-■ Pl ïl m e v< ïl PANDA EN DE MEESTEEN-SUPERMAN POLLE, PELLI EN PINGO rHOE IS HET ONTSTAAN?^ II 1 34 H m V. J igestipt Nederlandse radio speelt in dorp in Oost-Duitsland I 12 VRIJDAG 9 FEBRUARI 1968 13 "j| \\L yk gi. a gjilpi 1 JÊ - 77™ 75™ ÉT™ 75™ sT" 77™ 67™ ÏÖ5* ïoT wT" ïïS™ ïïT™ vT™ 54 üT™ ïüT ï!7™ isT" ÜT 177™ TëiT ïsT 2?r 2ÏT" 2ÜT" 75T 757™ i5T 7ST 7TT 7Ts TëT ïëT iëT 43 TT TT 5T™ TT" 77™ 3?" TT™ In 1942 gevorderd W*. Mierlo in de knel door annexatie juist, dit is het betere orgel dat u op de T.V. zag; het heeft de bekende gouden klank en biedt meer muzikaal genoe gen voor een lagere prijs. Dit woord: TERUG Dit woord: REINET Dit woord: TAMELIJK Dit woord: TANG DE UILENBOOM D A V Y J O N E S eecooF het maar, JomEN... een man moét een hobby wlWWWWWWi/VWWW Ëc"iï («urepfonkelijh* roman door JAN 1>E HARTÓG 63) luchtvlekken hadden staan staren, holden naar mijn duikapparaat na dat ene woord, dat ik bijna gefluis terd had. Zij gespten mijn halster aan in enkele seconden; onderwijl trok ik mijn zwemvliezen aan en de boots man gespte de ballastgordel om mijn middel. Ik trok ze verkeerd om aan, maar ik liet ze zitten zoals ze wa ren; ik daalde de touwladder af zon- zonder eerst in mijn masker te heb ben geblazen. Ik had in het water wil len springen van het dek af, maar be sefte op tijd dat mijn masker van mijn hoofd gerukt zou worden zodra ik het water raakte. Toen mijn voeten al los hingen her innerde ik mij dat ik in mijn masker blazen moest. Er was een lek aan de linkerkant. Terwijl ik het ver schoof riep een stem: „Kijk!" Ik zag een heftige beroering in het water op de plek waar de luchtvlek ken boven waren gekomen. Stukjes zeewier kwamen aan de oppervlakte en toen een slap rond ding. Ik dacht met een gevoel van misselijkheid dat het de stuurman was; ik dook en zwom er heen. Zodra ik mijn hoofd onder water stak, zag ik een soort lange rookwolk opstijgen uit het blauw. Toen ik naderbij kwam zag ik dat het mod der was en stukjes zeewier. Er was geen vis te zien. Het slappe ronde ding was een zwemvest met geschabloneerde cijfers en letters er op. Ik dook; toen ik het wrak en de pilaren zag ging ik zeven of acht meter rechtstandig naar beneden. Toen moest ik wel een plafond maken door de pijn in mijn oren. Ik keek om mij heen, zoekend naar zijn luchtbellen. Ik dacht dat ik ze zag, heel zwak omhoogdrijvend met het vuil dat in wolken bleef opstijgen. Ik had mijn harpoen in mijn hand. Toen zij flikkerde in het zonlicht dacht ik dat zij iets anders was en ik begon sneller te ademen en de huid op mijn dijen leek te krimpen van plotselinge angst. Ik dook op nieuw tot de pijn mij dwong weer een plafond te maken, toen hoorde ik een zwak getik, dichtbij. Het getik gaf mij een plotselinge moed. Misschien was het geen moed maar iets anders. Ik begreep alleen dat de stuurman wist dat ik er was en dat hij mij riep. Ik vergat de haai, ik vergat de verschrikking van het violet. Ik dook dieper en dieper in roekeloze sprongen en maakte alleen maar een plafond wanneer de pijn in mijn oren te erg werd. Hij rees langzaam op uit de diepte. Zwak schuim spiraalde uit zijn nek. Hij hield iets omklemd met beide handen. Iets vierkants, maar ik schonk er geen aandacht aan. Wat mij opnieuw dat gevoel van misse lijkheid gaf, was het schuim dat uit zijn nek kwam. Het was rood. Ik zag dunne roestkleurige rook uit zijn oren komen; toen ik hem bereikte zag ik dat zijn masker veranderd was in een donkere, ondoorzichtige schijf. Zijn benen hingen slap omlaag, hij dreef half op zijn zijde. Ik dacht dat hij het bewustzijn had verloren maar toen ik zijn schouder aanraakte lie ten zijn handen het kistje los en hij sloeg zijn armen om mijn middel en klemde zich wanhopig aan mij vast. Ik zag het kistje draaiend terugzin ken in het donker. Ik wist dat ik moest zien hem zo spoedig mogelijk naar de opper vlakte te krijgen, maar als wij dade lijk opstegen, zonder de periodes van wachten, zou het zelfmoord beteke nen. Ik moest voor hem beslissen en ik wist dat ik maar één beslissing nemen kon: mij aan onze decom- pressieperiodes te houden, zelfs al zou hij sterven met zijn armen om mij heen. Ik steeg tot op zeventig meter, hem met mij meeslepend, zoals de haai de visjes had meege sleept die aan zijn buik hingen. Toen ik aan de haai dacht ontdekte ik dat ik mijn harpoen verloren had. In het hart van het blauw, op vijf meter, zag ik het zwakke rode schuim, dat opsteeg uit zijn nek, stokken. Ik dacht dat hij dood was maar zijn armen knelden plotseling om mijn middel met krampachtige samentrekkingen. Ik tastte haastig naar de kraan van zijn reservetank en opende die Het schuim kwam terug. Hij leefde nog, maar hij had nog maar tien minuten over. Ik steeg tot op veertig meter. Het was veel te vlug maar ik moest het riskeren. Het blauw werd lichter, ik zag de met bloemen begroeide berg helling weer en ergens boven ons aan de linkerkant de dondere schaduw van het wrak op de zuilen. Toen zag ik de schaduw bewegen. Het was niet het wrak maar een andere schaduw cirkelend. Ik wist niet wat ik doen moest. Wij waren op veertig meter. Wij hadden nog minstens één decompressieperio- de voor ons, op vijfentwintig meter. Toen hield mijn lucht op en ik opende mijn reservetank. Pas toen ik mijn hand uitstrekte naar de kraan drong het tot mij door, dat ik al die tijd zijn arm gestreeld had, zoals hij het bij mij had gedaan na de voltreffer. Om de een of andere reden gaf dit de doorslag. Ik haalde diep adem, stampte mijn voeten omlaag en wij schoten omhoog uit het blauw naar het grijs van de hemel. Ik zag de witte buik van de haai boven ons flitsen, greep zijn arm en sloot mijn ogen, terwijl mijn oren be gonnen te hameren en te gillen. Ik slikte mijn speeksel in om de druk te verminderen en dacht hoe futiel dit was, hoe belachelijk. Toen, vlak na dat mijn trommelvliezen zich her steld hadden, hoorde ik de scherpe klik van een veer. En toen nog een en nog een. Ik kende dat geluid; harpoengeweren. Ik opende mijn ogen, zag dat zij bijna aan de oppervlakte waren, zag drie oranje wezens met respirateurs boven mij zwemmen, de blauwe ge weren blonken langs hun uitgestrek te armen. Ik zag de harpoenen aan het eind van hun lijnen bungelen, af geschampt op de huid van de haai, die zo hard was als een pantser. Ik zag de haai op hen afschieten, terug van een cirkel in het blauw, zijn bek open, zijn tanden flikkerend in het zonlicht. Toen bereikte ik de opper vlakte. (Wordt vervolgd) PÜÉi ,:y lÉl :.v -,A ;L Z li s k| m N® A ïW 1 2 3 4 5 6 7 8 10 14 15 57™ 58 59 6^ 63™ 65™ 66™ "68™ 6^" 16 55 lÖT 106 108 112 115™ 70 17 103 145™ 14^ 148 149™ 152™ 116 71 18 53 102 143~ 178 179™ 181 182 183™ 117 72 19 52 101 142 175 200 20^ 202* 203™ 204" 205 184 155 118 73 20 51 100 141 174 199 2T7™ 218 219 2D6 185 156 119 74 21 50 99 140 173 198 215 [224 22lT 22C 207 186 157 120 75 22 49 98 139 172 197 214 1223 222™ 1221 208 187 158 121 76 23 48 97 138 171 196 213 212 209 188 159 122 77 24 47 96 137 170 195 194 192 189 160 123 78 25 46 95 136 169 158 161 124 79 26 45 94 135 134 133 132 13" 130 129 128 127 126 125 80 27 44 93 92 9^ 90 89™ 88 87 86 85 84 83 82 81 28 34"™ 33™ 31™ 30™ 29 R PUZZEL No. 6 16 vrouw wier man overleden is, 5— 14 k nnis, 1321 fijngemaakte appelen, 2026 deel v. e. vloot, 2532 aanstoot, 31—36 land in Azië, 3542 deel v. d. arm, 4148 tel, 4751 heiligenvoorstelling, 50 57 les, 56—61 zeer koud, 60—64 pl. in Gelderland, 63—68 wederzijds, 6778 re detwisten, 7785 Europeaan, 8491 om gekeerd, 90102 toestand waarin men verkeert, 101108 aanhanger v. h. idea lisme. 107112 vast, sterk, krachtig, 111 117 laaghartig. 116123 rekband, 122127 vogel, 126132 kluizenaar; 131137 uit stalkastje of tafeltje, 136143 spreker, 142 148 behoeftige omstandigheid, 147154 schuldenaar, 153160 noodwendigheid, 159166 niemand uitgezonderd, 165171 briefomslag, 170174 babysitter, 173181 sterrenkundige, 180184 griekse letter, 183191 soort herenhoed, 190196 sie raad, 195200 stijl van het eerste Franse keizerrijk, 199208 terugbetaling, 207 210 soort bij, 209—217 het grootste gedeel te, 216222 pl. in Gelderland, 221225 verdieping. Oplossingen, uitsluitend per briefkaart dienen uiterlijk woensdag a.s. in ons bezit te zijn. OPLOSSING PUZZEL No. 5 Horizontaal: 1. mr. 3. kameleon, 10 rek, 13. aal, 15. talon, 16. am, 18. ho, 19. Utah, 21. tak, 22. maag, 24. kam, 26. neg, 28. riant, 30. of. 31, rog, 33. tel, 35. spijs, 36. pp, 37. as, 38. Nes, 40. e.d., 41. Eli, 43. 1.1., 44. botter, 47. ui, 48, te, 49. kit, 50. ik, 51. ka, 52. koning, 54,#hl, 55. nor, 56. da, 57. Ada, 58. r.i., 59. aera, 60. aula, 62. aak, 64. taak, 66. boord, 68. pon, 70. ur, 71 s.h., 72. teug, 73. rol, 75. ds, 77. en, 79. si, 80. aster, 82. lot, 84. som, 85. fantasie, 86. me. Verticaal; 1. mausoleum, 2. rat, 4. at, 5. mat, 6. elan, 7. loket, 8. en, 9. naar, 11. eh, 12. koets, 14. lak, 17. mais, 20 harp, 23. gaper, 25. m.o., 27. genot, 29. nijd, 32. gal. 34 Let, 36. pi, 39. stil, 42. li, 43. Lena, 44. big, 45. e.k., 46. parachute, 48. To, 49. knaap, 51. kor, 52. kalot, 53. Ida, 54. hit, 55. nek, 56. duo, 59. aard, 60. abces, 61. Ares, 63. korst, 65. au, 67. duif, 69. nota, 74. les, 76. s.l., 78 n.o., 80. An, 81. r.i., 83. om. De namen der prijswinnaars vindt u elders in dit blad. WINSCHOTEN. Brigadier G. Tuin van de gemeentepolitie YVinschoten weet nu waar het radiotoestel van zijn ouders, dat in 1942 door de Duitsers was gevor derd, is gebleven. Hij kreeg een briefkaart van Ullrich Krüger uit Catthus in Oost-Duitsland, die hem schreef dat hij een oud maar nog goed spelend radiotoestel bezat, waarin binnenin de aanduiding „Tuin-Winschoten" was gekrast. Ullrich Krüger wilde graag weten hoe het mogelijk was dat dit toe stel in Oost-Duitsland belandde. De heer Tuin heeft hem terug geschre ven dat de Duitsers in oorlogstijd, toen Ullrich nog niet was geboren, niet al leen voedsel, maar ook onder andere ra dio's vorderden en ook het toestel van zijn ouders hadden meegenomen. CO*. TOONDfc* 6 Joris Goedbloed raakte na een poosje over zijn verrassing heen. „Ei, ik kan vliegen.prevelde hij. „Ik wist niet, dat ik het in me had. Maar waarom eigenlijk niet? Per aspera ad astra, zoals de klassieken uitriepen toen de jonge Icarus zijn vleugels aangord de". Zo sprekende verdween hij in westelijke richting uit het gezicht, terwijl ver beneden hem professor Kalker grote vorderingen maakte met de opruiming van zijn laboratorium. Tot hij op een klein schakel doosje stuitte, dat ergens tussen zijn rommel lag. ..Merkwaardig.mompelde de geleerde. „Waarvoor heb ik dit indertijd gemaakt? Wat gebeurt er als ik het schakelaartje om zet?" Omdat hij daar niet zo gauw een antwoord op wist, voegde hij de daad bij het woord, en verzette het knopje. Helaas zag hij niet, dat er op hetzelfde moment een plotseling einde kwam aan de vliegtocht van Joris anders had de geleerde zich misschien herinnerd waarvoor zijn vin. ding diende. HIER HADD6NJUUIE EIGENLIJK ZELF OP MOETEN KOMEN] WAAROM HE8 JE DAT NIET VEEL EERDER UITGEVONDEN? WACHT MAAR, IK ZAL JULLIE EEN VEEL EENV0UDI6ER I MANIERTJE LATEN ZIEN WE HEBBEN ER GEEN 21N MEER IN OM DIE DORRE BLADEREN BIJ ELKAAR TE HARKEN.' (Van onze correspondent) HELMOND. Nu Helmond de kerk- dorpjes Mierlohout, Stiphout en Brouw huis heeft geannexeerd is de buurge meente Mierlo in de knel gekomen. Mierlo raakte aan Helmond bijna 5.000 inwoners kwijt, maar behield het grootste deel van zijn gebied. De kapitaaluitgaven blijven ongeveer gelijk, maar de bijdrage van het rijk per inwoner loopt met de helft terug. Bovendien is het de vraag of de gemeentelijke bedrijven voor de kleine overgebleven dorpskern nog renda bel zijn. ADVERTENTIE HAARLEM Gr. Markt 8 - Tel. 11338 In het woord terug voelt men evenmin een samenstelling van twee woorden als in than s. Toch schuilt in het eerste het zelfstandige naam woord r u g en in het tweede het„zelf- standige naamwoord h.-a n d. In de Middeleeuwen zei men: achter r u g g h e en bedoelde daarmee: ach teruit, achterover. Precies hetzelfde zien wij in het Duitse z u r c k, dat ook: op de rug, achterwaarts betekent. Een woord waarmee terug vergeleken kan worden, is achterbaks. Bak is namelijk een oud woord voor rug, zoals blijkt uit het Engelse back en uit b a k b o o r d, de zijde van het schip waar de stuurman met zijn rug naar toe staat. Bij oud-Germaanse schepen zat het roer zijdelings tegen de rech terzijde. Achterbaks betekent dus: achter de rug, stiekem. In het Middelnederlands kwamen in ongeveer gelijke betekenis voor de woorden: t a m e 1 ij c, b e t a m el ij c, be tame en ghetame. Men ver slond er onder: passend, behoorlijk en dat betekent b e t a m e 1 ij k nog steeds. Het erbij behorende werkwoord luidde: tarnen: passen, toekomen, behoorlijk zijn. De betekenisontwikkeling van t a m e 1 ij k loopt van: behoorlijk, ge past, fatsoenlijk over: behoorlijk van grootte, niet te groot en niet te klein naar: niet te veel en niet te weinig, middelmatig, redelijk, vrij goed, nog al. In het Duits voltrekt zich de bete keniswijziging op precies dezelfde wij ze. Ziemlich is immers eigenlijk: was sich ziemt, wat past. Nu betekent het: tamelijk, nogal. Er is een appelsoort die reinet of goudreinet wordt genoemd en die heel smakelijk is „ofschoon zijn uiter lijk voorkomen niet veel zoude doen vermoeden", zoals een oud boek het uitdrukt. Het Engels heeft rennet, het Duits R e n e 11 e en men leidt de ze drie woorden meestal af van het Franse r e i n e 11 e dat men dan ver klaart als het verkleinwoord van reine: koningin. Deze appel zou dan de koningin aller appels zijn. Ter ver gelijking wiist, mpn op de pruimsoort die reineclaude heet naar konin gin Claude, de vrouw van Frans I van Frankrijk. Anderen evenwel verbinden het woord reinet liever met de naam van de rivier de Rijn. Men noemt een boosaardige vrouw, een vrouw die kijft en slaat, wel eens een tang. Ook andere namen van werktuigen worden wel als scheld woord gebruikt. Voorbeelden daarvan zijn: vlegel voor kwajongen, zwab ber voor dronkelap en schoelje voor schurk. Eigenlijk is een schoei- j e een ovendweil, dus zoiets als een zwabber. Deze verklaring van het woord tang verdient de voorkeur boven die welke verwantschap zoekt; met het Maleise orang setan: boos aardig mens. De eigenlijke betekenis van het woord tang is: bijter, happer. Het Middelnederlands kende het bij voeglijk naamwoord tangher: kloek, maar ook: scherp, scherp van smaak, ruw. En een tang van een vrouw is ruw en scherp van tong. Daarom noemt men haar zo. In de geschiedenis zal de dag van vandaag M-dag zijn, de dag dat Rotter dam deze lage landen heeft opgesto ten of liever neergestoten m de vaart der metrobezittende volken. Bij alle woorden daaraan gewijd zal dit tunnel stukje spoorloos wegzinken in het wa ter van de Lethe, de rivier der ver getelheid, welke de oude Grieken ge bruikten om er hun onoplosbare pro blemen in op te lossen. De Rotterdam mers zetten zulke problemen om in daden. En als daarbij een enkel op losbaar probleem onopgelost blijft, bij voorbeeld: „Waar halen we het geld vandaan?" strekt dit Rotterdam slechts tot meer glorie. Hieruit mag niet worden afgeleid dat Rotterdammers dolle driftkoppen zijn die eerst schieten en dan pas kijken waar het doel van Ajax is. Ze weten dat het zich bevindt op de plaats waar de meeste ballen terechtkomen. Ik ver meld Ajax omdat ik de Amsterdam mers beloofd heb in het hol van de leeuw de naam Ajax driemaal te noe men. Ze mogen ook wel wat hebben, nu de grootste wereldhaven beschikt over 's werelds modernste metro. Bij het bouwen daarvan zijn de Rot terdammers waarachtig met onder eén nacht ijs gegaan. Alleen de alleroudste stadgenoten zullen zich herinneren hoe hun voortvarend bestuur, in een tijd toen er nog bijna geen bovengronds verkeer was, aan het stadsbestuur van Parijs opdracht gaf bij wijze van proef een ondergronds spoorwegnet aan te leggen, opdat Rotterdam, wan neer het zelf daartoe mocht overgaan, de aldaar gemaakte fouten zou kun nen vermijden. De Parijse metro deed het aardig, maar rook naar de ver keerde kant van een stofzuiger en tochtte overeenkomstig. Niet geheel be vredigend door dit experiment gaf de Rotterdamse overheid een gelijksoor tige opdracht aan Londen. Daar maak ten ze echter zulke hoge roltrappen dat de gebruikers, behalve met een zakkenrollersprobleem ook met een trappenrollersprobleem te kampen kre gen. Daarom werd als derde proefter- rein Moskou ingeschakeld. De Russen vermeden de fouten van hun voorgan gers, maar om te tonen hoe ze het thuis gewend waren voorzagen ze hun stations van een dusdanige overdaad van marmer, dat elke onderbreking van de reis het karakter kreeg vaa een sanitaire stop. Toen wisten de Rotterdammers hoe het niet moest. En ze bouwden hun metro zoals een metro moet zijn. Ze kozen het juiste moment, namelijk toen het verkeer niet voor de bouw hoefde te worden stopgezet omdat het zich zelf al had stopgezet. Bovengronds ble ven ze bij de tijd, ondergronds wa ren ze hun tijd ver vooruit. Iedereen kan zich daarvan tegen een betrekke lijk geringe vergoeding overtuigen. De Rotterdamse vlag wappert in mijn stem nu ik uitroep dat een me tro, zo mooi en zo modern als deze onze kindskinderen nog in verrukking zal brengen wanneer ze erin rondrij den onder de stad die bestemd is de metropool te worden van Nederland. Volgens planologen is dat Eindhoven. Kees Stip ADVERTENTIE Hotel Restaurant Taveerne vanouds Een van onze specialiteiten FONDUE BOURGUIGNONNE een gezellig pruttelende maaltijd in Oud-Hollandse omgeving. FORELLENBASSIN in het Restaurant Hoofdstraat 204, Santpoort - Tel. 0 2560 - 8623 HEBBEN O/I EEN Ar schuweujk pROBteew' MIJN OUE&RONNEN MAKEN ME IEDER OUA RIJKER, 20NDER DAT IK E€N VlN&ER HOEFT UIT re STEKEN. HOEZO, MENEER TRESEER 2 1.0N6DUIKEN HEEFT MIJN CE VEN 6CRED! SahLïff ILLIAK PI B 824 ik, li 1058. DOOR DE SPANNING van het avontuur had Bram helemaal vergeten, dat hij zich in de poppenkast bevond. Maar Jan Klaassen niet. En zodra Bram zich afvroeg, waar de Dood van Pierlala ivas gebleven besloot Jan het aan de kinderen tussen het publiek te vragen „Jongens.zeg eens eerlijk.waar is de Dood van Pierlala? Alle monden gingen wagenwijd open „In de kiiiiiiiist „Kist?" Brammetje keek verbaasd naar de zeemanskist. „Maar dan hebben we er al die tijd vlakbij gestaan". Hij nam een aanloopje en wipte op het deksel. „Knappe Dood. die er nu nog uitkomt", riep hij de kinderen met een knipoog toe. Groot en klein juichte. Men dacht al dat het verhaal ten einde liep. Maar zó gemakkelijk liet de Dood van Pierlala zich niet pakken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1968 | | pagina 13