WEEEZIEN MET
CAIRO:
alles bij het oude
H OE HER je daar met het eten gedaan?
i
■i
BUSINESS AS USUAL" ONDANKS WEGBLIJVEN DER TOERISTEN
ZATERDAG 27 JANUARI 1968
Erbij
15
Was die verduistering niet afschuwelijk?
Heb jij ook gemerkt dat ze altijd het nummer
opschrijven van je taxi?
Hoe denken ze over het feit dat ze verslagen zijn?
Kon je na donker wel veilig op straat lopen?
De lichtjes branden
weer, ca£é's en bios
copen zijn overvol,
de nederlaag is ver
geten - en wie niet
verhongert die leeft
weer vrolijk en te
vreden want Nasser
zorgt voor alles
EVEN ONAANTASTBAAR ALS
DE ABSOLUTE MACHT DER
„GODDELIJKE" HEERSERS IN
HET OUDE EGYPTE, SCHIJNT
DE POSITIE VAN DE MODERNE
FARAO, PRESIDENT NASSER.
ZIJN VOLK AANBIDT HEM,
ONDANKS DE SMADELIJKE
DEBACLE VAN DE ZESDAAG
SE OORLOG MET ISRAEL, ALS
EEN ONFEILBARE HELD.
VRAGEN waarmee je gecon
fronteerd wordt als je terugkeert
van een reis naar het „verslagen"
Egypte. Vragen die duidelijk be
wijzen dat we in Nederland niet
op de hoogte zijn van de alledaag
se dingen in Egypte. Maar.Wie
's nachts per vliegtuig boven Cairo
aankomt ziet het bekende beeld:
de lichten van een wereldstad van
drieëneenhalf miljoen inwoners
liggen over een ontzaglijke uitge
strektheid te flonkeren: de einde
loze snoeren blauwwitte lichten
van de grote aanvoerwegen en de
boulevards; de geelwitte licht
wolken van de gewone straten, de
huizen, de talloze wolkenkrabbers
die langs de Nijl oprijzen en iedere
maand in aantal toenemen.
HIER EN DAAR wijst een wonder
lijke plek donkerblauw licht op de
aanwezigheid van een regeringsge
bouw waar men de blauwe verduiste-
ringsverf nog niet van de vensters
heeft gekrabd. Laksheid? Vergeetach
tigheid? Uit veiligheid? Het eerste ligt
het meest voor de hand, het laatste het
minst. Dat blijkt ook wel uit het ge
motoriseerde verkeer. Negentig per
cent rijdt met normale lichten vaak
één lamp omdat de andere kapot is!
en de rest met heel of half afgekrabde
lampen. Een enkele auto heeft echt
blauw licht en dat was dan zó duur dat
men er niet aan denkt, het te vervan
gen door een normale lamp.
CAIRO WAS en is nog altijd een
heerlijke stad. Iedere avond is er de
gewone pantoffelparade langs de gro
te winkelstraten. Op donderdagavond
is het aantal flaneurs enorm, dat is de
vooravond van de vrije vrijdag. En al
zijn de winkels slecht bevoorraad, men
doet zijn best. Nog nooit stonden er zo
weinig taartjes op zoveel mooie bordjes
in de vitrines! Slecht voorzien zijn
vooral de zaken in importartikelen of
buitenlandse stoffen, foto-artikelen en
dure conserven. Maar de winkels der
vele juweliers flinkeren even propvol
als altijd. Ieder café en restaurant zit
eivol. Bij de inheemse koffiekroegjes
zijn alle wankele stoeltjes bezet; men
sabbelt er aan de gemeenschappelijke
waterpijp en speelt met veel lawaai
dam of triktrak. En al heeft de Turkse
koffie ingeboet aan smaak en geur, het
enthousiasme der gasten heeft er niet
onder geleden. Ook de bioscopen zit
ten tjokvol, evenals bussen, taxi's en
treinen, de opera, de duurste café's,
waar het taartje dan wat muffig
smaakt, maar waar de gezelligheid al
les vergoedt.
En heel de nacht door stralen in de
hele stad de lampen van de prachtige
vruchten- en groentestalletjes waar
men continu terecht kan voor het fruit
dat de Egyptische herfst en winter zo
rijkelijk uitdelen.
ENIGE JAREN geleden besloot men
iets te gaan doen aan het chaotische
verkeer. Een gevolg was dat er een
lawine aan bekeuringen losbarstte.
Sindsdien is het verkeer aanmerkelijk
ordelijker.
De miljoenenstad Cairo heeft nu of
ficieel de minste verkeersdoden van
de wereld. Daarentegen is de blikscha
de werkelijk monumentaal, maar daar
trekt men zich niet veel van aan. Lie
ver een deuk in je blik dan een deuk
in je hoofd, zegt de Egyptenaar en
daar houdt hij zich aan. Repareren is
duur, dus laat hij de deuken rustig
zitten. Nog steeds strooien de agenten
met prijzenswaardige ijver hun bon
nen uit over de verkeerszondaars en
daar heeft men dan meteen de oor
sprong van dat rare verhaal over ge
noteerde taxinummers. Taxi's zijn no
toire boeven in het verkeer en alleen
met het toerisme. Zo zeker als de zon
in het oosten opgaat, zo stellig zal ook
die gouden stroom terugkeren, zeggen
de Egyptenaren, en dus bouwen ze
rustig voort aan hup grandioze pro
jecten. Er komen nieuwe, uitnemend
geoutilleerde hotels en zwembaden;
langs de Nijl verrijst de ene wolken
krabber na de andere, met als apo
theose het reusachtige gevaarte waar
in de Amerikanen zullen worden ge
huisvest die zich gaan bezighouden
met de rijke olievelden langs de Libi
sche grens. En van Nubië ver in het
Geheime agenten werden overal aan
gesteld om de bevolking in de gaten
te houden. We hoorden de steeds
groeiende klachten over de bureaucra
tie waarmee Egypte al vijfduizend jaar
overhoop ligt, de klaagzangen over
corruptie, willekeur, gekuip en gekon
kel en „vergulde handen". We hoor
den klachten over de regering, de le
gerleiding en het onbegrip van de
Westerse wereld die vaak meent dat
Egypte communistisch gezind zou zijn,
terwijl niets minder waar is. Klachten
over de Palestijnse vluchtelingen.
hun schrikaanjagende rijmethodes zijn
het doelwit van de schrijvende agen
ten.
HOE VEILIG is Egypte, en Cairo in
het bijzonder? U kunt er rustig mid
den in de nacht, zelfs als vrouw al
leen, over straat gaan en geen kip zal
u kwaaddoen. Men kan zich door de
drukste volksbuurten rondbewegen,
bij kraampjes neuzen en stegen in
duiken, en niemand valt u lastig, nie
mand scheldt, niemand kijkt boos. Al
laten de toeristen het afweten met uit
zondering van een handjevol rode
broeders van achter diverse ijzeren
gordijnen, niemand denkt eraan zich
aan de vreemdeling vast te klampen
voor de beruchte bedelarij. Het bak-
sjiesj-geroep is verstomd, het heeft
geen nut meer. Wie nog mocht denken
dat dit geroep het gevolg was van
grote ellende weet nu beter. Het was
altijd bij de wet verboden en men
houdt er streng de hand aan. Maar
de baksjiesj hóórt nu eenmaal bij de
toerist en vooral voor kinderen is het
een aardig spel. dat bij lang aanhou
den en flink zielig doen best wat
oplevert.
DE DOORSNEE-EGYPTENAAR ge
looft niet dat het voorlopig bekeken is
zuiden tat en met de Delta in het
noorden werkt men op topkracht aan
het nieuwe bevloeiingssysteem dat no
dig is nu de Nijl voor het eerst na
miljoenen jaren! -geen overstro
ming meer zal kennen. De drie maan
den tijd dat de hele Nijlvallei blank
stond zal nu vrij komen voor landar
beid en dat zal de oogsten met een
vierde doen toenemen Ook de scholen,
de ziekenhuizen, de nieuwe wegen die
op het plan stonden worden werke
lijkheid, steeds meer kinderen kunnen
naar school gaan.
TIENMAAL in acht jaar hebben we
lange tijd in Egypte vertoefd. In het
begin zagen we het land met sprongen
vooruit gaan. Dat duurde vijf jaar.
Daarna volgden we de verschrikkelijke
neergang die het land en het volk uit
zoog ten bate van het leger. Maar al
tijd gingen het bouwprogramma en de
ontwikkeling van de bevolking voort.
Ziekenhuizen en watertorens zorgden
voor de gezondheid en de meisjes
moesten naar school, willen of niet.
Met hele bussen rosten de middelbare
scholieren door de Nijlvallei om ken
nis te maken met Egyptes onvergelij
kelijk groots verleden. We hoorden de
leerkrachten parallellen trekken: Kijk.
zo groot waren we. Zó moeten we
weer worden! Het machtigste land van
het Nabije en Midden-Oosten!
We zagen ook het snelgroeiende en
uitnemend bewapende leger over de
nieuwe wegen rijden. Jongens van ze
ventien moesten hun schoolopleiding
onderbreken om onder dienst te gaan.
Klachten over de „windhaan Hoessein".
Over Jemen en koning Feisal
Maar één ding hoorden we prak
tisch nooit: klachten over president
Nasser. Iedereen lijkt het staatshoofd
als een volkomen op zichzelf staand
fenomeen te aanvaarden. De Egypte
naar moet zich blauw betalen aan be
lasting om het leger op peil te houden,
maar het is „de regering" die de belas
ting bedenkt en daarmee heeft Nas
ser niets van doen. Er bestaat natuur
lijk een groep die het niet eens is met
Nassers desastreuze politiek, maar de
grote massa van het volk gelooft in
zijn grote held en diens onfeilbare
wijsheid.
VIJF KALKOENEN, een vette gans,
een dito eend, ongetelde kippen en
duiven vormden ons dieet gedurende
enige weken „hongerlijdend" Egypte.
Dit gevogelte werd ons aangeboden
door onze vrienden van hoog tot laag,
van rijk tot arm. Niet in hotels waar
niemand ook maar iets te kort komt,
maar in de huizen van stad en dorp.
Is er dus geen honger in Egypte?
Hier en daar, en vooral in Luxor dat
altijd van het toerisme leefde, wordt
wel degelijk honger geleden door de
hoge kosten van bepaalde levensmid
delen. Maar nog altijd kan men voor
enige piasters de maag zeer redelijk
vullen met brood en bonen, groente
en fruit, het oeroude Egyptische dieet.
Wie geen piasters bezit lijdt honger,
maar dat is hier altijd zo geweest. Er
is géén rantsoenering. Wel zijn er
vleesloze dagen. Kippen, duiven, ander
pluimvee en eieren vallen echter niet
onder „vleesloos". Brood en daar
mee bedoel ik echt brood van volko
ren is er voldoende. Boter is er
zelden maar die eet men nauwelijks.
Bier en wijn zijn duur geworden even
als sigaretten, want dat valt, niet onre
delijk overigens, onder luxe. Taxi's en
bussen zijn niet duurder geworden,
evenmin als de interne luchtlijnen en
de trein De hotels zijn echter niet
twintig percent goedkoper geworden
zoals officieel bekendgemaakt is in
onze pers.
Zeldzaam zijn vele alledaagse dingen
die geïmporteerd moeten worden: ball
points, naalden, spelden, naaizij de,
schoolschriften, batterijen, radio's en
vooral medicamenten. Voor een
aspirientje of een kininetablet heeft
men in Egypte héél veel over, even
als voor injectiespuiten en verband
middelen.
WE LIEPEN 's nachts om twaalf uur
over een van Cairo's grote Nijlbruggen
die zich stralend verlicht over het
zwarte water uitstrekken. Aan begin
en eind van de brug lag een hoopje
half leeggelopen zandzakken. En mid
den op de brug stond een soldaat van
zeventien jaar in slordig uniform
droefgeestig zijn slaap te verbijten en
de brug te bewaken. Hij «groette ons
en daarna ging hij weer over de leu
ning hangen. Dergelijke jonge solda
ten zagen we ook hier en daar in de
stad, voor belangrijke gebouwen of
wat er voor doorging posten.
Deze jongens plus de rare stenen
muurtjes voor de ingangen van grote
gebouwen zijn vrijwel alles wat in
Egypte nog aan de oorlogstoestand
doet denken. Die muren zijn de oor
zaak van veel gemopper. Ze staan in
de weg en hun nut is twijfelachtig.
Het enige is dat je er mooie strijd
kreten op kunt aanbrengen in ele
gant Arabisch schrift! Een derde van
de muurtjes stamt nog uit de voor
malige Suez-crisis, de rest is nieuw.
Met de leeggelopen zandzakken vor
men ze de de verdediging van Cairo!
EEN TOERISTENLAND zonder toe
risten is maar een droeve bedoening.
Alle mooie hotels zitten dicht. De
rondvaartbootjes op de Nijl varen leeg
rond. De vlieglijn op Luxor-Aswan
gaat niet meer drie, maar éénmaal per
dag. Het machtige, van kitsch drui
pende Hilton-hotel telt een handjevol
gasten die als verdoolde geesten over
de glimmende marmervloeren rond
zwerven. De boetieks zitten dicht even
als de winkels vol enge souvenirs en
dubieuze „antiquiteiten". Dicht zit ook
de kamelenstal bij de piramiden, maar
alsof er geen vuiltje aan de lucht is
vertelt iedere avond in vier talen
Engels, Frans, Duits en Arabisch de
sfinx zijn romantisch verhaaltje aan
een leeg auditorium. Heropend werd
het eerbiedwaardig oude hotel Mena
House omdat er twee Zweedse toe
risten wilden logeren! Toen dat be
kend werd kwamen er vijftig Egypti
sche echtparen bij omdat ze nu einde
lijk ook eens een kans hadden.
Open is ook de beroemde nachtclub
Sahara City, plus talloze andere, maar
met alleen Egyptisch publiek heeft het
programma er aanzienlijk gewonnen,
want die vormen een heel wat criti-
scher publiek dan toeristen. Dat er van
tijd tot tijd een gierende straaljager
over raast, dat er soms een eskader
bommenwerpers met dreunend ge
weld overtrekt herinnert ons aan oor
log. Maar de Egyptenaren doet het
niets; ze reageren niet eens. De buik
danseres wiegt wulps verder en alleen
vindt men het heel vervelend dat men
de zangeres, die een Oudarabisch lied
zingt, niet kan verstaan!
WIE DE toestand goed wil aanvoe
len moet naar het museum gaan. Daar
zijn de schatkamers van Ichnaton en
Toetankhamon leeggehaald; de schat
ten rusten ergens veilig diep onder de
grond. Iedere aanwezige ruit, groot of
klein, is zwaar beplakt met bruin
plakband als een kwalijk spinneweb.
Stenen farao's staren als vreemde vo
gels uit enorme nesten van zandzak
ken. En.het hele museum lééft letter
lijk van in zwart serge gestoken poli
tiemannen, velen van hen met een
waar bloemperk aan lintjes op de
borst als herinnering van zes dagen
oorlog.
Wie echter mocht menen dat Egypte
die oorlog heeft verloren, wordt het
door de Egyptenaren duidelijk ge
maakt dat daar geen sprake van is.
Men heeft een nederlaag geleden, goed,
dat is geen schande. De grootste Ara
bische helden uit het verleden hebben
nederlagen gekend. maar daarna
kwam steevast een overwinning. De
Egyptische nederlaag is gewoon een
gevolg van de slechte legerleiding,
maar nigt van Nasser, nooit van Nas
ser! Bovendien zegt men dat Israel de
oorlog begonnen is; men praat vol ver
ontwaardiging over het „Pearl Har
bour van Cairo". Welk leger valt er
nu vanuit het westen aan als je het
vanuit het oosten behoort te verwach
ten? Praat je dan over de knappe stra
tegie van de Israeli's dan weet men het
niet meer en gaat zwammen. Over
provocaties van Egyptische zijde wil
men niets horen.
De donderende redevoeringen van
Nasser vonden een goede klankbodem
bij het volk; meesterlijk weet hij de
volksaard te bespelen! Men wijst op
de ongeëvenaarde heldendaden aan
het front, op de luttele doden en ge
wonden aan Egyptische zijde, de astro
nomische getallen aan de Israëlische.
Geen niet-Egyptenaar kan hen over
tuigen van het tegendeel. Het stond in
de krant. Ze hoorden het over de radio.
Ze zagen het op de teevee. Dus is het
waar! En op Rusland kunnen ze reke
nen, want die levert wapens, technici
en specialisten. De toekomst ziet er dus
niet slecht uit!
TOCH heeft Egypte nog wel een
paar troeven achter de hand. Het toe
risme en het Suez-kanaal mogen dan
al zijn uitgeschakeld als bronnen van
inkomsten, er staat een en ander te
genover. In de eerste plaats is er de
grote dam van Aswan die een jaar eer
der gereed komt dan was voorzien.
Onuitputtelijke hoeveelheden elektri
citeit staan Egypte nu ten dienste. Op
de dag van de herdenking van de Rus
sische revolutie werd in Caïro officieel
het „Aswan-licht" ontstoken In de
westelijke woestijn zijn rijke oliebron
nen aangeboord van een even goede
kwaliteit als de Libische. In april van
dit jaar zullen deze onder Amerikaan
se leiding in werking treden. Daarmee
vervalt het verlies van de Sinaï-bron-
nen. die vrij slechte olie leverden en
reeds uitgeput raakten. Het reusachti
ge nieuwe landbouwgebied New Val
ley begint tot volle ontplooiing te ko
men. Het nieuwe net van irrigatieka
nalen in het hele land is praktisch ge
reed en de akkers zullen meer gaan
opbrengen dan ooit tevoren.
Men is bij ons geneigd Egypte als een
verloren zaak te beschouwen. Dat zou
wel eens een kostbare vergissing kun
nen blijken, want Nassers invloed in
het Nabije en Midden-Oosten is nog
altijd ontzaglijk groot, ondanks de ne
derlaag tegen Israel, ondanks de gas-
oorlog in Jemen, ondanks de ruzie van
de Arabische staten onderling. Nog
veel groter is zijn invloed op het volk
en zolang dat in hem gelooft zal zijn
macht voorlopig niet tanen.
(Nadruk verboden)
Tadema Sporry
De dure souvenierwinkels zyn gesloten wegens gebrek aan belangstelling.