FILATELIE
t
Dammen
I
ZATERDAG 10 FEBRUARI 1968
Erbij
23
j ii ijiuitinuiifloflo
jDrieee gehouden, een tikje vergroot, de pro
W
Dit diertje
Mr. Ed. Spanjaard
Doolhof
Ritme-kokers
UNO. Op 1 maart zal de tweede
kunstserie verschijnen in de waarde 6
en 75 cents (afbeelding). De zegels
vertonen het door de Deen Hendrik
Starcke vervaardigde standbeeld dat
in de zaal van de Beheerschapsraad
in het UNO-gebouw te New York staat.
AJMAN. Schilderijen van Renoir en
Terbrugghen zijn gereproduceerd op
een uitgegeven serie van zes waarden
35 dh. „Het terras", 65 dh. „Jong
meisje met strohoed", 1 rl. ..De para
plu's", 2 ris. „De loge", alle werken
van Renoir, en 2 ris „Het duo" en
2 ris. „De fluitspeler", beide werken
van Terbrugghen.
WEST-DUITSLAND geeft 8 maart
een postzegel van 30 pf. uit, ge
wijd aan het handwerk. Op de zegel
zijn symbolen van verschillende hand
werken voorgesteld.
ZWITSERLAND. Op 14 maart zullen
vier bijzondere postzegels worden uit
gegeven. De 10 rp. (afbeelding) her
denkt het vijftigjarig bestaan van de
Zwitserse vrouwenalpinistenclub, de 20
pf. is de jaarlijkse Europazegel, de
30 rp. vestigt de aandacht op de acht
tiende schaakolympiade in Lugano en
de 50 rp. is gewijd aan de ingebruik
neming van de nieuwe luchthaven van
Genève. Afgebeeld zijn respectievelijk
gestileerde bergketens, een sleutel met
het embleem van de Conférence Euro
pe,enne des Administrations des Postes
et des Télécommunications (CEPT),
een schaakbord met een kasteel en de
staart van een vliegtuig.
FINLAND. Ter gelegenheid van het
honderdvijftig jarig bestaan van de oud
ste nog steeds in bedrijf zijnde papier
fabriek Tervakoski zal 12 maart een
postzegel van 0.45 mk. verschijnen Af
gebeeld is een detail van een hout.
reliëf van Hannes Autere voorstellend
de papiervervaardiging met de hand.
ZWEDEN. Op 21 februari zullen drie
frankeerzegels in omloop worden ge
bracht. Het zijn een 40 ore met het
aquaduct te Haverud, deel van 't Dals-
landkanaal, een 50 öre met het por
tret van koning Gustaaf Adolf VI, nu
in de gewijzigde kleur, groen in plaats
van olijf, en 1 kr. met dansende
kraanvogels.
MONACO. Als propaganda voor de
Olympische zomerspelen 1968 in Mexi
co zal op 29 april een serie van zeven
waarden verschijnen: 0.20 fr. kogel
stoten, 0.30 fr. hoogspringen, 0.60 fr.
oefeningen aan de ringen, 0.70 fr. wa
terpolo, 1 fr. Grieks-Romeins worste
len, 2.30 fr. oefeningen aan de rekstok
en 3 fr. (afbeelding) hockey.
OOST-DUITSLAND Voor het. vijfen
zeventigjarig bestaan van het ob
servatorium in Potsdam en voor de
Wereld meteorologische dag is een
triptiek verschenen in de waarden 10,
20 en 25 pf.
BOEROENDI. Ter gelegenheid van
de tiende Olympische winterspelen 1968
te Grenoble zal op 16 februari een
serie van zes verkrijgbaar worden ge
steld: 5 fr. skilopen, 10 fr. ijshockey,
14 fr. kunstrijden op de schaats. 17
fr. bobsleeën, 26 fr. skispringen, 40 fr.
hardrijden op de schaats en 60 fr. het
embleem van de spelen en de Olym
pische vlam. Ook een blok met de
waarden 40 en 60 fr. getand en onge
tand.
ROEMENIË. In de loop van maart
zal een serie van zes waarden verschij
nen met afbeeldingen van schilderijen:
40 b. „Portret van een jonge vrouw",
van Misu Pop. 55 b. „Hoofd van een
meisje" van N. Grigorescu, 1 l. „Va
der Nicolas, de cobza-speler" de
cobza is een folkloristisch muziekin
strument) van S. Luchian 1.60 l. ,Man
met doodshoofd" van Dirk Bouts, 2.40
l „Medore en Angelique" van S. Ricci
en 3.20 l. „Ecce Homo" van Titiaan
(afbeelding). Ook een blok dat een ze
gel van 5 l. bevat met als voorstelling
„Ecce Homo" van Titiaan.
Uit de onderlinge DCIJ-competitie
volgt hier een fragment uit de ontmoeting
tussen P. Broersen (wit) en B. Dukel. Na
de veertigste zet.
Zwart: 5, 14, 21, 22, 23, 27, 29, 33, 34.
Wit: 32, 35, 38, 41 tot 45, 50.
De heer Numan onze hartelijke dank
voor de fraaie serie.
in de beste zin des woords. Na ruim twin
tig zetten ontstaat er een stelling met aan
weerszijden dame torens en vijf pion
nen. Zo een stelling welke iedere „fat
soenlijke" hoofdklassespeler aanstonds
remise zou geven, als de scoretabel niet
Enige lezers: Hartelijk dank voor de bepaaldelijk doorspelen indiceert,
gelukwensen met de jaarwisseling en wij Èn dan gebeurt het wonder: Kortsjnoi
voelt vlijmscherp aan dat de kleine ver
wensen u veel genoegen met ons mooie zwakkin^ van x£ls koningsvleugel zwaar-
sPel- der weegt dan diens gevaarlijk uitziende
B. Dukel vrije a-pion. Ademloos volgt de schaker-
met-redelijk-verstand-van-zaken hoe dit
irj I haast onzichtbare voordeeltje wordt vast-
blematiek voor de verdediger tot een
Wanneer men een eindcontract heeft bovenmenselijke maakt, waardoor deze
tenslotte faalt. Ook Kortsjnoi doet het
bereikt, nadat ook de tegenpartij aan het feü]oos maar zjjn taak .g
biedproces heeft deelgenomen, behoort minder zwaar en na enige kleine tekort-
de spelleider terdege rekening te houden komingen over en weer trekt hij uit-
met hetgeen hij tijdens het bieden „heeft eindelijk aan het langste eind.
Uw redacteur had het voorrecht, eerst
gehoord De zuidspeler die onderstaand aUeen de part;j zèlf te kunnen bestuderen
drie-SA contract te verwerken kreeg vond en pas in een later stadium kennis te
dat aanvankelijk een zéér alledaagse ge- nemen van Kortsjnoi's eigen analyses in
DOOnoryXYXXXVYYYYXXVXXiorrxYVXXXXirxxvYYv yxyx v-x-yxoooOOOC
Zwart (B. Dukel): twaalf stukken op
3, 6, 7, 8, 11, 13, 15, 16, 19, 20, 25, 26.
Wit (P. Broersen): twaalf stukken op
22, 28, 29, 31, 32, 34, 35, 37, 38, 42, 43, 45.
Met zwart speelde Dukel 7-12 en hij
werd het slachtoffer van een lichte com
binatie die na 34-30 25x23 22-17 11x33
38x7 mogelijk was. Na deze afwikkeling
vervolgde hij met 8-12 waarna het eind
spel met elk zeven stukken kon ingaan.
Stand: Zwart 6, 14. 15, 16, 19, 20, 25;
wit 31, 32, 35, 37, 42. 43, 45.
Nu ging dit eindspel voor zwart door
zwak spel verloren. Bij analyse blijkt dat
zwart na juist spel wel remise kan maken.
Eerst het spel verloop in de partij
41) 31-27 19-23. 42) 45-40 20-24. 43) 43-39
14-20. 44) 40-34 6-11. Op 34-30 wint de
zwartplakker met 26-31 30x28 31x44.
45) 42-38 23-29. 46) 34x23 24-30. 47) 35x24
20x18. 48) 32-28 15-20? De foutzet die
snel verliest. 49) 38-32 en zwart kon op
geven. Toch is de stand na 48) 32-28 in
alle varianten remise. Bijvoorbeeld 48)
32-28 11-17. 49) 38-32 17-21. 50) 39-33
18-22. 51) 28x17 21x12. 52) 32-28 12-18.
53) 29-24 15-20 remise.
Een boeiend eindspel waarin voor
onderzoekers nog wel wat te snuffelen is.
Van de heer G. Numan uit Haarlem
plaatsen wij een viertal problemen waar
van het eerste wordt opgedragen aan de
IJmuidense problemist G. F. Bok ter ver
plichte oplossing. Dit vraagstuk is ge
bouwd op een slotstand van de heer Bok,
welk probleem wij in april 1967 reeds
publiceerden.
I. G. NUMAN (Haarlem)
beurtenis. Hij dacht dus maar éven na wat
hem te doen stond en mocht enkele ogen
blikken later vaststellen dat dit „even"
denken niet diep genoeg was geweest. Ik
vraag mijzelf af, hoevelen op de zuid
plaats op dezelfde wijze verongelukt zou
den zijn. Waagt u een kansje het goed c3 RJ8-M. 4) PgMS
te doen? Ik geef eerst uitsluitend de NZ nje^. Qp een sai0nremise uit is. Bijna
het „Bulletin", van welke hieronder een
dankbaar gebruik wordt gemaakt.
Wit: V. Kortsjnoi. Zwart: M. Tal.
Nimzo-Indisch
1) d2-d4 Pg8-f6. 2) c2-c4 e7-e6. 3) Pbl-
spellen:
A V72
V 10
O V93
•f» B 8 7 4
A H 4
9H84
OHB852
A 9 3
altijd wordt hier 6) Rd3 gespeeld; na
6) d5 ontstaat dan de zogenoemde
normaal-variant, welke in theorie en
praktijk tot op het bot is getoetst. Het
verschil is dat wit, wanneer zwart op een
gegeven ogenblik d5xc4 speelt, niet aan
stonds Rc4: behoeft te antwoorden, omdat
zijn koningsloper dan niet (op d3) aan
gevallen staat. 6) d7-d5. 7) a2-a3
c5xd4. 8) a3xb4 d4xc3. 9) b2xc3 Dd8-c7.
Na ruil op c4 benevens dameruil betekent
wits loperpaar op den duur wellicht een
voordeeltje. 10) Ddl-b3 Rc8-d7. Kortsjnoi
tekent hierbij aan: „Bedoeld' om wit di-
Viertallenwedstrijd, zuid gever, niemand reet in het centrum voor vraagstukken
kwetsbaar. Het biedverloop ging: zuid één te stellen". Diverse andere zetten waren
ruiten west één harten noord één natuurlijk ook mogelijk, maar na de tekst
schoppen oost paste zuid één Sansa- zet staat zwart klaar om met Tc8 aan-
tout west twee harten noord drie stonds pion c4 tot een verklaring te dwin-
SA einde.
Tegen drie Sansatout kwam west uit
met harten zes en hoe had de spelleider
(zuid) zijn kaarten moeten hanteren?
gen. 11) Rel-b2 Tf8-c8. 12) c4xd5
Volgens Tal ware 12) c5 b6". 13) c4 bc5:.
14) Rf6: gf6:. 15) cd5: veelbelovender ge
weest. Wij wagen ons niet aan een oor-
OOOQOOOnooon<vvxxxvvvxvYvxxx>^ vvxxxxyv
X10000000000000000000000000000000000000C)0000000000000000
Zwart: 7, 8, 12, 14, 18, 19, 20, 22, 23, 24,
26, 29, 30.
Wit: 15, 21, 27, 32, 35, 38, 39, 40, 42, 43,
47, 48, 50, met eindspel.
Wit speelt en wint telt voor alle vraag
stukken.
II.
Zwart: 7, 9, 10, 14, 17, 19, 23, 26, 34.
Wit: 16, 25, 30, 31, 37, 38, 39, 41.
De vraagstukken van deze bekende
Haarlemse problemist hebben altijd wel
iets verrassends of iets leuks.
III. G. NUMAN (Haarlem)
OOOOOOOOOCCOOOCXDOOOOOOOOOCXXX:< X XXXXXXX >OnCOOOOOOOCOOOOt
gaan zou zijn, indien west inderdaad óók
hartenboer had gehad. Hebt u dit hinder-
nisje goed genomen? Of bent u reeds in
slag 1 uitgegleden over deze bananenschil,
die verradelijk vlak achter de deur lag?!
Filarski
Bridge vraag dezer week: West is gever,
maar zuid opent voor zijn beurt met één
schoppen. De wedstrijdleider beslist (te
recht), dat west moet beginnen te bieden,
dat noord helemaal niet meer mag bieden
en dat zuid aan de beurt zijnde mag
doen wat hij wil (ook doubleren). Het bie
den gaat dan: west één harten noord
mag niet spreken oost vier harten
zuid zegt nu „pas". Bestaat er nu nog een
straf op het uitkomen door noord? Ant-
wordt elders op deze pagina.
TAL
OOOOOOO^v W «"TY YTOOOOO no XJOOOTyy--
>oooo< Toooooooor ooor x x x x vxvxx xxv x vTooocoooo
XXXXXXXXJOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOO'
Zwart: 11, 12, 13, 14, 15, 19, 21, 25.
Wit: 24, 29, 30, 33, 39, 42, 44, 49.
Ook het eindspel oplossen.
TV. G. NUMAN (Haarlem)
OOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOfJOOOOOOOOOOOOOC
KORTSJNOI—TAL
In het Hoogoventoernooi stond Kortsj
noi na zeven ronden met 7 uit 7 toren
hoog aan de kop; 2'/j punt voorsprong
boven de nummers 2 en 3, Tal en Gheor-
ghiu. Geen wonder dat het toernooibulle
tin na afloop van de zevende ronde ver
meldde: „Dat Tal vrijdag remise zal spe
len met zijn landgenoot Kortsjnoi wordt
als vaststaand aangenomen, èn omdat
Kortsjnoi geen risico zal willen lopen èn
omdat er voor deze collega's ,geen aan
leiding tot felle partijtwisten voorhanden
lijkt. Overigens, men weet nooit. Niet
voor niets is Tal zo'n week of vier ge
leden, met Poloegajevski, weer kampioen
van de Sovjet-Unie geworden!"
Een voor de hand liggende visie. Wat
zou Kortsjnoi met zijn comfortabele voor
sprong zich inspannen tegen de „tovenaar
uit Riga"? En wat zou deze (met zwart)
kunnen verwachten van een winstpoging
tegen Kortsjnoi in supervorm?
„Erstens kommt es anders, zweitens wie
man denkt". Het werd geen grootmeester
remise, maar een prachtige „vechf'-partij
Los eerst eens op, alvorens u verder leest. deel. 12) e6xd5. Beter dan 12)
Pd5: omdat wit daarna met c3-c4 „gratis"
Oplossing: Het is natuurlijk duidelijk een fraaie diagonaal krijgt voor Rb2. 13)
dat NZ van de ruitenkleur zullen moeten 0-0 Rd7-e6. Na de gewone ontwikkelings
leven. Bij een niet al te slechte verdeling zet Pc6 ware weer c3-c4 gevolgd. 14)
moet het mogelijk zijn vier ruitenslagen te Pf3-d4 Pb8-d7. Na het voor de hand lig-
maken. Verder zijn er drie schoppensla- gende 14) Pc6 (om zo mogelijk wits
gen voorhanden, klaveraas is de achtste gunstig opgestelde paard te ruilen) zou
slag en in harten is er tenminste één slag wit met 15) Pe6: c3-c4 weer de stel-
aanwezig. Er is slechts één gevaar: dat ling voor zijn loperpaar kunnen openen.
W£st zijg hartens vrij jieeft, wanneer hij^lh) ,l£oor pps gevoel een
t ruitenaas aan slag zal komen Gezien mysterieuze zet. van welkè vermoedelijk
et bieden ,mag»menjiet als praktisch ze- hét idee is dat na b7-b6 desgewenst («a
ker aannemen, dat west zowel harten terugtocht van de toren) Ra6 kan volgen,
als ruitenaas bezit, in werkelijkheid had waarmede de zwarte toren van de c-lijn
west 4» B 6 9 A 9 7 6 5 2 OA4 4» H wordt verdreven. 15) a7-a6. 16) Tfl-
6 2. Door in slag 1 op tafel hartenvrouw al Ta8-b8. Er dreigde b4-b5. 17) Db3-dl
te nemen en (bijv.) ruitenvrouw na te Alweer zo een mysterieuze voort-
spelen, had zuid zich zonder moeite van zetting, wellicht om desgewenst met c3-
zijn contract kunnen verzekeren. Want c4 de stelling te openen, zonder dat na
hartenvrouw wint de slag en wanneer d5xc4 de witte dame aangevallen staat,
west hierna ruitenvrouw met ruitenaas 17) Pd7-e5. Alles op c4 gericht. 18)
wint, zijn wests hartens nog niet vrij en Ta5-c5 Dc7-b6. 19) Pd4xe6 f7xe6(?) De
maken NZ met zekerheid hun 9 slagen, eerste werkelijk minder sterke zet, welke
Welk foutje maakte zuid? Hij dacht, dat op grond van enkele tactische finesses de
west óók wel de hartenboer zou hebben lang verwachte opstoot c3-c4 toelaat,
en speelde op tafel de harten tien bij. On- Beter was De6:. 20) c3-c4! Gebaseerd
aangenaam verrast zag hij bij oost de op de omstandigheid dat na 20) Tc5:.
hartenboer verschijnen en nu deed zuid 21) Re5: beide zwarte torens in staan,
nog een vertwijfelde poging hij liet zodat wit de kwaliteit terugwint. Toch
oost de hartenboer houden in de hoop dat had zwart volgens Kortsjnoi zo moeten
oost niet in harten kon nakomen. Oosts spelen. Na 21) Tcc8. 22) Rb8: Tb8:.
tweede hartentje verscheen echter en zuid 23Db3 Tc8 zou hij beter hebben gestaan
was reddeloos verloren: west speelde de dan na wat nu volgt. 20) Pe5xc4.
hartenkleur vrij, kwam met ruitenaas tij- 21) Rb2xf6!.... De hieruit resulterende
dig aan slag en men noteerde twee down. verzwakking legt de grondslag aan
Het probleem is dus terug te brengen tot zwarts komende moeilijkheden. 21)
de vraag: wie heeft harten- en wie ruiten- g7xf6. Vooral niet 21) Tc5:? 22) bc5:
aas, en wie de hartenboer? Dat west beide met stukwinst, omdat de zwarte dame
rode azen moet hebben lijkt zó zeker, dat aangevallen staat, zodat Rf6 de tijd krijgt,
zuid (vooral in een viertallenwedstrijd) zich terug te trekken. 22) Re2xc4 d5xc4.
nimmer het risico had mogen lopen op ta- De tussenzet 22) Tc5:? zou weer een
fel harten tien te zetten. Een begrijpelijk stuk kosten,
foutje, dat onopgemerkt het archief inge-
KORTSJNOI (aan zet)
Zwart is tijdelijk een pion vóór, maar
wit kan deze natuurlijk terugwinnen met
23) Dg4f Tc4: of Dc4:. Daarna resteert
een materieel gelijkstaande stelling met
uitsluitend zware stukken.
Hoe Kortsjnoi zich met ongelooflijk
subtiele middelen toch nog tenslotte
gehonoreerde winstkansen wist te
creëren, laten we volgende week zien.
•;suaA\ (iq uajads ftq geui ubq;
•juiojj Seis uee uto-iapaM pds ;aq ut -iajei
pjOOU J93UUBM 'J93UI J0IU jppS JBJJS 3Q
•yffiq Sbjs ubb japarjiaAo ap uba jauj-ied
ap sjb Subjoz 'SippS jjfijq poqraA ;iq
•jutSaq Jnapi appedaq uaa pui pjoou pp
'uspaiq-PA aj (q jo 'juiSaq Jnap( appedaq
uaa put (pjoou snp) ppajpaAO ap uba
rauped ap pp 'uasp aj (e :uazapj poui
ftq jinjBEM 'uapaqufipgoui aaMj tjaaq
(jsaA\) jappipds 3Q 'jbjjs atp jBBjsaq
peep-tapui tSee-iAaSpijq do paooMjuy
De skunk (of: het stinkdier) is
een marterachtig roofdier van 1%
meter lang en komt uit Amerika.
Wanneer hij in gevaar is, gaat hij
op zijn voorpoten staan en drukt
zijn stinkklieren uit. Zo jaagt hij
zijn vijanden meestal op de vlucht.
De olieachtige stof, die hij af
scheidt, wordt wel bij de bereiding
van parfum gebruikt en zijn mooie
huid als bontjas.
ER WAS EENS, in een land hier
ver vandaan, een koning die Ba-
mipan heette en om de vijf minu
ten moest niezen. De ene zakdoek
na het andere laken werd drijf
nat, zo verkouden was die koning.
Hij had de beste dokters laten ko
men, uit alle delen van het land.
Maar. niemand kon hem beter
maken.
Koning Bamipan hield helemaal
geen tijd meer over om te regeren
en eten. Na iedere nies nam hij
gauw een bamiballetje, met wat
peper, en wachtte weer op de vol
gende nies.
Dit ging maar door, dag in, dag
uit, tot koning Bamipan er op ze
kere dag zo zat van was, dat hij
tegen al zijn bedienden zei: „Be
dienden, luister naar mij! Zoek in
alle hoeken en gaten van het land,
desnoods ook in het buitenland,
naar iemand, die mij beter kan
maken.
DE BEDIENDEN krabden op
hun kale hoofden en wreven zich
in de handen. Hoe naar ze het
ook vonden, de bevelen van de ko
ning moesten opgevolgd worden.
Dus daar gingen ze, ieder een an-
deye kant uit.
In hun eigen land vonden ze nie
mand. De bedienden zochten hun
passen op en gingen alle dok
ters af, maar niemand wist hoe
het moest. Soms kwamen ze ie
mand tegen, die dacht, dat hij ko
ning Bamipan kon genezen. Vlug
brachten ze hem dan bij de ko
ning. Maar nooit lukte het. De ko
ning was niet alleen verdrietig
meer, hij werd er ook nog kwaad
bij.
De bedienden bogen hun hoofden
en gingen weer weg om verder te
gaan zoeken. Ze hadden het al
bijna opgegeven, toen één van hen
een idee kreeg: „Zullen we het eens
aan een professor vragen? Die zijn
zo knap?
Zo vlug als ze konden gingen ze
naar professor Wijsneus, die woon
de het dichtste bij.
Grote mensen lopen heen en weer
en zien de kleine jongen niet.
Hoe komt hij over de straat
door 't drukke verkeer,
als niemand hem hier ziet
Van zijn mama mag hij niet alleen,
hij moet wachten,
al duurt het nog zo lang.
Maar niemand ziet hem,
geen mens, geen één.
Een traan loopt over zijn wang,
de kleine jongen wordt bang
Dan wordt hij eindelijk
meegenomen,
de kleine jongen lacht.
Hij neemt de grote, uitgestoken
hand.
Er zijn nog mensen,
die aan anderen denken.
Veilig wordt nu die kleine jongen,
naar de overkant gebracht.
ran/y
Professor Wijsneus luisterde met
gespitste oren naar het hopeloze
verhaal. Nadat de bedienden uitver
teld waren, zuchtte hij diep en zei:
„Ja, beste mensen, als ik de koning
wil helpen, zal ik minstens een dag
bij hem moeten zijn om op hem te
letten. Misschien weet ik daarna,
wat er aan de hand is". Dat vond
iedereen een wijs idee en de pro
fessor ging mee naar het paleis van
koning Bamipan. Professor Wijs
neus bleef de hele dag bij koning
Bamipan en toen de koning de vol
gende dag aan hem vroeg of hij het
al wist zei professor Wijsneus: „Ko
ning Bamipan, het is heel eenvou
dig U moet geen bamipallen meer
eten". Koning Bamipan knipperde
met zijn ogen, niesde nog een keer
en stotterde dan: „Hoe k. komt u
d..daar nu bij? Geen b..bami-
ballen meer eten, w..waarom niet?
Professor Wijsneus lachte wijs en
legde het aan de koning uit: „Wel
HvFHAM—
iedere keer als u een bamibal eet,
neemt u er peper bij. Dit komt dan
in uw -neus en u moet even later
niezen".
De koning en alle bedienden
stonden stokstijf van verbazing. Dat
ze daar niet aan gedacht hadden,
wat dom!
VAN DIE dag af nam de koning
geen bamiballen meer en hoefde
nooit meer te niezen. Nou ja, nooit
meer, als hij verkouden was, niesde
hij natuurlijk nog wel eens.
Professor Wijsneus werd de beste
vriend van de koning en ze leefden
nog lang en gelukkig.
ESTHER
Agent Snorremans wil de dief
vangen.
Weet hij, waar hij langs moet?
Oplossing Formule wedstrijd uit
de Kinderkant van 3 februari:
De prijswinnaars zijn:
Sepke Dijkstra, Noorwegenstraat
7, Haarlem, en Diana van der Wei
den, IJssellaan 3, Heemstede.
UIT OMA'S VERSJESBOEK
Dank U wel, ouders, voor Uw
echte dokter langpootmug. Deze
tekst was de schrijver bekend, maar
hij maakte er een bewerking van;
niet om te zingen natuurlijk, maar
om voor te lezen!
Van een karton uit een close trol
kun je een leuke ritme-koker ma
ken. Knip van boterhampapier iwee
rondjes, aan alle kanten 1 cm gro
ter dan het karton. Kijk op de teke
ning, hoe je de plakrand moet knip
pen en lijm de rondjes op de uit
einden van het karton, nadat je wat
rijst in de koker gedaan hebt. Be
schilder het leuk. Als je twee ko
kers maakt, kun je ze gebruiken bij
andere muziekinstrumenten.