FILATELIE eet? Me VJSSê' DE qRQP VAN ROOD EN RIK i Oft n FEBRUARI 1968 ZATERDAG z Mr. Ed. Spanjaard Dit diertje Formule- puzzelwestvijd OOST-DUITSLAND. Met afbeeldin gen van gebrandschilderde ramen van het museum in de herdenkingsplaats Sachsenhausen zal op 21 februari een serie van drie waarden verschijnen: 10 pf. Illegale strijd", 20 pf. „Be vrijding" en 25 pf. „Partizanenstrijd (afbeelding). GRIEKENLAND. Ter gelegenheid van verschillende sportgebeurtenissen zal op 28 februari een serie van zeven in omloop worden gebracht: 50 1, 1, 1.50, 2.50, 4, 4.50 en 6 dr. De zegels zijn gewijd aan de zevenentwintigste Bal- kanspelen 1968 te Athene, aan de ne gende Europese atletielckampioen- schappen 1969 in Athene, aan de ont steking van het Olympisch vuur in Olympia, aan de Olympische dag, 6 april 1968, en aan het achtste congres van de internationale Olympische aca demie in Olympia. TSJECHOSLOWAKIJE heeft een se rie van vier het licht doen zien naar aanleiding van de tiende Olympische winterspelen 1968 te Grenoble: 60 h. kunstrijden op de schaatsI kr. ski springschans, 1.60 kr. bossleebaan en 2 kr. ijshockey. QATAR. De tiende verjaardag van de postdienst in dit sjeikdom is her dacht door de uitgifte van een serie van zes zegels: 1 dh. Arabische brief schrijver, 2 dh. postduif, 3 dh. postrui- ter, 60 dh. postvervoer per kleine boot, I 1.25 ris. (afbeelding) oude en moderne wijze van postvervoer: per kameel en per vliegtuig en 2 ris. hand met pen houder, papier en vloeirol, alsmede een reproduktie van de Britse konin ginnezegel, overdrukt met 1 np. (uit gifte 195 7). AJMAN. Schilderijen van Velasques zijn gereproduceerd op een uitgegeven serie van vier waarden: 1 rl. „De infanta Margarita", 1 rl. „De overga ve van Breda", '2 ris. „Portret van een hof dwerg" en 2 ris. „De water drager". Ook een souvenirvelletje met de vier zegels. MONACO. Ter gelegenheid van de internationale bloemententoonstelling 1968 in Monte Carlo zal op 29 avril een postzegel van 1 fr. worden uit gegeven, waarop het schilderij „Een boeket anemonen" van Raoul Dufy (1877-1953) is voorgesteld. EGYPTE Twee postzegels, 20 en 80 mills (afbeelding) zijn uitgekomen naar aanleiding van het tweede inter nationale museumfestival. De eerste .kitr-wajw uw— "V <èl zegel toont een albasten vaas uit het graf van Toetanchamon en de twee de zegel een kapiteel van een kalk steenzuil uit de Koptische periode. GROOT-BRITTANNIË. De nieuwe serie frankeerzegels met het portret van koningin Elizabeth is met vier waarden uitgebreid: 'Vi, 1, 2 en 6 d. WEST-SAMOA. Een serie van vier waarden is gewijd aan de ontwikke ling van de landbouw: 3 s. cacao, 10 s. kopra, 20 s. bananen. 5 s. broodvrucht De zegels zijn gedrukt bij Enschedé, Haarlem. PAPOEA EN NIEUW-GUINEA. Een serie van vier, 5, 10, 20 en 60 c. zal 21 februari worden uitgegeven die elk een Papoea met een hoofdtooi in beeld brengen. DAHOMEY. Twee luchtpostzegels beide in de waarde 70 fr. zijn uitgege ven ter herinnering aan de lancering van de Venus V op 18 oktober 1967 en de Mariner V op 19 oktober 1967. Op beide zegels ziet men de ruimte toestellen en het standbeeld van de Venus van Milo (afbeelding). Ook een souvenirvelletje met de twee zegels. Hier een situatie uit een oefenpartijtje tussen enkele sterke Belgische en Neder landse spelers Noord is gever, OW kwets baar. Noord opent met één SA (15-17 pun- dus na tien of drie zetten de remise op ten) oost doubleert en als zuid hebt u: treedt. 64 9 9 8 7 5 3 <>764 B 8 4 Maar ook hierop zijn er standen, waar- Op deze troosteloze hand besluit u direct in n°g volop spel aanwezig is. twee harten te bieden west volgt met drie schoppen noord past en oost zegt na rijp beraad drie Sansatout. Op u (zuid) rust dus de taak uit te ko men en welke kaart kiest u? Hieronder kunt u het gehele spel zien: A 8 7 2 9H62 O A V V 10 3 2 H 5 Aangenomen dat een speler één dam dat Kortsjnoi aanvoelde, dat de verzwak- en twee schijven heeft, of twee dammen king van de zwarte koningsvleugel hem en één schijf, dan kan de tegenspeler, in- praktische kansen bood, welke zwaarder dien hij slechts één dam heeft, die schijven wegen dan het overwicht van Tal op de tot dam kronen, welke handeling niet zal andere zijde. Hoeveel finesse, techniek en gelden voor een zet, waarna onmiddellijk doorzettingsvermogen er nodig was om deze taxatie te realiseren, leert het ver volg. 23) Ddl-g4+ Kg8-h8. Na Kf7 volgt Th5! VB10 9 3 B O H B 10 9 7 6 5 N W O 9 A V 10 4 ❖98532 A H A 6 4 9? 9 8 7 5 3 7 6 4 B 8 4 Oost speelt dus drie Sansatout en zuid speelde harten negen voor, gedekt met de boer, heer en het aas. Het is natuurlijk be ter als noord harten twee bijspeelt hij kan niets winnen met het spelen van har tenheer Maar er zijn wel eens spelers, die van V 9 8 7 5 met de negen uitkomen en in dat geval moet noord natuurlijk wél dek ken. In slag 2 speelde oost schoppenheer na en zou noord die nemen, dan heeft OW reeds negen zekere slagen. Noord nam dus niet. maar ook dit was een uitstel der executie. Oost trok ruiten twee terug, sneed op tafel met de tien en noord maakte ruitenvrouw. Noord speelde nu harten, maar ook klaver zou niet meer geholpen hebben. Want bij klavernaspel wint oost met het aas, speelt ruiten terug voor noords aas Noord speelt weer klaver, oost wint, doet dan op de vrije hartenvrouw de derde '//y/ W///, XDO(X>OOOOOOCOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOC Wit: twee dammen op 25 en 50, een stuk op 45. Zwart: dam op 32. 24) Dg4-d4 Dreigt niet alleen Df6:f maar ook Tc8:f met damewinst. 24) Db6-d8. 25) Dd4xc4 Om van de ver zwakking der zwarte koningsvleugel te profiteren moet wit de dames op het hord houden. 25) Tc8xc5. 26) b4xc5 Dd8- d7. In het Bulletin deelt Kortsjnoi mede, dat Tal aanvankelijk 26) Dd5 wilde spelen doch dat hij dit naliet, omdat hij dan na dameruil met vele zwakke pionnen zou blijven zitten. Toch was dit beter ge weest, want nu komt de aanval los. 27) Dc4-f4 Tb8-f8. Ook de toren stond aangevallen! 28) h2-h4 Dd7-d5. 29) Tal- bl e6-e5. Anders wordt Dc7 onaangenaam. 30) Df4-f5 a6-a5. De vrije a-pion is zwarts grote tegenkans. Er behoort moed toe, niettemin tegen iemand als Tal die pion te laten komen. 31) Tbl-b6 a5-a4. 321 Tb6- d6! Zo verovert wit de zevende rij voor zijn toren; na 32) Dc5:?? 33) Td7 is het direct uit. 32) Dd5-f7. 33) Td6-d7 Df7-g6. 34) Df5-e6 DgG-blf Het Bulletin vermeldt slechts, dat Tal hier in hevige tijdnood verkeerde. Jam mer dat de consequenties van 34) a3 niet worden uitgewerkt. De pion is dood- Wit aan zet speelt zeer terecht 25-34 gevaarlijk. Zie bijvoorbeeld 35) Tb7: fa8. om te dreigen met 50-28. Het spel zou nu 35) h5 Dh6 en na 36) Da2 Dh5: dreigt na drie zetten remise zijn indien zwart zwart reeds met Ddlf eeuwig schaak te de schijf op 45 tot dam kroont en daarna houden. Misschien ging 35) De7 TaS. 36) 32-10 speelt. Maar zwart kroont niet en h5! Dh6. 37) Td8t en wit verovert pion speelt na 1) 25-34 bijvoorbeeld 32-49. En b7, waarna hij met schaak pion a3 even- nu wint wit de eindstand met het volgend eens kan bemachtigen. Dan blijft echter spel. 2) 50-11 49-16. De enige. Op 49-35 de eeuwig-schaakwending, bijvoorbeeld 11-2 35-44 45-40 en 34-30 wint. 3) 11-44 37) Td8:. 38) Dd8:t Kg7. 39) De7f 16-2. 4) 45-40 en zwart staat verloren Kg8. 40) Db7: Dh5: en als wit met Da8t door damoffer 34-30 en 44-49 of na 2-16 Da3: de „doodgevaarlijke" onschadelijk 34_43 en 40-35. maakt, houdt zwart met Ddlf weer eeuwig schaak. Met de tekstzet dekt zwart Voor de probleemoplossers een tweetal jon tjocj1 geraakt hij ver van huis. ruiten van tafel weg en oost maakt negen vraagstukken van de grondlegger van de 35) Kgl-h2 Dbl-e4 Er dreigde De7 met slagen (één schoppen, drie hartens, drie Nederlandse problematiek, de heer J. H. directe winst 36) g2-g3(?) Sterker ruitens, twee klaveren) TT TJ~1J- Het spel is interessant, omdat er uit te zien is dat het contract niet gemaakt kan 1- worden als zuid met klaver start. Dit is één van de nadelen van een Sans-opening: men geeft de partner wel aan hoeveel punten men heeft, maar deze weet niet wat de beste kleur is. Toch heeft zuid een reden om klaver voor te spelen: uit het bieden is het wel duidelijk dat oost de hartenuit komst als „welkom" ziet en alleen reeds dat is een reden met een andere kleur te beginnen. Bovendien heeft zuid „iets" in klaver, hetgeen met „iets" in die kleur bij noord de start kansrijk kan maken Zou zuid bijv. ruiten voorspelen, dan heeft hij in die kleur niets aan te bieden en moet dus alle kracht van noord komen. Aan tafel II eindigden OW in een con tract van vier schoppen en noord startte met klaver, voor het aas van tafel (oost). Ruiten volgde, voor noords ruiten vrouw, noord incasseerde ruitenaas en speelde toen wéér klaver voor oosts klaverheer. Van tafel werd schoppenheer gespeeld, die noord liet lopen en hierna was het con tract kansloos Vooral in een viertallenwedstrijd tellen zulke beslissingen over de uitkomst zwaar II. aan. Speelt zuid tegen drie SA een klaver tje voor dan schrijft hij plus 100 speelt hij echter de nogal „normale" harten, dan dreigt 600 verloren te gaan. Filarski H. Scheyen uit Kerkrade. OOOOOOOOCOC XXXXDOOCx x:OOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOCXXXXXXXXXX was 36) Kh3 waarna 36) Dbl er verleidelijk uitziet wegens 37) De7? Dhlj. 38) Kg3 Tg8t, een verraderlijke wending. Wit heeft echter beter. Na 36) Dbl krijgt hij namelijk met iet ver rassende 37) Td8ü aanstonds een gewon nen stelling. Zie 37) Td8:. 38) Df6:t 39) Dd8:t enz. 36) De4-c2. Beter dan 36) Df3. 37) Kgl. 37) Kli2-g2 Dc2-e4f. 38) Kg2-fl De4-blt. 39) K?l-e2 Dbl-c2t. 40) Ke2-f3 Dc2xc5. 41) Td7xb7 Nu dreigt de vernietigende verdub beling op de zevende rij met Dd7. Van daar 41) De5-c8. Hier moest wit zijn zet afgeven, zodat hij weer ruimschoots de tijd had. Merkwaardig dat Kortsjnoi, blijkbaar bevreesd voor eeuwig schaak via de witte velden, niet de beste vindt. En nog merkwaardiger dat Tal aanstonds daarna de beslissende fout maakt, ten minste volgens Kortsjnoi. TAL XXXXXJOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOnoooOOOOOOOOOOOOOOOOOi Zwart: 4, 6, 8, 9, 10, 28, 30, 35, 36, 40. Wit: 16, 19, 26, 27, 32, 33, 34, 42, 50. J. H. H. SCHEYEN (Kerkrade) OOOOOOOOCX KX lOOOOOO'-- X v xy OOOOCX X.X )QOOOOOO< x - xrxirh - onooOC Bridgevraag dezer week: West gever, NZ kwetsbaar. De zuidspeler heeft: B 10 4 3 9 V 8 5 4 O 7 3 A 7 6 In een viertallenwedstrijd verloopt het bieden: west pas noord pas oost één Sansatout (16-18 punten) - zuid past west drie SA einde. Waarmee komt u als zuid uit?? Als in een partij driemaal dezelfde stand is voorgekomen, met dezelfde spe ler aan zet, is de partij remise. Zodra in OOOOCOOorv^oooorrYYYX>-K XXXXXIOOOOOOOOOOOOOOOCOOC XXXXX500003000000000000000000000000000000000000 KORTSJNOI (aan zet) 42) Tb7-d7 Winnend was 42) De7 Df5f. 43) Kg2 Tg8. Na 43) De4f? 44) Kh2 is het direct uit. 44) Tb6 Tg6. 45) Tb8t Tg8. 46) Tf8! en zwart is mach teloos. De tekstzet had Tal niet geanaly seerd. 42) Dc8-e8. Tegen de dreiging De7 gericht, die thans nog sterker is, nu partij een stand ontstaat van drie xxx»ooao«*xx**y*x!ooooona»o«x*x>rooooooc^^ Df5t werd geëlimineerd. Volgens. Kortsj- dammen tegen één dam, en er verder Zwart: twee dammen op 16 46; schijven geen stukken meer op het bord aanwezig op j 6 8 13 14_ 34 3g geschieden^ mdmn^ m^mlerheMdelangë Wit: 15, 23, 24, 25, 30. 32, 35, 37, 42, 49 lijn (van 5 tot 46) heeft bezet, slechts wit speelt en wint (voor beide vraag- drie zetten waarbij de bezitter van de ene stukken). dam begint te tellen. De heer Scheyen, onze hartelijke dank en Dit naar aanleiding van de vraag duor oplossers veel genoegen, enkele lezers gesteld: Wanneer wordt het sDel nu eindelijk remise? De heer J- H. H. Scheyen, Van Bockstraat 45) Tb4 is 46) h6 onaangenaam. Drie dammen tegen één dam is dus 13 ir Kerkrade, is een verwoede verzame- 46) Ta7xa4 Tb8-b7. Zo kan de zwarte remise Maar dan moet de minderheids- laar van alles wat op papier over 'lam- koning eindelijk over de zevende lijn sneler wel een geoefend en kundig speler men verschijnt. Gaarne wil deze rasdam- komen. 47) Kf3-g4 Kg8-g7. 48) Ta4-a2 ziin om de veil valstrikken, welke mo- mer dan ook ruilen of corresponderen Rg7-h6. 49) Kg4-f5 Tb7-b6. Niet 49) -over dit onderwerp. Kh5:? 50) f4! met de dreiging Th2 mat. B. Dukel 50) e3-e4 Tb6-c6. 51) f2-f4 e5xf4. 52) g3xf4 Tc6-c5t. Ook 52) Tb6 baat noi is de tekstzet de beslissende fout. Zwart had eerst 42) Da8f moeten spelen. Het tempoverschil, aldus Kortsj noi, beslist het eindspel. Vraag: wat is na 42) Da8t. 43) e4 het essentiële ver schil? 43) De6xe8 Tf8xe8. 44) Td7-a7 Dit toreneindspel is duidelijk gewonnen. Pion a4 valt, de witte koning is actiever. 44) Te8-b8. 45) h4-h5! Kh8-g8. Na gelijk zijn, te ontlopen. Neem nu de volgende stand. jOOOlXAX- W//// niet. Na bijvoorbeeld 53) Ta7 is de zwarte koning afgesneden en loopt de e-pion dóór. 53) Kf5xf6 Kh6xh5. 54) e4-e5 Kh5- g4. 55) f4-f5 h7-h5. 56) Ta2-a4f Kg4-g3. 57) e5-e6 h5-h4. 58) e6-e7 Tc5-c8. 59) Kf6-f7 en zwart gaf het op. Spraken wij niet terecht van een „fraaie vechtpartij"? u vwM V//////Z y/'Wr oooooooooooooooooooooooooooooooooooooooonooooooooooooooo Wit: drie dammen op 32, 37, 41. Zwart: een dam op 15. Wit aan zet wint door 41-47. Zwart moet 15-4 32-28 moet 4-36 anders volgt 37 damoffer. 38-15 36-13 37-31 13x36 en na 15-4 staat de zdartdam opgesloten en verloren. Nog een moeilijker voorbeeld. Wit: drie dammen op 37, 41, 42. Zwart: een dam op 25. Wit wint door 1) 37-19 dwingt tot 25-3. Op 25-39 damoffer 42-33. 2) 42-26 3-20. Op 3-9 wint 41-36 3-20 damoffer 36-9 en 19-8. 3) 41-47 20-9. 4) 47-36 wint. KORTSJNOI NEEMT TAL EINDSPEL AF Vorige week onderbraken wij onze be spreking van de partij KortsjnoiTal uit het Hoogoventoernooi in de volgende stel ling, ontstaan na zwarts 22ste zet. TAL Xxx500000pp00p°0°°q0^ -a^aiN -ijaraqaai uba uep aRBJidsui uba at}S9A\j) uaa .laatu :fiz uaAaSaSaoj jekjai ijaiu ipo} uaddoqas ;diaq na AV uaddoqas/ jsoó Jfl jaaS uBp jbbui 'pao£> ^uaddoqas uba apj CiA-jaaq ;aiu paoou peq uiojbbav 'uaSSaz n Rnz 'suaguaAO 'ql'nag [BAag qp ut peq Ma snP 'aaoquaddoqos uep aaqja;s „siat" si MnojAuaiJBH 'si atsaq ;aq (e:)saaui 'jnapi ajsaq at uba „uaAoq uba apaaiA ap" VS aup uagat ;sp 'uaAajqosag jjbba uapaiag jbbC gRjap tjaaq uos}uaqino X(H (.uaputA 35 58TM 'UMop uaa jooa 'seeaa AB(q 'suaiaeq aaiA 'uaqeui isui05Rinua}aBq Ciq uauunq ZN us UsAep] ut) Sbjs uba (BBUtuaa }aoui MO sua;jeq aaM:) siqaajs jqa Ci;jBduaga5 ap 'apjftA jaaqua;jBq ijaaq paoou UA\op Even herhalen: Kortsjnoi lag 2l/s punt laejjuoö )aq si uep 'aaiA uapieq laui uaui vóór Waarom dan geen remise genomen lae^s uagetsaaAo aup nu tqjed-MO SP in bovenstaande positie met uitsluitend ai^eBtu uiuianaiu - jiCtiadCtagaq (a/w sbm zware stukken, die vaak remisetendensen iep us uaddoqas laui afreis pinz •guijaj hebben' -agpiag— joquaqng pft.nspaA\ ap qn anenqs Het antwoord zal wel moeten luiden uaa sbm laH :3«iuAaSpuq do paooMjuy OOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOO" KORTSJNOI (aan zet) Dit rare beestje is een zeekomkommer van 7'/s cm groot. Het wordt diepzee varkentje genoemd. In hele diepe ocea nen leeft het in de modderlagen. Hier haalt het ook zijn voedsel, bacteriën, uit. Met de aanhang sels op de rug voert het zuurstofrijk wa ter aan. l Er was eens een man, Die niet haring vissen kan. Hij moest het nodig eens leren, Hij moest toch geld verdienen om zijn boterham te smeren. Hoe hij ook leerde, hoe hij probeerde, Hij kon het niet, Weet je, dacht hij, ik smeer mijn boterham niet. Het hing hem de keel uit dat droge brood, Hij besloot; Vissen, mij niet gezien, Ik ga naar kantoor, werken op een typemachien. DORIEN RUITER Van een aardappel sni) ,|t een plak af. De platte kant zet je op een kartonnetje. Dat is dus de on derkant. Het afgesneden stukje ge bruik je als hoed. Bevestig het op de aardappel met behulp van een lu cifer. De ogen zijn kralen en spel den. De oren stukjes karton, die je in gleufjes drukt, gesneden met een mes. Voor de neus gebruik je een reepje papier, dat je om een pot lood rondgerold hebt. Met spelden bevestig je het op z'n plaats. Zijn mond is een ingesneden gleuf, waar in je een paar stukjes lucifer kunt drukken. Wil je hem nog haren ge ven, bindt dan wat garen onder de hoed vast. Het was heel stil in de klas van meester Gom. De pennen krasten op het papier en de hoofden waren gebogen over het rekenwerk. Bijna alle hoofden, want achter in de klas waren twee jongens niet met hun werk bezig. Twee paar ondeugen de ogen keken onder twee vuurrode warrige haardossen uit, of de mees ter niet zag, dat ze fluisterden. Het waren de precies gelijke hoofden van Ruud en Rik de Groot, de tweeling. Ze hielden wel van een lolletje en er ging dan ook geen dag voorbij, of ze haalden een grap uit. „Ruud", zei Rik, „ik weet wat leuks. Als we vanmiddag weer naar school gaan, zeg ik, dat jij naar de tandarts moet en niet komt. We hebben vanmiddag een wedstrijd in de gym-zaal en dan. „St", riep meester Gom, „als jul lie iets te bepraten hebben, doe je dat maar na schooltijd". Ruud en Rik knikten braaf: Dat kwam best goed. Na schooltijd renden ze naar huis en bespraken, wat ze zouden doen. Om twee uur begon de school weer. De klas van meester Gom ging naar binnen, zonder Ruud de Groot. Met een ernstig gezicht liep Rik naar de meester en vertelde dat Ruud naar de tandarts moest. „Dat is jammer, het is juist van middag leuk!" zei meester Gom. Even later ging meester Gom met de klas naar de gymzaal. Rik gaf Ruud een teken: Ruud had zich ver stopt in het uiterste hoekje van de gang en moest nu meekomen. In de gym-zaal ging ieder op zijn plaats staan en meester Gom legde de regels uit: „Jullie moeten één voor één hard de zaal rondlopen. Wie dat het langste volhoudt is de win naar" De eerste, die aan de beurt kwam was een lange jongen. Hij hield het vijf rondjes uit. De meeste meis jes kwamen niet zo ver, twee of drie rondjes, dan waren ze moe. Niemand had gemerkt dat de deur even was opengegaan en dat er een jongen met vuurrood haar was binnengekomen. Hij verstopte zich vliegensvlug achter de kast. Rik had het wel gezien. „Gelukkig", dacht hij, „dat is voor elkaar. Nog één meisje en dan ik". Rik wachtte op het fluitje, ja, daar ging hij. Na twee rondjes liep hij bij de kast wat langzamer, iedereen dacht dat hij moe werd, maar nee hoor daar kwam hij alweer achter de kast vandaan, sneller als daarvoor. Weer liep hij twee rondjes, bij de kast langza mer en hup, achter de kast van daan weer sneller. Na tien rondjes stopte hij en zei: „Zo, ik heb gewonnen!" Ze stonden allemaal verbaasd te kijken wat kon die Rik lopen! Meester Gom wilde hem net gaan feliciteren toen er een lachend rood hoofd van achter de kast tevoorschijn kwam. „Ha, ha", zei het rode hoofd van Ruud de Groot, „snappen jullie nu waarom Rik zo lang kon lopen? We deden het om en om". Eerst keek meester Gom beduusd maar barstte toen in lachen uit: „Jullie hebben nu natuurlijk niet ge wonnen, maar ik vond het wel een leuke grap!" Knip de legpuzzel uit en probeer hem zo te leggen, dat de tekening zichtbaar wordt. Wat lees je dan in de stukjes? Schrijf je oplossing op een brief kaart en stuur die uiterlijk dinsdag naar Haarlems Dagblad IJmui- der Courant of Beverwij kse Courant Schrijf er ook bij, hoe oud je bent en of je een jongen of meisje bent. Er zijn weer een paar mooie prij zen te winnen!.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1968 | | pagina 23