IJmiiider Courant
1
t
■:v
iOHHBHi
9 1
HET PROBLEEM KAN DAAR WELLICHT
OP DE DUUR ZICHZELF OPLOSSEN
Vergroeid
Lopen sneller
Vlucht uit de stad
Er
Ook in Amerika
iöantisehe
parkcerellende
(Van een onzer redacteuren)
WAT GEBEURT ER NU EIGENLIJK PRECIES, IN NEDERLAND ANNO
1968, TER LENIGING VAN DE P ARKEER-ELLENDE DIE, MET NAME IN
DE GROTE STEDEN, VAN DAG TOT DAG HOPELOZER WORDT? HIER
EN DAAR TREFT MEN INDERDAAD NOODMAATREGELEN. KLASSIEK
VOORBEELD IN HAARLEM: HET OMLEIDEN VAN HET VERKEER ROND
DE OUDE, NAUWE BINNENSTAD EN VOORTS (GEDEMPTE OUDF,
GRACHT), HET AANLEGGEN EN HET PROMPT WEER VERWIJDEREN
VAN INSTEEKHAVENTJES EN PARKEERMETERS. MAAR MET DER
GELIJKE LAPMIDDELEN WORDEN DE MOEILIJKHEDEN ALLEEN
MAAR VERPLAATST. WEL WORDT ER ALLERWEGEN IJVERIG GE
DACHT, GEDISCUSSIEERD EN MET DE WENKBRAUWEN GEFRONST,
MAAR TOT EEN RADICALE AANPAK IS HET NOG NERGENS GE
KOMEN. TROUWENS: WAT IS IN ONZE VOLGEBOUWDE OUDE
STADSCENTRA EEN RADICALE AANPAK? DE ENIGE REËLE MO
GELIJKHEID BIEDT HET OP GROTE SCHAAL SLOPEN VAN DE BE
STAANDE BEBOUWING. MAAR DAT IS IN VERBAND MET DE DAAR
MEE SAMENHANGENDE KOSTBARE ONTEIGENINGSPROCEDURES,
NAUWELIJKS EEN HAALBARE OPLOSSING.
Letterlijk bumper tegen bumper staan de auto's op de weinige par
keerterreinen tussen de wolkenkrabbers. Meestal, zoals hier langs
de Avenue of the Americas in Manhattan, zijn het tijdelijk braak
liggende percelen, wachtend op een nieuwe bebouwing. Meer perma
nente parkeerterreinen zijn nodig om de stroom van langparkeerders
te kunnen opvangen, maar daarvoor is de grond in de steden meestal
veel te duur.
„PARKEERGARAGES dan", oppe
ren sommigen. Men verwijst daarbij
naar de USA, het land met de grootste
autodichtheid, waar enorme parkeer-
flats en ondergrondse stallingen al lang
gemeengoed zijn.
Gemeengoed, jawel. Maar geen ge
neesmiddel. Een recent onderzoek
naar de verkeerssituatie in New York
City heeft aangetoond, dat men ook
daarginds achter de feiten aanloopt.
Zeshonderdduizend auto's rijden over
tientallen bruggen viaducten en door
verkeerstunnels elke morgen tussen 8
en 10 uur Manhattan Island, het hart
van New York binnen en bijna even
veel verlaten de stad des avonds weer,
in de spitsuren en daarna. Behalve het
transito- en vrachtverkeer, dat alleen
komt laden of lossen, moeten al deze
auto's elke werkdag opnieuw voor
korter of langer tijd een parkeerplaats
in de binenstad vinden. Parkeertorens,
ondergrondse garages en parkeerda
ken helpen, maar niet afdoende.
Hoofdcommissaris Wylie van de
Metropolitan Police wordt dagelijks ge
confronteerd met de parkeerchaos. „In
heel centraal Manhattan", zegt hij, is
langparkeren verboden behalve in en
kele straten en pleinen. De automobi
list die zijn wagen de hele dag wil stal
len, is aangewezen op de officiële par
keerterreinen, die echter slechts een
totale capaciteit voor 25.000 auto's heb
ben. Parkeergarages en -daken zijn
voor de langparkeerders te duur. We
kunnen alleen proberen, steeds nieuwe
parkeerterreinen te creëren. We
moeten daar zelfs bestaande oude ge
bouwen voor afbreken, een oplossing
die miljarden kost. Maar een andere
mogelijkheid is er niet."
delen voor het autoverkeer, al is er
ook hier wel eens met die gedachte ge
speeld. Zo'n impopulaire maatregel zou
bij de in Amerika heersende politieke
verhoudingen, een stadsbestuur wel
eens zijn nek kunnen kosten - en daar
om begint men er maar liever niet aan.
NU HEEFT New York een behoor
lijk functionerend openbaar vervoer.
Honderdduizenden forensen maken
voor het woon- werk-verkeer gebruik
van de ondergrondse en bovengrondse
(elevated) stadsspoorwegen en van de
lijnbussen. Op allerlei wijzen heeft
men het publiek proberen te overtui
gen dat men beter de auto kan thuis
laten en de underground nemen. Maar
het heeft niet veel effect gehad.
De doorsnee-Amerikaan is zo „ver
groeid'-' met zijn auto, dat hij eenvou
dig niet peinst over trein of bus. En
om dezelfde reden zien de gemeente
besturen in de VS dan ook weinig heil
in het afsluiten van bepaalde stads-
HET RESULTAAT is een onvoorstel
bare chaos. Een onderzoek door de
New York Daily News bracht aan het
licht dat men, in bepaalde stadsdelen
en op bepaalde uren, sneller een paar
„blocks" kan wandelen dan rijden per
auto, taxi of bus. Van acht uur 's och
tends tot acht uur 's avonds is er trou
wens nauwelijks een taxichauffeur te
vinden, die u naar de winkelcentra in
de City wil vervoeren, waar de hele
dag verkeersknopen van bestel- en
vrachtwagens te verwachten zijn.
NA ACHTEN 's avonds wordt het
Parkeer- en dakgarages, zoals
deze aan 6the Avenue in New
York City, berekenen te hoge
tarieven voor de gemiddelde
langparkeerder.
Y////S/A
I rilÉM»
wat rustiger in New York, behalve dan
op Broadway en de omliggende wegen,
waar omtrent die tijd het uitgaansle
ven losbarst.
's Nachts is er overigens parkeer
ruimte in overvloed, maar dan heeft
niemand er wat aan. Want 's nachts is
de City met zijn kantoorgebouwen, the
aters en winkels een dode stad, waarin
alleen een paar honderd conciërges wo
nen. Pas als tegen het aanbreken van
de dag de stormloop van gepnotoriseer-
de forenzen begint, lopen de parkeer
plaatsen, pleinen en garages vol. En
wie na negen uur komt, die heeft
meestal geen andere keus dan ergens
in de periferie, mijlen van zijn kantoor
of werkplaats, de auto te stallen.
ER KOMT BIJ dat de normale Ame
rikaanse auto veel langer en breder
is dan onze personenauto's in de Oude
Wereld. Vandaar het geweldige succes
van Volkswagen en andere kleine Eu
ropese wagens als tweede gezinsauto
in de VS: voor winkelen in de stad, het
naar school brengen van de kinderen
en dergelijke. Want voor zo'n minie
me „kever" is vaak nog wel een par-
keerplaatsje te vinden waar men een
volwassen Amerikaanse „slee" met
geen mogelijkheid kwijt kan.
EEN ANDER FACET van het par
keerprobleem in Amerika is de vlucht
uit de steden. Grote warenhuizen en
zelfbedieningszaken zijn daarin voor
gegaan; en andere instellingen die veel
publiek trekken zullen stellig volgen.
Zij bouwen hun nieuwe vestigingen
niet meer in de grote stadscentra, maar
aan de buitenkant van de steden, soms
zelfs tientallen mijlen daarbuiten, waar
de grond goedkoop is en geen ver
keersopstoppingen te vrezen zijn. De
klanten kunnen er dus zonder risico
van urenlange vertragingen komen en
zij vinden er bovendien altijd volop de
ruimte voor hun auto's op de (gratis)
eigen parkeerterreinen van deze „lan
delijke supermarkets" en warenhuizen.
„DRIVE-IN" bioscopen, restaurants
en dansgelegenheden en zelfs bankfili
alen, die overal langs Amerika's high
way's als paddestoelen uit de grond
schieten, berusten op hetzelfde princi
pe van klantenservice en zij hebben
hun exploitanten geen windeieren ge
legd. Hun concurrenten in de steden
merken dat aan een gestaag teruglopen
de omzet. En het ligt voor de hand dat
ook zij vroeger of later hun activitei
ten of een deel daarvan naar het „plat
teland" zullen verplaatsen.
Zo zou het parkeerprobleem in de
grote steden zichzelf op den duur mis
schien kunnen oplossen; althans in
Amerika. In ons dichtbevolkte volge
bouwde landje, waar haast geen „plat
teland" meer over is, zal zo'n vlucht
uit de stad weinig soelaas bieden voor
de parkeernarigheid. Men zou, alweer,
de moeilijkheden slechts verplaatsen.
MAAR WAT DAN? Radicaal slopen
a la prof. Jokinen, of gewoon de boel
maar blauw-blauw laten, zoals thans
gebeurt, tot de hele zaak over een
paar jaar hopeloos vastgelopen is?
HET WOORD is aan u, H.H. ver-
keersplanners, ruimtelijke ordenaars,
stadsbestuurderen en Hogere Overhe
den. Moge het een wijs (en snel) woord
zijn. Anders is het misschien niet meer
nodig!!
Herman Croesen
Een beruchte flessehals in New
York is dit punt waar de rijbaan
van Park Avenue zich dwars
door een 35 etages hoog kan
toorgebouw boort.