het land rond. De Ame rikanen willen graag wat voor de arme Spaanse kindertjes doen. Maar inplaats dat zij zich aanpassen aan de tradities van het land, voeren zij daar hun eigen tradities in. Aanvankelijk hebben de kleine Spanjaarden vreemd opgekeken toen een rare man hun ca deautjes kwam brengen. Maar de mid denstand begon er iets in te zien en tegenwoordig verschijnen er steeds meer advertenties in de dagbladen, die Santa Claus, de kerstman, introduce ren. Men kan nu ook op de kerststalle- tjesmarkt voor de kathedraal van Bar celona glazen ballen en „kerstslin gers" kopen. Maar nog vele Spanjaar den vragen: „waartoe dient dat „Porqué sirve Ja waar toe eigen lijk? ALS KINDERVRIEND hebben de Driekoningen, de „Reyes Magos" be tere papieren, omdat deze al eeuwen de rol van weldoeners hebben gespeeld Op Kerstmis worden ook in Spanje ge schenken uitgedeeld, maar die heb ben niets met de kerstman van doen. Tijdens het kerstfeest gedenkt men waardevolle relaties met een „cesta", een mand, gevuld met uitgelezen heer lijkheden, met ham, worst, flessen cognac en champagne. DE KINDEREN moeten wachten tot zes januari, het feest van Epifania, de erkenning van Christus door de wereld. De aanleiding is overduidelijk. Volgens de legende waren het immers de drie koningen, die na vele omzwervingen geschenken kwamen brengen aan het Goddelijk Kind. Bij de kerstening van het op de Moren veroverde gebied, hebben de missionerende Spanjaarden vroeger dankbaar gebruik gemaakt van de „zwarte koning" om de bevol king ervan te overtuigen dat de Moe derkerk helemaal niets tegen de Moren had. In alle steden van Spanje worden de „Reyes Magos" van hun verre reis uit het onbestemde „Oosten" feestelijk in gehaald met grote optocht* n, waar het zakenleven een groot aandeel in heeft. In alle warenhuizen zetelen de drie koningen. Alle scholen worden door de wijzen bezocht. De kinderen zenden hun verlanglijstjes en zijn bang voor de bestraffende vinger van de zwarte koning. HET FEEST is in alle opzichten ana loog aan dat van Sint Nicolaas ten onzent die overigens niets te doen heeft gehad met Spanje. De historische oorsprong is even duister als die van het sinterklaasfeest. Maar wat doet dat ertoe? Alle kleinen in Spanje ge loven met heilig ontzag in de alwe tendheid en alomtegenwoordigheid van de „Reyos Magos", die niet op paarden over de daken rijden, maar hun milde gaven toch deponeren op balkons en binnenplaatsen, op terrassen en aan de deuren. Zo vieren de Spanjaarden tussen 25 december en 6 januari twee weken onafgebroken feest en leven zij de gan se scala van hun rijke folklore uit. Er wordt weinig gewerkt. Vele kantoren blijven zelfs geheel gesloten. OP KERSTMIS verenigen de fami lies zich in alle vrede rond de stam vader. „Onnozele kinderen" lijkt op een Hollandse eerste april: iedereen tracht zijn bekenden in de maling te nemen. Een weinig christelijke her denking overigens van de eerste mar telaren. Nieuwjaar nadert met op nieuw een grote loterij om de verlie zers van Kerstmis opnieuw teleur te te stellen. En dan bereidt iedereen zich voor op de pakjesavond van Drie koningen. HET IS maar goed dat Spanje geen carnaval kent, want het vlees heeft waarlijk, al genoeg gehad om aan de vasten en de „versterving" van de passietijd toe te zijn. Zo ziet de Span jaard het dan ook en in zijn viering van het kestfeest wordt hij reeds be heerst door gedachten aan de nade rende dood. Zie je dan dat Kruis niet, Het kindje ligt al te sterven,.. meubilair gaat er voor naar de lommerd! De staat spant in het kader van de nationale goklust de kroon. Het hele jaar door, elke tien dagen, trekt de staatsloterij en keert daarbij hoofdprijzen uit, die variëren in grootte, maar al tijd boven de honderdduizend gulden liggen. Men kan de loten kopen bij de bijna tweeduizend officiële kantoren die de staat overal in het land heeft inge richt. Maar men kan ook terecht bij de vele leurende mannen en vrouwen die met lange trossen loten in hun hand de straten af stropen. De Spaanse spelers ko pen graag bij vrouwen, want het bijgeloof wil dat zij geluk aan brengen. Velen van hen zien er goed uit en dat betekent in negen van de tien gevallen dat meer dan eens een goede prijs is gevallen op een lot dat zij hebben verkocht. De winnaar heeft dan niet nagelaten, hun een goede fooi te geven. IN DECEMBER bereikt de speelwoede een absoluut hoogte punt. Dan speelt iedereen mee, velen moeten ervoor naar de bank van lening. Vijfhonderd pesetas voor een tiende lot is voor de meeste Spanjaarden een grote som geld. Het is soms meer dan hun weekloon. Het kopen van een lot is een Och, het staat in de sterren te lezen, Herder, waar wil je toch heen Zie je dan dat Kruis niet? Het kindje ligt al te sterven. De kinderen zingen met hoge stem metjes: Ro-ro-ro mijn kindje, Wie zal je wiegen? Mag ik het doen, Toe, alsjeblieft... ZO KUNNEN WIJ oneindig putten uit de schat van kerstpoëzie, uit de vele liederen, die wij uit de mond des volks hebben opgetekend en stuntelig vertaald. In de melodie ligt een tra gische toon. De Spanjaard is zich be wust van de tragiek van het kerst feest, omdat de vreugde over de ge boorte van de Verlosser zal eindigen in de bittere droefenis van de goede week. DE KERSTSTAL in Spanje is een enorme bedoening. De Spanjaard heeft niet genoeg aan een stalletje met een os, een ezel, een kindje, Jozef, Maria en een paar herders (waar later de drie koningen bij komen). Hij bouwt een heel landschap waarin vaak meer dan tweehonderd figuurtjes een plaats krijgen. Er is een kampement van tientallen herders. Aan vuurtjes wordt gekookt. Pakezels, karren en paarden lopen er dwars doorheen. Struikrovers trachten hun slag te slaan, verborgen achter struiken, hun kans afwachtend, maar de gendarmes zijn op hun qui- vive. Vrouwtjes buigen zich over put ten en zogen hun kindertjes. Zo'n ta fereel beslaat soms meerdere vierkan te meters. De beeldjes zijn klein, maar vaak heel fraai en vele generaties oud. Er wordt voor de kerststallen ge spaard en elk jaar worden nieuwe beeldjes bij gekocht. De Spanjaarden kunnen zichzelf er in terugvinden. Want dezelfde eenvoudige herders als die 1966 jaar geleden over hun waak ten rond Bethlehem, dwalen nu nog rond over de Spaanse hoogvlakten, tot aan de grenzen van de grote ste den. In hun kerststal kunnen zij ook hun eigen omgeving uitbeelden, pri mitieve dorpen en stadjes in Extre- madura, in Castilië, in Baskenland en zelfs in welvarend Catalonië, met straatjes en huizen die er nog even oud-testamentisch uitzien afs die in het heilige land rond Christus' geboor te. MAAR TOCH winnen in dit traditie- zwangere Spaanse kerstfeest buiten landse invloeden terrein. Een tiental radiostations onderbreken de hele dag hun programma's om de winnende nummers, die door een koortje van weeskinderen worden ge zongen, uit te zenden. DE DAGBLADEN geven regel matig extra-edities uit en overal in de steden zijn luidsprekers opgehangen, zodat ook degenen die geen radio hebben, de uit slagen kunnen volgen. Aan de bijna tweeduizend loterijkan toren in het land worden elk uur van de dag nieuwe lijsten aan geplakt. En intussen draait in een klein lokaal in Madrid de „bola" maar door. Dat is een grote metalen bol, vol knikkers met nummers erop. Op gezette tijden valt er een knikker uit. Notarissen noteren de nummers en vormen op deze wijze de winnende cijfers. Voor de avond valt heeft Spanje er enkele mil jonairs bij, want de Spaanse kerstloterij zet fantastische be dragen om. ER ZIJN 640.000 loten, ver deeld over acht series van 80.000 elk. Een lot kost vijfduizend pesetas per serie, dat is driehon derd gulden. In totaal trekt de staat rond 240 miljoen gulden. Een derde daarvan wordt aan prijzen uitgekeerd. Wie een vol lot van acht series koopt en daar dik vierentwintighonderd gulden voor neertelt!) kan 22,5 miljoen gulden winnen. Er zijn genoeg Spanjaarden die voor 2400 gulden hun kans wagen. Maar de meesten kopen een „tientje" uit een serie in de hoop daarmee 3.750.000 pesetas 225.000 gulden te winnen. WEKEN vóór de trekking zijn alle loten uitverkocht, hetgeen betekent dat elk van de ruim dertig miljoen Spanjaarden voor f 6,75 heeft vergokt. In de grote steden ligt dit bedrag veel hoger. Elk gezin in Barcelona en Ma drid koopt voor circa honderd vijftig gulden kerstloten. Dat is voor een klein maandsalaris. Het iiiiiiniiiniii! „Oudtestamentische" dorpjes zoals dit in Estremadura leveren inspiratie in overvloed voor de doe-het-zelf-kerststallen-bouwer: en dat is bijna elke Spanjaard. (Van onze correspondent) BARCELONA. Rond Kerstmis leeft heel Spanje in de verwachting van het ge luk. Twee dagen voor het feest van de vrede trekt de nationale kerstloterij, die waarschijnlijk het omvang rijkste gokfeest ter wereld is. Die trekking vindt plaats in Madrid en het hele land leeft lan mee. De veertig Spaanse

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1967 | | pagina 33