Radicalisme gericht op omverwerpen
van alle gevestigde waarden
Dutschke is voor Westduitse
burger staatsvijand nummer 1
eet n appel!
PANDA EN DE MEESTER^SUPERMAN
igestipt
"fÏÏPPERWARE
POLLE, PELLI EN PINGO
snoep verstandig:
u wilt
kopen
Vanavond spreker
in Amsterdam
Vereniging van
Gescheidenen
iet nambij eenkomst
in Amsterdam
WOENSDAG 21 FEBRUARI 1968
15
fe ;-:ï*
Anarchist'
Omverwerpen
Revolutie
Kees Stip
Examens
u wilt
nieuwe
artikelen
.bekijken
Beu oorspronkelijke roman door
JAN DB HARTÜG
j<S -iirtoj
73)
„Weet je wat jou mankeert, schip
per?", zei hij, „je hebt geen zelfver
trouwen. Je bent altijd al zo ge
weest, van de eerste dag dat ik met
je gevaren heb op de noordoostroute;
de eerste de beste ouwe die jou ver
telde dat je een dilettant was, vond
jou altijd op zijn hand. Geloof je niet
dat het tijd wordt dat je daar eens
anders over gaat denken? Je zult
niet veel waard zijn in de bergings-
dienst als je dat niet doet".
Ik dacht erover na en kwam tot
de ontdekking dat hij gelijk had. Het
was begonnen in Westport, toen ik
op het punt stond uit te varen voor
mijn eerste operatie. Toen ik de oude
kapitein Van Dorp had opgezocht
had die mij als een dilettant be
schouwd en ik was het met hem eens
geweest. Ik had nooit eerder als ka
pitein gevaren en mijn laatste reis
als stuurman had ik zeven jaar voor
dien gemaakt. Ik had mij vrij snel
een zekere routine verworven voor
het werk op de Western Appoaches,
maar ik had nooit helemaal kunnen
vergeten, dat ik een oorlogssurrogaat
was. Waarschijnlijk was dat overdre
ven, want ik had na die tijd geen
slecht werk gedaan. Maar het gevoel
was er nog steeds en bij het horen
van die brief werd het opnieuw
acuut.
Onze proefvaart werd een succes.
Het schip was oud maar zij lag goed
op het water en haar snelheid was
verrassend. Het was een bokkige
dag; dwarszees slingerde zij zwaar
maar zodra ik haar kop in de wind
draaide stoof zij over de golven als
een renpaard. Als wij geluk hadden
kregen wij ons eerste SOS recht in
de wind. want met haar kop op de
golven stond zij voor niets erf zou
veel sneller lopen dan de oude
„Texel" die gedwongen was snelheid
te verminderen zodra de wind boven
negen kwam en zij haar kop in de
golven moest steken. Aangezien het
er bij de bergingsdienst op aankwam
wie er het eerst bij was, maakten
wij een goede kans.
Toen wij terugkwamen van onze
proefvaart waren wij bijzonder te
vreden met het schip en ons zelf;
maar kapitein Perseil, die op het ha
venhoofd naar ons had staan kijken
door zijn verrekijker, kwam aan
boord met een somber gezicht, nadat
wij gemeerd hadden. Hij zei niets
over onze manoeuvres, hij keek al
leen maar somber en zei dat hij mij
onder vier ogen wilde spreken. Ik
nam hem mee naar de kaartenkamer
en daar stelde hij mij een onver
wacht ultimatum. „Ik heb naar jul
lie jongens staan kijken", zei hij, „en
ik moet je iets vertellen. Ik zal jullie
een eerlijke kans geven. Als wij een
storm krijgen met meer dan één
SOS, dan zal ik het schip pikken dat
het verste weg ligt. Jullie hoeven
niet uit te varen tot je iets hier in
de buurt krijgt, iets waar jouw land
genoot uit Vlissingen op afgaat. Als
je dat schip binnenbrengt kan je een
contract krijgen van zes maanden.
Als hij het je afpikt kun je ophoe
pelen".
Ik probeerde hem tot rede te bren
gen, maar daar was hij de man niet
naar. Bovendien vond ik in mijn hart
dat hij gelijk had. De anderen waren
dat niet met mij eens. Er werden
harde dingen gezegd aan het adres
van kapitein Perseil, toen wij in het
Café De la Marine zaten te eten. De
stuurman en ik namen geen deel aan
de algemene lasterpartij. Wij zaten
zwijgend te roken, luisterend naar
de jongens; toen keek hij naar mij
met zijn levende oog, en glimlachte.
Onze eerste storm kwam drie we
ken later. Wij hadden er zenuwach
tig op gewacht, waren iedere avond
in het Café De la Marine bij elkaar
gekomen met de andere sleepboot
kapiteins, om naar het weerbericht
over de radio te luisteren en naar de
krankzinnige pianist. De pianist
bleek inderdaad het meteorologisch
instituut zes uur voor te zijn; de
avond voor de storm losbrak zat hij
te krijsen achter de piano, spoog tus
sen zijn knieën, ramde het deksel
open en dicht, huilde als een weer
wolf en siste schunnigheden; ik voel
de mij bijzonder onbehaaglijk omdat
June Simmons er bij was.
Zij was die middag aangekomen en
ik had haar van de trein gehaald. Ik
had niets te maken met haar komst;
zij had mij gewoon een briefkaartje
geschreven met de mededeling dat zij
een week vakantie had en haar bil
jet al genomen. Toen ik op het
tochtige perron op de trein stond te
wachten, maakte ik mij ongerust.
Ons groepje was nu niet direct een
passend milieu voor een Engels meis
je; de oorlogsvocabulaire was terug
gekomen en daarna de oorlogsge
woonten. Onze tafelmanieren waren
verdwenen met de rest van onze be
schaving en wij waren weer precies
zoals wij op de noordoostroute ge
weest waren: een troep piraten, wier
conversatie uitsluitend bestond uit
vloeken en anatomische discussies
over het vrouwelijke lichaam. Maar
toen ik haar uit de trein zag stappen
met haar rode mutsje op, voelde ik
mij onverwacht verrukt. Zij was pre
cies dezelfde gebleven, alsof het gis
teren was dat wij elkaar vaarwel
hadden gezegd bij de halte en zij was
blijven wuiven tot de bus uit het
gezicht verdween.
Zij zei; „Hallo schipper, hoe gaat
het er mee?" en schudde mijn hand.
Ik nam haar koffer op mijn schou
der en op weg naar het Café De la
Marine babbelde zij aan één stuk
door, haar kwastje fladderde in de
wind. De jongens zaten in het café
te wachten. Draad kuste haar op bei
de wangen als een Fransman, ik had
vergeten dat hij haar. van cfe invasie
kende. Natuurlij^ kende zij de stuur
man ook en zei; "„Wel' wel" hoe gaat
het met het schaken?" De stuurman
grijnsde vergenoegd en zei: „Hoe gaat
het er mee, zuster?". Zij werd aan
de anderen voorgesteld als „zuster
Simmons" en zij ging tussen ons
aan tafel zitten; tijdens het eten
lachte en babbelde zij aan één stuk
door. Het was een wonder hoe wel
gemanierd iedereen werd in haar aan
wezigheid, een beetje pijnlijk voor Ni
cole, die geen kans had gezien ons
fatsoenlijk te houden gedurende de
afgelopen weken. Nicole en zij wis
selden nauwelijks een woord, maar
zodra iemand anders zat te praten,
keken zij tersluiks naar elkaar en
glimlachten verlegen wanneer hun
blikken elkander kruisten. Ik was be-
nieuws hoe zij het zouden kunnen
vinden. (Wordt vervolgd)
imnnnnnnr-
beroemde professor in de filosofie Ernst
Bloch, die 82 jaar oud is, dankt deze na
afloop Dutschke voor „het vernietigen
van een cliché, dat bij de belanghebbende
kringen heeft postgevat over een boe
man met een mes tussen de tanden
j Want Dutschke wil zijn doeleinden met
tolerantie, niet met geweld bereiken, zo
als zijn tegenstanders eigenlijk hadden
gehoopt om hem tot een gemakkelijker
prooi voor hun haat te maken.
Voor de Westduitse binnenlandse vei-
I ligheidsdiensten, die de „Socialistische
Duitse Studentenbond" van Dutschke op
alle mogelijke denkbare methoden nauw-
(Van onze correspondent)
BONN Voor de burgers in de
Bondsrepubliek is de 27-jarige
Dutschke staatsvijand nummer één,
de ware burgerschrik. Lang hangen
zijn ongewassen haren over zijn voor
hoofd. Een vettig leren jack is lang
zamerhand zijn handelsmerk gewor- <jjic JJlugcllJXVC
den en scheren doet hij zich blijkbaar keurig bespieden, is de kleine beweeg
zelden Ziin stem is hees, overredend lijke man een anarchist, naast de linkse
i -olitL- Alc i.pn aal «lint socialisten van de Marburgse professor
en bijna vrouwelijk Als een aal „lipt Abendroth
en de communisten
hij door de dichte drommen van zijn meeste gevallen „maoisten" zijn
aanhang heen en hij is overal te vin- Dutschke gtamt uit 0ost-Duitsland. Hij
den waar regelend moet worden op- wag lid van de ^Evangelische Junge Ge-
getreden, waar een bezwerend en rneinde" in de D.D.R. Hij weigerde zijn
stimulerend woord moet worden ge- dienstplicht in het leger van Ulbricht te
vervullen en vluchtte kort voor de bouw
zeStl- van (}e muur naar het Westen. De pu
blieke opinie wil dat Dutschke zoiets als
Dutschke is een hoogst begaafd^ stu- een oostelijke agent zou zijn. In het arm-
dent, op wie een lectoraat aan de Ame- zaiige debat dat de Bondsdag kortgele-
rikaanse universiteit van Berkeley wacht. den over <je studentenonrust hield werd
Zijn beroemd-beruchte discussies met de ,n (jje richting gesuggereerd, ook door
intelligentia van het land zijn weliswaar de kanselier,
happenings waarover de burger het hoofd
schudt, maar de kern van het besprokene Niets is echter minder waar. Tijdens
gaat voor het grootste deel aan hen voor- je anti-Vietnamdemonstratie van afge-
bij. Dutschke kent de communistische li- lopen zaterdag in de aula van de tech-
teratuur tot in alle uithoeken. nische universiteit in West-Berlijn werd
Geen program, geen koerswijziging in de enige spreker uit Oost-Duitsland, een
haar argumentie of hij is in staat er uit jeugdleider, hartelijk uitgelachen zodra
te citeren. Want na een discussie met de hij 0p het podium zijn mond had open-
1 gedaan. „Opa's communisme", noemde
de Dutschkisten de officiële Oostduitse
(en andere Oosteuropese) ideologieën.
De communistische regimes zijn huiverig
van de Dutschkisten omdat ze evengoed
een gevestigde instelling vormen als het
Westduitse establishment, en van acties
als die van de studenten op het ogenblik
niets goeds te verwachten hebben
Wat Dutschke wil is een omverwerping
van het bestaande en dat is niet zo erg
I nieuw. Maar zijn theorieen gedijen in de
Bondsrepubliek in het midden van de ja-
en 60 op vruchtbare bodem Het radical is-'
me van Dutschke met betrekking tot het
„omverwerpen" van alle waarden trekt
inderdaad maar een kleine minderheid
aan. Hierin hadden de Bondsdagleden ge
lijk toen zij tijdens het vermelde debat
hun angst onder het sprekersgestoelte
trachtten te schuiven.
Maar het is een grote fout de indruk
wekkende aanhang niet te zien die in
de studentenmaatschappij een aanzienlijk
eind met Dutschke meegaat in zijn over
tuiging dat er aan het gezapige Duitse
burgerdom iets moet worden gedaan,
waarin een alles overwoekerend materia
lisme de burger geen tijd overlaat aan
zijn verantwoordelijkheid te denken voor
wat in de wereld nog meer gebeurt, be
halve de strijd om de goedkoopste kleu
rentelevisie-ontvanger.
Het symbool van alle onrust is nu de
Amerikaanse aanwezigheid in Vietnam.
Dutschke richt zich tegen de aanwezig
heid van de Amerikanen overal waar zij
zich niet op eigen grondgebied bevinden.
Hij is van mening dat de Amerikanen
imperialisten zijn.
ADVERTENTIE
t-N Tc&m*
ROTTERDAM. Ruim 300 mannen en
vrouwen hebben gereageerd op adverten
ties, waarin de heer J. Dobma de belang
stelling peilde voor een „Vereniging van
gescheidenen". Zaterdag 2 maart zal de
oprichtingsvergadering van de „Vereni-
ging Valentijn" gehouden worden.
Het wordt volgens de heer Dobma een
vereniging voor mensen, die een groot
deel van hun contacten of alle contacten
door echtscheiding hebben verloren, voor
mensen die uit de eenzaamheid gehaald
moeten worden, maar waar men ook met
sociale moeilijkheden trecht kan. Er is al
een gepensioneerde vrouwelijke spycho-
loog aangesteld.
Het is de bedoeling dat er ook onder
afdelingen komen, verspreid over het ge
hele land.
Vanavond wordt in Amsterdam een
grote studentenbijeenkomst gehouden
waarop geprotesteerd zal worden te
gen de Amerikaanse Vietnam-politiek.
Van de Westduitse studentengene-
raai" Rudi Dutschke die in Krasna-
polsky onder meer het woord zal voe
ren, geeft onze correspondent in Bonn
het bijgaande portret.
Dutschke als Berlijner staat daar overi
gens in een iets ander licht dan Dutschke
als reiziger langs de Westduitse universi
teiten. Over radicalisme gesproken: de
communistische arbeidersklasse in de ar
beiderswijk in West-Berlijn is radicaler
.rechts" dan Dutschke radicaal „links'
is.
Dit is de schuld van de Berlrjnse
muur, van het feit dat de stad gedeeld is.
De Berlijnse bevolking bestaat voor het
overgrote deel uit oude mensen, want
West-Berlijn is een uitstervende stad
Aan haarhoofd staat een zogenaamde
sociaal-democraat, de eenarmige burge
meester Schütz, een „functionaris" die
met evenveel recht een Oostduits rad in
het partij-apparaat had kunnen zijn.
Dutschke zou, hoe het met zijn eigen
kleine groep ook zou aflopen, niet meer
weg te denken zijn uit de jaren zestig
van de Bondsrepubliek. Er is een ware
jeugdopstand uitgebroken, waarvan men
mag hopen dat ze aansluiting vindt bij
dat gedeelte van het „establishment
dat de toekomstige ontwikkeling begrijpt.
Mocht deze studentengeneraal met zijn
aanhang deze aansluiting niet vinden,
dan ziet het er voor de Bondsrepubliek
niet zo goed uit.
Het Nederlands is een volmaakte
taal. Daardoor komt het dat wij
geen behoefte hebben om voor
nieuwe begrippen nieuwe namen
te bedenken. Die bestellen we gewoon
in het buitenland. Met het woord
.spot" voor een kort reclamefilmpje
hebben we het getroffen, want de
spot is niet van de lucht nu zo n
filmpje is verboden waarin Jan Teu-
lings met een gladgemaakte schedel
een glansrol als pindamannetje speelt.
Dit verbod berust op de regel dat
een acteur die visueel algemene be
kendheid geniet als ongeschikt wordt
beschouwd om op te treden voor de
reclametelevisie. Jan Teulings ontleent
deze bekendheid aan zijn vertolking
van Maigret, de Parijse politiecommis-
savis.
Nu is bek endheid tegenwoordig zo
iets kortstondigs dat men zich als
een toegejuichte beroemdheid boven
aan een vliegtuigtrap kan vertonen,
zich omdraaien om zijn paraplu te ha
len en daarna als een vergeten man
in ons klimaat afdalen. Het staat
trouwens niet vast dat Teulings beken
der zou zijn dan zijn tegenspeler Ton
Lutz, die van alle hutzen het Lutzerig-
ste gezicht heeft, een gezicht dat lang
in het gehêugen blijft hangen. Hij
speelt ook voor pindamannetje, maar
in tegensteljing tot de kortere Teu
lings voor een lang. De firma die de
film heeft laten maken beoogt daar
mee aan te tonen dat zij zowel korte
als lange pinda's verkoopt.
Wij mogen hopen dat we het werkje
toch te zien zullen krijgen, alleen al
om ons te vergewissen of die bekend
heid werkelijk storend zal werken. Ik
geloof juist van niet. En ik denk ook
dat het thema van de kleine en de
grote man, sinds David en Goliath klas
siek, het nog altijd uitstekend zal doen.
Het bioscoopwezen in de twintiger ja
ren werd bijna ontwricht door het suc
ces van twee Deense filmacteurs, een
lange en een korte, waarvoor een geni
aal brein, geïnspireerd door de triomf
van de gloeilamp, de naam „Watt en
l/j Watt" had bedacht.
Wanneer wij vandaag om ons heen
zien, treffen wij buiten Lutz en Teu
lings nog twee mannen aan die het
Deense duo in populariteit en lengte
verschil evenaren: de ministers Luns
en De Jong. Zij staan zo hoog in ons
staatsbestel geplaatst dat zij met een
eventueel gezamenlijk optreden in een
televisiespot een hoger doel zouden
moeten dienen dan het verkopen van
pinda's. Dat doel is ruimschoots voor
handen: Aan iedereen duidelijk te ma
ken waarom de regering de politiek
van president Johnson steunt. Dat is
omdat, als Amerika zich terugtrekt
uit Vietnam, de Chinezen hier zullen
komen. En ditmaal zonder pinda's.
Mij hoeven ze daar niet van te over
tuigen. Ik denk zelfs dat dit ook zal
gebeuren als Amerika zich niet terug
trekt uit Vietnam. Maar als zij de
rest van ons volk de noodzaak van hun
beleid kunnen bijbrengen, zal hun re
clamespot de beste zijn die er ooit is
vertoond.
AMSTERDAM Geslaagd voor kandi
daatsexamen wiskunde en natuurweten
schappen O. H. Houwen, Haarlem en L. P.
van Loon, Haarlem.Geslaagd voor kandi
daatsexamen rechtsgeleerdheid J. F. Hof
man, Heemstede.
ADVERTENTIE
schrijf of bel
Fa. H. Amsterdam,
Dr. Ariënsstraat 10,
Noordwijkerhout, tel. 02533 - 2150
dan krijgt u alle gewenste inlichtingen
16. „Daar gebeurt iets, waar ik mij werkelijk be
faamd mee kan maken...." prevelde Joris, terwijl
hij met grote snelheid naar het in nood verkerende
schip vloog. „De opvarenden van dat vaartuig zullen
mij eeuwig dankbaar zijn, als ik hen red!"
Hij dook het water in, zwom tot onder de romp en
tilde het schip uit de stormzee.
„Een eenvoudig staaltje van mijn kunnen", mom
pelde hij, koers zettend naar het vasteland, „waarmee
ik het middelpunt van de belangstelling zal worden.
„De Held Joris G. Superman", zal men mij noemen.
hij wist niet dat er nu al belangstelling voor hem
was. Een radar-operateur had een vreemde vlek op
zijn scherm ontdekt, en vertelde dat nu aan zijn meer
dere.
„Het lijkt wel een vliegend schip!" verklaarde hij.
Met masten en zo U weet wel!"
„Een schip?" riep generaal Schrap verbeten. „On
zin! Het is de vijand in vermomming. Ons luchtruim
wordt geschonden. Maar ik zal daar persoonlijk een
eind aan maken!"
MAG IK
MEESPELEN)'
HEEL GRAASi IK WIL WEL
EVEN) UITRUSTEN
rJE KENT DE RESEIS, D1KK1E - DUS PA5y
OP DAT HET NIET ZO 6AAT ALS DE
VORIGE KEER,„y
,T0EN je het balletje
hebt ingeslikt!
IEDEREEN
faalt mc eens,
i/roeier
LATER
,.£fj ER IS6EEN
IZEDEN WAAROM f
DITMAAL- ZOU FALEN
wet, meneer fzessen
U HE8T ALTIJD succes
GEHAD,.
DAUY JONES EN IK
KOMEN TERUG MET
voldoende dubbel
beeldige gouden mun
TEN OM DUIZEND MU-
SEUMSTE BEDIENEN
Sam Leff
AIIIv/illim
yg)P!B
a jr^l. v. un<—All ri^HTt
DOTUnited Syndicate.
1068. Intussen was de Dood van Pier
lala in het huisje van Jan Klaassen in
druk gesprek met de huisbaas.Mijn
beste man, ik wil het huisje huren. Daar
kan toch geen bezwaar tegen zijn? Jan
is er toch niet en bovendien betaalde hij
I nooit".
„Tja dat is wel zo maar zei
de huisbaas aarzelend.
„Wat heb je nou nog te maren?" vroeg
de Dood van Pierlala brutaal.
„Ik bedoeljij bent zo'n rare huur
der je wordt soms ineens ontzettend
lang en dat kan me mijn plafond kosten",
zei de huisbaas
Achter de deur luiterde Brammetje toe
en hij begreep nu eensklaps alles. Daarom
had de Dood van Pierlala zoveel moeite
gedaan om Jan weg te lokken. Dit huisje
stond door een onderaardse gang in ver
binding met het eenzame eiland en als
de Dood van Pierlala eenmaal ongestoord
woonde zou hij telkens na zijn akelige
streken gemakkelijk kunnen vluchten
naar het onneembare eiland Dit moest
worden voorkomen.